Officiéél Orgaan
der Gemeente Bolsward
No. 33
Woensdag 26 Juli 1922
61ste Jaargang
KAATSEN.
OUD-BOLSWARD.
Brieven en stukken voor de Redactie en Administratie, opgaven van advertentiën enz., te zenden aan het Bureau van Uitgave:
Firma B. CUPERUS Az. te Bolsward - Telefoon No. 4
de tentoonstelling
Kanttentoonstelling te Leeuwarden.
STADSNIEUWS.
l'M'
en
en
Hoop doet werken!
Hoop is leven!
De Jager
de geschiedenis
I. Roukema (H.)
no. 4 door I. Roukema (W.)
J. A. Reitsma.
i het zwak gestel noodig
naar Vlieland gezonden
Advertentieprijs: 10 cent per regel. Bij contracten aanmerkelijke korting.
Dienstaanbiedingen, Koop- en Verkoopadvertentiën, Personeelaanvragen,
enz., enz., van 15 regels 50 cent, iedere regel meer gewoon tarief.
een ver
schalken en
Van no. 9 is Knol
eens
■i!
Advertentiën voor dit blad worden gratis geplaatst in „Wonseradeel”,
Makkumer Courant en „Hennaarderadeel”, welke bladen door geheel
Wonseradeel en Hennaarderadeel geregeld huis aan huis worden bezorgd.
De Rijksiraat.
Wij hoorden mopperen, dat juist nu de
feestweek in voorbereiding is, de straat in
’t centrum der stad wordt opgebroken.
Men moet zich daarover echter niet te
zeer verbazen, en van vroeger weet men,
dat men in dit opzicht niet verwend werd.
Voor de neringdoenden aan de Rijkstraat
mag het iets schadelijk zijn, de feestelijke
optochten zullen bun route zoo nemen,
dat die straat vermeden kan worden.
Wat dit werk zelf betreft, als het gereed
II.
In myn eerste stuk heb ik gezegd te
zullen geven persoonlijke herinneringen.
sollicitanten voor gasdirecteur wel 5 Bols-
warder ingezetenen waren, n.l. N. de la
Lande Cremer, L. Jorritsma, R. D. de
Boer, A. Hiemstra en T. R. Schaap
natöen die bij velen nog wel in herinnering
zijn. Naar ’t ons voorkomt, was geen
dezer oude Bolswarders technisch bekend
met de fabrikatie van gas doch daar
kreeg men een fitter voor. De Directeur
had slechts het toezicht, en de administratie.
w Met het
Verschijnt Woensdags en Zaterdags Abonnementsprijs franco per post 62*/2 cent per 3 maanden
Donderdag 20 Juli j.l. is in het Friesch
Museum te Leeuwarden een kanttentoon
stelling geopend, die tot 20 Augustus zal
duren. Een bijzonder mooie collectie fraaie
kanten is er te zien. Vele mooie stukken
zijn er, o. a. uit de verzamelingen van de
Koningin en de Koningin-Moeder, uit het
aartsbisschoppelijk museum te Utrecht, uit
het museum, voor geschiedenis en kunst
van het rijksmuseum te Amsterdam en ook
uit tal van particuliere verzameikasten en
-kisten. Er zijn er bij van buitengewone
schoonheid, waardevolle en historische
stukken, eens gediend hebbende om er
vorstelijke kledingstukken mee te tooien,
vooral uit den tijd dat het een groote
weelde was fraaie kantwerken te bezitten.
Bij het tentoongestelde zijn plaatwerken
opgehangen die ona doen zien, hoe iu de
zeventiende en achttiende eeuw de kant
werken gebezigd werden om uiting te geven
aan weeldezucht door uiterljjken tooi,
waarvan we vooral*een zeer duidelijk idee
krijgen wanneer wij een paar japonnen op
standaards te zien krijgen uit die lang
vervlogen dagen.
De tentoonstelling werd geopend door
den voorzitter van het Friesch Genootschap
voor Geschied-, Oudheid- en Taalkunde, mr.
