der Gemeente Bolsward Officieel Orgaan N.Y. R. G. VAN SLOOTEN's Suikerwerkfabriek, Harlingen. HL 1 I VS Pepermuntis altijd geneeskrachtig BLIJFT altijd de allerbeste I I e-- Woensdag 6 September 1922 No. 44 61ste Jaargang Officiëele Advertentiën. FLORALIA. OUD-BOLSWARD. Brieven en stukken voor de Redactie en Administratie, opgaven van advertentiën enz., te zenden aan het Bureau van Uitgave: Firma B. CUPERUS Az. te Bolsward - Telefoon No. 4 DIENSTPLICHT. WAS altijd al medicinaal DIENSTPLICHT. s Verschijnt Woensdags en Zaterdags Abonnementsprijs franco per post 62’/2 cent per 3 maanden zij haar helder licht OBSERVATOR. ZWALUWE N-AFSCHEID. gerooid I l J Engros bij den Fabrikant: I .1 i. Opleiding tot ziekenverpleger of tot ziekendrager. van het volgend hun wensch nu ook alle onderwijs. Nederland is een Ood van en gerechtigheid verhoogd Advertentieprijs: 10 cent per regel. Bij contracten aanmerkelijke korting. Dienstaanbiedingen, Koop- en Verkoopadvertentiën, Personeelaanvragen, enz., enz., van 15 regels 50 cent. Iedere regel meer gewoon tarief. Maar, ais ge onze weêrkomst misschien niet [beleeft, Zij u iets gegeven, als God nu óns geeft: Een verhuizing met vreugd, ’t Hart door hope verheugd, Van ’t land, waar zooveel nog u hinderen kon, Naar ,,’t land van belofte”, vol zang en vol zon Gij mehschen! verkondigt: „Maria’s geboort,*) Dan trekken de zwermen der zwaluwen voort.” Nu, jawel, ongeveer, Maar ’t hangt af van het weêr: Zoolang dat nog mooi is, niet guur en niet nat, Dan zeggen wij: makkers! we blijven nog wat. Maar komt er een herfstlucht, die koud is en kil, Dan draait mèt dien omkeer van zelf onze wil; En, op eens kant en klaar, Reist dan heel onze schaar, Verblijd, dat de Schepper ons vleugelen gaf, Van ’t oord in het noorden naar’t zuiderlandaf. Geen twijfel weerhoudt ons, wij vinden gewis Ginds verre de landstreek, die zomerland is, Waar de zon vriend’lijk gloeit En de oranjeboom bloeit: Dat heeft als gelofte God in ons gelegd, Wij weten ’t, als had Hij ’tons hoorbaar gezegd. Wij hebben geen vrachtgoed, die bron van [verdriet, De barste douanen belemm’ren ons niet; En wij vrèezen geen nood, Want geen mensch schiet ons dood. Zoo trekken wij samen op reis, blij te moê, En roepen u vroolijk: „Tot wederziens!” toe. 8 September. 1 kelen, hoe zou zij haar eigen kroost ver- waarloozen en van den vriendelijken zonne schijn harer liefde doen verstoken blij venHoe zich niet beijveren, lust en kracht tot het goede op te wekken in de jonge harten, die zoo vaak verkillen en versterven onder den ijskouden adem van ruwheid, onkunde en ongebondenheidEn waar de kinderen van jongsaf geleerd hebben, de bloemen lief te hebben en zich te vermeien in haar kleurenpracht en haren bonten bladeren- j I Advertentiën voor dit blad worden gratis geplaatst in „Wonseradeel”, Makkumer Courant en „Hennaarderadeel”, welke bladen door geheel Wonseradeel en Hennaarderadeel geregeld huis aan huis worden bezorgd. Opening der School voor Christelijk onderwijs. Zij, die voor de lichting jaar zijn ingeschreven en omtrent de inlijving in geval van bestem ming tot gewoon dienstplichtige niet reeds bij de keuring en ook niet rechtstreeks aan den Districtscommandant hebben opge geven of wel een bijzondere reden hebben, waarom hun wensch veranderd is, kunnen vóór 5 October a.s. kun verlangen ter gemeentesecretarie opgeven. Er kan evenwel geen zekerheid worden gegeven, dat met hun verlangen rekening kan worden gehouden. De Burgemeester van Bolsward. Bolsward, 1 September 1922. VIL In het najaar van 1864 werd besloten tot de wegruiming der Sneekerpoort. Daar mede werd tevens overgegaan tot demping van een drietal binnenhaventjes op dien hoek der stad. Veel vroeger is al gedempt een haven, die van den hoek Broere- en Kampenhaven bij de poort in de gracht uitmondde; nu werd verklaard dat de