Officiéél Orgaan
Mantelcostumes
Japonnen
Mantels
der Gemeente Bolsward
II
V S Peperniiintfabriek, Harlingen
in de grootste verscheidenheid.
f'
VI i
loll
Woensdag 28 Maart 1923
No. 26
@2ste Jaargang
OUD-BOLS WARD.
gaat V S
er mee door
In Boot, in Tram,
op Fiets of Spoor
Uit de Raadszaal.
1
Brieven en stukken voor de Redactie en Administratie, opgaven van advertentiën enz., te zenden aan het Bureau van Uitgave:
Firma B. CUPERUS Az. te Bolsward - Telefoon No. 4
If
WEEK-AGENDA.
OBSERVATOR.
lets over de Ruhr en haar gebied.
Beleefd aanbevelend,
Vergadering op Dinsdag 27 Maart 1923.
noodig. Er is das groote kans, dat de
vrede reeds lang weer geteekend zal zijn,
voor dat de schutterij geschikt is voor den
oorlog.”
Hm., hna.l eerst ging mij ’t harte
gloeien, toen ik dat artikel van generaal
Knoop zag, maar nu verder - neen ’k
ga maar niet verder. Onze schutterij
de Bolswardsche schutterij die zou pas
klaar zijn als de oorlog al over was
och kom! Dat zal ik U, geachte lezers!
de volgende week anders vertellen. Nog
eens het betrekken der wachtposten op
Zondagavond 25 October 1868 geeft het
bewijs dat de schutters er al waren, vóór
dat er gevaar was. Doch er is meer ter
hunner verdediging aan te voeren.
Gegroet:
'Ji
Uit het buitenland b.v. uit Zweden. Ook
bezit deze smelterij zelf ijzermijnen zoowel
in binnen* als buitenland b.v. in België.
Om een klein beeld te geven van den
omvang dezer onderneming, diene dat deze
smelterij beschikt over een eigen spoorlijn
van 14 K.M. lengte en een eigene Rijn
haven, met groote opslagplaatsen, reusach
tige kranen, enz.
Het ^Roergebied" is eigenlijk één groote
stad. Dat merkt men het best als men
gaat van b.v. Oberhausen naar Mülheim
aan de Roer.
Wie een 50 jaar geleden ging van de
eene stad naar de andere zag uitgestrekte
heidevelden thans ziet men straat aan
straat, huis aan huis. Haast zonder dat
men het weet komt men in Mülheim, een
stad van 26.0Ó0 inwoners (in 1920, zooals
alle getallen hier genoemd). Mülheim aan
de Roer is de stad van de Rijnscheepvaart.
Een wonderlijk verschijnsel dat zich oplost
als men weet dat Matthias Stinnes een
burger van Mülheim was. In het Roerge
bied gaat alles in het groot ook Stinnes
Rijnscheepvaart. In 1908 beschikte hij b.v.
over 21 sleepbooten en 85 sleepaken van
gemiddeld 1000 ton. Nog een groot zaken
man uit Mülheims burgers dient hier te
worden genoemd. Het is August Thyssen.
In 1871 begonnen met 140 arbeiders vinden
thans ongeveer 6000 man in Thyssen’s
fabrieken werk, waar o.a. verschillende
machines worden vervaardigd. De grond
stoffen voor deze fabrieken worden geleverd
door verschillende mijnen en smelterijen
die ook aan Thyssen toebehooren. Ook op
het gebied der «ideëele cultuur” is Mülheim
bekend en wel door Gerhard Tersteegen,
den bekenden dichter van wiens liederen
er ook in het Nederlands vertaald zijn.
Zijn naam draagt nog een rusthuis
«Tarsteegensruh”.
i
vorige raadszitting de stemmen.
Thans opnieuw stemmende werd het
voorstel B. en W. verworpen met 5 tegen
8 stemmen. Vóór het voorstel B. en W.
stemden de heeren Lunter, Stockmann,
Eisma, Haima en Wesseling.
Da heeren Van der Klei en Van der Wal,
die toen ook vóórstemden waren thans er
tegen de hoop om nog een gelijke
nooduitkeering van ’t Rijk te bekomen als
vorig jaar schijnt bij hen iets verlevendigd
te zijn en de H.O. blijft dus nu nog
gesteld op f 118.000.als Ged. Staten
tenminste nu de gemeentebegrooting zoo
willen goedkeuren.
