J. B. UAH DEA OLDER ZD.
TAFELMESSEN
I
Prachtige sorieermg KRISTAL
de nieuwste artikelen als sigaren-
doozen, bonbonnière’s, bonbon-
mandjes, gebakschalen, vazen,
tafelflacons.
TAFELZILUER - SPECIALITEIT
aardappellepels, groentelepels,
vla-pudding-sauslepels, enz. enz.
Couverts per stuk per 6 paar
per dozijn met of zonder étui.
C.V.S. VEEKOEKJES
MET SUIKER
in doozenvan 25 K G
GOEDKOOP en BEST!
De Bolswardsche Courant en Westergoo
SPORT.
BUITENLAND.
ROESTVRIJE
I
II 1
Kolossale kw HUWELIJKS-CADEAUX
23g!£ Jaargang
Stadsnieuws.
Uit den Omtrek.
VRAAGT ONZE
VOORTREFFELIJKE
KROONSTAALWAREN.
NIEUWESTAD
vlak t.o. de Lange Pijp
I r
Woensdag 6 Juni 1928 No. 43
Officiéél orgaan der gemeenten Bolsward, Wonseradeel en Hennaarderadeel
Uitgever A. J. OSINGA, Marktstraat, BOLSWARD. A Telefoon No. 12
en
A
Parfumerie Joyzelle, Haarlem.
I
M.
1
Opwekkend
en
verfrisschend
Verscbynt Dinsdags-
Vrydagsavonds.
Leesgeld fr. p. p. per half jaar f 1.50
Buiten de provincie f 2.-; inning 15 ct.
Voor het Buitenland f7.- per jaar.
Leesgeld per looper 40 ct. p. kwartaal.
wisten door verbazend knap werk zijn
vermoeden te bevestigen, maar zij misten
nog eenige schakels; deze zijn nu gevon
den en van een groot deel der gelden is
de bron van herkomst thans verklaard
Joynson Hicks is thans bezig de bun
dels papieren, die betreffende de commu
nistische actie in Engeland zijn bijeenge
bracht, te bestudeeren.
KIMSWERD. Het muziekkorps „O. K.
K.” alhier, directeur de heer Spêkle van
Harlingen, behaalde j.l. Zondag in de af-
deeling fanfare een Isten prijs.
KIMSWERD. Toen G. D. alhier even
zijn met twee paarden bespannen wagen
liet stilstaan om een hek tc sluiten, gin
gen plotseling de dieren er van door. Bij
de pogingen om hen nog tot stilstand te
brengen, kwam D. te vallen en kreeg de
wagen over zich heen, met het gevolg,
dat zijn schouder werd gekneusd. De hol
lende paarden kwamen, zonder verdere
ongemakken, in het dorp tot stilstand.
Advertentiën per regel:
Woensdagsnummer 10 cent.
Zaterdagsnummer 12 cent.
Tusschen de tekst dubb. prys.
Aangesloten bij het Bureau
voor oplaagcontróle.
Vermiste Postduiven,
Zoo nu en dan hoort men van verschil,
lende leden, dat er jonge postduiven ver
mist worden.
Op een hooge uitzondering na, moeten
deze jonge vogels toch alle hier in Bols-
ward vastgehouden worden.
Velen denken misschien wanneer zoo’n
/ogel aangevlogen komt, laat hem maai
loopen, of ik stop hem in het kippenhok,
of... smakelijk eten, doch er wordt niet
aan gedacht, dat de eigenaar alles af
zoekt om deze waardevolle vogel terug
te krijgen.
Ook hebben de meesten geen begrip
over den prijs der postduiven en wordt et
misschien gemeend, dat met 50 ct. een
postduif betaald is, doch wie dit meent,
slaat de plank ver mis.
Hier ter stede zijn er vogels die f 25 en
f 30 gekost hebben, vorig jaar werd zelfs
een vogel verkocht te Rotterdam voor
f 120. Wanneer zoo’n vogel zoek raakt,
begrijpt ieder wel, wat dit voor den eige
naar wil zeggen.
