<r
der Gemeente Bolsward
Officieel Orgaan
Pepermunt
vreest geen
concurrentie
t
Woensdag 22 Augustus 1923
62ste Jaargang
No. 68
Officiëele Advertentiën.
Practisch-Idealisten.
Brieven en stukken voor de Redactie en Administratie, opgaven van advertentiën enz., te zenden aan het Bureau van Uitgave:
Firma B. CUPERUS Az. te Bolsward - Telefoon No. 4
OUD-BOLSWARD.
Verschijnt Woensdags en Zaterdags Abonnementsprijs franco per post 62'/2 cent per 3 maanden
KERMIS - BOLSWARD.
OBSERVATOR.
Van den Hak op den Tak.
WEEK-AGENDA.
-1550
-1533
- 1490
- 1448
Leden-
„Ons
Advertentieprijs: 10 cent per regel. Bij contracten aanmerkelijke korting.
Dienstaanbiedingen, Koop- en Verkoopadvertentiën, Personeelaanvragen,
enz., enz., van 15 regels 50 cent. Iedere regel meer gewoon tarief.
LUI.
JAARMARKT
Advertentiën voor dit blad worden gratis geplaatst in „Wonseradeel”,
Makkumer Courant en „Hennaarderadeel”, welke bladen door geheel
Wonseradeel en Hennaarderadeel geregeld huis aan huis worden bezorgd.
gesloten zal zijn.
H.bl.
Bolswardsche Courant
eiod ook
Triomf! de gouden
van
Gij maakt een
Rinke F. Feenstra
F. en A. Hamburg
D. Gerritsma
en Th. Schuurman»
Het werk werd aan
BURGEMEESTER eu WETHOUDERS
van Bolsward maken bekend, dat de
aanvangt op Maandag 3 Sept. e.k.
en eindigt Zaterdag 8 Sept, e.k.,
telkens des morgens 8 uur;
dat voor muziek hoogstens v ij f draai
orgels na keuring worden toegelaten;
dat voor staanplaats van tenten, kramen
en disschen men zich moet aan melden bij
den Inspecteur van Politie onder opgaaf
van de afmetingen der inrichtingen enz.;
dat voorts waarzegtenten en straat
kunstenaars zullen worden geweerd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
S. J. PRAAMSMA, Burgemeester.
H. HAIT8MA, Secretaris.
Bolsward, 14 Aug. 1923.
Woensdag 29 Aug.:
Floralia-feest. Des namiddags van 2-4 uur
Planten-tentoonstelling in de groote zaal
van „De Doele”.
Feestelijke bijeenkomst ’s avonds 7 uur
groote zaal van „De Doele”.
Schaakclub „Westergoo”. Speelavond, aan
vang 7'/2 uur in „Ons Gebouw” (Eerste
zaal).
Biljartclub „Jan Wiemers”. Speelavond van
7 tot 11 uur in café „De Drie Kronen”
(H. Gaarman).
bijval en spoedig daarop heeft de heer
Peters onze gemeente verlaten, ik meen
dat hij toen te Utrecht plaatsing vond.
Gegroet
Stadsspaarkas. Inbrengen van gelden des
avonds 7 uur, in het lokaal Politiebureau.
Onderling Ziekenfonds. Contributie-afdracht
’s avonds van 5’/2—6'/2 uur in „Ons
Gebouw”.
Chr. Knapenvereen. Vergadering des avonds
l'li uur in „Ons Gebouw”.
Maandag 27 Aug.:
Vereen, voor Chr. Volksonderwijs,
vergadering des avonds 8 uur in
Gebouw”.
Chr. Jongelings-Vereen. Ledenvergadering
des avonds 8 uur in „Ons Gebouw”.
Dammen en schaken, ’s avonds vanaf 7’ /z uur
gelegenheid in het Wilhelminagebouw.
Korfballen, ’s avonds 8 uur op ’t Sportterrein.
Dinsdag 28 Aug.:
Tempelieren. Vergadering ’s avonds 8 uur
in café „Voorwaarts”.