2. Voorstel Burgemeester en Wethouders
tot wijziging der verordening tot verdeeling
der gemeente in stemdistricten en tot aan
wijzing der plaatsen waar de stembureaux
zitting zullen houden.
De verdeeling der stad in 4 stemdistricten
blijft gelijk als ’t was, maar voor het stem
bureau van het 4e district wordt nu, inplaats
van ’t Wilhelminagebouw, «Ons Gebouw”
op het Hengstepad aangewezen, volgens
voorstel B. en W.
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
Advertentiën voor dit blad worden gratis geplaatst in „Wonseradeel”,
Makkumer Courant en „Hennaarderadeel”, welke bladen door geheel
Wonseradeel en Hennaarderadeel geregeld huis aan huis worden bezorgd.
XXXIV.
Dat onze schutterij op haar quivive
was blijkt m.i. al voldoende uit het be
trekken der wacht op Zondag 25 October
des jaars 1868, op het gerucht dat er
van de losgebroken boeven waarschijnlijk
twee in onze stad verscholen waren. Ik
weet wel, dat men later die geruchten
niet seriens heeft willen noemen. Men
vroeg de volgende dagen, hoe die vreemde
menschen een pad van den Hichtumerweg
langs de vroegere boerenhuizing «Keppens”
toen reeds afgebroken zouden weten,
om over dat zet naar de Marnezijl te
komen. Maar met meer ernst rees de
vraag: Wat zou die menschen bewegen
om zich in de stad te gaan verschuilen,
terwijl ze buiten veel 'veiliger waren en
ook beter hun slag konden slaan om aan
voedsel en reisgeld te komen Maar,
dat was napraat. Op dien Zondag kwam
plotseling en geheel onverwacht de mare:
Twee der ontvluchte Leeuwarder tuchthuis
boeven zijn bij de stad gezien en ver
moedelijk zijn ze langs de Blauwpoort
onze veste binnengeslopen. Dat toen de
In deze rubriek worden gratis alle aankon
digingen van vergaderingen enz. opgenomen.
Woensdag 28 Maart:
Schaakclub „Westergo”, ’s avonds T’/z uur in
„Ons Gebouw”.
Chr. Volksonderwijs. Ledenvergadering des
avonds 8 uur in „Ons Gebouw”.
Chr. Jongelingsvereen. Bijeenkomst ’s avonds
8 uur in „Ons Gebouw”.
Cursus Prof. Dr. H. Wirth. Vijfde Cursus
avond, om 8 uur in café Hoekstra.
Donderdag 29 Maart:
Cursus Eerste hulp bij Ongevallen door Dr.
ten Cate, om 6'/2 uur in „Ons Gebouw”.
Zangvereeniging „De Lofstem”. Repetitie
’s avonds 8 uur in „Ons Gebouw”.
Ned. Ver. tot Besch. van dieren. Vertelavond
te houden door den heer J. Ennik, des
avonds 8 uur in café „Voorwaarts”.
Vrijdag 30 Maart:
R. K. Zangkoor. Repetitie ’s avonds 8 uur
in café „Slippens”.
Zangvereen. „Voorwaarts”. Gewone repetitie
’s avonds 8 uur in café „Voorwaarts”.
Stedelijk Muziekkorps. Gewone repetitie,
’s avonds 8 uur, Muziekschool Kerkstraat
Mannenkoor „Hollandia”. Repetitie ’s avonds
7 uur.
Zaterdag 31 Maart.
Onderling Ziekenfonds. Contributie-afdracht
’s avonds van 5'/2—B'/z uur in „Ons
Gebouw”.
Chr. Knapenvereen. Vergadering des avonds
7’/z uur in „Ons Gebouw”.
Maandag 2 April:
Krite Boalsert. Opvoering van „ItWünder”
en „Art. 214 fen it Burgerl. Wetboek”
’s avonds 8 uur in „De Doele”.
Lezing Ds. Boerlijst van Leeuwarden. Onder
werp „Gelooven en Spreken”, ’s avonds
1'/2 uur in „Ons Gebouw”.
Schaak- en Damclub „T.A.V.E.N.U.”. Wegens
Paaschfeest geen verg. Zie- Woensdag.
Dinsdag 3 April:
Vrouwenvereeniging. „Dient elkander door
de liefde”. Gewone vergadering ’s avonds
8 uur in „Ons Gebouw”.
