i
lienws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
fc
58ste Jaargang. 1919.
Verschijnt tijdelijk alleen Zondags
No. 52.
Redenaties van 'n Leeuwarder.
BERICHT!
3
1
VOOR
Zondag 21 December.
BINNENLAND.
Oer ditten en (latten.
In ’t nummer van de
„Bolsw. Courant”, ver
schijnende 1 Januari 1920, zullen
Nieuwjaarswenschen
worden opgenomen a 30 ets.
Spoedige toezending van
advertenties is zeer gewenscht.
De Uitgever.
Bolswarische Courant
terloops over de
5
over
den hoofdelijken
acht ten honderd.
aan
land
een
O Sinteklaes, O Sinteklaes,
Hwet binn jy for de bern
In wond’re goedlike aide baes
It is jo oan to sjen:
Jy binne in earste bernefrjeon,
Oars wiern’ jy wol yn Spanje bleaun.
Mar né, jy kamen wol wer oer,
En mannich boaike wie
en laten we
kelijkerwijze
ADVERTENTIEPRIJS: 1—-7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
en
schaduw
de
land en ’t
rondom.
Zoo is het ook met ons. Ook ons leven
is dikwijls een landschap waarop de zon
schijnt met koesterende warmte. Maar dan
komen er wolken, kleine wolken, groote
wolken, aaneengesloten grijze regenluchten
en ons leven is dan zoo somber, zoo troosteloos.
Maar er komt een moment waarop de wolk
is overgedreven. Er komt een oogenblik
waarop de grijze lucht aan de kimmen iets
lichter wordt. Dat licht neemt toe, nog meer
toe; langzamerhand en onmerkbaar komt weer
de zonneschijn en vervult het hart van ’t
arme menschenkind met haar licht en baar
warmte, ’t Zal wel in het groote plan
behooren, dat zonneschijn en wolkenfloers
elkaar opvolgen.
Al dagen foar jou komst oerstiór
En wist him hast gjin rie,
Ja! Sinteklaes is wer op til,
Hwet ef er nou ris bringe soil...
Jy togen mar wer frijhwet mei
’t Wie slim, sa'n poarsje güd,
Fij man, hwer krij je ’t al’gear wei
En ’t giet ek sa mar foart,
Jy sleepten mar, ’t gyng dei oan dei
En hwet jy brochten foun syn wei.
Nou is ’t altiid in moai ding dat it lok
fen in minske net hinget
jildt fen greate minsken
hwent as
ABONNEMENTSPRIJS: 50 Cents per 3 maanden.
Franco per post 621/2 Cents.
Afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Wij lezen in de Friesche Courant:
Blijkens de voorgestelde begrooting
1920 zal de heffing van
omslag bepaald worden naar
Waar verleden jaar de heffing zes ten honderd
was, is de stijging inderdaad zeer aanzienlijk,
waartegenover evenwel een hooger aftrek voor
noodzakelijk levensonderhoud zal staan. Ik
kan mij voorstellen, dat het verhoogde per
centage menigeen koud op ’t lijf valt en dat
er velen bereid gevonden worden „de gemeente”
katoen te geven, wat hare verkwisting betreft,
’t Zal inderdaad wel eens voorkomen, dat er
voor sommige dingen meer geld wordt uitge
geven, dan strikt noodzakelijk is. Maar kame
raad, hoe staat ’t met je zelf? Heb je zelf
je uitgaven altijd beperkt tot 't strikt nood
zakelijke? Loopen er ook bij jou niet eens
uitgaven onderdoor, die belangrijk lager hadden
kunnen wezen, ja die absoluut niet behoefden
te worden gedaan, omdat ze eigenlijk volmaakt
overbodige zaken betreffen? Kameraad, als jij
je vrouw een cadeau geeft, is dat geschenk
dan altijd beslist noodzakelijk, sterker nog,
is het altijd bruikbaar? Laten we elkaar toch
niets vertellen. Wanneer we ons huis eens
rondkijken, nou niet precies een week nadat
we getrouwd zijn, maar na een eenigszins
presentabel aantal jaren, zeggen we dan niet
tot ons zelf of lot onze vrouw of tot een
vertrouwde vriend of een vertrouwde vriendin,
in een oogenblik van openhartigheid: Wat
heeft een mensch toch veel goed in zijn huis,
waar hij met ’t meeste pleizier buiten kan.
