he
der Gemeente Bolsward
Officieel Orgaan
Fa. N. C. de haas
rsma,
srd
Verf,
’s.
ia
BI
oper
ne
n
Woensdag 9 April 1924
63ste Jaargang
No. 28
OUD-BOLSWAKD.
z
m
>nd.
m
<n
o
z
o
m
o
ATTENTIE!
J. NA WIJN Jr., Dijkstraat 39, BOLS WARD
Brieven en stukken voor de Redactie en Administratie, opgaven van advertentiën enz., te zenden aan het Bureau van Uitgave:
Firma B. CUPERUS Az. te Bolsward - Telefoon No. 4
It's fü
LENTEZANG.
WEEK-AGENDA.
7
>r
werk,
ren.
0.40.
erf
DE GESCHIEDENIS DER
ARBEIDSORGANISATIE,
door Mr. Dr. N. Hofstee.
w
ad,
islen,
vard.
i
Advertentieprijs: 10 cent per regel. Bij contracten aanmerkelijke korting.
Dienstaanbiedingen, Koop- en Verkoopadvertentiën, Personeelaanvragen,
enz., enz., van 15 regels 50 cent. Iedere regel meer gewoon tarief
Onze geachte clientèle komt nog geregeld om de fijne ZOETE
SINAASAPPELEN van 9 voor 25 cent. Wij kochten heden weer
een partij, tevens alle soorten klein en groot vanaf 14 voor 25 cent.
Voor Paschen alle soorten NOTEN, eerste kwaliteit.
Hazelnoten 28 cent per pond. Groote Noten 35 cent per pond.
Zachte Kraakamandelen 40 cent per pond.
Paranoten Driehoekjes 45 ct. p. pond. Cocosnoten, dikke vanaf 32 ct.
SNIJSLA, SPINAZIE, WITLOF tegen dag-prijzen.
Bestellingen worden desgewenscht gaarne aan huis bezorgd.
Vriendelijk aanbevelend
Verschijnt Woensdags en Zaterdags Abonnementsprijs franco per post 62*/2 cent per 3 maanden
Advertentiën voor dit blad worden gratis geplaatst in „Wonseradeel”,
Makkumer Courant en „Hennaarderadeel”, welke bladen door geheel
Wonseradeel en Hennaarderadeel geregeld huis aan huis worden bezorgd.
Bolswardsche Courant
IN
Koffie en Thee
in hou-
eigen*
Uitgave van C. A. J.
ivenge-
m vraag
lik dan
TIER-
en ge-
f 1,45.
agisten
ledrag.
ÏR,
(Dr.)
aar in
1” 30
nu de verhouding tusschen de
het stadsbestuur? Deze is in
gezellen. Bovendien,
en gezel dagelijks
werken in de dezelfde werkplaats,
en werklieden in de
aan-
Dit wordt echter weldra anders. Reeds
in de 16e eeuw en in sommige landen nog
vroeger, volgens prof. Posthumus in de
Nederlandsche gewesten zelfs reeds iu de
14e eeuw, begint zich naast bet handwerk
eene kapitalistische huisindustrie te ontwik
kelen. Zij wordt gedreven in het groot,
zoodat een ondernemer een aantal thuis
werkende arbeiders voor een bepaald stukloon
de door hem verschafte grondstof doet
verwerken. Deze nieuwe vorm van arbeids
organisatie, welke vooral in de weverij
ingang vindt, stelt betrekkelyk groote ge-
De lente, o de lente
Zingt in myn bloed;
De gansche schepping jubelt
Een welkomstgroet.
Ze komt op vlugge voetjes,
Onhoorbaar stil,
Alsof ze heel de wereld
Verrassen wil.
Ze komt op donzen wolkjes,
Licht rose en blauw,
En schittert als juweelen
In de ochtenddauw.
Ze komt heel jong en stralend
Na winternacht,
In duizend geuren, kleuren
En zonnepracht.
Ze kleedt de frissche weide
Met bloempjes aan;
Viooltjes Sust ze wakker,
Die eenzaam staan.
De zwaluwen gaan zwevend,
Vlug op en neer,
De ooievaar zoekt kleppend
Zijn woning weer.
Do musschen tjilpen vroolijk,
De leeuw’rik slaat,
De nachtegaal zingt jub’lend
Reeds, 's avonds laat.
O, luister naar het zingen,
Gij zult verstaan,
En alle voorjaarsstemmen
Begrijpen gaan.