Chr. Vrouwenvereen. „Dient elkander door
de liefde”. Gewone vergadering ’s avonds
8 uur in „Ons Gebouw”.
Jongedochtersvereeniging „Eben Haezer”. Ge
wone vergadering in „Ons Gebouw”.
Bolswardsche Biljartclub. Speelavond van
6 tot 11 uur in „De Wijnberg’”
Geh.-Onth. Koor. Repetitie ’s avonds 8 uur
in het Wilhelminagebouw.
’t Was op een kermisavond, dat ik eens
voor ’n panopticum stond te kijken en te
luisteren. Te kijken namelijk naar de eigen
aardige, griezelige voorstellingen en te
luisteren naar den man, die vóór de tent
stond te vertellen, wat er binnen alzoo te
zien was. Als in een droom aanhoorde ik
de wonderbaarlijkheden, die hij opsomde...
tot ik opeens opschrikte bij het hooren
van: „Men ziet, boe een proffessor laat in
den nacht thuiskomt, ten slotte naar bed
gaat, en, inplaats van zijn kaars, zijn
laatsten adem uitblaast. Gaat zien
Gaat zien!” Sjonge nog toe, dacht ik, wat
een vreemd verschijnsel; ik moet ’t maar
eens niet zien. Welneen, men kan alles
niet voor zoete koek slikken ze zouden
ten lange laatste met je wegloopenDie
boer dacht er blijkbaar anders over. Hij
strompelde een sigarenwinkel binnen en
vroeg om sigaren. De gedienstige ver-
kooper informeerde al spoedig: HWelke
wenscht meneer: lichte, zware, middelsoort
of...” „O, dat kan me niet schelen”, zoo
viel de boer in, „als ze maar in mijn mond
passen!” Nu weet ik wel, hij beleedigde
niemand ermee. Iets anders was dat met
dien schooljongen. Hij was meeater’slieveling
zoo’n beetje. Op ’n keer had hij voor de
zooveelste maal weer wat meegebracht voor
zijn meester. En hij sprak deze aan met:
„Meester, hier heit uwes een paar proefjes
van ons eigen geslachtmoeder heit zelven
geslacht.” Toen meester de zak had uit
gepakt, sprak hij verbaasd „Maar Tennis,
dat is te veel, waarlijk te veel, jongen!!”
Nu zei Tennis; „Ja, meester, dat heit
moeder ook al gezeid, maar vader zeit:
geeft het den jongen maar mee, gemat
maar mee, want die slok op kan je toch
nooit genoeg geven.” Meester wilde sinds
dien geen sikkepit meer van Tennis’ ouders
hebben. Want die moest hij het kwalijk
nemenTennis was niet wijzer. Maar dat
men in België niet wijzer is, bevreemdt
mij ten zeerste. In het stadje Doornik
beeft de Raad kort geleden een strafver
ordening uitgevaardigd tegen personen, „die
han honden en katten „toestaan” ge
durende de nachteljjke uren te blaffen of
te miauwen op zoodanige wjjze, dat daardoor
de nachtrust van hun medeburgers kan
worden gestoord.” Ieder zal dat, met mij,
een rare en zotte verordening vinden.
Eanigszins beter luidt dat nieuwe artikel
uit de politieverordening van het plaatsje
O. O.; daar is het namelijk verboden grama-
foons aan den openbaren weg te laten spelen.
Te dezer gelegenheid nu maakte één der
vroede vaderen de opmerking: „Maar man
heer de voorzitter, moeten we dan ook
straks niet de vrouwen het babbelen op
straat gaan verbieden?” Die meneer scheen
alzoo vrouwen en spreekhoorns op één lijn
te stellen. En naar mijn bescheiden meening
is dat niet geoorloofdBovendienik zou
denken, dat de politie menigmaal verzuchtte:
„Nou, nou, dat is geen katje, om zonder
handschoenen aan te pakkenZeker, je
hebt er vele zachte lievelingen onder; dat
stem ik dadelijk toe. Ook onder de schoon
moeders; gerust, hoor! De mannen zijn
evenmin van alle schuld vrij te pleiten.
