Officieel Orgaan
der Gemeente Bolsward
JI
oi
OÜD-BOLSWARD.
tffl
T
Brieven en stukken voor de Redactie en Administratie, opgaven van advertentiën enz., te zenden aan het Bureau van Uitgave:
Firma B. CUPERUS Az. te Bolsward - Telefoon No. 4
No. 56
Woensdag 11 Juli 1923
62ste Jaargang
.VS
WEEK-AGENDA.
des
En gij
Wij zullen
san
een a
’t trillen
OBSERVATOR.
men
Iets over het zwemmen.
De huldiging van Gysbert Japiks.
Advertentieprijs: 10 cent per regel. Bij contracten aanmerkelijke korting.
Dienstaanbiedingen, Koop- en Verkoopadvertentiën, Personeelaanvragen,
enz., enz., van 15 regels 50 cent. Iedere regel meer gewoon tarief.
XLVII.
Nu klopte
Geweken was
In deze rubriek worden gratis alle aankon
digingen van vergaderingen enz. opgenomen.
Woensdag 11 Juli:
„Westergoo”. Speelavond, aan-
7‘/2 uur in „Ons Gebouw” (Eerste
U kunt het
lezen dat
Pepermunt
«de beste is,
maar U kunt
het ook
proeven!
Overal verkrijgbaar.
a.
b.
jarige gedenkdag van 't plaatsen van
marmeren borstbeeld in deze Kerk.
Met tal van voorbeelden toonde Dr. Cuperus
aan, dat Gysbert Japiks in waarheid een
En tijdig aan
Die vlag wil over
Deze weeklacht gaf aanleiding tot een
Parodie op de klacht der jaagschuit.
Zwijg, afgetobde schuit! herinner u de jaren,
Waarin ge, in slakkengang, van stad tot
[stad mocht varen,
Door kleppers voortgesleept, beroofd van
[moed en vuur,
Ontbloot van paardenkracht, voor ’t villers-
[mes te duur.
Vooruitgang heeft de tijd vernieuwde vlucht
[gegeven,
deze regels op hun levensweg tot de hunne
maakten.
Na den afloop werd front gemaakt voor
’t borstbeeld van Gysbert Japiks en de
kransen bezichtigd, waarna men uiteen
ging met deze gedachten: Voorzeker, deze
man was de huldiging waard. Hij is geweest
een der grootste mannen uit de geschiedenis
van FryslAns tael en skriftenkennis, een man,
waarop Bolsward met recht trotsch mag zijn”.
Waardoor ge
Zwemmen is in het algemeen het zich
vrijelijk bewegen van een lichaam in het
water of in eene andere vloeistof, waartoe
dan alleen mogelijkheid bestaat, wanneer
zoodanig lichaam soortelijk lichter is dan
water, wanneer het schoon zelf soortelijk
zwaarder, met soortelijke lichtere voorwer
pen verbonden wordt, alsmede door water-
wegstuwende bewegingen. Wil de mensch
drijvende blijven aan de oppervlakte van
het water, zoo kan hjj daartoe zwemblazen,
zwemgordels, xaphanders enz. gebruiken.
Het eigenlijke zwemmen bestaat in een
willekeurig zich voortbewegen in het water
in elke richting. Dit geschiedt in de eerste
plaats door de visschen, die door middel
van de zwemblaas hun soorteljjk gewicht
kunnen veranderen. Ook de landdieren
kunnen bijna allen zwemmen. Zij steken
daarbij slechts den neus uit het water om
hoog, terwijl voor ’t overige het geheele
lichaam onder zijne oppervlakte blijft. Veel
nooeilyker is het zwemmen voor den mensch;
deze moet zich in het zwemmen oefenen,
daar hij niet, zooals de dieren, in zyn ge
wone houding kan blijven en daarenboven
het geheele hoofd boven water wenscht te
houden. Door het maken van bepaalde
bewegingen blijft hij echter boven water.