drie kanaaltjes, die eigenlijk niet meer dan af voerkanalen, dus waterlossingen of open riolen waren, ondienstig werden geacht en dus verwijderd moesten worden. Het waren: a. de haven uit de Kampen in ’t Oosten oploopende tot den Stadswal, dus achter de huizen aan den noordkant van het breede plein, van de Stoompost tot de Sneeker poort b. de Boterhaven, loopende westwaarts van de Kampen naar de Kerkstraat; c. de haven, gaande uit de Broerehaven zuidwestwaarts naar de Kerkstraat en langs het Klein-Hengstepad. Van die haventjes is thans niets meer te zien, de vrijkomende grond is bij de naastliggende erven en tuinen gevoegd. De eerstbedoelde haven liep langs een potten bakkerij aan de Groote Kampen, en kwam nabij het zoogenaamde «.Zomerhuis” voor korte jaren ook verdwenen nabij den Stadswal. De Boterhaven leeft nog in de herinnering voort door den naam Boter- straat, later gegeven aan een daar gebouwde huizenrij. De derde der te dempen haventjes liep van de Broerehaven naar de Nergens- buurt, het terrein achter het tegenwoordige lucht tot krachtige planten te doen ontwik- postkantoor. Op den hoek der tegenwoordige voor voor de ziekendragers 5V2 De ziekenverplegers zijn halingsoefeningen. De Burgemeester van Bolsward. Bolsward, 1 September 1922. Wenschen omtrent inlijving. Ingeschrevenen voor de lichting 1923, die niet in het bezit zijn van het bewijs van voorgeoefendheid, kunnen, als zij in geval van bestemming tot gewoon dienst plichtige in aanmerking wenschen te komen voor opleiding tot ziekenverpleger of tot ziekendrager, en dezen wensch niet reeds bij de keuring en ook niet rechtstreeks aan den Districtscommandant hebben te kennen gegeven, zich daarvoor alsnog vóór 5 October a.s. opgeven bij den Burgemeester der gemeente, voor welke zij hebben geloot. Opleiding tat ziekenverpleger. Hiervoor kunnen in aanmerking komen zij, die een krachtig lichaamsgestel hebben, voldoende bedreven zijn in lezen en schrijven, kennis bezitten van de hoofdregels van het rekenen met geheele en gebroken getallen en de toepassing daarvan en tevens voldoende bekend zijn met bet metrieke stelsel van maten en gewichten. De voorkeur genieten zij, die reeds als burger voor ziekenverpleger in opleiding zijn; voorts apothekersassistenten en zy, die uitgebreid lager onderwijs en tevens onderwijs in de genees- of heelkunde hebben genoten of genieten. Opleiding tot ziekendrager. Hiervoor kunnen in aanmerking komen zij, die een krachtig lichaamsgestel hebben, voldoende bedreven zijn in lezen en schrijven en in de eerste beginselen van het rekenen, alsmede eenige kennis bezitten van het metrieke stelsel van maten en gewichten. De voorkeur genieten zij, die in het bezit zijn van een diploma voor eerste hulp bij ongevallen, alsmede zij, die lid zijn van een transport colonne van het Neder- landsche Roode Kruis en het bewijs van geoefendheid als zoodanig bezitten. Duur van den werkelijken dienst. De duur der eerste oefening bedraagt: de ziekenverplegers 12 maanden; maand. vry van her- tooi, daar zal men hen nooit moedwillig de handen zien slaan aan de planten van anderen of van het algemeen. Daar groeien zij niet op tot rozendieven en boom ver nielers. Daar ontzien zij het vriendelijk plantsoen of park dat vele steden, ook onze stad, tot sieraad is. Alle huisgenooten leven er voor en met elkander, en allen varen daarbij wel naar lichaam en geest. Zend boden der beschaving doen de bloemen een wegslepend schoone prediking hooren op het zolderkamertje of in de kleine woning, overal waar laten schijnen!" We zijn gewoon ons met bloemen te omringen; we brengen groen en bloemen in ons huis by elke feestviering; onze behangsels, tapijten, gordijnen, ’t vaatwerk waaruit wij drinken is met bloemen be schilderd; we dragen ze in allerlei, soms al vrij grillige vormen nagebootst, op onze