We vragen dan ook beleefd aan alle
inwoners der stad, dat, wanneer ’n post
duif komt aanvliegen, dit even op te ge
ven aan de heeren Falkena of Hoekstra,
hiermede wordt een dankbaa*- werk ver
richt
Engeland.
Naar uit Londen wofdt gemeld, heeft
de lobby-correspondent van de „Evening
Standard” in het landhuis van minister
Sir William Joynson Hicks een onder
houd met den minister gehad, waarin
deze heeft meegedeeld, dat hij al sedert
maanden de overtuiging had, dat de
communistische partij en natuurlijk ook
de nationale minderheidspartij, die daar
uit was ontstaan, op andere wijze aan
geld kwamen dan door de lidmaatschaps
bijdragen. Detectives van Scotland Yard
Rijkszuivelschool.
Bij beschikking van den wnd. direc-
teurgeneraal van den landbouw zijn be
noemd tot deskundigen ten wier over
staan in 1928 het eindexamen van de
Rijkszuivelschool alhier zal worden afge-
nomen, J. Mesdag, zuivelconsulent te
Leeuwarden, dr. L. T. C. Schey, rijks-
zuivelconsulent te Hoorn en H. Th. A.
van Baars, directeur eener coöperatieve
zuivelfabriek te Hengelo (O.).
Vischwedstrijd.
De vischclub „Ons Genoegen” heeft j.l.
Zondag weinig succes gehad met haat
eersten vischwedstrijd, welke achter Par-
rega gehouden werd.
Slechts 4 baarsen boven de wettelijke
maat werden gevangen, na 4 uren vis-
schen, door 20 leden. Besloten werd
daarom nogmaals een uur te visschen
om de overige 6 prijzen, maar er werd
geen enkel baarsje bemachtigd.
De 4 prijzen, welke bestonden uit luxe-
en huishoudelijke artikelen, konden wor
den uitgereikt aan:
1ste prijs KI. Koopmans, benevens Zil-
Italië.
De Romeinsche correspondent van het
„Alg. Hbld.” meldt aan dat blad het vol
gende:
Sedert Zaterdag zijn er ernstige con
flicten gerezen aan de Romeinsche Uni-
versiteit tusschen de studenten, inge
schreven bij de Federatie van Katholieke
Studeerenden en de leden van den Fas-
cistischen Studentenbond. De fascisten
eischen, dat de Katholieke bond als „an-
ti-patriottisch en anti-fascistisch”, ont
bonden zal worden. Zij rukken hun me
descholieren de insignes van de borst en
molesteeren hen zelfs in de straten. Ge
durende drie dagen is het zelfs den Ka
tholieken studenten vrijwel onmogelijk
de universiteit te bezoeken, daar zij mei
gehoon worden ontvangen en niet zelden
op stokslagen onthaald. De „Osservatore
Romano” wijst er op, dat de autoriteiten
hieraan een einde dienen te maken. Tot
nu toe echter wordt er van overheids
wege niets gedaan tegen de fascisten:
wel worden de Katholieke studenten on
der politiegeleide naar huis gebracht.
WITMARSUM, 4 Juni. Op het con
cours van den Frieschen Bond van Har
monie- en fanfarecorpsen te St. Anna
Parochie gehouden op Zondag 3 Juni j.l.,
behaalde ons fanfarecorps „Frisia”, dir.
de heer J. Gorter van Sneek, den Isten
prijs in de vierde afdeeling.
Dit is binnen 11 dagen 2 eerste prijzen,
zeer zeker een goed teeken om op dezen
weg voort te gaan en dit bleek ook uit
de groote belangstelling die «hedenavond
werd betoond, toen het corps een rond
gang door ons dorp deed, zal haar be
slist daar in versterken om het volgende
jaar weder aan een wedstrijd deel te ne
men.
Frisianen denkt aan het spreekwoord
„de aanhouder wint”.
Orgelbespeling Martinikerk.