Jongedochtervereeniging „Eben Haezer”. Ge
wone vergadering in „Ons Gebouw”.
Woensdag 4 April:
S. D.A.P. Huishoudelijke vergadering, des
avonds 8 uur in café „Voorwaarts”.
Chr. Besturenbond. Ledenvergadering, des
avonds om 8 uur in „Ons Gebouw”.
Schaakclub „Westergo”, ’s avonds 77a uur in
„Ons Gebouw”.
Schaak- en Damclub „T.A.V.E.N.U.”, des
avonds V/2 uur in ’t Wilhelminagebouw.
Verschijnt Woensdags en Zaterdags Abonnementsprijs franco per post 6272 cent per 3 maanden
Hst gebied der Roer is buitengewoon
dicht bevolkt. Huis aan huis, fabriek aan
fabriek. 'De stad Oberhausen is vooral be
kend als middelpunt van het spoorwegver
keer. Meer dan 500 treinen loopen er
dagelijks over. Het station voor goederen
vervoer is wegens zijn omvang en druk
verkeer in gansch Daitschland bekend.
Ge kunt U geen voorstelling vormen van
het drukke verkeer daar, ja in het geheele
Industriegebied. Voortdurend een oorver-
doovend lawaai. Treinen rijden af en aan,
locomotieven puffen, gillen...
Maar niet minder bekend is Oberhausen
door de Gutehoffoingshütte, een belangrijke
ijzersmelterij, die tot de grootsten van
Duitschland behoort. Deze onderneming
bezit verschillende hoogovens, die jaarlijks
700.000 ton ruwijzer leveren. Eveneens
bezit ze steenkolenmijnen, waar jaarlijks
Sl]a millioen ton kolen wordt gedolven
door pl.m. 11.000 man. Zoo is hier de
ijzer- en steenkolenprodnctie verbonden.
IJzerprodnctie zeggen we beter konden
we zeggen ijzerbewerking. Want het ijzer
erts wordt van elders betrokken, zoowel
uit het buitenland als uit b^t binnenland.
onze schutterij zou spreken,
die zou zich evenzeer bezondigen aan de
de vaderlandsliefde. De
ons iets nationaals; zij
glorievol verleden; zij is, in
een krachtige steun
De Ruhr (of naar de uitspraak de Roer)
is een oosteljjke zijrivier van den Rijn.
Ze slingert zich door de provinciën West
falen en Rijnland, tot ze bij Duisburg
Ruhrort haar wateren met die van den
Rijn vereenigd.
Eigenlek is natuurlijk de gansche land
streek doorstroomd door de Roer //Roerge
bied”, doch wanneer we tegenwoordig lezen
in de bladen «Roergebied”, werdt daarmee
bedoeld dat gedeelte, dat ligt in westelijk
Westfalen en in Rijnland. Dat is het Rijnsch-
Westfaalsche Industriegebied, het land van
Krupp, Stinnes en Thyssen.
We spreken hier nu speciaal over het
Rijnlandsche Roergebied, omdat daarin liggen
de steden, die we bezochten.
Tegenwoordig alle 13 leden.
De notulen worden goedgekeurd.
Ingekomen stukken:
a. Dankbetuiging van den heer J. de
Boer voor zijne herbenoeming als Directeur
der Gemeente-reiniging.
b. Adres van Mej. Callenfels om ontslag
als onderwijzeres op 1 Juni a.s.
c. Idem van H. Hiemstra om boomen
te mogen rooien voor zijn te bouwen
pakhuis.
Beide adressen in handen van B. en W.
om advies.
De Voorzitter deelt mee, dat nog is
ingekomen een bericht van de Gascommissie,
voorstellende den gasprijs 1 cent te ver
lagen, en hij stelt voor dit als punt 6
te behandelen.
Al zoo goedgevonden.
PUNTEN VAN BEHANDELING.
1. Aangehouden advies Burgemeester en
Wethouders, betreffende de gemaentebegrooting
dienst 1923.
Over het voorstel van B. en W. om
de plaatselijke inkomstenbelasting die
bij de begrooting door den Raad is gesteld
op f 118.000, waarbij dan wordt gerekend
op de volle nooduitkeering te stellen
op gelijk bedrag als over 1922, namelijk
f 126.000.in plaats van op f 131.000.
wat Ged. Staten wenschen, staakten bij de
Wanneer we stroomafwaarts de Roer
volgen, komen we bij de machtige dubbel
stad DuisburgRuhrort. Duisburg, 250000
inwoners, is ontstaan uit een oude konings-
burcht die stond op de plaats waar thans
het Raadhuis staat. Ongeveer 1000 jaar
terug kan men de geschiedenis van Duis
burg volgen.