Zijn ze u onbekend de huizen, waar je om
zoo te spreken, geen vuist induwen kunt.
Waar je nauwelijks plaats hebt om te zitten
vanwege de vele schoone voorwerpen, die op
de meest onsmaakvolle wijze zijn "geëtaleerd”?
Dat zit ’m onder alle standen, onder de
werklieden zoowel als onder de burgers en de
gefortuneerden. De loop der tijden draagt er
toe bij om de inventaris steeds te vermeerderen,
zoodat tenslotte verschillende kostbaarheden
verhuizen naar onbewoonde slaapkamers en
tenslotte naar den zolder.
En komt ’t in ons eigen leven niet her
haaldelijk voor, dat we in zeker opzicht geld
verkwisten, door te koopen wat we niet bepaald
noodig hebben? Ik geef toe, dat ’t ook zijn
goede zijde heeft niet altijd te rade te gaan
met de uiterste practischheid. We moeten
van die oogenblikken hebben waarin we eens
een domheid doen, net precies als groote men-
schen van die aanvechtingen hebben en die
aanvechtingen ook omzetten in daden, om
weer eens als een jong veulen te doen.
Maar goed, ouwe jongen, wanneer je tegen
over je zelf zoo weekhartig bent om die onge
motiveerde uitgaven goed te praten, trek dan
niet zoo wanhopig van leer, als in een groot
complex buiten het bereik van het direct
eigen belang, eens iets uitgegeven wordt, dat
misschien lager had moeten wezen of misschien
een betere bestemming had behooren te krijgen.
Zeker, zeker, ’t is niet goed en ’t geeft
pas er tegen op te komen, maar niet te hard
met de hand op de borst slaan, want waar
achtig, ’t komt ons allen wel eens over en
wij zijn dan nog de meest geïnteresseerden.
Maar nu die stijging. Ja kameraad, wat
dacht ge dan, dat deze geweldige tijd aan
onze gemeente voorbij zal gaan zonder een
groote sprong in de uitgaven? Kijk je porte-
monnaie eens aan, wat is ie soms mooi rond,
nietwaar. En kijk diezelfde portemonnaie een
paar dagen later aan, is ie dan niet vlak als
de Lünenburger heide? Hebt ge nooit gehoord
van de economische betoogen uwer zeer gewaar
deerde levensgezellin? En hebt ge niet ja
geknikt, volkomen overtuigd dat ’t budget
zal moeten worden verhoogd? Zeker men is
er o zoo
men nog
en Koning; het Groningsche uit de
Personeele belasting.
Met 1 Januari a.s. treedt de gewijzigde
wet op de personeele belasting in werking.
De grondslagen haardsteden en rijwielen zijn
dan vervallen, terwijl als nieuwe zijn opge
nomen: biljarten en pleiziervaartuigen.
De gemeenten blijven ingedeeld in 9 klas
sen. De grenzen waarbij de belastbaarheid van
perceelen naar de huurwaarde en de belast
baarheid van het meubilair aanvangt, zijn
echter naar boven verschoven. Daardoor is als
het ware de algemeene huurstijging reeds in
de nieuwe wet verdisconteerd. In de 9e klasse
d.z. de kleinste dorpen zal de belasting
naar den grondslag huurwaarde niet worden
geheven, als de belastbare huurwaarde niet
hooger is dan f 50 (voorheen f 25); het mo
bilair blijft in die gemeenten onbelast als de
belastbare huurwaarde niet meer bedraagt dan
f 80 (voorheen f 40).