P. A. V. baron Van Harinxma thoe
Slooten, die dat deed op verzoek der
commissie, die ze tot stand bracht. Hij
deed dit gaarne om het sympathieke doel,
dat ze er mee voor heeft, n.l. de geldelijke
opbrengst te storten in het Baart-de-la-
Faille-fonds, voor welks rekening kinderen,
die versterking van
hebben, een tijdje i
worden.
Hij wijst op het groote en belangrijke
werk door de Commissie tot stand gebracht.
Want afgescheiden van het doel, verdient
het resultaat van den arbeid der commissie
dat da tentoonstelling inrichtte, waar-
deering, omdat hier is bijeengebracht een
verzameling, die allen die belangstellen in
het heerlijk mooie kunstnaaldwerk, zal
interesseereu.
Dit werk mag bogen op een eervol
verleden. Wel jammer dat het een verleden
is, want de machinale arbeid kwam met
zijn nivelleerenden invloedmaar de reactie
is gelukkig ook niet uitgebleven, en zoo
wordt er de laatste jaren weer moeite
gedaan, om het handwerk weer in eere te
herstellen. Dit opent het vooruitzicht, dat
de zin en de smaak voor de kunst zich
bij de menschee weer zullen ontwikkelen,
wat niet anders dan gelukkige gevolgen
voor hen kan hebben.
Met de wensch dat de tentoonstelling
voor de bezoekers een bron van groot
genot mocht zijn, besloot de heer Van
Harinxma.
Daarna hield mevrouw
Meesenbroek een lezing over
van het kunst kantwerken, waarbij zij
vooral stil stond bij de drie landen Italië,
Vlaanderen en Frankrijk, waar het kant
werken (naaldwerk in klosbout) een zelf
standige ontwikkeling doormaakte.
In de 17e eeuw is het kantwerk in
verval gekomen, maar het is goed om dit
bij uitstek vrouwelijke handwerk een plaats
te hergeven, omdat hier de weelde meteen
schoonheid zijn kan.
Een verloting is aan
verbonden.
Wanneer onze lezeressen in Leeuwarden
zijn, moeten zij vooral niet verzuimen deze
tentoonstelling te bezoeken. Er is veel
moois te zien.
Dit is ook nog mijn plan, maar nu ’k
achterom zie, blijkt mij dat die periode
wel wat kort is om voor volledig door te
gaan, en dat er daarvóór ook heel wat
meldenswaardigs te vertellen is, dat bij de
meerbej aarde inwoners wel belangstelling
kan trekken; dat er namen genoemd kunnen
worden,van personen die bij menigeen nog
in herinnering voortleven. Al begin ik zelf
ook al ietwat op rijperen leeftijd te komen,
in mijn kinderjaren trok natuurlijk de
openbare gang van zaken geheel niet mijn
opmerkzaamheid en ook later toen ik,
gelijk mijn dierbare moeder dat uitdrukte,
nog niet droog achter de ooren was, ontging
veel mijn aandacht en zijn de persoonlijke
herinneringen daaromtrent vaag of bepalen
zich tot bijzonderheden, die soms de hoofd
zaken uit het oog doen verliezen.
Om dus een behoorlijk tijdperk te
bespreken, moet ik mij op ’t terrein der
overleveringen begeven. Al vroeg open
baarde zich bij mij de lust om iets te
bewaren wat ik het onthouden waard achtte.
Immers onze geheele historie berust op de
memoriën van hen, die voor ons geleefd
hebben. De oude chronieken spreken van
de oudste tijden en de latere schrijvers
hebben dat aangevuld, zoodat men daaruit
kan nagaan welke gebeurtenissen in den
loop der tijden elkaar opvolgden, en boe
onze samenleving geworden is, gelijk wij
ze nu hebben. Ook wat veranderingen de
tqd meebracht wordt door de vroegere
bescheiden verduidelijkt.