De bewering, dat de mensch niet zinkt,
indien hij slechts met gewelfde berst zich
op den rug legt en alleen neus en mond
boven water houdt, terwijl hij diep blijft
inademen, is niet volkomen juist. Zeer
zeker is deze houding de meest gunstige
voor den zwemmer, zoodat hij die dan ook
aanneemt, wanneer hij wil uitrusten, maar
ook dan zelfs moeten de meest ervaren
zwemmers toch eenige beweging maken
om het zinken te voorkomen. Wil men
daarenboven zich voortbewegen, dan moet
men met de ledematen als het ware tegen
Schaakclub
vang
zaal).
Chr. Jeugd-Onth.-Ver. Vergadering ’s avonds
53/4 uur in „Ons Gebouw”.
N. C. G. O. V. Bijeenkomst des avonds
8 uur in het Wilhelminagebouw.
Biljartclub „Jan Wiemers”. Speelavond van
7 tot 11 uur in café „De Drie Kronen”
(H. Gaarman).
Donderdag 12 Juli:
Zangvereen. „Harmonie”. Uitvoering
avonds 8 uur in het Julianapark.
Zangvereeniging „De Lofstem” Repetitie
’s avonds 8 uur in „Ons Gebouw”.
Vrijdag 13 Juli:
Sted. Muziekkorps „Bolsward”. Gewone
repetitie des avonds 8 uur in de muziek
school.
R.K. Zangkoor. Repetitie ’s avonds 8 uur
in café Slippens.
Chr. Gemengd Koor. Repetitie des avonds
8 uur in de Chr. School „Rehoboth”,
Hengstepad.
Mannenkoor „Hollandia”. Repetitie ’s avonds
7 uur.
Bolswardsche Biljartclub. Speelavond van
6 tot 11 uur in „De Wijnberg”.
Zangvereen. „Voorwaarts”. Gewone repetitie
’s avonds 8 uur in café „Voorwaarts”.
Zaterdag 14 Juli:
Stadsspaarkas. Inbrengen van gelden des
avonds 7 uur, in het lokaal Politiebureau.
Onderling Ziekenfonds. Contributie afdracht
’s avonds van 5'/2—6‘/2 uur in „Ons
Gebouw”.
Chr. Knapenvereen. Vergadering des avonds
7'/2 uur in „Ons Gebouw”.
Maandag 16 Juli:
Orgelbespeling door den heer A. Alt, des
avonds van 7‘/2—8'/2 uur in de Martini
kerk.
Chr. Jongelings-Vereen. Ledenvergadering
des avonds 8 uur in „Ons Gebouw”.
Dammen en schaken, ’s avonds vanaf 7'/2 uur
gelegenheid in het Wilhelminagebouw.
Korfballen, ’s avonds 8 uur op ’t Sportterrein.
Dinsdag 17 Juli:
Chr. Vrouwenvereen. „Dient elkander door
de liefde”. Gewone vergadering ’s avonds
8 uur in „Ons Gebouw”.
Jongedochtersvereeniging „Eben Haezer”. Ge
wone vergadering in „Ons Gebouw”.
Bolswardsche Biljartclub. Speelavond van
6 tot 11 uur in „De Wijnberg”’
Geh.-Onth. Koor. Repetitie ’s avonds 8 uur
in het Wilhelminagebouw.
Tempelieren. Vergadering des avonds 8 uur
in café „Voorwaarts”.
Woensdag 18 Juli:
Schaakclub „Westergoo”, Speelavond, aan
vang om 7’/2 uur in „Ons Gebouw”
(Eerste zaal).
Chr. Jeugd-Onth.-Ver. Vergadering ’s avonds
53/4 uur in „Ons Gebouw”.
Biljartclub „Jan Wiemers”. Speelavond van
7 tot 11 uur in café „De Drie Kronen”
(H. Gaarman).
