Officiéél Orgaan der Gemeente Bolsward V S Pepermunt I I St. Nicolaasétalage voor wederverkoopers van CHOCOLADELETTERS, BORSTPLAAT, FIGUREN enz. enz., in mime sorteering, is gereed. TROMP - SNEEK „De Volkszaak” is voor elk het geschiktste adres voor aankoop van H. DEJONG, Sneek No. 66 Woensdag 22 November 1922 61ste Jaargang OÜD-BOLSWARD. I '4 I 3 to a B I a Brieven en stukken voor de Redactie en Administratie, opgaven van advertentiën enz., te zenden aan het Bureau van Uitgave: Firma B. CUPERUS Az. te Bolsward - Telefoon No. 4 Elise van Calcar-Schiotling. Herema-State in eere hersteld. STADSNIEUWS. I OBSERVATOR. Advertentieprijs: 10 cent per regel. Bij contracten aanmerkelijke korting. Dienstaanbiedingen, Koop- en Verkoopadvertentiën, Personeelaanvragen, enz., enz., van 15 regels 50 cent. Iedere regel meer gewoon tarief. V H a I I to I B a Uitsluitend PRIMA kwaliteiten. By KRAM Pof KOU v"'.l kunt U baat vinden o?7~y\ j Engros bij R. G. VAN SLOOTEN, Harlingen en de be kende grossiers. Een van haar meeat bekende werken z in de 28 deelen van het door haar sinds 1877 geredigeerde maandwerk „Op de gren zen van twee werelden”. Wat zij in die 28 deelen heeft nagelaten ia een geeatelijk kapitaal van niet te schatten waarde. In haar 79atejaar werd zij smartelijk ge troffen door een beroerte, die haar rechter hand, „haar kostelijk schrijfhandje” schreef de heer Van Calcar my, verlamde. Ik zie haar nog liggen in het ledikant dat men in haar werkkamer had geplaatst, het vrien delijk oud gezichtje pijnlijk vertrokken, het verlamde handje slap 'op haar bed, maar haar oog levendig en peinzend. Tot onze verbazing herstelde zij weer, hoewel niet geheel. Op 6 Mei 1903 beleefde zij nog haar gouden huwelijksfeest, maar het ging langzaam achteruit. Maanden van lijden bra ken aan tot dat eigenlijk op 13 Juli 1904 deze heerlijke geest overging tot het hooger leven, waarvan zij hier met zooveel vreugde den afglans had aanschouwd. Wat Nederland aan deze vrouw verschul digd is zal eerst een hooger staand geslacht ten volle waardeeren. Gezegend een volk dat zulke vrouwen voortbrengt. De vruchten van haar arbeid zijn onvergankelijk. Bij de firma Tjeenk Willink Zn. uit gevers te Haarlem is van de hand des heeren Sikemeier een prachtwerk verschenen, de biografie van Elise van Calcar met een massa platen, handschriften, brieven enz. Een kos telijk werk, dat de eminente vrouw ten voeten uit teekent en welkom zal zyn aan Elise’i vele vrienden en vereerders. Advertentiën voor dit blad worden gratis geplaatst in „Wonseradeel”, Makkumer Courant en „Hennaarderadeel”, welke bladen door geheel Wonseradeel en Hennaarderadeel geregeld huis aan huis worden bezorgd. GOUD- EN ZILVERWERKEN, HORLOGES, KLOKKEN, WEKKERS ENZ. Men zie maar eens onze prijzen in de Etalages, steeds de nieuwste artikelen. WIJ CONCURREEREN. Beleefd aanbevelend, Kruizebroederstraat 79. Verschijnt Woensdags en Zaterdags Abonnementsprijs franco per post 62’/2 cent per 3 maanden Maar ik was spoedig op mijn gemak en keerde de rollen om, observeerde dat kleine vriendelijke gezicht met de twee heldere, verschillend gekleurde oogen en verbaasde mij niet weinig over zooveel geest, bij zoo weinig vleesch, over zoo groote, machtige gedachten, in zoo gering en teer lichaam, over zooveel jeugdige frischheid en levensmoed bij zoo hoogen ouderdom, over zoo heerlijke idealen en hoopvolle verzekerdheid, bij het snel dalen van den levensavond. Moeder natuur bewees in haar de bekende waarheid dat zij veel geest gewoonlijk aan weinig stof verbindt. Was dat kleine en teere handje het machtig werktuig waarmee bijna 90 belangrijke werken waren geschreven en een groot aantal brochures en een onnoe melijk aantal losse artikelenIk boog mij voor den superieuren geest die in dit teeder lichaam huisde en ik dacht aan zoovele mannen die ik kende, die, hoewel zy een akademische loopbaan