Ik heb de vorige maal reeds gezegd,
de oude tijden te zullen laten rusten, doch
een kleine blik naar ’t geen nog betrekkelijk
kort achter ons ligt, is wel interessant, en
leert ook menigwerf hoe en waarom onze
gebouwen, instellingen enz. zijn, gelijk wij
ze nu zien. Ouderen van dagen zullen,
iudien ze m(jn artikelen het lezen waard
achten, soms aan namen en omstandigheden
herinnerd worden, op de manier als ik in
den nog kort achter ons liggenden distri-
butietijd werd herinnerd aan wat mijn
grootvader wel vertelde over Napoleons
tijd. Was het toen het continentaal stelsel,
waardoor de aan voer over zee belemmerd
werd, in den laatsten wereldkrijg deden de
duikbooten ons de producten uit de over-
zeesche gewesten ontberen.
Ik meen, een tijdperk van ruim een
halve eeuw is al een behoorlijk stuk geschie
denis. De groote vooruitgang op allerlei
gebied, tal van uitvindingen en verbete
ringen hebben in de industrie en op het
terrein van handel en verkeer zulk een
ommekeer teweeg gebracht, dat een terug
blik op dergelijk tijdperk al heel wat stof
ter bespreking oplevert. Daar komt bij, dat
wij in onzen tijd van stoom en machines,
veel sneller leven, althans de dagelijksche
dingen ons in veel versneld tempo voorbij
gaan, dan in ouden tijd mogelijk was. De
indrukken zijn vluchtiger en vervliegen
daardoor ook spoediger uit het geheugen.
Om een geschikt aanvangspunt te hebben,
wil ik beginnen met een gebeurtenis, die
in die dagen voor Bolsward nog al wat
beteekende, de stichting der Gasfabriek.
Toevallig is dat juist 60 jaren geleden,
dus wij moeten tot 1862 terug. Reeds in
1860 was de St. Janspoort, in 1864
werden de twee andere afgebroken, daar
door waren dus de toegangen naar de stad
open gemaakt, en het bolwerk ter weers
zijden van elke poort in hellende richting
afgegraven, gelijk men ’t thans nog aan
de eene zijde der voormalige Sneekerpoort
kan beschouwen. Door die hellingen bleef
dus de wandelweg langs ’t Hooge bolwerk
rondom de stad bestaan, doch bij de poorten
kreeg men een open ruimte. Bij de Blauw
poort is dat later geheel, bij de St. Jans-
poort gedeeltelijk, tot plantsoen gemaakt.
Het terrein ten Westen van laatstge
noemde poort werd bestemd voor de stich
ting der Gasfabriek. Het Gasthuis stond
voor den bouw er van f 10.000 toe en
nu werd den 3den Mei 1862 besloten,
tot den opbouw. Burgemeester was toen
de heer H. A. Ament, gemeente-secretaris
de heer 8. W. Fennema. De aanbesteding
had plaats den 5den Juni in twee perceelen.
De gezamenlijke aannemingssom bedroeg
f 38.165.
Tot Directeur werd uit 12 sollicitanten
benoemd de heer L. Levoir van Sneek, op
een jaarwedde van f 650.
Men ziet het, de cijfers waren in die
tijden bescheiden.
Opmerking verdient nog dat ónder de
een paar
5 om 3
Id. (W.)
partij.
De eindstrijd tusschen 9 en 5 is ver
woed. In 't perk laten Staalstra en Dijkstra
prachtig werk zien, in vrij korten tijd is
U/j spel voorsprong behaald. Met een
buitenslag van Knol krijgt no. 5 een half
spel, de laatste is echter, een enkele poedel
niet meegerekend, uitstekend. De voorsprong
wordt vergroot tot 2t/2 spel om 1I2. Het
wil in deze partij met Boscbma niet goed
vlotten, zelfs verlaat hij het perk en neemt
Vlietstra zijn plaats in. Deze verandering
kan echter niet de nederlaag afwenden.
Verder dan een spel brengt no. 5 het niet.
In ’t laatste halve spel slaan Vlietstra en
Roukema beiden eenmaal buiten.
De punten zijn als volgt:
No. 9: 88848828 54.
No. 5: 20082280 22.
Bovenstaande cijfers geven overigens
geen juist beeld van de verhouding. Echter
beteakent het een schitterende overwinning.
De le piijs werd dus gewonnen door
no. 9 H. Knol, N. Staalstra en J. P. Dijkstra.