Wie beide berijmde stukjes heeft willen
nagaan, zal met mij erkennen, dat de
slotregels van beide rijmen den bal mis
sloegen. ’t Eerste verwachte het spoor
maar dat laat hier nog op zich wachten,
het tweede zag na eeuwen pas de barges
afgedaan en het duurde slechts een paar
tientallen jaren. Bij aandachtige nalezing
zal men evenwel er ook menig gegronde
gedachten in gevonden hebben.
Gegroet,
Verschijnt Woensdags en Zaterdags Abonnementsprijs franco per post 62‘/2 cent per 3 maanden
groot getal personen plaats ken vinden.
Op een sukkeldrafje werd de schuit door
een, in den regel haast afgeleefd paard
voortgetrokken. Toch was het in vroegere
dagen een geliefkoosd vervoermiddel, en
men hoorde in mijn jeugd en soms kan
men het nog hooren, van bejaarde menschen
dikwerf met lof gewagen van het prettig,
gezellig en veilig reizen met het trekschip.
De schuiten op Leeuwarden en ook die op
Workum werden oud en soms sprongen
ze lek. Er moest verbetering komen en
daarom werd overgegaan door het stads
bestuur, ja, ’t was het officieele stadsver-
voermiddel, om nieuwe barges aan te
schaffen. Die waren wat breeder, wat hooger
opgetimmerd, hadden ook op zij betere
uitkijkraampjes, meer speciaal ingericht op
het vervoer van passagiers, nou hoor, de
barges, zooals sommigen ze ook in Holland
wel gezien hadden, dat was een verbetering.
Die barges trouwens hebben de «enigszins
bejaarde bewoners nog wel gekend, de
atoombootdiensten op Leeuwarden en Wor
kum dateeren van omstreeks 1880. Toen
die stoombooten kwamen, raakten de barges
in het vergeetboek en zag men ze smalend
aan, zoo ging het in 1867 reeds met de
trekschuiten, toen de barges verschenen.
Ik vond nog een weeklacht van zoo’n
afgedankte schuit, wellicht heeft mes» er
genoegen in, die nu nog eens te hooren.
De gedachten, daarin geuit, geven wel
een kenschetsend beeld uit dien tjjd. ’k Ben
echter zoo vrij het in de tegenwoordige
spelling te copiësren.
Klacht der trekschuiten van Bolsward.
Daar zijn ze, de barges, daar hebt ge ze reeds
Die ons uit ons erf zullen draven;
O, oorzaak van k welling, o bron van veel leeds
Wat schuit kan er kalm onder blijven?
Wat hoorde ons roefjeu niet dikwijls’t verwijt
Onzer afkomst uit vroegere dagen!
Men schold ons voor traag, en men riep
[als om strijd
Dat de knol wel wat harder kon jagen.
En dan, welk een verneed’ring, dan sprak
[men het luid
Er moest noodig verandering komen;
Het was onuitstaanbaar, zoo’n sukk’lende
[schuit,
Daar men overal elders kon stoomen.
O, schriklijk vooruitzicht, een spoor zou
[er zijn,
Wij zagen de bakens verrijzen;
Ons beven was zichtbaar, aan ’t trillen
[der lijn,
Als men ’t waagde op die bakens te wijzen!
Maar die schrik ging voorbij. Zie de bakens
[daar staan;
Het spoor laat nog altijd zich wachten;
Wel dacht men er aan en wel zou het bestaan,
Als ’t betaald worden kon met gedachten,
Maar geld moest er zijn en dat komt niet
[zoo snel,
(Wy zijn niet de eenige tragen)
Vóór de beurs wordt geopend, bedenkt
[men zich wel,
Hoeveel winst men zal kunnen bejagen.
Zoo bleef het bij ’t oude. Weer trilde
[de lijn;
van blijdschap ons ’t harte,
't, wat ons bekommerd deed
[zijn,
Geweken ds zorg en de smarten.
En nu! Neen, geen stoomkaros doemt
[ons tot rust,
Neen, erger nog moeten we lijden!
Ons, van zoo’n langdurige trouw ons bewust,
Gaat men 't haatlykste lot nu bereiden.
Daar zijn ze, de barges, aan haar nu de eer!
