der Gemeente Bolsward
Officieel Orgaan
HEERLIJK FRISCH
VS VRUCHÏENTfiBLEITEN
Frisch, zuiver en niet duur zijn
onze ZUURTJES en IJ8BONBONS.
Woensdag 18 Juli 1923
No. 58
62ste Jaargang
en niet klevend
los en in rollen
Brieven en stukken voor de Redactie en Administratie, opgaven van advertentiën enz., te zenden aan het Bureau van Uitgave:
Firma B. CUPERUS Az. te Bolsward - Telefoon No. 4
OUD-BOLSWARD.
TROMP, Sneek.
i
Verschijnt Woensdags en Zaterdags Abonnementsprijs franco per post 62*/2 cent per 3 maanden
Officiëele Advertentiën.
Van den Hak op den Tak.
WEEK-AGENDA.
Zitting Centraal Stembureau
Verkiezing Gemeenteraad
Ij
11
Advertentieprijs: 10 cent per regel. Bij contracten aanmerkelijke korting.
Dienstaanbiedingen, Koop- en Verkoopadvertentiën, Personeelaanvragen,
enz., enz., van 15 regels 50 cent. Iedere regel meer gewoon tarief.
Advertentiën voor dit blad worden gratis geplaatst in „Wonseradeel”,
Makkumer Courant en „Hennaarderadeel”, welke bladen door geheel
Wonseradeel en Hennaarderadeel geregeld huis aan huis worden bezorgd.
Opening Jacht Waterwild.
i I
Bolswardsche Courant
OBSERVATOR.
door de politie
Bolsward,
van
XL VIII.
neen verkoopen!" Jeri knoopte
voor,
bij gelegenheid naar te handelen ook.
Op ’n schemeravond komt er een dame de
zaak binnen stappen en vraagt: „Mag ik
als ’t u blieft een rol closetpapier?* Jeri
verschiet van kleur: dat goedje was niet
meer voorradig. Doch geen nood! Juist
toen de juffrouw haar vraag nog eens wilde
herhalen, klonk het triomfantelijk van des
bediendes lippen: „Closetpapier uitverkocht,
juffrouw, maar ik heb wat anders voor n:
de menschen gebruiken tegenwoordig veel
schuurpapier.* De dame ging de zaak uit
en eenige dagen daarna Jeremias óók
Dat was dus een korte vreugde. Maar de
vreugde van die zangeres was eveneens van
korten duur, ’t Was een zeer schoone,
maar volkomen van talent ontbloote zangeres.
Voor de opera-bezoekers was zij het plezier
der oogen, maar de wanhoop der ooren.
Zelve was zij zich hiervan ook min of meer
Bewust. Op zekeren dag echter ontving
zij tot haar groote verbazing een prachtig
b oemstuk, en wel van één der eerste en
oudste opera-liefhebbers, die in den regel,
als hij haar zag optreden, geen onduidelijke
teekenen van afkeuring gaf. Bij het in-
ontvangst-nemen van bedoeld bloemstuk was
zij dan ook werkelijk in blijde verrukking.
Maar toen zij het briefje, dat de bloemen
Jereu ias
school afgekomen en
vergezelde, opende, las zij: „Eindelijk, dame,
kan ik u naar hartelust bewonderen ik
ben namelijk stokdoof geworden.* Natuurlijk
was deze ontboezeming niet prettig voor
haar, doch wat die mijnheer in de Lang
straat te Amersfoort laatst overkwam, was
ook om uit je vel te springen. Er werd
's nachts hevig bij hem gebeld en vreeselijk
op de straatdeur gebonsd. Bleek van schrik
vliegt hij ’t bed uit naar het raam, schuift
dat op en vraagt: „Wat is er toch te doe»
Brand, misschien?* „Neen, manheer!*
antwoordden als in koor twee studenten.