Wat zegt ge bij voorbeeld van Van der
Kwast? Deze komt veelal laat in den nacht
thuis. Natuurlijk: menigmaal in kennelijken
staat, zooals de heeren der wet dat be
lieven te noemen. Eens nu werd die kerel
gevraagd „Wat zeg je toch tegen je vrouw,
als je ’s nachts zoo laat thuiskomt?”
Waarop onze Van der Kwast antwoordde:
„Ik zeg alleen maar goeden avond al
het andere zegt zij.” Hij nam het dus
nogal gemoedelijk op. Dit kan mede gezegd
worden van die boef. Men kwam op den
morgen der terechtstelling de ten doode
veroordeelde wakker maken; toen vroeg
de directeur der gevangenis hem: „Wat
wil je voor je galgenmaal eten?” De toe
komstige onthoofde verklaarde: „Perziken.”
„Maar daar is het de tijd nu niet voor...
ze zijn nog niet rjjp.” „O, dat geeft niet,
ik wil wel een poosje wachten.” Of men
ook aan zijn wensch heeft voldaan, zie, dat
wordt er niet bij verteld. Misschien wel
In deze rubriek worden gratis alle aankon
digingen van vergaderingen enz. opgenomen.
Woensdag 22 Aug.:
R.K. Werklieden-Vereen. Bestuursvergade
ring ’s avonds 8 'uur in het R.K. Werk
liedengebouw.
Chr. Bond van Personeel in Publ. Dienst.
Vergadering ’s avonds 7'/2 uur in „Ons
Gebouw”.
Ned. Vereen, tot Afsch. van Alcoh. Dranken.
Vergadering ’s avonds 8 uur in café
„Voorwaarts”.
Schaakclub „Westergoo”, Speelavond, aan
vang om 7*/2 uur in „Ons Gebouw”
(Eerste zaal).
Biljartclub „Jan Wiemers”. Speelavond van
7 tot 11 uur in café „De Drie Kronen”
(H. Gaarman).
N. C. G. O. V. Bijeenkomst des avonds
8 uur in het Wilhelminagebouw.
Donderdag 23 Aug.:
Muziekcorps „Hollandia”. Concert ’s avonds
8 uur in het Julianapark.
Zuivelbewerkersbond. Verg, ’s avonds T'/2
uur in het R.K. Werkliedengebouw.
Zangvereeniging „De Lofstem” Repetitie
’s avonds 8 uur in „Ons Gebouw”.
Vrijdag 24 Aug.:
Gecomb. Bestuurs-vergadering der Werkl.-
Organisaties, ’s avonds 8‘/2 uur in „Ons
Gebouw”.
Sted. Muziekkorps „Bolsward”. Gewone
repetitie des avonds 8 uur in de muziek
school.
R.K. Zangkoor. Repetitie ’s avonds 8 uur
in café Slippens.
Chr. Gemengd Koor. Repetitie des avonds
8 uur in de Chr. School „Rehoboth”,
Hengstepad.
Bolswardsche Biljartclub. Speelavond
6 tot 11 uur in „De Wijnberg”.
Zaterdag 25 Aug.:
Stadsspaarkas. Inbrengen van gelden
Is in het vorige schetsje gesproken over
vernieuwing en verandering van bruggen,
men is daarmee voortgegaan nu men zag
en merkte dat het beklimmen der hooge
posten eigenlijk reeds te lang bad geduurd.
Was men eerst wat huiverig geweest in
den ouden toestand verandering te brengen,
nu het begin er eenmaal was, wenschte
men met de verandering door te gaan.
Een effen pad was toen het streven, en
om het te loor gaand antieke stadsschoon
scheen men zich toen niet te bekommeren.