Wij kunnen geen dienst meer bewijzen!
Of roept men ons soms nog een enklen keer,
’t Geeft stof dan om de barges te prijzen.
't Is al onbestendig; nu omhoog, dan omlaag,
Napoleon gister, Von Bismarck vandaag;
Het lot, dat gij barges, ons heden bereidt,
Wordt ook ’t uwe, geloof ons, te eeniger tijd.
Nog staan er de bakens, en ligt er geen spoor.
Wij zijn vast overtuigd, het komt eenmaal
[er door.
Advertentiën voor dit blad worden gratis geplaatst in „Wonseradeel”,
Makkumer Courant en „Hennaarderadeel”, welke bladen door geheel
Wonseradeel en Hennaarderadeel geregeld huis aan huis worden bezorgd.
groot dichter was. Hij wordt, zoo zei spreker,
met Vondel, Shakespeare en andere mannen
van naam uit de gouden eeuw genoemd.
En nu hebben Vondel en zijn tijdgenooten
voorgangers gehad, die voor hen den weg
hadden gebaand, om op te klimmen tot
zulk ’n groote hoogte. Gysbert Japiks echter
heeft geen voorgangers gehad, hij had de
taak zelf den weg eerst te effenen, om
langs dien weg steeds verder te gaan.
Want vóór hem was geen studie van de
Friesche taal gemaakt en hij is de eerste,
die zieh nitdrukte in de ^memmetael”.
En dit heeft hij gedaan op 'n wijze, waar
door hem de eereplaats toekomt onder de
groote dichters van zijn tjjd. Want niet
alleen, dat hij kunstenaar was in ’t gebruik
van woorden, aan den bouw en klanken
rijkdom zijner verzen, aan den inhoud lag
ook steeds een diepe gedachte ten grondslag.
Woordkunst en zinsbouw, gepaard aan
degelijkheid van inhoud, maakt dat hij op
één lijn gesteld kan worden met de groote
dichters uit de gouden eeuw. De redenaar
toonde ditaan metonderscheiden voorbeelden.
Gysbert Japiks als mensch te teekenen,
dan had men daarbij te letten op de vol
gende kenmerkende karaktertrekken:
le. zijn groote liefde voor de natuur.
2e. de spreuk: Sljucht rjucht en trouw
syn leere.
3e. zijn sterk geloof in God.
De liefde der natuur heeft hij op onder
scheiden manier bezongen; geen schilder,
zoo zegt hij in een van z’n verzen, kan
de natuur nabij komen. Hoe mooi z’n werk
is, de natuur overtreft altijd de menschelijke
scheppingskracht. Z’n levenswandel was
volgens de spreuk: Rjucht sljucht en trou
syn leare. Voorwaar een regel, die voert
tot het doen van rechtvaardige en goede
dingen; terwijl mede zijn geloof en ver
trouwen in God een sterke steun was op
z’n levenspad.
Op zeer onderhoudende manier wijdde de
spreker over een en ander uit, om vervol
gens stil te staan bij ’t feit van ’t plaatsen
van een borstbeeld in deze kerk, thans
100 jaar geleden.
In den breede schetste spreker de wijze,
waarop dat geschied is en noemde enkele
bekende namen van toen, die de onthul
ling van 't borstbeeld bij woonden. Prof.
Wassenberg was de man, die eerst in het
laatst der 18e eeuw de aandacht vestigde
op de grootheid van Gysbert Japiks.
Meer dan een eeuw was reeds voorbij
gegaan, zonder dat men de beteekenis van
Gysbert Japiks voor onze Friesche taal
had geschetst. Aan Prof. Wassenberg en
Dr. Joost Halbersma komt de eer toe, dit
te hebben gedaan. Vooral deze laatste had
zich de werken van Gysbert Japiks eigen
gemaakt. Hij is de taalgeleerde bjj uit
nemendheid en deze man geeft de stoot
om voor den Frieschen dichter een gedenk
steen op te richten. In de breede schetste
Dr. Cuperus de bemoeiingen der ingestelde
commissie om te komen tot een monument
ter nagedachtenis van Gysbert Japiks.