kleeren, ja, allen gevoelen zich vaak genoopt, om er de graven van dierbare afgestor venen mede te gaan versieren. Schatten we daarom de werkzaamheid van „Floralia” hoog; immers 't zij wij het erkennen willen of niet, het spreekt duidelijk uit de levenswijze niet alleen van ons, maar ook van alle, zelfs onbeschaafde volken, dat het zien van bloemen eene wezenlijke behoefte ons is; eene behoefte, waaraan we mogelijk maar weinig denken, die we wellicht niet eens goed begrijpen, ja, misschien niet eens willen erkennen, maar die daarom toch niet minder bestaat. Kapelstraat lag toen een brugje over de Broerehaven, dat toen ter tijde denkelijk ook verdwenen is, als zijnde overtollig ge worden. Op 12 Oct. dan van genoemd jaar, werd aanbesteed de reeds genoemde demping, alsmede het af breken der Sneekerpoort en de afgraving van een deel van den hoogen Stadswal ter weerzijden van de poort. Onge veer 50 van de bolwerksboomen zijn daar en verkocht. In de advertentie, Op den dag der eerste steenlegging striemde de hagel het gezicht deraanwezigen, thans daalde een zacht fijn regentje neer op al de genoodigden, die zich naar de keurige nieuwe school spoedden. Gelukkig vonden we nu een goed droog plaatsje in de ruime gang die als Aula dienst deed. Eenige palmen gaven het geheel een feestelijk aanzien, de feestende vereeniging voor Christelijk volksonderwijs had eer van haar streven, een ieder roemde het keurige gebouw en idem inrichting. Zwaar verschanst achter het orgel had ik de eer de openingsrede van den beer v. d. Ploeg aan te mogen hooren. Eerst werd gezongen Ps. 103, vers 1, waarna werd gelezen Ps. 126. Na het gebed heette Spreker de vrij talrijke menigte belangstellenden hartelijk welkom namens het bestuur van de vereeniging voor Christelijk volksonderwijs. Daarna herdacht hij den zwaren strijd die ze gevoerd hadden, vijftig jaar lang, om hun ideaal te verwezenlijken en bracht hulde aan hen, die helaas niet meer de zege hadden mogen mee maken. Nooit hadden ze kunnen denken ooit zoo’n schoone inrichting van onderwijs te zullen verkrijgen, doch de strijd was hevig en bitter geweest en had veel liefde en vele offers gevraagd. Voor de buitenwereld bad bun krachts ontplooiing een wonderlijk iets, maar dat ze het hadden kunnen volbrengen lag aan de eigenaardigheid, dat als men de mensch iets onthoudt, hij er des te meer op aan dringt om het te verkrijgen. En hun was immers alles onthouden, het hoogste. In de wet staat ongeveerhet onderwijs is een voorwerp van voortdurende zorg der regeering. Maar dan De God van gerechtigheid een volk. Verder wees de Spreker er op dat de geschiedenis van de laatste jaren voldoende de mislukking van de verstandelijke ont wikkeling zonder meer bad aangetoond. De volkerenkrijg met al zijn vreeselijke gebeurtenissen en gevolgen was er het resultaat van. Zulk een ontwikkeling verheft de mensch niet boven de natuurwet van wederzijdsche vernietiging, zooals by de dieren, maar er moet geleefd worden ’uit hooger kracht. fDe vreeze des Heeren is het beginsel der wysheid” staat op den eersten steen. Zoo de gracht gebaggerd werd, is het verdwenen en werd daar een houten walbeschoeiing gemaakt. Buiten iedere poort had men vroeger een door water omringde ruimte, rondeel genoemd. Men kwam eerst over een ophaal brug op het rondeel, en daarna door de poort in de stad. Die buitenbrng lag altoos iets zijwaarts van de poort, en die aanleg behoorde tot de vestingbouwkunde. Wan neer er een vijand naderde, werden beide bruggen opgehaald en de poortdeur gesloten. Werd er een onderhandeling met een krijgs overste aangeknoopt, dan kon hij, bij de buitenbrng staande, niet ih de stad zien, welke versterkingen men achter de poorten verborg, en lag zulk een brug in rechte richting, de vijand zou, bij ’t even open gaan der poort, kunnen ontwaren of de gewapenden