De 2e prijs door no. 5 J. Vlietstra,
8. Bosch ma en
De Se prijs
P. Helfrich en
Vermoedelijk dacht men ook:
ambt komt ook de kennis.”
Den 11 December, dus pas 6 maanden
nadat men met den bouw begonnen was,
werd voor ’t eerst het gas ontstoken.
Men kan dus niet zeggen, dat het werk
niet opschoot, evenwel zijn er dat najaar
heel wat klachten geuit over den modderboel
op straat, veroorzaakt door het natte weer
en de vergravingen in de straten ter wille
van het leggen der buizenleiding.
Wij allen weten van voor korte jaren
wat zulk graven in de stad beteekent,
vooral als het in een natte periode geschiedt.
Werden eerst de keien vervangen door
straatklinkers, kort daarop werden voor de
rioleering op verschillende plaatsen geulen
gegraven, en als derde compagnon in de
herrie volgde het leggen der kabels voor
het electrisch bedrijf.
In 1862 heeft men, naar meerdere
oudjes mij wel gezegd hebben lang gesukkeld
met die open straten. Voor mij ligt een
correspondentie uit Bolsward, opgenomen
iu de Frietche Courant van die dagen, die
van zwartgalligheid getuigt.
Ik heb echter de mij toegestane plaats
ruimte al weer overschreden vrees ik, en
moet het dus bewaren tot de volgende
week. Ook vond ik een berijmde alleen
spraak van een straatlantaarn, die toen
voor ’t gas moest wijken. Misschien is
ook die dichterlijke ontboezeming na ruim
een halve eeuw nog waard, weer in ’t licht
gesteld te worden.
Gegroet:
OBSERVATOR.
De Rengerspartij te Leeuwarden,
De kaatswedstrijden hadden het de laatste
weken al bijzonder slecht getroffen, wat
het weer betreft en ook voor de Leeuwarder
Kaatsclub leek het Zaterdag niet gunstig.
Zondagmorgen ook nog een dreigende lucht,
maar het weer hield zich den geheelen
goed, zoodat de partijen wel tot hun recht
konden komen. De Rengersdag is in de
kaatserskringen een bekende dag geworden
en juist het feit dat er dien dag niet om
geld, maar om luxe voorwerpen gestreden
wordt, maakt voor de sportliefhebbers deze
partij extra aantrekkelijk. De eereprij»,
3 fraaie gouden tikkertjes, aangeboden
door de familie van Welderen baron Rengers,
hebben wij bezichtigd en bewonderd, en
dat de kaatsers er naar streven dezen prijs
te bemachtigen en dit een werkelijke eer
vinden, kunnen wij ons voorstellen.
De volgende 12 parturen waren voor
dezen wedstrijd toegelateu:
1. D. Miedema te Irnsum, J. Meester
te Sneek en J. K. Zwart te Leeuwarden.
2. A. Smidts te Franeker, A. Rienstra
te Sneek en M. Veenstra te Hilversum.
3. Joh. Bosma te Beetgum, H. Plan
tings te Wommels en S. VellingateFraneker.
4. I. Roukema te Wommels, P. Helfrich
te Midlum en J. A. Reitsma te Witmarsum.
5. J. Vlietstra en S. Boschma te
Franeker en I. Roukema te Harlingen.
6. D. Walon, P. Spoelstra en J. Ket
ta Leeuwarden.
7. C. v. d. Meulen en J. v. d. Plaats
te Harlingen en 8. Sevenster te Leeuwarden.
8. T. Laverinan te Menaldum, A. A.
de Haan te Berlikum en R. D. de Jong
o. e. a. te Wijnaldum.
9. K. Knol te Harlingen, N. Staalstra
te Franeker en J. P. Dijkstra te Menaldum,
10. T. ZijlstrateWitmarsum, R.IJetsinga
te Arum en Tj. d« Jong te Tjummarum.
11. M. Miedema te Franeker, G. Koster
en I. Jouwsma te Dokkum.
12. R. Werkhoven en V. Bruirisma te
Franeker en K. Kooistra te Dokkum.