achter zich hadden, in hun geheele leven niet zooveel hadden gewerkt als deze vrouw in 20 jaren en die te trots en te bekrompen van geest waren om haar verdiensten te erkennen. Mevrouw van Calcar had door haar talenten en door haar arbeid een schitte rende staat van dienst verworven, maar ze was er niet door Vrouwe Fortuna zoo maar ingeplaatst, zij was geen kind van weelde, want haar ouders waren bestendig in welvaart achteruitgegaan. Het huis No. 7 in de Lange Leidschedwarsstraat, waar zy een klein zolderkamertje van een paar ellen groot tot schryfcel inrichtte en in 1849 baar „Hermine” schreef, was daar een welsprekend bewys voor. Maar de Genius van het lot gaat zeer dikwijls de paleizen der grooten voorbij en strooit haar gouden geestesgaven in het wiegje in de woningen der geringen en eenvoudigen. Elise van Calcar erfde van haar wijzen en edelen Vader haar dorst naar kennis, Het nieuwe Schoolgebouw. Aan het Laag Bolwerk is verrezen een gebouw, bestemd voor het onderwys aan de Katholieke kinderen dezer stad. Het maakt zulk een deftigen indruk, dat men ’t haast jammer moet vinden, dat het wat achteraf staat, echter die rustige omgeving is voor een school zulk een groot voorrecht, dat men toch ook weer moet bekennen, dat het daar goed geplaatst is. Een beschrijving in détails te geven zou te veel plaatsruimte vorderen in ons Blad, daarom moeten we ons bepalen tot een globale beschouwing. Het forsche en grootsche gebouw maakt, bij soberheid van lijn, toch een zeer smaak- vollen indruk. Er heerschf hier een toon, die spreekt, een harmonie van kleuren, een verdeeling der vlakken die bewondering wekt, het vormt aan alle kanten bekeken een geheel, dat het oog aangenaam aandoet, terwijl overal de soliditeit en de practische inrichting uitblinkt. Toen dit schoolbestuur in 1880 met den bouw der school aan de Heeremastraat meende, dat hierdoor voor langen tijd aan de behoefte des tijds voldaan zou zijn, heeft het een misrekening gemaakt. Wel bood het gebouw in ’t eerst overvloedige ruimte, doch weldra bleek het niet aan de eischen te beantwoorden. De drie lokalen moesten al spoedig tot vier vervormd worden, welnu, dat kon, daar was reeds op gerekend, echter de onderwijswet van 1878 stelde eischen voor lichtschepping, ventilatie, gan gen en entrée, waaraan dit gebouw niet voldeed, ’t Was evenwel nog in gebruik genomen vóór die wet in werking trad, en daardoor ging het zoo voort. Daar het getal leerlingen allengs vermeerderde, werd in 1897 er een vijfde lokaal by aangebouwd, maar al spoedig kwam men al weer ruimte te kort. In 1910 werd besloten voor de meisjes een afzonderlijke school te bouwen, en gehad; 35 gesturven, 2 koeien, 1 rier en 4 hokkelingen overgehouden. 5 April. Burgemeester Pieter Algra heeft 15 beesten gehad, alle gesturven. 18 April. Dezelfde heeft 13 beesten aangekocht, allen gesturven. 16 Mei. Dezelfde, de 5 aangekogte ossen allen gesturven. 24 April. Anne Jeltes weduwe heeft 32 beesten gehad, 28 gesturven en 3 koeien en 1 hokkeling overgehouden. En zoo kan de lijst veel langer gemaakt worden. Jarenlang bleef toen de ziekte heerschen, zonder dat men wist hoe de ziekte te bestrijden. Ook heeft later de longziekte den vee stapel vreeselijk gedund. Gelukkig kan ik dit onderwerp voor heden besluiten met de vermelding, dat de epidemie van 1865 niet onze provincie heeft bereikt. Ik weet niet beter te doen, dan bij deze misères, nu nog te voegen, het vieren van een gedenkdag, n.l. de 50-jarige herinnering aan den veldslag bij Waterloo. Over geheel ons land is die 18e Juni met geestdrift gevierd, maar als ik de bescheiden napluis, dan blijkt mij toch, dat meu in Bolsward zich al bijzonder heeft ingespannen. Alles vertellen, wat ik er over heb gevonden gaat mijn bestek te buiten, een greep slechts mag ik doen. Was twee jaren tevoren in November het 50-jarig jubileum onzer onafhankelijk