In Duisburg vindt ge op de «Burgplatz”
een standbeeld van de meest bekende
Duisburger Gerhard «Kremer, meer nog
bekend onder den Latijnschen naam Mer
cator. Hij is de man die den wetenschap-
pelijken grondslag gelegd heeft voor het
teekenen der zeekaarten. Hij is de eerste
die een Atlas” heeft uitgegeven in 1595.
„Als een geweldige reus ligt de stad
Duisburg, die nu reeds drie steden heeft
opgeslokt, tusschen Rijn en Roer, alles
rondom zich met machtige vangarmen in
haar altijd groeiend Rijk trekkend.
Daar heerscht een drukte, daar wordt
gewerkt, gebouwd daar breidt het zich
uit van uur tot uur. Wie een blik slaan
wil op de geweldige inductie van dit gebied,
die stelle zish, wanneer de zon bloedrood
in de wijde verte van ’t Nederrijnsche
landschap verzonken is en donkere scha
duwen geel-zwarte wolken komen opzetten,
op de Duisburger Rijnbrug en wende z’n
blikken stroomafwaarts naar 't Noorden.
Het schouwspel dat zich in een eindelooze
keten van fabriek,en, schoorsteenen, ovens,
daar het oog aanbiedt, wanneer ge de blik
laat rusten op de in eeuwigdurende rook
en damp gehulde stad, moet bij ieder een
diepe, ja een vreemd-geweldige indruk ach
terlaten. Alle groote verkeerswegen van
Noorden, Zuiden en Oosten, vinden hier
de poort die voert in het machtigste, nij
verste land van het Duitsche Rijk, het
land van den arbeid, de Roerprovincie waar
mijlendiep in de aarde de schatten liggen,
die de nooit rustende menschengeest, de
energie, de arbeidsvreugde naar boven halen
uit donkere groeve. En boven op de aarde
daar vindt ge de vuurspuwende bergen door
menschenhauden gebouwd, de hoogovens,
de smelterijen, de gieterijen, de plettenen
en fabrieken, welker aantal men nauwelijks
kan bepalen in dit wondere land. Het is
een wilde, gloeiende en gloedvolle, nimmer-
eindigende zee van rookende schoorsteenen,
kolenheuvels, mijngebouwen en torens die
urenver de er door razende treinen bege
leiden.”
autoriteiten vlug beraden waren en de
maatregelen namen die ze noodig oordeelden,
het strekt hun ter eere. 't Was een
bewjjs dat men zich van zijn waardigheid
bewust was en de verantwoordelijkheid
gevoelde, die op hen rustte.
Vergeet niet, dat geheel Friesland onder
den indruk was, toen ten tweeden male
het gelukt was, uit de gevangenis te ont
snappen. Ik lees nog, dat op dien zelfden
Zondag andere gevangenen ook nog hebben
getracht hun vrijheid te bekomen, maar
dat werd nog juist in tijds ontdekt. De
Friesche Courant heeft dat laatste gerucht
als een verzinsel beschouwd, en ook het
praatje, dat getracht was de gevangenis
in brand te steken, werd weersproken
en toch hadden meerderen op het bolwerk
den brand duidelijk in 't gebouw kunnen
zien, naar ze beweerden.
Weersproken geruchten zijn daarom nog
niet van alle grond ontbloot zoo was
't te Leeuwarden, zoo kon het ook hier
het geval zijn.
In een «ingezonden” schrijven werd
een paar dagen later te Bolsward gevraagd,
waarom de schutterij werd opgeroepen
Er werd o.a. gezegd: «Schutterijen en
schutterlijke diensten zijn geene aardig
heidje* of speeltuigjes, dus behoort er
scherp te worden toegezien, dat er van
de schutters geen andere of meerdere
diensten worden gevraagd, dan volstrekt
noodig, in elk geval moet het op de wet
gegrond zijn.
De schutters hebben het recht te vorderen,
dat zij tot geene andere diensten worden
opgeroepen, dan tot die krachtens welke
zij op grond van wet of besluiten verplicht
zijn. Wordt er meer van hen gevraagd
dan behoort te worden nagegaan van wien
de bevelen zijn uitgegaan”.