Met het zomerseizoen breken voor
Bolsward tevens aan de orgelbespelingen
van den heer A. Alt.
Het programma werd geopend, als
naar gewoonte, met een statige koraal
naar Gezang 159, gevolgd door een zan
gerige koraalbewerking, waarvan de ti
tel als koraalvoorspel alleen hier wat
vreemd aandeed, maar dat niettemin
schoon aansloot.
No. 2 vormde een Fantasie en Fuga in
G Moll van J. S. Bach. De wonderlijke
dooreenmengeling van de verschillende
stemmen geven aan Bach’s fuga’s een
eigen kleur. Een wilde jacht, waarbij de
verrassende wendingen den hoorder be
wondering afdwingen zoowel voor den
scheppenden als den herscheppenden
kunstenaar. Het mechanisme van het pe
daal deed af en toe wat hinderlijk aan.
No. 3 een prélude en canon van Vin
cent d’ Indy kon ons minder bekoren.
Mogelijk, dat een doorsprekende stem
den organist eenige handicap bezorgde,
alsook dat de registratie hier en daar
wat effectvoller had kunnen zijn.
Nu volgde een muziekstuk van A. W.
Pollitt: Aan Zee, met een uitkomende
stem, waarbij de zachte wiegende bege
leiding zeker bedoeld werd als weerga
ve van het ruischen der zee. De zee was
blijkbaar erg kalm. Het slot vonden we
zeer mooi geregistreerd.
Als laatste nummer kregen we een so
nate in a mineur van Filippo Capocci, in
vijven verdeeld.
Een Fantasie, hier en daar met schie
lijke en bijzondere invallen vormde deel a.
In deel b, een Capriccio, wil telkens een
toon doorspreken, waarop de aandacht
onwillekeurig blijft hangen.
Een Intermezzo en Scherzo volgen,
waarin een met tusschengedeelten weder-
keerend lJuk motief met een treffende re-
gistreering den hoorder een schertsenden
indruk geeft.
De Finale gaf ons een blij slot, al stond
dit deel dan voor den ervaren muziek
kenner misschien niet op hoog peil.
Gaarne willen wij nog opmerken dat
wij de bijzonder mooie uiteenzetting van
het karakter der stukken, zooals wij dit
tot hiertoe gewend waren, op het pro
gramma aanmerkelijk zagen ingekrom
pen. Wij meenen, dat voor den eenvoudi-
gen muziekliefhebber de concerten er
door aan schoonheid en begrijpelijkheid
winnen.
Het kerkgebouw was maar matig be
zocht.
We leven in de dagen van de sport.
Bijna zouden wij willen zeggen, dat onze
tijd staat in het teeken van de sport. En
dat zich heden vooral alles voor de sport
beweegt. Vooral nu ons land, laten wij
dan maar zeggen, de eer heeft dit jaar
de Olympiade in zijn midden te hebben,
en Nederland op ’t oogenbiik in heel de
wereldpers genoemd wordt en de aan-
voor 3 of 4 gulden hebt U bij
ons reeds de keus uit verschei
dene aardige artikelen.
Duitschland.
Hamburg stond Zaterdag en Zondag in
het teeken van de Stahlhelm. Meer dan
honderdduizend leden, uit alle deelen des
lands, waren gekomen om te demon-
streeren.
Evenals ver'eden jaar bij de Stahlhelm-
demonstraties in Berlijn bevonden zich
onder de Stahlhelmleden drie zonen van
den ex-keizer, namelijk de prinsen Oskar,
Eitel Friedrich en August Wilhelm, even
als de oudste zoon van den kroonprins
Al deze prinsen van den bloede zijn ge
woon lid van de organisatie en marcheer
den tusschen de andere Stahlhelmleden
in het gelid mee.
De rijksminister van Binnenlandsche
Zaken Von Keudell, de Duisch-nationale
leider graaf Westarp en een groot aan
tal Duitschnationale rijksdagleden maak
ten de demonstratie als gast mee.
ater met een arena waar plaats is voor
honderd en vijftigduizend menschen.