binnen talrijk waren of niet. Men weet het, het krijgvoeren ging in oude tijden heel wat anders dan helaas nu nog wel. Men wierp toen geen brand bommen in een belegerde vesting, had geen vliegtuigen ter spionneering. Waar thans alles vernield en platgeschoten wordt, kon men zich toen tamelijk veilig rekenen achter booge wallen en dikke muren, 's Nachts werden dan ook ter beveiliging der stad, de poorten gesloten, ’t Klokje van 10 ure des avonds is nog overgebleven als een herinnering. Na ’t poortluiden werd de toegang afgesloten, en wie zich verlaat had, kon, als hij als goed inwoner bekend stond, tegen vergoeding van enkele pen ningen nog binnengelaten worden, maar onbekenden mochten buiten Qlijven. Andere tijden, andere zeden. Men zet nu liefst de steden naar alle kanten open voor een vry verkeer. Over de Sneekerpoort nog een bijzonder heid. Dat zware oude gebouw had in den gevel twee bustes, en bij den afbraak schijnen ze achteloos weggedaan te zijn, misschien wel, dat men er geen bijzondere beteekenis van wist, en vrij zeker zullen ze door den tand des tijds vrij wat ge havend zijn. De zuidzijde van het rondeel werd aangevraagd door J. J. Knorr. Die wenschte dat terrein in grondpacht om er een royale herberg met doorreed en stalling te bouwen. Het verkeer naar den kant van Sneek was zeer toegenomen, sedert in 1844 de Mac-ademweg er gekomen was. (Die weg is aanbesteed 9 Oct. 1843). De raad heeft in den afstand voor dat doel toegestemd en toen verrees daar het gebouw, thans nog café Witteveen. De andere kant van den weg werd met eenige boompjes beplant, maar toen Bolsward aan de tramlijn kwam, werd die overgebleven hoek van ’t ronddeel geschikt bevonden voor de plaatsing van het tramstation. Toen dat station gebouwd werd, op de plaats waar nu de groote rijtuig- remise is, vond men bij het graven der fundamenten de oude beelden uit de poort. Ze waren in 1864 dus in den grond gestopt en omdat ze nogal gehavend waren, zijn ze vermoedelijk toen op nieuw begiaven. Maar wat waren dat nu voor beelden zal de belangstellende lezer vragen? In een oud geschrift staat vermeld, dat Keizer Karel V als een bewijs van goede gezind heid jegens de oude Hanzestad Boölsweerd, haar het recht verleende, de keizerskroon boven het stadswapen te plaatsen. Als een blijk van booge vereering met dit voor recht werd toen des Keizers beeltenis en die zijner Gemalin in een der stadspoorten aangebracht. De kroon boven het stads wapen bleef, naar de beeltenissen?... Sic transit gloria mundisl Gegroet, De naam fFloralia” heeft sinds vele jaren een goeden klank in dan lande.” En geen wonder: immers de vereenigingen, die den naam fFloralia” in hare banier schrijven, beoogen den minbedeelde op weinig kostbare wijze verheffend huiselijk genot te verschaffen, door den lust tot het kweeken van bloemen bij hem op te wekken. En inderdaad, dit is goed gezien en dit streven verdient aller sympathie. Het kweeken van bloemen, op zich zelf zoo aangenaam, is ongetwijfeld een uitstekend middel, om het schoonheidsgevoel te ont wikkelen en orde en netheid te bevorderen. Waar Flora’s kinderen huisgenooten zijn, kan op den duur geen onreinheid en wan orde heerschen, en moet al wat ruw, schril en wanstaltig is, verdwijnen. Haar kleuren pracht en het grauw van verwaarloosde meubelen kunnen elkander niet verdragen. Waar de vensterbank of de tafel zich tooien met het beste, wat men in dit opzicht kan machtig worden, vervangt iets schoons en liefelijks, iets geurigs en kleurigs den bonten, wansmakelijken opschik van vroeger, leert men licht en lucht, de levens voorwaarden der bloem, ook als levens behoeften van den mensch erkennen en wordt het woonvertrek gezellig en aan trekkelijk gemaakt en de huiselijkheid bevorderd. Er is meer. Met den geur en de kleur der bloemen ontkiemt allengs in het hart der