Aan het slot vestigt de spreker de aan
dacht er op, dat het jonge geslacht van
nu, de geest van Gysbert Japiks mag over
nemen en hem moge evenaren in deugd
en degelijkheid. De rede van Dr. Cuperus
werd met alle aandacht door de toehoorders
gevolgd. Zij getuigde van diepe studie en
was rijk aan yinhoud”.
Thans rest ons nog melding te maken
van 't concert, gegeven door den heer
A. Alt. Onze organist heeft ons wederom
doen genieten van de klanken van 't seboone
orgel in de Martinikerk. Verschillende
mooie nummers werden gegeven, waarvan
de Plechtige marsch van Alphonse Mailly,
schitterend vertolkt werd. Een zeer aardige
variatie was de »Mensette” Folksdeuns
van George Debat-Ponsan.
Tot slot werden staande gezongen twee
verzen van 't Frysk Folksliet en dreunde
't orgel in al zijn kracht en zongen de
aanwezigen uit voile borst:
Fen bflgjen frjemd, bleau by ’t aid folk
[yn eare
Syn namme en tael, syn frije sin
Syn wird wier wet, rjucht, sljucht en trou
[syn leare.
Het was of de aanwezigen voelden, dat
deze laatste woorden waren gegrepen uit
het hart van Gysbert Japiks en dat geen
schooner nagedachtenis, hem gewijd, kon
gehouden worden, indien de nakomeling
schap van jphet Md folk fen Fryske groun”
De hulde aan Gysbert Japiks op Zaterdag
den 7 Juli 1923, waarvoor een *Plan fen
de Dei” was vastgesteld, bevatte o.a. nei-
middeis 3 fire in Plechtige byienkomste
yn de Greate of SintMaertenstsjerke. Hier
werd een rede gehouden door Dr. S. M.
Cuperus, alsmede een orgelconeert fen de
hear A. Alt.
Hoewel we de opkomst ietwat grooter
hadden verwacht, waren er toch een flink
aantal belangstellenden opgekomen.
Na gemeenschappelijk gezang van
psalm 103, nei Gysbert Japiks bewerkt,
hetrad de feestredenaar ’t preekgestoelte.
Deze begon met mee te deelen, dat door 't
Gezelschap was uitgenoodigd geworden
P. J. Troelstra, doch dat deze door bijzon
dere omstandigheid aan dit verzoek niet
had kunnen voldoen. Spreker had het
echter gaarne gezien dat Troelstra hier
in zijn plaats stond, daar deze reeds als
Groninger student zooveel voelde voor den
dichter Gysbert Japiks. Spreker meende
echter de uitnoodiging te moeten aannemen
en wenschte zijn hoorders het een en ander
van Gysbert Japiks mee te deelen aan de
hand van een 3-tal punten:
Gysbert Japiks als dichter.
u nu mensch.
De aandacht vestigen op de 100-
een
Uw dienst is dus voorbij wij zijn
[vooruit gedreven.
Zijt gij conservatief? Wjj, barges, liberaal:
Wij stroomen staag vooruit, met spoed op
[groote schaal.
De koopgod, vriend Mercuur, wil ons zijn
[vleugels leenen,
de beurs zijn handelsvolk
[vereenen;
Hij drijft tot spoed ons aan, tot on ver
nauwde vaart,
Waartoe gij, ranke schuit, nooit te bewegen
[waart.
De wetenschap stort kracht en moed en
[vuur in d’ ad’ren,
Zij doet het eene volk zeer vlug het andre
[nad’ren;
En duurt dat nog te lang, dan ligt de
[barge klaar,
En kunt g’ eens zien, hoe snel ik stad
waarts vaar.
’t Moderne jaagtraject zal aan 't maat
schappelijk leven,
Aan handel en verkeer bewjjs van voort
gang geven,
’t Zal jagen naar den roem, naar lauwreu
[en naar eer,
syn, stap in aan Bols-
[wards bargeveerl
’k Beklaag u, looms schuit, de tijd
[legt u aan banden,
wordt behoed te zinken of
[te stranden.