„Wij wilden u alleen maar zeggen, dat
uw raam open staat.* „Welk raam?* „Waar
u uit ligt!* Toen verdwenen de kerels in
de duisternis, en vertelden later in een ge
zelschap, dat die man een gezicht trok,
alsof bij de grap in ’t geheel niet aardig
vond. Ja, je hebt brutale menseben! Van
deze waarheid is onlangs een oud stem-
plichtig paartje overtuigd geworden. Samen
kwamen zij op het stembureau. Na de
gewone plichtplegingen werd hun elk een
stemkaart verstrekt. Maar toen de voorzitter
zag, dat ze zich beiden in één hokje zouden
begeven, maakte deze de opmerking, dat
zoo iets niet geoorloofd was. „Maar wij
zijn getrouwde lui!* bracht de oude heer
in het midden. „Dat geeft niet, vader!*
„Wat is dhl! Juist twee dagen geleden
hebben we onze 45 jarige echtvereeniging
uevierd, en nu zult ff ons beletten, samen
«dar in te gaan?* Moeder knikte toestem
mend. De voorzitter z'n hoofd schudde van:
neen. „Als u dan óns te pakken wilt nemen,
dan hier zoo*nu vouwde hij de stem
kaart dicht en wierp hem zóó in de bus.
Ook moedertje deed insgelijks. En onder
’t weggaan, toen zooveel verschillende leden-
stembureau-tronies mede zooveel verschil
lende uitdrukkingen vertoonden, toen
hoorde men den ouden heer nog mompelen
„Brutaal als ze tegenwoordig zijn niemand
eert langer de grijze haren...* Nu moet
men toegeven, nietwaar, dat als men samen
zoo’n 45 jareu heeft gedobberd op de
wereldzee en daarop vele stormen en on-
weders heeft getrotseerd door elkanders
steun, men ook liefst altijd en overal bij
elkaar is. En dat men op z’n levensavond
dan nog vaak terugdenkt aan langvervlogen
tijden wie zal dat bevreemden? Doch
wat ik laatst heb aangehoord in ons Juliana-
park, deed me wèl vreemd aan. ’k Zat
namelijk rustig te lezen in 'n boek en wel
op 'n hoekje van de bank, vlak bij den
vijver. Keuvelende kwam daar een jong
paartje aangeloopen. Toen ze in mijn on
middellijke nabijheid waren, zwegen ze
natuurlijk. Maar toen ze bemerkten, dat
ik deed, alsof ik hen zag noch hoorde,
en rustig doorlas, toen vleiden die jonge
harten (natuurlijk met hetgeen er verder
aan een mensch zit!) zich neer op dezelfde
bank maar dan op het,andere eindje
waarop ik zat. Na eenige minuten van
stilte, waarin enkel het windgesuis hoorbaar
was, zetten zij hun afgebroken gesprek voort.
Zij begon: „O, het is te akelig, om er
aan te denken; nooit, nooit wil ik ook
maar ééne seconde mij dien toestand weer
in den ken...* En zij bedekte het gelaat
met de handen. En hij zei niets durfde
niet tegenspreken veegde zich het zweet
van het voorhoofd. Zij hervatte: „Ijselijk,
ik kan er niet aan denken; hoop, geluk,
steun, alles, ja alles was verloren geweest...*
Nu vermaande hij: „Kom, Iaat ons er niet
meer over praten, het bederft onze geheele
stemming*. Nu kon ik mij niet langer
stil houden en vroeg daarom: „Pardon, is
er een ongeluk gebeurd; zijt gij misschien
getuige geweest van iets vreeselijks
Waarop het jonge paar elkaar in verlegen
heid aankeek: o ja, ze waren immers niet
onder vier oogen. Eindelijk greep de man
nelijke helft moed en sprak: „Neen, mijn
heer, u moet weten, wij zijn zooeven ver
loofd en nu spraken wij er over, hoe ver
schrikkelijk het zou geweest zijn, als wij
elkander nooit ontmoet hadden...* Als ik
nu weer eens naar het Park ga, heb ik
altijd watjes in de ooren
ROODBORSTJE.
De hoogs temperatuur die deze laatste
twee weken heerscht, doet mij al terstond
denken aan het jaar 1868. Dat jaar toch
staat in de annalen aangeteekend als ken
schetsend door een heeten en drogen zomer.