heid luisterrijk gevierd zooals ik reeds vroeger meldde deze feestviering zette de kroon op het werk, gelijk de overwinning bij Waterloo ook de bevestiging werd der onafhankelijkheid en der rust van Europa. Reeds enkele dagen voor den eigenlijken feestdag zag men de ingezetenen ijverig in de weer om de straten en huizen te versieren. De rederijkerskamer „Gysbert Japiks” gaf des Vrijdags vooraf een voor stelling in „de Doele”. De oudstrijders van Waterloo waren hierbij uitgenoodigd en zaten op de le rang, waar ze gul ont haald werden. Den volgenden dag was het Koninginne- verjaardag, en de vlaggen op torens en gebouwen brachten reeds een feeststemming. De heeren van de Brandweer hadden een feestelijke bijeenkomst in de „Drie Kronen”. Voor hun café gingen des avonds de vuur pijlen de lucht in en werd zoo druk Ben- gaalsch vuur afgestoken, dat de jeugd begon te zingen: „Wat is er nu toch aan de band? De Brandweer lijkt nu zelf de brand, Ter eere van ons Vaderland!” Telkens en beurtelings stond de saam- gestroomde menigte op Bagynestraat, Kerk hof en Katterug in rood, wit en blauw licht. Dat was nog maar een voorproefje van den feestdag. Op den bepaalden dag was alles in feestdos gestoken. Eerebogen hadden op meerdere plaatsen, maar in de Kerkstraat, de Flipsteeg en in ’t Leeg hadden de gezamenlijke bewoners zich bijzonder inge spannen. Te 12 ure werd de parade der d.d. Schutterij gehouden, opgeluisterd door Harmoniemuziek, onder leiding van den stadsmuziekmeester Egbers. Vervolgens optocht der kinderen van de Bewaarschool, daarna van de Weeskinderen en des namid dags van de leerlingen van Burger-, Tus- schen- en Armenschool. Vreugdevol klonken de kinderliederen, vroolijk zwaaiden ze met Oranjevlaggetjes. Te halfzeven werden bij de St. Janspoort eenige luchtballonnetjes opgelaten en te 10 ure „schitterend vuur werk” voor het Stadhuis. Zeer fraai was het Raadhuis geïllumineerd, maar ook vele van de rijk met groen en vlaggen versierde woningen, hadden des avonds een schitte rende verlichting. Ty'dens het vuurwerk waren, behalve het Gemeentebestuur, vele genoodigden op de raadszaal aanwezig, o.a. de collegiën onzer stichtingen, Officieren der Schutterij, de Stedelijke- en Landsambtenaren, de Bedienaren van den Godsdienst, de Onder wijzers en de eereplaats hadden: de Oud strijders. Deze werden door den Burgemeester, ver volgens door De. M. E. van der Meulen, en pastoor Heuveldop toegesproken. Den geheelen avond en tot laat in den nacht was er overal op straat druk vertier en feestgejoel, en zoo wordt het bericht geëindigd: Men heeft geen enkele wanklank vernomen. Gegroet: haar zin voor scherp onderscheiden en logica; van haar moeder erfde zij haar neiging tot mystiek. Deze gelukkige com binatie maakte haar bizonder geschikt voor het groote werk dat haar wachtte. Want lang vóór het werk ons duidelijk wordt en de weg zich begint af te teekenen, heeft de hemel zyn plannen met ons vast gesteld en de levenstaak bepaald. Alles werkt dan mee om dit doel te bereiken. Zoo wordt Elise van Calcar door haar werk en strijd evengoed als door haar aanleg en ontwikkeling, heen gevoerd naar haar groote bestemming een priesteres te worden van de nieuwe bedeeling. Haar paedagogisch werk was door den- zelfden geest bezield. Domkoppen hebben haar verweten, dat zij de menschelijke natuur veel te hoog aansloeg, maar zij antwoordde dat men die nooit had trachten te begrijpen en dat men moet beginnen met aan de ontwikkeling van het jonge kind te gemoet te komen door gepaste middelen en die niet te onderdrukken. De Fröbelschool, die invoering van de fröbelmethoden, was voor het grootste deel haér werk. Wat heeft zij in die dagen niet aan het licht gebracht en opgeruimd toen minister Thorbecke haar benoemde tot inspectrice van het bewaarschoolwezen. De prachtige staat, die zij van haar bevin dingen opmaakte om aan