Want, o ze zingt, de lente
Zoo’n heel blij lied,
Van liefde,- vrede en vreugde
In ver verschiet.
Ze zingt - o hoor haar, juichen
Zoo wouderblij,
Van licht en eeuwig leven
Voor U en mij.
(Uit «Verzen” door J. v. Rees-v. Nauta
Lemke.
Dishoeck, Bussum).
Voor het plaatsen van advertenties bevelen
wij ons blad bij H.H. bestuurders van ver-
eenigingen aan, terwijl wij hen tevens
attent maken op ons adres voor de levering
van alle soorten vereenigings-drukwerk als
convocatie-biljetten, reglementen, diploma’s,
programma’s, tekstboekjes enz. enz.
FIRMA B. CUPERUS Az.
Woensdag 9 April:
Vereen, voor Ambachtsteekenonderw. Alge-
meene Ledenvergadering, des avonds
8 uur in „De Wijnberg”.
J.V.O., afd. Bolsward. Vergadering’s avonds
8 uur in café „Voorwaarts”.
Geheelonth.-Jeugdorganisatie „De Hoop der
Toekomst”. Vergadering ’s avonds 6 uur
in „Ons Gebouw”.
Schaak- en Damclub „Westergoo—Tavenu”.
Speelavond eiken Woensdag. Aan vang
kwart voor acht uur in „Ons Gebouw”,
leeszaal, boven.
Bibliotheek St. Vincentiusgebouw, ’s avonds
van 7—8 uur.
Biljartclub „Jan Wiemers”. Speelavond des
avonds van 7—11 uur in café Gaarmann.
Donderdag 10 April:
Rederijkerskamer „Eendracht zij onze leus”.
Openbare uitvoering des avonds 8*/2 uur
in „De Doele”.
Verkooping van weilanden bij Bolsward, door
notaris F. J. Bruinsma ’s nam. 1 uur (n.t.)
in „Den Hof van Holland”.
Verkooping van Huizen en Winkelhuis door
notaris F. J. Bruinsma ’s avonds 7 uur
in café Gaarmann.
Plantenveiling door G. Keikes, voorm. 11 uur
bij de Nieuwmarkt.
R.K. Zangkoor. Repetitie ’s avonds 8 uur
in café Slippens.
Vrijdag 11 April:
Geref. Zangver. „Pro Rege”. Repetitie des
avonds 8 uur in het Wilhélminagebouw.
Zangvereen. „Voorwaarts”. Repetitie des
avonds 8 uur in café „Voorwaarts”.
Mannenkoor „Hollandia”. Repetitie ’s avonds
7 uur.
Sted. Muziekkorps „Bolsward”. Gewone
repetitie des avonds 8 uur in de muziek
school.
Chr. Gemengd Koor. Repetitie des avonds
8 uur in de Chr. School „Rehoboth”,
Hengstepad.
Bolswardsche Biljartclub. Speelavond des
avonds van 7—11 uur in het clublokaal
„De Doele”.
Zaterdag 12 April:
Muziekgezelschap „Andante”. Repetitie des
avonds 7 uur in de,Muziekschool Kerkstr.
Bolswardsche Burgerwacht. Schietoefening
des avonds van 8 10 uur in het Gym
nastieklokaal van het Weeshuis.
Onderling Ziekenfonds. Contributie-afdracht
’s avonds van 5'/2—6'/2 uur in „Ons
Gebouw”.
Dinsdag 15 April:
Tempelieren. Vergadering des avonds 8 uur
in café „Voorwaarts”.
Gemengd Koor „Bolsward”. Repetitie van
’t Oratorium „Judas Macabeus”, ’s avonds
8 uur in „De Doele”.
Bolswardsche Biljartclub. Speelavond des
avonds van 7—11 uur in het clublokaal
„De Doele”.
tallen van werklieden in dienst van een
ondernemer, die zich niet meer ook zelf
met het handwerk bezig houdt, maar zich
uitsluitend bemoeit met het commercieele
gedeelte van het bedrijf, den inkoop van
grondstoffen en den verkoop der producten.