De eerste omloop levert overwinningen
op voor no. 2, (waarin vooral de snelle
opslag van Veenstra opvalt), no. 4, no. 5,
no. 7, no. 9 en no. 11.
24. Een knoeipartij van je welsle.
Smidts en Veenstra al bijzonder slecht,
no. 4 maakte de 3 spel achterelkaar uit.
57. Jan Vlietstra en zijn maats loopen
uit tot 2 spel, als no. 7 nog maar één eerst
heeft. Dan bezorgt Sevenster met het pas
seeren van een kaats zijn partuur een spel.
De twee volgende halve spellen komen
aan no. 5, telkens met 66. Vlietstra
speelde in deze partij goed, v. d. Plaats
en v. d. Meulen beneden de verwachtingen.
Interessant is weer de partij 911.
Partuur 9, dat in eerste instantie het
geweldige no. 10 tegenover zich had, staat
nu tegen een niet minder sterk partuur.
De opslag-capaciteiten van Miedema en
Koster zijn bekend. No. 9 neemt hel
eerste halve spel, daarna no. 11’t tweede.
Een kwaadslag van Ids brengt aan no. 9
een spel. Daarna is ’t weer Miedema, die
De Hoop is voor het mensebdom en
den individueelen mensch een onmisbare
levensvoorwaarde. De Hoop, welke ieder
mensch een onbeschrijfelijke macht geeft
tot dragen en dulden, tot wachten en
werken, tot leven en tot sterven, de hoop
neemt een voorname plaats in, in het
leven van den mensch.
De Hoop steunde onze voorvaderen in
hun reuzenstrijd tegen de Spanjaarden van
hun tijd.
ffDe Hoop” is de naana, die gij leest
op den wimpel van de boot, bestemd
om de schatten te brengen van ’t Westen
naar ’t Oosten en van het Oosten naar
het Westen.
De landman heeft zijn hoop gevestigd
op een rijken oogst, en die hoop dwingt
hem een lied af onder zijn zwaren arbeid.
De handelaar, van 's morgens tot's avonds
van huis tot huis, zijn koopwaar aan
biedende, is het niet de Hoop, die hem
in staat stelt, weer en wind, ruwheid en
lompheid te verduren?
Is het niet de Hoop op beter welstand
die de landverhuizers drijft naar het verre
westen.
Is het niet de Hoop, die den armen
teringlijder influistert: nog eenige weken
de zomer komt; de zon staat hooger
de aarde siert zich als een blijde bruid.
Het groeit en bloeit op bergen en in
dalen, vroolijke zangen ruischen hem tegen
uit de takken der boomen, liefelijke geuren
stijgen op van bloem en heester. En is
het niet de Hoop die den arme in zijn hut,
den verlatene, de weduwe en de wees, ja
den gevangene in zijn cel steunt en sterkt.
Het lot is machtig. Met geweld schudt
het soms ons leven, het kan ons onze
gezondheid, goed, huis, eer, vrouw en
kroost ontriemen, maar de Hoop in ons,
tart het machtige lot. Ziet, als de stormen
de boomen als riet schudden en hunne
bladeren afrukken, dan vermengen zij hunne
vruchtbare deelen met de aarde en strekken
den boomstam, waarvan zij eens het sieraad
uitmaakten, tot voedsel.
Zoo is het ook met den mensch als de
levensstormen over onze hoofden varen,
dan wordt menig gebouw onzer Hoop
omvergeworpen. Maar op die puinhoopen
worden door den mensch steeds weder
nieuwe gebouwen opgericht.
De kracht der Hoop, wordt door tal
van teleurstellingen niet verlamd, neen,
zelfs put de Hoop uit elke vernietigde
verwachting nieuw leven, gelijk de boom
zich voedt met zijn verdorde, afgerukte
bladeren. Met Hoop ijlt de jongeling zijn
toekomst tegen, en evenzoo doet het jonge
meisje het de hare. Met Hoop rust het
oog der gelukkige Moeder op de haar
pas geschonken lieveling. Met Hoop strijdt
de man om het bestaan. Met Hoop staart
de grijsaard naar het onbekende morgen.