Als men echter de oude teekeningen be
schouwt, gelijk die er nog «au onze stad
bestaan, als men ia het oog vat die fraaie
rondingen der bruggen, in harmonie met
de stoepenluifels en de verschillend gevormde
spitse gevels der huizen, dan zal toch
niemand ontkennen dat onze stad toen efen
eerwaardig, deftig en fraai aanzien had,
waarbij het stijve en eentonige van onzen
t^d niet balen kan.
Ik weet het en in zekeren zin kan ik
bet billijken dat in bruggenbouw alsmede
in huizenbouw verandering kwam, het prac-
tische leven heeft thans strenge eischen,
toch blijf ik het betreuren dat er zooveel
meer daa neodig was van het oude
is verdwenen. Het gemis van iets fraais
wordt gewootilijk pas gevoeld, als het te
laat is en het fraaie niet meer terug is te
bekomen.
Heb ik reeds melding gemaakt van de
verandering der bruggen: Zwaantjespost en
de post naast het Raadhuis, in 1869 werd
overgegaan tot de verandering der „Drie-
posten”. In één perceel werd 3 Maart van
dat jaar aars besteed: de verandering der
„Zwarte brug” en der Drieposten brug.
De eerste is gelegen in de Groote Dijl-
akker, over de Gasthuishaven, de andere
daar onmiddellijk bij over de Dijlakker.
Als herinneting aan de destijds meest op
den voorgroud tredende aannemers zal ik
hier laten volgen hoe en door wie werd
ingeschreven. De sommen doen weinig ter
zake, het is meer om de namen der in
schrijvers.
De begroeting van den stadsarchitect,
de heer G. van der Werf, bedroeg f 1510.30.
Ingeschreven werd:
A. L. Kool te Makkum f 1698
J. Oosterbaan en 8. Homminga, alhier - 1586
v
H
n
v
den laagsten in
schrijver gegund. De steenen hoofden, voor
zoover zij hecht en goed waren, konden
blijven staan (het muurwerk op den hoek
der Dijlakker draagt het jaartal (1746) er
kwamen, inplaats der gemetselde bogen,
houten bruggen met eveneens houten leu
ningen. Geannonceerd werd, dat tijdens
het werk de scheepvaart daar gestremd
was en de passage van rijtuigen langs de
Kerkstraat moest plaats hebben en over
een hulpbrug over de Dijlakker dicht bij
de Groote Kerk. Die hulpbrug lag nagenoeg
op dezelfde plaats waar, gelijk men zich
zal herinneren, op 25 September 1905,
bij het bezoek van H. M. de Koingin en
Prins Hendrik aan Bolsward, het Koninklijk
rijtuig nadat langs de Kerkstraat een bezoek
aan de Kerk was gebracht en na den omrit
rond de Kerk, over een hulpbrug de Dijl
akker werd overgetrokken om weer stads-
waarts te stevenen.
Dat het publiek destijds zeer ingenonaen
was mot de verandering verlaging der
bruggen blijkt mij uit een toen openbaar
gemaakt versje. Meer omwille der curio
siteit als om de kunstwaarde van het ge
dicht wil ik het hier inlasschen.
Een likdoornlijder bij ’t slaopen der
Drieposten".
Gewis, ik zie het nadr’en van de gouden
[eeuw.
Vooruitgang! eed’le leus der thans beleefde
[dagen,
Burgemeester en Wethouders van Bols
ward maken bekend, dat het kantoor van
den Gemeente-Ontvanger aldaar op 27, 28
en 29 Augustus
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
8. J. PRAAMSMA, Burgemeester.
H. HAITSMA, Secretaris.
Bolsward, 20 Augustus 1923.
Wij leven in een overgangstijd. Aan den
eenen kant is**de haat tusschea naties scherp
en hevig, aan den anderen kant zijn in alle
landen teekenen van verbroederingmerkbaar:
getuige o.a. de vele internationale vereeni-
gingen, die er tegenwoordig bestaan, de
verhoogde belangstelling in buitenlaudsche
kunst enz. Aan den eenen kaut zien we
vermindering van ondernemingslust, ver
slapping, decadentie; aan den anderen kant
zoekt nieuw leven uitweg te vinden (maar
is door den grooten tegenstand voor velen
nauwelijks zichtbaar). Hier verliezen de
oude normen hun waarde, dahr zien we een
zoeken, en vinden reeds, van eenige normen
voor den komenden tijd.