Wij weten nog hoe 1921 het dag aan dag
warm was, en men haast geen regen kreeg.
Zoo moet het ook in 1868 zijn geweest,
echter was het najaar toen niet zoo water
loos als wij het voor twee jaar aan dm
Iqve voelden.
Nu, op dezen „vrijen Zaterdagmiddag*,
zit ik ta pennen, en wgst de thermometer
in m|n werkvertrek een beduidend stuk
boven de 80 graden. Zoodra ik evenwel
de portefeuille ’68 opsla is het eerste wat
ik aantrefaankondigingen van hard
rijderijen, echte Ulster- en andere schaatsen
in den ijzerwinkel van R. 8. Dijkstra,
eenige ongelukken deor het ijs ontstaan
enz. kortem een reeks blaken dat het
jaar begon met winterweder. Misschien is
hot in deze tropische warmte een ver-
frisschende bezigheid te lazen en te schrijven
over den winter, en het verheugt mij, hier
te mogen gewagen van twee koene Bols-
warder rijders, die gezamenlijk den Elf
stedentocht per schaats volbrachten. Het
waren Piet Dikhoff horlogemaker en Sjoerd
S. van der Weij, timmerman. De eerst
genoemde, toen reeds eenigszins ep jaren,
is bij menig stadgenoot nog wel in aan
denken, laatstgenoemde wandelt dagelijks
nog door onze straten.
De Commissaris der Koningin in de
provincie Friesland, brengt ter kennis van
belanghebbenden, dat Gedeputeerde Staten
hebben bepaald, dat de jacht in deze pro
vincie, voorzoover betreft het schieten van
waterwild en het vangen van eendvogels
in een eendenkooi of daarmede geljjkstaan-
den toestel, zal worden geopend op 1
Augustus 1923.
Hij brengt daarbij tevens in herinnering,
dat het schieten van waterwild, behoudens
het bepaalde in art. 2 der Jachtwet, ge
oorloofd is op alle wateren en hun oevers,
alsmede langs de kusten, moerassen, petten,
plassen, grachten en slooten.
Leeuwarden, 10 Juli 1923.
De Commissaris der Koningin voornoemd,
(get.) P. A, V. VAN HARINXMA
THOE SLOOTEN.
Bolsward, 17 Juni 1923.
De Burgemeester van
8. J. PRAAMSMA.
De Elfstedentocht over ijs, dat wil
zsggen in één dag de elf Friesehe steden
per schaats te bezoeken, werd «au ondsher
als een bijna ónmogelijke heldentoer be
schouwd. Velen beproefden het, maar meest
bleven ze steken. Dan weer was bet ijs
ongunstig of en betrouw baar, dan waren
sneeuw, wind en te felle vorst of mist
een belemmering. Bij de latere enaemble-
techten, uitgeschreven door deu Ijsbond
van Leeuwarden, gelijk het Bolswarder
Comité dat per rijwiel organiseerde, was
overal voor vlugge controle en terecht-
wijzigingen gezorgd, doch tevoren moest
men den tocht „op eigen bontje* onder
nemen. Ouse genoemde stadgenooten dan
vertrokken op Zaterdag 11 Januari 1868,
des morgens 3 uur en zetten regelrecht
koers naar Dokknm, waar ze halfzeven
waren, kwartier ever 8 hadden ze Leeu
warden bereikt, 9.15 te Franeker waren ze
juist 10 uur te Harlingen. Vandaar werd
de koers genomen op Workum wat ze
even voor één uur bereikten. Ts Hinde-
loopen passeerden ze halftwee es halfdrie
hadden ze Stavoren te pakken. Nu verder
naar Sloten waar ze 5 uur arriveerden,
6 nar te Sneek, half 7 te IJlst en 7 uur
stapten ze by de Zandsterpoort aan wal.
Hun vertoeven in alle de genoemde steden
was gewaarmerkt door de bandteekening
(met vermelding van den tijd van aankomst)
der kasteleins of tenthouders waar ze telkens
even vertoefden. Een enkele maal was het
verkrijgen der bandteekening nogal tijd-
roovend.