De huisindustrieele ondernemer moet ver
mogend zijn en staat zoo in fiuantieel op-
z ebt veel verder boven de voor hem
werkende handwerkslieden, dan de gilde-
meester boven zijn
terwijl gildemeester
samen
komen ondernemer
huisindustrie weinig met elkander in
raking. Zoo begint zich althans in dat deel
der industrie de kloof tusschen meesteren
knecht te verbreeden en scherper nog wordt
de tegenstelling, als in den loop der 17e
en 18e eeuw de zoogenaamde manufacturen
opkomen. De manufacturen waren werk
plaatsen, waarin een groot aantal arbeiders
werden samengebracht om onder één leiding
te werken, te vergelijken met onze tegen
woordige fabrieken, echter op kleiner schaal
en waar van de stoommachine nog geen
gebruik werd gemaakt (deze toch is pas
in 1769 uitgevonden), waar echter wel
reeds arbeidsverdeeling werd toegepast, in
dien zin, dat elke werkman slechts een
onderdeel van het produkt had te maken
of te bewerken. Voorbeelden van manu
facturen waren de papiermolens, glasmake
rijen, spiegelmakerijen, zydespinneryen,
lakenweverijen, speldefabrieken. De onder
nemers dezer manufacturen waren groot
ondernemers, die finahtieel en door hun
stand nog veel verder van de werklieden
af stonden dan de ondernemers van de
huisindustrie. En nog scherper wordt die
klassenscheiding als de machine in de nijver
heid bare intrede doet. Terwijl er in den
gildentijd tusschen patroon en arbeider
bestaat productiegemeenschapenconsumptie-
gemeenschap (er is samenwerking tusschen
hen, de gezel geniet bij den meester kost
en inwoning), bestaat thans nog alleen
productiegemeenschap, iedere andere levens
gemeenschap tusschen hen is uitgesloten
en wanneer nog eens een enkele keer b.v.
ter gelegenheid van een jubileum de patroon
met zijn werklieden aan ééne tafel zit,
wordt dit en dat is wel teekenend voor
de verhouding zooals ze nu geworden is
met veel ophef in de couranten vermeld
en den patroon als een bijzondere tegemoet
komendheid en nederigheid toegerekend.
Wordt vervolgd.
LXXVIII.
Ben ik met de voorgaande schetsjes in
hoofdzaak over 1871 uitgepraat, toch meen
ik nog een paar zaken te moeten aanhalen.
Bolsward heeft in dat jaar voor de eerste
maal de najaarsüalvermarkt gehad. Wel
werden er op de weekmarktsdagen in ’t
najaar ook veel landkalveren verhandeld,
maar een aparte dag voor dat jonge hoornvee
was er nog niet. De Vereenigingen Handel
en Nijverheid en de afd. der Mij. van Land
bouw en Veeteelt, benevenseenige veehande
laren, drongen er op aan, dat, bij den tdene-
menden aanfok van vee, er behoefte bestond
aan een extra marktdag voor kalveren. De
Raad wilde begrijpelijkerwijze gaarne voldoen
aan het verzoek en bepaalde een dag in
October. Met het oog op de belangen der
andere plaatsen, werd door Ged. Staten
goedgekeurd, dat op den Woensdag, welke
den voorlaatstee Zaterdag in October voor
afging, hier te Bolsward najaarskalvermarkt
wordt gehouden. Deze nog al samenge
stelde bepaling van den dag werd noodig
geoordeeld om niet in ’t gedrang te komen
met andere markten, inzonderheid Dokkum.
Het bleek al ras, dat zulk een markt
alle reden van bestaan had. Deaanvoe^overtrof
verre de verwachting en telken jare werd
aanvankelijk meer jongvee te koop gepresen-
Nadruk verboden.
II.
De landheeren werken niet meer in het
bedryf. Vroeger waren zij de organisators
der productie, zy hebben nu hunne sociale,
we mogen wel zeggen belangrijke sociale
functie verloren. Daarmede is echter niet
het verlies der heerlijke rechten gepaard
gegaan. Integendeel, de landbeeren zijn de
afpersers en uitzuigers der boeren geworden,
vooral in Frankrijk heeft dat zulk een
een om vang aangenomen, dat dit als een
der oorzaken der Fransche revolutie is te
beschouwen.
De handwerkslieden nu gaan bij elkaar
wonen op de marktplaats, wat tot het
ontstaan van steden aanleiding heeft gegeven.
Terloops zij opgemerkt, dat ook wel uit
andere oorzaken steden zijn ontstaan, b.v.