Eenige van deze naar nieuwegeestelijke
grondwaarden zoekende eu vindende men
schee hebben zich in Ommen gedurende
één week vereenigd in een kamp. Het zijn
de „practiech-idealisten”. Het zijn zij, die
hun idealen niet met illusies verwarren,
maar als iets werkelijks beschouwer?, hierin
gelooven en ze trachten in practijk te
brengen. Dat om dit te bereiken offer
vaardigheid de grondtoon van hun leven
moet zijn, is begrijpelijk. De eerste regel
van de beginselverklaring luidt dan ook
Wij willen trachten de menschheid te dienen
in plaats van eigen eer en voordeel na te
jagen. Niet de gedachte welke arbeid sub
jectief aangenaam is, maar de gedachte
welke arbeid op ieder oogeablik noodig is,
moet het richtsnoer van hun leven zijn.
Dit type mensch is internationaal. Niet
te verwonderen is het dan ook, dat menschen
uit allerlei landen vereenigd waren, allen
het kamp verrijkend met hun nationale
karaktereigenschappen.
Zoo leerden we iets van de Duitsehe
psyche kennen door diepzinnige gesprekken
der immer philosopheerende Duiischers;
van de Zweedsche door karakteristieke
Zweedsche volksdansen en zonnigen humor;
een groepje Oostenrijkers was er met zang,
dans en guitaar; een jeugdig optimistisch
groepje, dat het volle vertrouwen had in
de wording van een nieuwe samenleving;
eenige Vlaamscbklappende Belgen; eenige
Franschen, die vrij-uit het teere punt der
Ruhr-quaestie met de Duitschers konden
besprekeu. Vele problemen werden behan
deld, maar wat méér waard was dan enkel
het bespreken van problemen, was het ge-
heele samenlevings-experiment. Hier kwam
het er op aan om in de eerste plaats inter
nationaal te leven, in de tweede plaats om
over internationalisme te praten. Voor een
dergelijk samenlevings-experiment is de
vrije natuur wel uitermate geschikt.
Oefeningen in verdraagzaamheid, in
samenwerking bij verschillenden aanleg
hielden we in ons kamp iederen dag; ge
legenheid tot beter begrijpen en waardeeren,
tot verruiming van inzicht bestond in ruime
mate.
Een kamp, zooals door practisch-idea
listen gehouden wordt, is uitermate geschikt
om de mentaliteit van de menschen te
veranderen. Op deze wijze hopen zij bij
te dragen tot wereldhervorming door wereld-
regeneratie. Deze weg lijkt een lange en
«oor velen daarom onpractische, maar is
in wezenlijkheid de kortste en de eenige.
Voor verandering van mentaliteit is ook
geestelijk voedsel onontbeerlijk. Dit was
in ons kamp in overvloed aanwezig. Wij
noemen slechts de Nederlandsche sprekers:
prof. Casimir, die een lezing hield over de
nieuwe opvoeding; Wibaut, wethouder te
Amsterdam, die ons zijn begrippen omtrent
het dienen der menschheid ontvouwde;
dr. J. J. van der Leeuw en P. Roest, die
over hun reiservaringen in Australië, Indië
en Amerika verhaalden. De avondbespra-
kingen werden gehouden, terwijl wij zaten
in een kring rondom het kampvuur, het
symbool van den band, die ons allen bond
en van den gloed, die ons bezielde.
aan het pijnlijk,
[zuchtend klagen,
Door u verstomt ook zelfs des likdeorn-
[lijders schreeuw.
De Zwaantjepost, vervangen door ec-n effen
[brag,
Wat was bij niet een plaag voor mij en
[mijns gelijken!