Voorwaar, het was een bewijs dat het
stevige rijders waren, want door het draaien
van den wied hadden ze nagenoeg den
geheelen dag te kampen met tegenwind.
O'er de verdere aangelegenheden van
den winter destijds, alsmede o«er de verdere
voorvallen va» dat jaar hoep ik de volgende
maal te handelen, doch dan bij voorkeur
ouder wat sematigder temperatuur.
Gegroet,
M’n vriend’s jongste spruit, luisterende
naar den naam: Jeremias van Poffelen,
was voor kort van school afgekomen en
moest bij gevolg ’t een of ander te» hand
nemen. Zijn vader en diens lieve weder
helft oordeelden of eigenlijk: zij oor
deelde, bij stemde toe dat hun Benja
min bij zekeren boekhandelaar in den
winkel zou; de gelegenheid deed zich thans
voor. Papa stapte met zijn Jeri naar de
mijnheer, de.ed hem uitleg van veel en
velerlei, kortom: men kwam overeen, dat
hij de volgende week reeds in functie zou
treden. Goed. Weer thuisgekomen, hielden
pa en ma hem van alles voor; immers, je
kunt nooit weten. Zoo ging ’t idem inde
nieuwe betrekking Eens zei mijnheer tegen
de jongste bediende onze Jeri dan
„Hoor eens vent, je moet nooit iemand
met leege handen laten vertrekkenheb je
toevallig niet, waarnaar gevraagd wordt, weln u
dan praat je hem wat anders aan; altijd
ja, nooit
de wenk in z’n ooren en nam zich
er
De Burgemeester van Bolsward
Gelezen een schrijven van den Commis
saris der Koningin van 10 Juli 1923,
le afdeeling B, no. 1397 (P.B. no. 55 1923);
Brengt het volgende ter aigemeene kennis:
De Voorzitter van het Centraal Stem
bureau voor de verkiezing va* de leden
van den Gemeenteraad maakt bekend, dat
het Centraal Stembureau eene zitting zal
houden in het Gemeentehuis op Donderdag
19 Juli a.s,, des namiddags ten 6 ure, in
verband met het niet aannemen der be
noeming door den heer D. YPMA.
Bolsward, den 14 Juli 1923.
De Voorzitter voornoemd,
S. J. PRAAMSMA.
Het belangrijkste van hetgeen mijn na
zoeken over het jaar 1867 opleverde, heb
ik in de laatste nummers meegedeeld. Nog
even moet ik wijzen op het geharrewar
tusschen gemeentebestuur en onderhoud-
plichtigen over de herstelling en vernieuwing
van bruggen in de stad. In schets no. XIX
is reeds aangestipt, dat de nieuwe gemeente
wet het beginsel huldigde, dat hetgeen
voor den dienst van allen bestemd is, ook
door het algemeen moet worden bekostigd.
Schoorvoetend had de raad besloten het
onderhoud van wallen en straten, dat voor
heen de plicht der particulieren was, voor
rekening der Gemeente te nemen, doch
de bruggen vroeger werden die hooge
steenen pijpen posten genoemd liet
man nog aan de omwonenden over. Er
bestonden trouwens van oudsher lijsten,
welke aangaven welk aandeel op elk pand
rustte, ten opzichte de onderhoudskosten.
Nu de straten door de gemeente waren
overgenomen, gingen er dadelijk stemmen
op, dat de bruggen evenzeer algemeen
eigendom waren, en allengs kwam er meer
verzet tegen de voldoening van den ge
heven omslag voor 't onderhoud. Het
sterkst kwam dit uit bij de Zwaantjespost,
want die werd -bouwvallig verklaard. Daar
moesten dus de omwonenden diep in den
zak tasten. Men zal weten dat het huis
op den boek der Groote Markt van ouds
„Het Zwaantje” werd genoemd. Daar
woonde toen de heer R. van der Meulen,
korfmaker; doch het voorhuis was een
tapperij en des Donderdags moesten velen
even naar „de Zwaan” om kennissen te
spreken. De hooge steenen brug over het
water naar ’t Zand werd oudtijds Boni
faciuspost genaamd, maar was later meer
algemeen bekend als Zwaantjespost. Het
was moeilijk daar met zwaar beladen wagens
over te koaaen. Ook de omnibus, welke
van de Wijnberg afreed naar Srseek oeder
vond moeilijkheden met die hooge brug
als de wagen wat vel passagiers was.