De huurwaardebelasting, tot dusver 8 pCt.
van de belastbare huurwaarde, na aftrek van
een onbelastbaren norm, is in het vervolg
10 pCt.
De belasting van het meubilair is in zoo
verre veranderd, dat de heffing begint bij een
verkoopwaarde van f 200 (oud f 140).
De maximum-kinderaftrek is van 12 pCt.
eens een
inviel en
licht weg
verder.
Maar achter die wolk, daar viel weer een
straal van warm zonlicht op de aarde en gaf
alles weer gloed en kleur en bezieling. Steeds
verder rukte ’t zegevierend licht voorwaarts
steeds haastiger spoedde zich de wolk-
over het landschap en spoedig straalde
zon weer als voorheen op het herwonnen
was weer licht en leven en warmte
bevreesd, dat ingezetenen die door hunne
inkomens aanzienlijk in de gemeente-huis-
houding bijdragen, onze stad zullen verlaten
om een oord op te zoeken waar ze goedkooper
kunnen wonen. En 't is een feit, dat er zijn,
die ons daarom den rug toedraaien. Maar als
we die mogelijkheid willen ontzeilen, dan
zullen we vele noodzakelijke maatregelen moeten
nalaten. Onder noodzakelijke versta ik ook
bepaald noodige maatregelen. Want er zijn
noodzakelijke maatregelen, die alleen nood
zakelijk zijn, omdat de strooming nu eenmaal
die kant uit is. Noodzakelijk noem ik b.v.
de verplaatsing van het aschland. Noodzakelijk
zegt men, is voor Leeuwarden een abbatoir
maar dat vind ik meer gewenscht dan nood
zakelijk en als ik dictator van Leeuwarden
was, zou ik ’t voorbands eens probeeren met
een verscherpte controle op de slagerijen en
de clandestiene invoer. Maar dat de gemeente
voor hare huishouding een vrij wat hooger
huishoudgeld noodig heeft dan verleden jaar,
nou dat is mij zoo helder als een zomermorgen
waarop de zon schijnt aan een blauwe lucht.
O ja, ik weet wel dat je zult zeggen de
zon schijnt nooit aan een gedekte hemel...
nou je hebt gelijk, maar ik laat ’t staan,
want ’t doet mij goed in deze harde tijd
van de lekkere zomer te spreken. Was ’t
maar geen leugen
Maar ter zake. Laten we nu niet eens
mopperen omdat de hoofdelijke omslag weer
naar boven is, maar laten we eens bedenken
dat er o zoo weinig landen in Europa zijn,
waar men nog zoo betrekkelijk onbezorgd
leeft als in ons land. Laten we even deuken
Oostenrijk, aan Hongarije, aan Duitsch-
en nog aan vele andere landen, waar
hoofdelijke omslag van 8 °/0 tot in
lengte van jaren behooren zal tot het rijk
der fabelen. Al ontken ik de bezwaren niet,
laten we niet vergeten dat ’t resultaat van
deze ellendige tijden niet aan ons is te wijten
dankbaar zijn, dat we betrek-
er nog zoo goedkoop afkomen.