Reeds zijn de spelen begonnen. Geen
courant, of zij wijdt er grooter of kleiner
artikelen aan; in vele gezinnen is anders
bijna geen sprake meer dan over de
Olympiade, 't Is de morgentaal, en het
avondgesprek van duizenden; wellicht ’t
onderwerp van de droomen van velen.
Verslaggevers uit alle deelen der wereld,
mannen van het vak, bekwame journalis
ten met groote gaven, zorgen er voor, dat
nen zijn, en vooral hebben jonge, en ook
wel oudere menschen behoefte aan ver
maak. Wij hebben het nooit zoo erg ge
vonden als opwassende meisjes, die de
kinderschoenen reeds hadden uitgetrok
ken, zich nog eens echt gingen verma
ken met de spelen hunner jeugd, of wan
neer onze jongelingen in het bal-spel, na
afgelegde dagtaak zich gingen vermeien.
Zoo iets mogen wij wel; zoo iets hoort
er bij; zoo iets is openbaring van ge
zond, frisch leven, maar... al weer bin
nen de grenzen.
Wanneer de volwassen leeftijd bereikt
is, dan hebben wij af te leggen hetgeen
eens kinds is. Daar zijn eischen; daar is
een arbeidsterrein; daar zijn roepingen,
welke hoog uitgaan boven de lichame-
ijke oefening, en bij dat lichaam heeft de
mensch ook nog een onsterfefijke geest,
welke hem roept om boven de dingen
van de stof en van den tijd uit te leven.
Wie dit zich niet meer bewust is, ver
raadt daardoor reeds zijne degeneratie en
verklaart daarbij meteen de openbaring
van zijn leven. Wie hier nog rekening
mee houdt, en het is het allerhoogste, en
het allerbelangrijkste, omdat het het eeu
wige is, geniet óók van de sport, maar
leeft tevens boven deze uit, omdat zijn
levensideaal bedoelt dat beide, lichaam
en geest, beantwoorden zal aan de be
stemming waartoe zij gegeven werden,
en niet ter eere zullen zijn van den nieti-
gen mensch, die deze beide, als geléén-
de panden, als geschonken gaven ont
ving, maar om Hem er mee te verheer
lijken welke beide gaf.
Frankrijk.
De Franschen houden zich bezig met
de vraag wie tot voorzitter van de nieu
we Kamer gekozen zal worden.
Als leider van een aantal afgevaar
digden, die van oordeel zijn, dat een so
cialist geen president van deze Kamer
kan zijn, die in meerderheid door gema
tigden is samengesteld, heeft Franklin
Bouillon een brief gepubliceerd, die hij
aan Ferdinand Boisson heeft geschreven.
Franklin Bouillon had daarin aan
Bouisson gevraagd om zich openlijk los
te maken van de socialistische partij, die
te Toulouse de gelijkheid van doeleinden
met die van het communisme heeft uitge
sproken. Daar Bouisson zulks heeft ge
weigerd, verklaart Franklin, dat hij niel
voor hem kan stemmen.
Bouisson heeft Franklin van verweer
gediend in een verklaring, waarin hij
zegt, dat hij gedurende twee jaren bo
ven de partijen heeft gestaan en dat hi:
dit wenscht te blijven doen.
Hoewel de houding van Franklin Bouil
lon eenige stemmen kan kosten, blijft
men zijn verkiezing verzekerd achten.
dacht trekt,’ omdat hier de eer der natiën
zal moet worden gered.
Langer dan twee jaar is daarvoor in
Amsterdam gewerkt om het nieuwe Sta
dion in gereedheid te krijgen. Schatten
gelds zijn daaraan besteed geworden.
Met koortsachtigen ijver is gewerkt om
hiermee op tijd klaar te zijn, en op 't
oogenbiik heeft ons land een ampithe-
in alle talen wordt weergegeven wat de
emotie van duizenden gaande houdt, en
binnen enkele seconden heeft de radio
tot aan de einden der aarde verkondigd
wie als overwinnaars uit het strijdperk
traden.