’t Gebeurde reeds een paar malen, dat de
paarden niet op gang konden komen, en
toen ze werden aangehitet, begonnen ze
achteruit te dringen, zoodat het weinig
scheelde of de heele karos was met zijn
inhoud in de vaart, die toen ook nog voor
de Wijnberg laags liep naar't Schildwijk,
terecht gekomr-n.
Klaagliederen geen gebrek, maar niemand
bijna had trek geld te geven om verbete
ring aan te brengen. Toen weer bijna een
ongeluk met een wagen plaats vond, hakte
de heer W. A. Peereboom de* knoop door,
met i* den raad het voorstel te doe*, de
brug voor rekening der Gemeente te ver
nieuwen. ’t Voorstel werd aangenomen,
echter met de bepaling, dat de enderhoud-
pliehtigen vooraf schriftelijk moesten ver
klaren, dat zij later voor het goede onder
houd zouden zorgdragen. Die schriftelijke
verbintenis wilde nagenoeg geen enkele,
e* zoo bleef de zaak weer bij ’t oude.
In Januari was besloten tet vernieuwing,
doch ’t gehaspel over 't onderhoud duurde
’t geheele jaar. Eindeljjk het wachten moe,
en gedrongen door de noodzakelijkheid om
in te grjjpen, werd 16 December maar
besloten dat de bruggen, welke i* de stad
lagen, en geen particulier eigendom waren,
voortaan geheel door de gemeente werden
overgenomen.
Het oud gebruik was dus vervallen,
want men begreep terecht, dat, wanneer
de stad de Zwaantjespost voor hare reke
ning nam, de omwonenden der andere
braggr* ook niet meer zich om ha* brug
bekommerden, 't Bleek zelfs, dat de bewoners
van Dijlakker en St. Jansstraat, die niet
lang tevoren de Driekroonscbe brug ge
zamenlijk hadden moeten vernieuwen, al
beproefden, hun uitgaaf van de stad terug
te ontvangen. Dit ging echter te straf;
als men aan dit onderhoudsbesluit terug
werkende kracht verleende, waar kwam
dan ’t einde?
Vraagt ze Uwen Winkelier.
In deze rubriek worden gratis alle aankon
digingen van vergaderingen enz. opgenomen.
Woensdag 18 Juli:
Schaakclub „Westergoo”. Speelavond, aan
vang 7>/2 uur in „Ons Gebouw” (Eerste
zaal).
Chr. Jeugd-Onth.-Ver. Vergadering’s avonds
53/4 uur in „Ons Gebouw”.
N. C. G. O. V. Bijeenkomst des avonds
8 uur in het Wilhelminagebouw.
Donderdag 19 Juli:
Muziekkorps „Hollandia”. Concert’s avonds
7’/2 uur in het Julianapark.
Zangvereeniging „De Lofstem” Repetitie
’s avonds 8 uur in „Ons Gebouw”.
Vrijdag 20 Juli:
Sted. Muziekkorps „Bolsward”. Gewone
repetitie des avonds 8 uur in de muziek
school.
R.K. Zangkoor. Repetitie ’s avonds 8 uur
in café Slippens.
Chr. Gemengd Koor. Repetitie des avonds
8 uur in de Chr. School „Rehoboth”,
Hengstepad.
Bolswardsche Biljartclub. Speelavond
6 tot 11 uur in „De Wijnberg”.
Zangvereen. „Voorwaarts”. Gewone repetitie
’s avonds 8 uur in café „Voorwaarts”.
Zaterdag 21 Juli:
Stadsspaarkas. Inbrengen van gelden des
avonds 7 uur, in het lokaal Politiebureau.