Met Hoop op blijdschap en vreugde bij
zijn ouders, doet het kind op school zijn
best. Met Hoop op de goedkeuring zijner
meester spant de leerling op school en
werkplaats zich in. En terugdenkende aan
de laatste dagen is het de Hoop op voor
uitgang en overwinning, die de verschillende
partijen het enthousiasme schonk, waarmede
ieder voor de hem dierbare beginselen
werkte en streed.
En zoo is het ook de Hoop, die ons
voedt en sterk maakt, dat het goede
in ieder mensch de zege zal behalen over
het lagere.
Het is tenslotte de Hoop op een welslagen,
die ons aanspoort met kracht en energie
te blijven werken aan den groei en den
bloei van ons blad, in het volle vertrouwen,
daarmede een goed werk te doen.
Zalige Hoop dan, die zoowel door het
doen vergeten van het verdriet en de
ellende des oogenbliks, als door het voor
spiegelen van toekomstige geneugten,
zooveel bijdraagt tot leniging en troost
in alle wederwaardigheden des levens. Zalige
Hoop dan, die ons ook dan niet begeeft, als
alle overige genoegens van het leven hunne
grenzen vinden.
gelijk maakt met zijn keurigen opslag.
Hij ziet zelfs kans, een geheele serie naar
't perk te drijven, die moeilijk is te ver
werken, maar ook zijn taktiek is bewonde-
renswaardig, op 6 gelijk b.v. weet hij met
opgeslagen bal Dijkstra te ver-
P/2 ®P®1 gelijk te maken,
aan den opslag even-
uitstekend, terwjjl het perkspel van
Staalstra en Dijkstra uiterst goed is. Door
een kwaadslag van Ids krijgt no. 9 twee
spel, en vrij spoedig haalt daarna Knol
met een snellen opslagbal 2% spel, een
mooien voorsprong dus. De stand is reeds
weer 6 gelijk, Ids neemt met een boven
slag dit halve spel en als Dijkstra ten
slotte op 6 om 2 kwaad slaat, is de stand
2t/2 spel gelijk. Het begint er echter be
denkelijk uit te zien voor no. 11, als een
goed opgesiagen bal van Knol 6 punten
aau no. 9 oplevert. Jouwsma is in die
mate onder den indruk, dat hij den bal,
inplaats op behoorlijke wijze toe te gooien,
ver buiten het terrein wegwerpt, waardoor
een nieuwe bal noodig zou zijn geworden,
indien niet de scheidsrechter, de heer
Hilarides, hem daarvoor zoodanig straft,
dat zijn partuur het veld kan verlaten, en
de partij als verloren is te beschouwen.
Deze harde maatregel wordt overal als een
goede beslissing aangemerkt.
Het drietal bestaat alzoo uit 45 en 9.
Een flink aantal bezoekers zijn op dit
oogenblik op het terrein.
Eenige leden van de familie van Welderen
baron Rengers zijn aanwezig, terwijl tevens
de Commissaris der Koningin met belang
stelling den strijd volgt.
De partij 4 5 neemt van het begin af
een weinig spannend karakter aan. Roukema
is meermalen onzeker aan den opslag, daar
entegen is Vlietstra zeer goed, en brengt
al zijn ballen zeer hoog achter in 't perk,
wat hem slechts zelden mislukt. Deze hooge
ballen worden niet steeds even goed ver
werkt. Op die wijze haalt hij het eerste
halve spel, het tweede komt eveneens aan
no. 5, daar Helfrich laat zitten. Het 3de
verspeelt Ids (W.) door een keer of drie
buiten te slaan, het vierde halen Boschma
en Roukema (H.) door ieder een kaats
voorbij te slaan.
Dan is aan no. 4 een succesje wegge-
iegd, waartoe meewerkt een buitenslag van
Vlietstra. Dit brengt aan no. 4 een spel.
Even later echter is 5 gevorderd tot &x/2
spel door een terugslag van Ids (H.) Ook
aau 't slot van de partij heeft Roukema (W.)
malen pech, een buitenslag op
en 6 gelijk brengt het einde,
sloeg 10 maal buiten in deze
Bolswardsche Couran
1
I