De Olympiade het is een onderwerp
waar elk zich mee bemoeit. Rijk en arm,
Vorsten en onderdanen, ministers en
straatreinigers, mannen en vrouwen, jong
en oud is vol van de feiten welke het
Stadion te aanschouwen geven, en Am
sterdam lijkt op het oogenbiik nog meer
dan Genève het middelpunt der wereld
geschiedenis.
Toen op een morgen om tien uur de
kaartenverkoop aanving van de groote
voetbalwedstrijd, waarin ook Nederland
moest uitkomen, stonden reeds den mid
dag te voren de menschen in reien, om
den volgenden dag de eersten te kun
nen zijn, die een plaats deelachtig wer
den, en aan den vóór-avond van dien
kaartenverkoop waren de tientallen aan
gegroeid tot honderdtallen en duizend
tallen. Men had er zich heelemaal op in
gericht om eenige uren, en een ganschen
nacht onder den blooten hemel door te
brengen, enkel om een goede plaats te
bemachtigen, vermoedelijk óf in opdracht
van anderen waarvoor goed beloond
werd, óf om handel te drijven en tegen
hooge prijzen de toegangsbewijzen te
verkoopen. Al spoedig was door de han
delaars de prijs bepaald op f 40 per stuk
alleen berekend voor het wachten, waar
bij dan nog de prijs van de kaart kwam.
D’r gingen weg voor f 100. De Olympiade
is dus schering en inslag. In huis, cp
straat, op reis, in spoor en tram en boot
en bus, inhotel en kroeg en’clubs wordt
dAAr over gesproken, gezongen, geboomd
getwist, gewed misschien, en het moet
„Eenmaal geprobeerd blyft U
gebruiker.”
Verkrijgbaar aan onze fabriek te Sneek.
Te Bolsward bij G. JORRITSMA.
veren Wisselmedaille, met een baars van
23 c.M.
2de prijs J. Tuinstra, met ’n baars van
21 c.M.
3de prijs P. de Wit Sj.z., met een
baars van 20>/2 c.M.
4de prijs Tj. Groenewold, met ’n baars
van 18 c.M.
De overige 6 prijzen zullen bij een vol
genden wedstrijd dienen.
e
[m
Concours.
Op het concours van den Frieschen
Bond van Harmonie- en Fanfarecorpsen,
hetwelk Zondag te St. Anna Parochie is
gehouden, behaalde het Muziekkorps
Hollandia” alhier, een tweeden prijs in
de afd. Uitmuntendheid.
wel een zeer ouderwetsch mensch zijn,
dTe nog met de nachtschuit vaart, welke
zich dezer dagen niet bemoeit met de
sport.
Daarom zal het zeker onze lezers ook
niet verwonderen, dat wij over dit on
derwerp een artikel gaan schrijven. Niet,
omdat dit iets geheel nieuws is. De sport
is heelemaal niet nieuw, en alleen hel
woord „Olympiade” hetwelk ons onwil
lekeurig aan de Grieksche wereld, eeu
wen terug in de geschiedenis herinneit,
bewijst dat reeds voldoende. Alle volke
ren hebben altijd hunne lichamelijke oe
feningen gehad, die allen op hooger o’
lage'r trap stonden, al naar dat men meet
of minder ontwikkeld of beschaafd wa:
en zoowel de oude Spartanen, als ook de
Grieken en de Romeinen hebben hunne
arena’s en hunné' spelen, waar de mata
dors uitkwamen en de gladiatoren zich
in het worstelperk begaven, om hunne
kracht en behendigheid te meten, met
die van den mensch of ook wel van het
dier. Ook onze voorouders, toen zij zelfs
nog heidenen waren, deden mee aan die
algemeene neiging van het leven, om
door buitengewone krachttoeren uiting
te geven aan wat men had of kon. Tot op
zekere hoogte zouden wij zelfs kunnen
zeggen, dat ook bij het dier dezelfde nei
ging aanwezig is; men sla vooral hei
jongvee in de lente van het leven maat
eens gade, zooals dat in bosch en wei,
in de lucht en in het water eveneens zich
oefent in lenigheid en kracht, of ook deze
gaat meten, met die van anderen. Wel
is waar zijn daar tijden geweest, waarin
zoo zeer geen bepaalde regelen voor de
ze lichamelijke oefeningen bestonden, en
het dus ook aan leiding daarbij ontbrak.