En dan bad ik ’t zoo
zon. Ik heb als jongen daarbuiten wel staan
kijken en ook nu doe ik het nog, naar de
lichteffecten, die voorbijtrekkende wolken aan
het landschap meedeelen. Wanneer zoo’n wolk
't licht der zon onderschepte, dan stak daar
de omgeving zoo treurig af bij het land
waarop de zon nog stond te stralen. Maar
’t duurde niet lang, of die groote wolk griste
ook daar de heldere zonneschijn weg en ook
daar was ’t eensklaps somber en droevig. En
wolkschaduw dreef over 't land en zooals
vijandelijk leger ’t beloofde land
veroverde, zoo greep de wolk ’t
van ’t land, steeds meer, steeds
oan ’e oerfloed, dat
en ek fen bern,
dat sa wie, dan wieme de measte
minsken der net sa bést oan ta en seoene
der mar inkelen wêze, dy 't hjar tofreden
fielden op ’e wrMd. Mar men sjucht it tage-
lok fakernöch, dat by ljue mei in deistich
stikje brea meat libbenswille to finen is as
bij in hopen hwer ’t allegearre ut ’e breede
fiertsien gean kin, en it is mear as ienris
opmirken, dat ya mannige sjofele klinte it
jouns- en middeismiel lekkerder is as yn man
nich great kestiel. It leit him net oan 'e
oerfloed, dat is ek in hiel gelok for de bern,
hwent hwet seoene der dan mar in bytsje
berntsjes bliid wêze kinne as Sinteklaes der
by Ians west hat. In hopen alders is ’t wol
ris yn ’e wei dat se hjar boikes net mear
jaen kinne, mar ho faken bart it net, dat
in famke mei in doaske mei kraeltsjes ef mei
in foech neazich popke folie blider is as in
rikeljeusbern mei in stik boartersgüd dat in
mannich ryksdaelders jildt. Dat wol derom
net sizze dat elk it op it goedkeapst oerleit
yn 't stik fen ’e sinteklaespersintsjes. Sinte
klaes giet wol for goed en rejael, mar hy is
’t fen in oar syn sinten, en sinten skine der
dan ek wol to wéten.
Dat it reisgjin mei ’t spoar wer folie djfir-
der wirden is, wie alhiel gjin reden om de
minsken forliden Freed ut Ljouwert to kearen.
It streamde fen minsken en Ljouwert wie
amperoan to lyts. Der wie ek wol op rekkene,
hwent it tai keapljue dy ’t hjar waer op ’e
striette to keap oanbiede wie dis kear ek
bfitenwenstich great, en de iene prize syn
spullen al Idder oan as de oare.
len fen dy Ijeu hald er al ia ndvere
menear fen dwaen op nei om folk to lokjen.
Hy top sa Ifid as er koe it oeralde ferske
fen sinterklaes, en hwer ’t dan ek in turf en
in stok by oanhelle wirdt, en hieltiid hokken
der in rest minsken om him gear. Derwirdt
wol ris sein dat greate minsken hjar hiele
libben eigliks berneftich bliuwe, nou, as men
jier op jier sa’n greate kliber minsken nei
de stêd reisgjen sjucht om der hwet fen
Sinteklaes to keapen, dan bigjint men dat
sizzen al hast to Ijeauwen. En as dan it feest
ófroun, is dan wirde in hopen gewaer dat it
mei ’t dtjaen wol hwet oer de hege skoen
gien is, it kaem botternoch oan.
En derom aide Sinteklaes,
Jy binne for de bern,
En for in oar, in goed aid baes.
Mar, ’t is sa faek te sjen
Jy meitsje in hopen gled oerstjdr,
Jy binne for de Ijeu to djflr.
Frisia.
opgevoerd tot 14 pCt. De huurwaardegrens,
waarbij kinderaftrek wordt verleend, is ver
hoogd.
Voor paarden en rijtuigenverhuurders en
ondernemers van personenvervoer is voortaan
geen belasting meer verschuldigd, tenzij zij
paard(en) voor eigen genoegen houden.
Motorrijwielen blijven belast als onder de
oude wet. Automobielen thans naar de waarde
en niet meer naar het aantal paardekrachten.
Voor drie-wielige motorrijtuigen bestaat een
apart tarief van f 15. Auto-verhuurders moe-
tea van hunne auto’s betalen naar van
het normale belastingbedrag.
De belasting van pleiziervaartuigen houdt
verband met de waarde. Ieder houder «an
zulk een vaartuig wordt belastingplichtig,
uitgezonderd voor roeibaoten en zeilbooten
met geen grooter zeiloppervlakte dan 16 M2.
welke vrij blijven.