Die schrijver, ik denk dat bij verwant
was aan Nurks uit de Camera Obscure,
moest art. 44 der wet maar eerst goed
hebben nagegaan. Immers dat zei: «De
Kommandanten der schutterijen zullen
steeds op last der Plaatseljjke Besturen
hunne onderhebbende manschappen onder
de wapenen doen komen en allen naar
de bij dien last ontvangen bevelen moeten
handelenin dringende gevallen zullen de
Kommandanten der schutterijen op eigen
gezag hunne onderhebbenden kunnen doen
onder de wapenen komen en al die maat
regelen van voorzorg moeten nemen, welke
hun naar de omstandigheden zullen toe
schijnen noodig of dienstig te zijn, mits
verplicht zijnde om daarvan onverwijld
aan het Plaatseljjk Bestuur kennis te geven”.
Nu vraag ik maar: Als men meent, dat
er twee gevaarlijke tuchthuisboeven zich
in de stad verstopt hebben, of er dan ook
sprake is van dringende gevallen?
Geheel stem ik in met het slot vanc’t
reeds vroeger door mij aangehaalde kranten
bericht; en niet spottend zooals het daar
bedoeld is, maar in vollen ernst dat
het optreden onzer schutterij toen een
waarborg was,
«Dat men op hen kan bouwen
En vertrouwen
Als men werk’lijk 't gevaar zal aanschouwen.”
Wel zeker, de schutterij stond hier in
hoog aanzien. Maar voor ik meer intiem
onze eigene schutterij nader bespreek, voegt
een meer algemeene beschouwing van deze
zaak.
En waar zal ik dan beter terecht kunnen
dan bij generaal Knoop, die is toch alleszins
bevoegd in dezen te oordeelen. Welnu, deze
laat zich aldus uit:
«Onze schutterij heeft groote- en gewich
tig* diensten aan het Vaderland bewezen;
dat zal niemand ontkennen, die maar
eenigszins bekend is met onze geschiedenis;
dat zullen vooral zij niet ontkennen, die
nog overgebleven zijn van de schutterij,
die in 1831, onder den dapperen Willem II,
op zoo roemvolle wijze gestreden heeft
voor onze volkseer en voor onze onafhanke
lijkheid. Wie met minachting of gering
schatting van
i’
waarheid als aan
schutterij is bij
heeft een
oorlogstijd ons vaak
geweest.”
Hé? dat doet een gewezen schutter
goed te hooren. Doch de generaal zegt
meer.
«Als het getij verloopt moet men de
bakens verzetten en die wijze Holland-
sche spreuk dient men toe te passen op
de samenstelling en inrichting van onze
schutterij. De oorlogen zijn in de laatste
jaren ’t is in 1866 geschreven veel
veranderd. Vroeger werd een oorlog lang
voorzien; men had veel tijd noodig om
zich uit te rusten en met het overbrengen
der legers naar ’t oorlogstooneel was heel
wat tijd gemoeid. Bij het dreigen van een
oorlog had men toen gelegenheid bataillons
samen te stellen en te oefenen, en zelfs
tijdens den oorlog kon men zich nog gereed
maken. Dit maakte dat men destijds onze
schutterij met goed gevolg tegen den vijand
kon aanwenden, 't Spreekt vanzelf dat de
schutterij niet terstond geschikt is om in
’t krijgsveld op te treden; die bataillons
moeten geoefend worden en dat vereischt
eenigen tijd. Nu de legers met veel meer
spoed bijeen gebracht kunnen worden, nu
het verloop van gewichtige gebeurtenissen
zich in enkele dagen, soms afspeelt, kan
de schutterij in den beginne geen dienst
doen. Moed en vaderlandsliefde zal zij
hebben daaraan valt niet te twijfelen
maar deze zijn niet voldoende voor het
oorlogvoeren; daartoe behoort ook nog orde
en oefening, en (laat de generaal er op
volgen) om haar die te geven, zijn maanden
enz., van 15 regels 50 cent. Iedere regel meer gewoon tarief.
Advertentieprijs: 10 cent per regel. Bij contracten aanmerkelijke korting.
Dienstaanbiedingen, Koop- en Verkoopadvertentiën, Personeelaanvragen,
enz.,
1
j
Bolswardsche Courant
.3