Hoe is
gilden en
verschillende landen en plaatsen verschillend,
maar nergens hebben de gilden volledig
zelfbestuur. De overheid heeft overal het
oppertoezicht; de inwendige regeling is aan
de gilden zelf overgelaten. Deze bepalen
behoudens goedkeuring van het stadsbestuur
het loon der knechts, en een normaal-
arbeidsdag, (wat op sommige plaatsen het
stadsbestuur ook wel zelf doet), waarvan
begin en einde door de torenklok wordt
aangekondigd. Gewoonlijk is nachtarbeid
en Zondagsarbeid verboden; evenwel niet
om den mensch gelegenheid tot ontspanning
te geven of ter wille hunner gezondheid,
maar om andere redenen: gemakkelyke
contröle op bet werk, voorkoming van
brandgevaar, slechte qualiteil der producten
by de destijds slechte verlichtingsmiddelen.
Wat speciaal het brandgevaar betreft, de
groote massa der buizen „was gebouwd van
hout, geteerd en gepekt en met rieten
daken. Zoo is dan ook nagenoeg geen enkele
middeleeuwsche stad voor een omvangrijke
brand, die een groot deel der stad verwoestte,
bespaard gebleven. Met name vermeld ik
hier Amsterdam, dat den 25 Mei 1452
voor drie vierde gedeelte in de asch werd
gelegd.
Het toezicht van overheidswege heeft
ten doel de koopers waarborgen te geven
voor de goede qualiteit van de waar en
daardoor tevens den goeden naam van bet
bedryf in orde te houden. Het wordt opge
dragen aan speciale ambtenaren, onder wie
hier te lande de opzichters van de bloeiende
lakennering, de zoogenaamde waardeyns,
een eerste plaats innemen. Om het toezicht
te vergemakkelijken en wellicht ook de
onderlinge controle der gildemeesters van
hetzelfde bedrijf, wonen dezen by elkander,
waaraan nog vele straatnamen van thans
herinneren b.v. Smedenstraat, Bakkersstraat,
Weversstraat, Brouwersgracht, Looiersgracht
Vleeschhouwerssteeg, en is voorts bepaald,
dat de werkplaats aan de straat moet zijn
gelegen.
De inwendige organisatie van het gilde
met hare opklimming van leerling tot gezel
en van gezel tot meester leidt niet tot
maatschappelijke klassenvorming. De gezel
is de jongere van den meester, die op zijn
beurt meester wordt. Wel hebben in het
gilde de meesters de leiding, maar ook de
gezellen zijn lid van het gild en ook voor
hunne belangen wordt gezorgd.
Langzamerhand wordt dit evenwel anders,
vooral in die plaatsen, waar de gildemeesters
aandeel hebben weten te krygen in het
stadsbestuur. De gilden beginnen te ont
aarden, zij gaan uitsluitend de belangen
van de gildemeesters behartigen. De toe
treding tot het meesterschap wordt hoe
langer zoo moeilijker gemaakt, speciaal
ook voor hen, die niet tot de familie der
meesters behooren. Het maken van een
proefstuk en bet storten van een steeds
hooger opgevoerde geldsom wordt als eisch
gesteld, zoodat toetreding ten slotte alleen
voor vermogende gezellen mogelyk is. Zoo
wordt den meeste gezellen de kans ontnomen
om tot het meesterschap op te klimmen
en worden zy voor hun gansche leven ver
plicht om in loondienst te werken. Voor
het eerst ontslaat thans naast een klasse
van bezittende ondernemers al zyn die
ondernemingen eerst nog van genngen
om vang eene klasse van bezitlooze
arbeiders, uitsluitend aangewezen op den
arbeid in dienst dier ondernemers en met
deels tegenstrijdige belangen. Verbreeding
van de kloof tusschen beide klassen gaan
de gildereglementen voorloopig nog tegen.
Immers, die reglementen waken tegen
uitzetting der afzonderlijke bedrijven, ten
einde ongelyke mededinging tusschen de
gildebroeders tegen te gaan en zoo kunnen
deze niet meer dan een matig welvaartspeil
bereiken.
om veiligheid te vinden tegen vijanden,
achter de wallen. Zoo’n versterkte plaats
heette een burg. Zy, die het ?techt hadden
daarin hun toevlucht te zoeken, hadden
het burg-recht, waren burgers.