Onderling Ziekenfonds. Contributie afdracht
’s avonds van 5'/2—6’/2 uur in „Ons
Gebouw”.
Chr. Knapenvereen. Vergadering des avonds
7’/z uur in „Ons Gebouw”.
Maandag 23 Juli:
Chr. Jongelings-Vereen. Ledenvergadering
des avonds 8 uur in „Ons Gebouw”.
Dammen en schaken, ’s avonds vanaf 7’/2 uur
gelegenheid in het Wilhelminagebouw.
Korfballen, ’s avonds 8 uur op ’t Sportterrein.
Dinsdag 24 Juli:
Chr. Vrouwenvereen. „Dient elkander door
de liefde”. Gewone vergadering ’s avonds
8 uur in „Ons Gebouw”.
jongedochtersvereeniging „Eben Haezer”. Ge
wone vergadering in „Ons Gebouw”.
Bolswardsche Biljartclub. Speelavond van
6 tot 11 uur in „De Wijnberg”-
Geh.-Onth. Koor. Repetitie ’s avonds 8 uur
in het Wilhelminagebouw.
Tempelieren. Vergadering des avonds 8 uur
in café „Voorwaarts”.
Woensdag 25 Juli:
Schaakclub „Westergoo”, Speelavond, aan
vang om 7>/2 uur in „Ons Gebouw”
(Eerste zaal).
Chr. Jeugd-Onth.-Ver. Vergadering ’s avonds
53/4 uur in „Ons Gebouw”.
Biljartclub „Jan Wiemers”. Speelavond van
7 tot 11 uur in café „De Drie Kronen”
(H. Gaarman).
De overweging, hoe aan oude gewoonten
en gebruiken soms moeilijk een einde is te
brengen, zelfs al ontaardde ze in mis
bruiken, brengt mij op de gedachte nog
iets te zeggen over een wqze va* bedelen,
die berustte op «en geheel verouderd ge
bruik. Ik bedoel het vroegere omgaan van
„Pinksterbloemen’Op de Pinksterdagen
werden de wandelaars langs het Bolwerk,
en soms ook de kerkgangers, om een gave
lastig gevallen door aast groen, bloemen
en linten opgesmukte meisjes. Mea wil
dat dit gebruik reeds afstamde uit den
heidenschen tijd en toen het Meifeest wsi
ter inhuldiging van den zomer. Ook de
meiboom op in aanbouw z^ude huizen
schijnt daarmee verwant te zijn.
Ds „Pinksterbloemen”, zoo als de oudste
bewoners die zieh nog zullen herinneren,
hadden evenwel niets feestelijks meer, het
oude gebruik was ontaard in een soms
zelfs brutale bedelarij. In 1867 scheen ’t
meer e* m-er uitstervende gebruik w-er
te verergeren, althans ik vond ee* paar
klachten daarover vermeld. Ofschoon ik
vruchteloos heb gezocht naar een besluit,
waarbij het loopen van de „Pinksterbloem”
verboden werd, meen ik toch wel, dat ’t
sedert genoemd jaar, als engeoorloofd be
drijf werd beschouwd, en
er op toegezien werd,
Tot besluit moet ik nog melding maken
van een hevigen brand, die 16 Sept. ’67
des morgens 5 uur uitbrak in de bergplaats
van takkebesschen achter de bakkerij van
deu bear A. Bouma Hz. Het vuur vond
hier zoo gretig voedsel, dat al ras het dak
instortte, en de vlammen bereikten een
enorme hoogte. De brandweer was spoedig
in de weer en gelukkig was het huis er
naast van den meubelmaker C. A. H.
Fischer er door een hooge* muur van
gescheiden, anders was dat pand stellig
verlote* gegaan. Nu werd daar wol belaag
rijke schade aangericht, en ging ook oen
deel van het dak verloren, maar overigens
bleven de buizen, ook de bakkerij behouden,
’e Morgens 8 *ur koa het gevaar als go-
weke* beschouwd worden e* rukten de
spuiten weer in.