Vooruitgang doet nu weer een steen des
[aanstoots wijken,
Een middeleeuwse!) gedrocht keert tot zijn
[niet terug.
eeuw is blikbaar in ’t
[verschiet
Oneffen zij de straat, bedekt met lompe
[keien,
Vooruitgang doet ook eens meer effen haar
[plaveien
De likdoorzalf-fabriek gaat dan bepaald
[failliet.
De vervanging der bahteenbestrating
was toen ai zoowat in bespreking. Daarop
doelt blijkbaar het laatste couplet. Waar
men toen zoo naar vooruitgang streefde,
mag ik hier zeker ook wel een klein stapje
voorwaarts en reeds nu vertellen, dat de
Raad het volgend jaar besloot de gewone
balsteenbestrating in de voor doorgaand ver
voer bestemde straten te vervangen door een
bevloering van platte vierkante Belgische
quenastkeien. Het kostte een hom duiten,
maar het werd ook een verbetering voor
altijd genoemd. Voor altijdWij weten
bij ervaring hoe in latere jaren over die
keien geprutteld is, geprutteld tot zoolang
ze weer door wat beters zijn vervangen.
Zoo gaat het: de mensch leeft bij ver-
audering. Ik wil voorloopig de keien
daarom ook in hun wezen laten en iets
anders naar voren brengen. In Maart
van het door mij thans besproken jaar
overleed op betrekkeiijk jeugdigen leeftijd
nog geen 30 jaren de heer L. Levoir,
directeur-boekhoi’der der Gasfabriek.
De Raad besloot op een jaarwedde van
f 600 met vrije woning, vuur en licht
een nieuwen functionaris op te roepen.
Inmiddels kwam er een verzoek in van
den heer E. Brandsma om de fabriek
gratis te exploiteeren voor eigen rekening,
belovende een lageren gasprijs aan de
ingezetenen te zullen in rekening brengen.
De Gemeente bespaarde dan al vast het
salaris van f 600 en de ingezetenen profi
teerden van den verlaagden gasprijs. De
heer I. J. Verwer, notaris ondersteunde
dit verzoek, en gelijk te denken is, vele
ingezetenen hoopten dat de Raad er ooren
naar zou hebben.
De overweging dat de fabriek aan de
gemeente behoorde, de Gemeente ook de
risico had en diende te houden, wees
het verzoek van de hand en maakte uit
de sollicitanten welke zich hadden aangemeld
een aanbeveling van drie personen op,
bestaande uit de heeren C. H. Peters te
Westhem, H. de Ruiter te Leiden en
J. Ferwerda te Harlingen en 9 Juni werd
eerstgenoemde benoemd.
De heer Peters was een bouwkundige,
een leerling van den beroemden architect
Kuypers, die heel veel kerken heeft gebouwd,
maar vooral ook bekend werd als bouw
meester van het Centraal-station en het
Rijksmuseum te Amsterdam. De heer
Peters was opzichter bij den bouw der
kerk te Blauwhuis en hier benoemd tot
gasdirecteur, mocht hij voor particulieren
de architectuur uitoefenen. In den korten
tijd, dat hij hier verbleef, heeft hij hier
eenige werken uitgevoerd, waarvan nu nog
het eigenaardig cachet van Kuypers’ bouw
stijl is op te merken. De gevel van het
huis der firma K. Plantinga, draagt in
den bovenbouw slechts eenigszins dat genre
de onderpui daarvan werd later opnieuw
vernieuwd, maar in de huizen Banning en
8. R. Dijkstra, het laatste thans bewoond
door den heer Osinga aan de Groote Markt,
in het kleine winkelhuis aan de Rijkstraat,
toen van P. Albada Jelgersma, thans firma
Stockmann, en in den verbouwden vleugel
en den achterkant aan den Stadswal van
het Convent kan men in het metselwerk
en de wijze van ornamenteering duidelijk
het eigenaardige van den Gothischen bouw
stijl opmerken.
Toen met Januari 1871 de stadsarchitect,
de heer G. van der Werf ontslag vroeg,
verzocht de heer Peters, de betrekkingen
gemeente-arcbitect en gasdirecteur in één
persoon te vereenigen. Dit vond geen