Vry spoedig weten de bewoners der stad
zich van de onderhoorigheid aan den heer
vry te maken. Toen de stad er een keer
was, ontstond de rechtsregel «Stadslucht
maakt vry”, krachtens welke de lijfeigene
of hoorige vrij werd van zyn heer, wanneer
by een jaar en een dag ongehinderd in de
stad gewoond had. Velen vluchtten zoo
van het platteland naar de stad, waardoor
mede de stad gaandeweg toenam in aantal
inwoners en hoe langer zoo machtiger
geworden, zich meer en meer onafhankelijk
wist te malen van den heer.
Zoo breekt aan de periode van de stads
huis houdingwaar de stad met hare landeiyke
omgeving een economische eenheid vormt,
binnen dien kring wordt alles voortgebraebt,
wat de ingezetenen noodig heboen om in
hunne behoeften te voorzien, de ruil van
goederen kan binnen dien kring beperkt
blijven. Deze periode is die van de hand-
werksnijverheid, waarin die nijverheid, in
de stad geconcentreerd, tot hooge ontwik
keling komt. Veelal worden de materialen
den handwerksman verschaft door den klant.
Voor zoover hy eigen materialen gebruikt,
wat vooral in den lateren tyd het geval
was, krygt de handwerksman het volle
recht op het product van zyn arbeid, wordt
nu, arbeid de voornaamste bron van
domsverkrijging.
Dat handwerksbedrijf in de stad wordt
nu naar vaste regels ingericht; de hand
werkslieden van elk bedrijf worden vereenigd
in gilden. Behalve een economisch bebben
de gilden ook een godsdienstig en een
maatschappelijk doel gezellig verkeer,
zorg voor zieke en invalide gildebroeders
enz. Hier is alleen het economische doel
voor ons van beteekenis. Die gildenorgani-
satie dan bad tweeërlei economisch doel
lo. de verbruikers te verzekeren, dat de
gildebroeders bekwaam waren voor hun
vak en goede waar zouden leveren tegen
redelyken prys; 2o. de gildebroeders een
behoorlijk bestaan te waarborgen. Ze be
oogden dus zoowel het belang der voort
brengers als dat der verbruikers. Om het
eerste doel te bereiken was voorgeschreven
lo. het leerlingschap, dat voor een zeker
aantal jaren, gewoonlyk twee, verplichtend
was gesteld; 2o. dat niemand meer dan een
of twee leerlingen mocht hebben, omdat
hij dezen anders geen goede opleiding zou
kunnen geven; 8o. maatregelen tegen
gildebroeders, die hunne leerlingen niet
voldoende in het vak inwydden; 4o. voor
schriften omtrent de wyze, waarop het
ambacht moest worden uitgeoefend, omtrent
de hoedanigheid der grondstoffen en afge
werkte producten. (Het keurboek van Leiden
van 1406 over de wyze van bereiden van
het laken bevatte niet minder dan 63 artikelen.
In 1492 werden acht lakenwevers te
Amsterdam tegelijk veroordeeld, ieder tot
een boete van 10 pond (f 60.wegens
het in huis hebben van verboden verfstoffen.)
Om het tweede doel te bereiken was voorge
schreven, dat niemand het bedrijf mocht
uitoefenen zonder lid van het gilde te zijn,
de z.g. Zunftzwang (gildedwang), verder
beperking van het aantal knechts, die een
meester mocht hebben, ook wel dat een
gildemeester niet meer dan één winkel
mocht hebben enz. En men was destijds
heusch niet malsch met de straffen tegen
overtreders. Zoo bepaalde ’t reglement van het
gilde der notarissen in Noord-Italië, datover-
treders van den Zunftzwang zouden worden
gestraft met afkapping van de rechterband.
Voor onze tegenwoordige notarissen om van
te watertanden in hunne ergernis over de
zaakwaarnemerij I?
Zoo kon iedere gildebroeder dus een
behoorlyk bestaan vinden, zonder dat de
een ver boven den ander kon uitgroeien.
Die gedachtengang leidde er toe, dat men
van uitvindingen niets moest hebben. Zoo
bepaalde een oorkonde van de Duitscbe
stad Thorn van 1523: niemand mag iets
nieuws uitvinden, doch ieder moet uit
broederlijke of butgerlijke liefde zyn naaste
volgen en nog koningin Elisabeth van
Engeland weigerde om soortgelijke reden
een patent opeen uitgevonden kousemakers-
stoel. Zoo kan men licht begrijpen, hoe al
die voorschriften, hoe zeer op hun tijd
van beteekenis, moesten leiden tot ver
starring van het ambacht.