den minister voor te leggen is een model van arbeid en bruikbaarheid en een voorbeeld van wijs en practische werken, zij teekent geheel haar voortreffelijken geest. Men vindt baar op pag. 396 van haar biografie van den Heer Sikemeier. Het is een lust om die staat eens zorgvuldig na te gaan. Van haar romantiek werk moet in dit opstel gezwegen worden, hoewel dit jaren lang haar geest bezighield en haar ook op dit gebied welverdiende lauweren deed oogsten. Ik herinner slechts aan haar „Star in den nacht” en de „Eedgenooten”. In de <7. Crt. lezen wij Wij ontvingen van absoluut vertrouw bare en bevoegde zijde het voor Joure zeer zeker verblijdende en zeer belangrijke bericht dat Herema-State is aangekocht door onzen burgemeester, den H.W.G. heer Jhr. P. B. J. Vegelin van Claerbergen en dat deze voornemens is dit oude on afscheidelijk eigenlijk aan onze plaats verbonden landgoed geheel in zijn vroegeren vorm te laten terugbrengen om het daarna te gaan bewonen. Dit is inderdaad een schitterende oplossing van de kwestie-Herema-State. Denk eens aan dat wat door velen reeds gevreesd werd het gebouw verdween, met bosch en al; en het terrein, geëgaliseerd, een open vlakte werd aan de N.-W.-zijde van ons dorp. Joure lag dan open en bloot voor de gure noorde- en noordwestewinden en regenvlagen. Maar dat was nog hel ergste niet; het miste z’n fraai sluitstuk aan die zijde: ons dorp was van zijn kroon beroofdde kroon, die in de sanatoriumperiode al veel van zijn glans heeft verloren, doch die nu na de voor genomen restauratie opnieuw weer zal „blinken” als voorheen. Wij brengen hiervoor openlijk en gaarne hulde aan onzen burgemeester. Herema-State blijft voor Joure bewaard en dat nog wel in den vorm als vroeger, die alle schoonheid terug zal geven wat de verbouw tot sanatorium er aan ontnomen had. En als sinds eeuwen zal het dan weer de woonplaats zijn van bet aloude geslacht Vegelin van Claerbergen, welks geschiedenis zoo nauw met die onzer gemeente is verbonden. XVII. Heb ik het in mijn vorig artikel over de weersgesteldheid van 1865 gehad, iets waarbij inzonderheid de boerenstand belang heeft, nu heb ik nog iets dat nog meer de veehouderij betreft, en wel dat er dat jaar een besmettelijke veeziekte in ons land heeft geheerscht. Uit Engeland, naar men meent, door kooplieden overgebracht, heeft de veestapel in Zuid-Holland vooral, doch ook in Utrecht en Noord-Holland enorm geleden. Misschien vraagt iemand hier: Wat be trekking heeft dit nu op Oud-Bolsward? Toch is dit wel degelijk het geval. Er is zelfs een kwestie over ontstaan tusschen de gemeenten Bolsward en Wonseradeel. Dat zat zoo: Om dfe gevreesde runderpest in de andere provinciën te keeren, althans zooveel mogelijk tegen te gaan, werd op aanschrijving der Regeering hier en overal voor eenigen tijd het houden der vee markten geschorst. Omdat daardoor de handel stilstond en zulks voor de veehouders niet slechts ongemakkelijk, maar ook hoogst schadelijk was, ontstond er een algemeene actie tegen dezen maatregel, en wijl hier in ’t noorden de ziekte niet heerschte, werd spoedig onder de noodige voorzorgs maatregelen, te Leeuwarden en Sneek weer veemarkten gehouden. Op voorstel van het raadslid, Notaris Peereboom, werd den 10 October ook hier het schorsingsbesluit opgeheven en door Ged. Staten goedgekeurd, zoodat weer runderen en schapen op de veemarkt mochten worden aangevoerd. Echter, de raad van Wonseradeel, bezorgd voor den veestapel in die gemeente, nam een verordening aan, waarbij alle uit- en invoer van vee in die gemeente verboden werd. Nu ligt Bolsward aan alle kanten nagenoeg geheel ingesloten door Wonsera deel. De toegangswegen tot onze veemarkt waren dus gesloten er kon uit onze gemeente niets uit of in. Alleen de Sneekervaart was voor veeaanvoer open, doch dat was niet het kanaal van aanvoer voor de veemarkt. Een verzoek van ons