verplegers de liefde voor hetgeen schoon en goed en beminnelijk is, en worden edele en reine gezindheden opgewekt en de zeden verzacht. Maar door haar vriende lijken glimlach gevoelen zich ook zieken en ouden van dagen getroost en verkwikt. Het vaak sombere levenspad wordt verhelderd en de nevelen trekken op, die de beslom meringen dezer aarde verspreiden, wanneer men leert woekeren met de zonnestralen, die vroeger onopgemerkt bleven, maar zorg vuldig opgevangen op de bloempjes, die het oog openen voor de zonnestralen op den levensweg. Dit zijn geen ydele bespiegelingen, geen droomen van een idealist! De ervaring heeft ze gestempeld tot onloochenbare feiten. Bezoek maar eens de achterbuurten onzer steden. Daar, waar een rij frissche en goed onderhouden planten achter de vensterruiten prijkt, zien deze er gewoonlijk helder en zindelijk uit en zijn ze bedekt door een heldere gordijn, waarin geen scheurtje zich vertoont. En als gij door de blaadjes heen in het vertrek gluurt, zult ge daar meestal alles even rein en zindelijk vinden. Kalmte en tevredenheid spiegelen zich op het gelaat van den huis vader af. Verzoend met zijn nederige woning, ook al moet hij daar veel missen, van wat alleen meer welvaart dan die zijn deel is, verschaffen kan, heeft zij toch voor hem een aantrekkingskracht, die hem er duurzaam aan verbindt. Zijn dagen en uren van rust brengt hij dan ook niet door in duffe kroeg, onder verpestenden tabakswalm en ontzenuwende jeneverlucht, maar ziet onder genoegelijken kout en aangename bezigheid den tijd omvliegen, of gaat met vrouw en kroostin Gods heerlijke schepping den geur van bloemen en gewassen inademen. Zijn wakkere huisvrouw kwijt zich stil van hare plichten. Zij, die liefde voor bloemen heeft en ze trouw verzorgt, kan niet anders dan een goede moeder zijn. Wie de zonnigste plekjes voor de kinderen der natuur weet op te sporen en uit te kiezen om de teere stekjes door licht en waarbij die boomen te koop werden aan geboden, werd vermeld, dat ze ruim 50 jaren oud waren; daaruit valt af te leiden, dat de nog aanwezige boomen van ’t over gebleven ^Hoogbolwerk” thans ruim 110 jaar oud zijn. In den winter van 1864/65 verdween dan het oude muurwerk, waarachter zich de stad vroegere eeuwen verschanste. De poort had een zwaar en massief uiterlijk, niet veel overeenkomst vertoonende met het geïmproviseerde boogje, waar in de feestweek Stadhouder van Bronckhorst werd ingehaald. In den grond zitten de oude hechte fundamenten nog. Aan den noord kant der tegenwoordige brug zijn ze met een dun laagje aarde bedekt. Bij 't leggen van gasbuizen, electrische draad of riool buizen heeft men bij de Sneekerbrug nog te kampen met de #oude Friezen”, metsel- steenen van 't formaat als waarvan de gevel der Broerekerk ze nog vertoont. De vroegere poortdeuren waren reeds lang verdwenen, maar nu moest de steenen poort vallen, waarboven een woning voor den poortwachter was aaugebracht, welke woning naar den buiten- en binnenkant een trapgevel had, terwijl nog een derde trapgevel aan den zuidkant was aangebracht, want men moest vroeger uitzicht hebben over het veld, en de ^oude dijk” naar Sneek maakte een bocht naar 't zuiden. Naast de poort aan den buitenkant der gracht, dus op het zoogenaamde rondeel, was een bevloerde helling die tot in de gracht liep. Het werd het paardewad ge noemd, en was in de tyden, toen men overal kleiwegen had, wel noodig. Gelijk in onze dagen auto-garages en fietsrekken een behoefte zijn, diende men toen gelegenheid te hebben, zich te reinigen eer men de stad netjes kon binnengaan. Vermoedelijk zijn die paardenwadden oud tijds ook bij de andere poorten geweest, maar dat bij de Sneekerpoort bleef in 1864 nog in wezen, doch eenige jaren later, toen Bolswardsche Courant

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1922 | | pagina 1