Veertig, vijftig jaar geleden wist mei
ten plattelande bijv, niet van de gym
nastiek, zooals wij die thans overal be
oefent zien. Daar werden wel spelen ge
daan; daar werden wel krachttoeren
verricht; daar werd wel in het rustuui
ontspanning gezocht en de jeugdjaren
hadden wél terdege hun geneugten y/c
zouden haast geneigd zijn om te zeggen
„minstens zooals nu” en in elk geval
niet minder gehalte, en tegen lager prijs,
maar ’t ging hoofdzakelijk ongeregle
menteerd, en naar traditie en overleve
ring, en plaatselijke gebruiken of ge
woonten.
’t Gymnastiekonderwijs heeft hierin ’n
geheele verandering en in vele opzichten
verbetering gebracht. Daar is meer
eenheid, en meer vorm, en meer elegan
tie in de sport gekomen, waarbij alle
spieren en zenuwen geoefend kunnen
worden, en door die oefeningen gesterkt
en gestaald. Dat zij bij een verstandig
gebruik van de sport, de voordeelen wel
ke zij biedt. Daar kan zijn een gezonde
krachtsontwikkeling die aan heel het
menschelijk organisme ten goede komt;
die alle deelen van het lichaam regel
matig doet functioneeren, en dus een ze
gen afwerpt voor de constitutie.
Met deze woorden meenen wij tegen
over de sport en alles wat daarmede ver
bonden is, onze beleefdheid te hebben
betuigd en dat niet alleen, maar ook haar
nut en haar voordeel, mits binnen bepaal
de perken gehouden, te hebben aange
toond. Op dit laatste leggen wij evenwel
bizonder den nadruk. Niet het minst met
het oog op hetgeen bij den aanvang van
dit artikel werd medegedeeld. We weten
heel goed dat elke tijd zijn bizondere
eigenaardigheden heeft, en de klok van
den tijd niet kan worden achteruit gezet
maar toch komt de vraag meermalen bo
ven: „Gaat het bij dit alles wel in goede
richting?” Wanneer we het leven en het
streven, vooral van de jongere generatie
gadeslaan, dan is hier eene oppervlakkig
heid, en eene losheid, en een zooge
naamd aanpassingsvermogen, en eene
nieuwe zede, met nieuwe idealen, indien
nog van idealen gesproken kan worden
merkbaar, welke ons althans hoogst be
denkelijk voor komt en alle oorzaak geeft
dat ouders en opvoeders daar ernstig
de aandacht op vestigende.
Het begint er zooveel van te krij
gen dat het leven een spel is. En dan nop
wel een kinderspel vol jolijt en pleizier
Inplaats van eene taak en een roeping
om met hetgeen men heeft te woekeren,
niet enkel voor zich zelven, maar tevens
ten zegen te zijn voor anderen. Daar
dreigt gevaar, vooral voor het jongere
geslacht, om de arbeid als bijzaak en
als een noodzakelijk kwaad, te gaan be
schouwen, en het genot en het spel als
hoofdzaak te nemen. Daar dreigt gevaat
om ’s levens ernst uit het oog te verlie
zen. Het is nog een lichtzijde van onzen
tijd, dat dit door vooraanstaande perso
nen van allerlei richting en kleur wordt
gevoeld, en dat daarop ook gewezen
wordt.
Neen, wij zeggen dit niet, omdat wil
geen ontspanning zouden gunnen. Inte
gendeel, de boog kan niet immer gespan-
■f
I
Fa.s.BOLfflnn&co.
i
i.p
DE JONG s NIEUWSBLAD
waarin opgenomen