Gemeentebestuur om die bepaling op te heffen had geen gevolg, een protest evenmin en daarom werd 26 October besloten zich bij request tot den Koning te wenden, om op grond van de voor onze Gemeente gerezen be zwaren, die verordening van Wonseradeel vernietigd te krijgen. Met het onderzoek dezer aangelegenheid ging intusschen nogal eenigen tijd heen en eind November kwam de ministerieele beschikking, dat de ver ordening van Wonseradeel, genomen in het belang van den veestapel, werd goed gekeurd. Voor den veehandel, althans voor runderen, was ’t dit najaar toch al reeds te laat, bet vee was gestald; de handel in schapen beteekende toen nog lang niet dat, wat het thans is, derhalve men moest het zich getroosten, dat dit najaar voor onze weekmarkt heel schadelyk was geweest, doch het zat den Raad onzer gemeente „zeer tegen de keel” dat Wonseradeel het pleit gewonnen had. Een oprisping van dat tegen de keel zitten kwam later nog toen de pachter der veemarktgelden schade vergoeding vroeg, wyl hij door het niet houden van de veemarkt groote schade leed, ja zelfs kwam ook de pachter der gemeente- reiniging om restitutie aankloppen, want hij kreeg nu veel minder mestspecie. Hoe het verder ging behoort tot de geschiedenis van 1866 en daarop zal ik later terugkomen. Niet een veeziekte, maar de gevreesde kinderziekte, die ook hier veel slachtoffers eischte, ontstond op het einde van 1865 doch vooral in het begin van ’t volgend jaar. Dat er voor de runderpest bij de vee houders groote vrees bestond is geen wonder, als men leest hoe die ziekte soms heeft gewoed. Ik zal om dat aan te toonen, een greep doen uit een eeuw vroeger. Zoo lees ik uit de officieele bescheiden, dat in 1745 Bolsward op haar grondgebied jurisdictie heette dat destijds on geveer 800 runderen had en in de dooden- lijsten komt voor: 16 Febr. Thomas Jelles heeft in 't geheel 30 beesten gehad, daarvan zijn ge sturven 29 en 1 koe is hersteld. 1 Maart. Durk Scheltes heeft 31 beesten gehad, waarvan 28 gesturven en 3 hersteld. 4 April. Jouke Tbs heeft 42 beesten Den 19en November j.l. was het honderd jaren geleden dat Elise van Calcar geboren werd te Amsterdam op de Achtergracht, in het huis dat thans no. 12 is. De tijd ligt echter nog niet zoo heel ver achter ons, dat deze in zoo vele opzichten begaafde vrouw een der meest bekende en meest geachte figuren was in de Nederl. vrouwenwereld, voor wie bijna iedereen ongeveinsden eerbied gevoeld heeft vanwege haar voortreffelijke gaven van verstand en karakter. Want het is pas 18 jaren geleden dat zij deze wereld verliet, om reeds een jaar later gevolgd te worden door haar man, haar trouwen Herman Carel, die haar zulk een onmisbare steun bij haar werk was geweest. De heer v. B(roekhoven( schrijft in het door hem geredigeerde „Stemmen uit Hooger Wereld”: Ik herinner mij nog goed onze eerste kennismaking, na gedurige briefwisseling in de laatste jaren dat ik werkzaam was op Flakkee. Ik had mij een geheel verkeerd denkbeeld gevormd van de eminente vrouw, wier kennis en stijl ik bewonderde, wier zeldzame ervaringen op zielkundig gebied mijn vurig verlangen naar tijding uit de andere wereld tegemoet kwam, wier vroomheid en ernst haar den lichkrans der heiligen waardig maakte. Ik zie haar nog voor mij in haar huis in de Weimarstr. 82,'s-Hage ik in het licht geplaatst, zij een weinig in de schaduw, haar oog onderzoekend op mij gericht, terwijl ze mij mat en woog. Want dat deed ze. Ik begreep dat ze gewoon was de menschen met wie ze in aanraking kwam critisch te beschouwen en ik kon mij voor stellen dat iemand, die niet met oprechte bedoelingen haar naderde, onder dien blik niet op zijn gemak was. De mensch is steeds haar studie-object geweest en daaraan dankt de wereld haar heerlijke paedagogische werken. Bolswardsche Courant y

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1922 | | pagina 1