Dat tijd en rust en roest de tanden in u
[slaan
na langen dienst toch eervol moogt
[vergaan.
Adieu, veroude kast! straks zult g’ons af
[zien varen
den spoed, comfort met
[netheid paren.
En moeten dau ook wij, na eeuwen,
[vergaan,
Dan vaart men denkelijk met stoom langs
[Bolswards waterbaan.
Over ’t beheer van het Gasthuis kan
men eerstdaags een afzonderlijk nummer
van mij verwachten, wijl ik echter de
vorige maal aankondigde nog te zullen
spreken over het jaar 1867, kan ik hier
slechts terloops vermelden dat er in dat
jaar een 2e afdeeling aan hei 8t. Anthonie
Gasthuis werd verbonden. Er werd besloten
voorloopig 8 kamers te bouwen aan den
overkant der Gasthuishaven. Van de stad
had men by het Schildwijk nog een hoekje
grond noodig en daartegen bestond geen
bezwaar, en alzoo werd, onder architectuur
van den Gasdireeteur, den heer L. Levoir,
aan den voet van het bolwerk toen het
zoogenaamde Klein-Gasthuie gebouwd. Voor
bejaarde echtparen bestond hier de gelegen
heid zich tegen een kleine inkoopsom een
wekeiyksehe uitkeering te verzekeren, met
genot van een woning en enkele meerdere
faciliteiten. Later is dis afdeeling meerdere
malen uitgebreid, gelijk men weet, dech
in 1867 werd er mee aangevangen. Een
in het poortje ingeraetselde gedenksteen
draagt dan ook dit jaartal.
Een tweede bouwwerk had men dat
jaar daar vlak bijde vertimmering en
vergrooting van het Sociëteitsgebouw »De
Deele”. Ook over die Sociëteit wenseh
ik later meer te zeggen. Eenige bouw
stoffen voor een artikel heb ik reeds bjjeen,
maar ik beu op snor naar meerdere,
want in den loop der jaren eeuwen
mag ik gerust zeggen is er in dat
publiek gebouw, dat oorspronkelijk een
stadseigendom was, heel wat veranderd,
verhandeld en geschied. Nu alleen de
vermelding dat toen de verbouwing plaats
vond, waarvan men ’t front nu nog op
de Koemarkt kan zien. Het is een ontwerp
van den toenmaligen stadsbouwmeester,
den heer G. H. van der Werf, de groot
vader van de heeren v. d. Werf, hout
handelaren. Van dezen architect zijn nog
meerdere werken, o.a. winkelpuien in de
stad aanwezig, want den gemeente-architect
was het destijds geoorloofd, ook voor parti
culieren werkzaam te z^n.
Over 1867 dien ik vervolgens aan te
stippen, dat er toen nieuwe barges in de
vaart kwamen. Wij, in onzen tijd van
trammen en sporen, van stsomhooten,
fietsen en auto’s kunnen ons nauwelijks
indenken in de toestanden van nog maar
ruim eea halve eeuw geleden. Het reizend
publiek en dat was toen ook nog
dunnetjes gezaaid maar de kooplieden
die hun klanten, of gewone burgers die
familie of kennissen elders wilden bezoeken
hadden slechts de keus tusschen het oudste
vervoermiddel, hun beenen of wel diligence
en trekschuit. De omnibussen gaven één
hoogstens tweemaal gelegenheid per dag
naar Wommels en verder richting Franeker
en naar Sneek te komen, de trekschuiten
naar Leeuwarden en Workum voeren ook
gewoonlijk 2 maal vice versa. Die trek
schuiten nu waren voorheeu smalle schuitjes,
aan de zijden wat opgetimmerd en overdekt,
zoodat in een gedeelte van het ruim, op
banken aan beide zijden een behoorlijk
Bolswardsche Courant
c.