De waarde, zoowel van auto’s als pleizier-
jachten moet door den eigenaar worden opge
geven. Als waarde wordt aangenomen de
som, die gerekend wordt te kunnen worden
bedongen bij verkoop onder normale omstan
digheden.
Biljarten worden belast: in koffiehuizen
enz. met f 20, die in woningen met f 50
en op andere plaatsen met f 85.
Het college van zetters heeft onder de
gewijzigde wet geheel afgedaan. De aanslagen
worden in het vervolg vastgesteld door den
inspecteur alleen.
Iets nieuws is verder de uitbreiding van
het instituut van strafoplegging buiten den
rechter om, zooals de oude wet dit kende
in het verdubbelen der belasting voor rij
wielen en het verhoogen der belasting met
50 procent voor motorrijtuigen, welke niet
behoorlijk waren aangegeven. Zoowel voor
dienstboden, paarden, motorrijtuigen, pleizier
vaartuigen als voor biljarten, die in strijd
met de wet niet zijn aangegeven, zal het
bedrag der belasting worden verdubbeld.
Men meldt uit IJ 1st aan De Standaard,
dat de eens zoo drukke scheepstimmerwerf
aldaar, eenige jaren geëxploiteerd door de
Gebrs. Zwolsman, is verkocht aan de firma
S. O. de Vries. Men verwacht echter niet,
dat de nieuwe eigenares het bedrijf op den-
zelfden voet zal voortzetten. Dan verdwijnt te
IJlst na meerdere andere, opnieuw een scheeps-
bouwwerf, welke langer dan een eeuw te
goeder naam en faam bekend stond. Oorzaak
is, dat de sluis te Stavoren en de brug onder
Heeg niet meer den bouw toelaten van flinke
zeewaardige schepen. Vroeger was er te IJlst
geklop en gehamer op niet minder dan zes
flinke werven. De eene na de andere is ten
ondergang gedoemd.
Inzake het vergiftigingsgeval na het
gebruik van soep door een gezin te Leeu
warden is door den prov. keuringsdienst een
onderzoek ingesteld. Daarbij is gebleken, dat
de vergiftiging niet is te wijten aan de voor
de soep gebruikte rijst.
In het gebouw der Friesche biljartclub
te Leeuwarden heeft de jaarlrjksche ontmoeting
plaats gehad tusschen 6 Groninger en een
zelfde getal Friesche spelers om den zilveren
lauwerkrans, welke driemaal achtereen, of
vijfmaal in het geheel moet gewonnen worden,
zal bij eigendom van een der deelnemende
vereenigingen worden. Friesland bleef in dezen
wedstrijd overwinnaar met 4722 punten. Gro
ningen, dat ditmaal een minder sterke ploeg
had gezonden dan het vorig jaar, toen het
met grooten voorsprong won, behaalde 4570
punten.
Het Friesche zestal bestond uit de heeren
Kroes, Van Kammen, Terpstra, Boersma, De
Windt,
heeren Feenstra, Abronda, De Both, De Schep
per, Wigboldus en Niehoff. De hoogste serie
(59) werd gemaakt door den heer Kroes.
In de Tweede Kamer is behandeld een
motie-Dresselhuys, waarin wordt uitgesproken,
dat op de militaire uitgaven aanzienlijk zal
moeten worden bezuinigd, waarom in afwachting
der algeheele herziening van de militaire
organisatie, in elk geval het contingent der
lichting 1920 belangrijk moet worden ver
minderd.
De motie werd verworpen met 46 tegen
37 stemmen, nadat ze door den Minister van
Oorlog onaannemelijk was verklaard.
Een motie-Marchant, houdende beperkingen
der begrootingscijfers tot het strikt on
vermijdelijke, is verworpen met 59 tegen 23
stemmen.