De Bolswardsche Courant en Westergoo
WO
ivjW"
EL PROGRESO
L 14 -
Uitgever A. J. OSINGA, Marktstraat, BOLSWARD
SENSATIE.
BUITENLAND.
St. Nicolaas Cadeau
is een goed loopend
HORLOGE
W. GORTER Galigastraat - SMEEK
23^ Jaargang Woensdag 21 November 1928 No. 91
Officiéél orgaan der gemeenten Bolsward, Wonseradeel en Hennaarderadeel
A Telefoon No. 12
Stadsnieuws.
^DRAISiJiAvanVALKEHBURG'S^
en
Ingezonden Mededeelingen
1
Verschijnt Dinsdags-
Vrijdagsavonds.
Leesgeld fr. p. p. per half jaar f 1.50
Buiten de provincie f 2.-; inning 15 ct.
Voor het Buitenland f7.- per jaar.
Leesgeld per looper 40 ct. p. kwartaal.
Dit no. bestaat uit 2 bladen.
Porto Binnenland P/2 ct.
Buitenland 4 ct.
sumreaoa
MUM0C6ST
des harten tot bewaring uwer Christe
lijke Sociale Actie en vakbeweging.
Advertentiën per regel:
Woensdagsnummer 10 cent.
Zaterdagsnummer 12 cent.
Tusschen de tekst dubb. prijs.
Aangesloten bij het Bureau
voor oplaagcontröle.
Een welkom en duurzaa
Vertrouwd adres
Het Britsche Rijk.
Zooals onze lezers bekend zal zijn, is
de vorige week de reddingboot van Rye
bij de poging tot redding van schipbreu
kelingen ómgeslagen, tengevolge waar
van de geheele bemanning, bestaande uit
1.7 personen, is verdronken.
Bij de gerechtelijke lijkschouwing der
slachtoffers wees majoor Hacking, die
plaatsvervangend lid der bemanning is
erop, dat de reddingsgordels der mannen
geheel doordrenkt van het water waren.
Hij sprak het vermoeden uit, dat de man
nen als het ware door hun reddingsgor
dels naar beneden zijn getrokken en zich
dus onmogelijk zwemmende hebben kun
nen redden.
door de menigte om telkens iets anders
iets grooters, iets geweldigers te zien.
Wat gister was, is verouderd, wat mor
gen komt wordt met tintelend verlangen
tegemoet gezien en wat overmorgen zal
zijn moet nog grooter, nog reusachtiger
^ezen. Zelfs in onze spreektaal komt het
uit dat men behoefte heeft aan het ab
normale, het buitengewone, het opzien
barende.
Daarom kiest men immers de Sterkst
mogel'ijke uitdrukkingen, om daardoor
de aandacht te trekken. Men spreekt van
„reuze-vertooning”, en „reuze-sprekers”
en maakt alles reusachtig, omdat nu
ja, omdat wij nu eenmaal leven in een
„reuze-tijd”, waarbij het gewone, het al-
ledaagsche onder den voet gêloopen
wordt, en de massa althans alleen oog
en hart heeft, voor hetgeen uitblinkt en
buitengewoon is.
Als men vraagt: „Vanwaar deze nei
ging?” zal ongetwijfeld het antwoord
zeer verschillend kunnen zijn. De talrijke
ontdekkkingen en uitvindingen der laat
ste tijden niet het minst door de verba
zend snelle ontwikkeling der techniek en
de toepassing van tal van natuurrechten
op menigerlei gebied, brengen ongetwij
feld niet het minst het hunne daartoe bij.
In dat opzicht leven wij in een pracht-tijd
waarbij men zich feitelijk over niets meer
te verbazen heeft, we denken alleen maar
aan de electriciteit en hare toepassing,
waardoor de afstanden zijn weggevallen
waardoor de einden der aarde elkander
ontmoeten, en men thans zelfs druk be
zig is de gemeenschap te zoeken met
andere planeten, aangenomen dat daar
levende wezens zijn met de vatbaarheid
om de klanken die vanaf onze planeet tot
hen komen, op te nemen.
Het is die geweldige ontwikkeling van
het bedrijfsleven en het verkeer, waar
door de heele wereld als het ware uit de
voegen is geligt, en hoe meer men daar
mede in aanraking komt, en de gevolgen
daarvan ziet, zooals in de groote steden
hoe meer men in een jachtenden toe
stand komt waardoor altijd wordt uitge
zien naar iets- andere, dat weer grooter-t*-
Ge merkt het reeds bij de ongedurig
heid onzer kinderen. Voorheen konden
deze zich rustig neerzetten, uitzonderin-
ge daar gelaten, met eenvoudig speel
goed, een pop, eer bal, een paar knikkers
of bikkels, een zoogenaamde „helling”,
of met het maken van knipfiguren uit een
courant, of het knutselen van een of an
der aardigheidje.
Kom daar eens bij het huidige jonge
geslacht mee aan. ’t Speelgoed moet
duur en „bizonder” zijn, ’t Moet een me
chaniek wezen, ’t Moet leven, en draaien
en loopen, en tuimelen en puffen, precies
als een echte stoommachine, en het moet
doen denken aan het groote menschen-
werk en aan de vliegmachine en aan de
poolstreken, en aan Mars of Jupiter, of
aan welk hemellichaam ook, maar waar
mede men zoo gaarne in contact wil ko
men. In den geest zooals Philippus, Ko-
ning van Macedonië eens tot zijn zoon
Alexander sprak, die maar al te zeer dien
raad heeft opgevolgd: „Kiest u een an
der koninkrijk mijn zoon, Macedonië is
voor U te klein!”
Ja, Macedonië is te klein, daarom die
hunkering naar wat buiten den gewonen
levenscirkel ligt, waarin men zich tot
hiertoe gelukkig en tevreden voelde.
Want wat zich bij de kinderen open
baart, zoet men ten top bij de volwasse
nen, eenvoudig maar juist weergegeven
in die bekende versregelen:
Ieder woelt hier om verandring,
En betreurt ze, dag aan dag,
Hunkert naar hetgeen hij zien zal,
Wenscht terug ’tgeen hij eens zag.
en gevoelloos voor de geweldige ont
wikkeling van het wereldleven en veracht
niet de buitengewone gaven en krachten
waarover de mensch beschikken mag en
die hem zulke groote resultaten doen be
reiken. Integendeel hij heeft daarvoor ’n
open oor en oog, en zal meewerken deze
nog steeds grooter en meerder te doen
worden, niet tot roem van eigen groot
heid en macht maar van Hem die daartoe
bekwaam maakt, doch bij dat alles zal hij
zijn hart er niet (opzetten. Omdat hij
wéét, dat er iets anders noodig is, om
blijvende verzadiging te vinden.
Het is misschien te midden van de wil
de wereldjacht van onzen tijd, wel eens
goed daarop met nadruk te wijzen, niet
het minst ook met het oog op het opko
mend geslacht, opdat dit geleerd worde
zich te spenen aan die zucht om telkens
iets anders te begeeren. Omdat die hun
kering blijft, en innerlijk zoo ledig laat.
Ten slotte is dit de allergrootste sen
satie, al openbaart zij zich niet in luid
ruchtig vertoon, en opzienbarend ge
schetter in bonte kleuren en verven, dat
eeh menschenkind, onverschillig wie hij
is, en waar hij woont, en hoe hij heet,
en wat hij doet, leert af te dalen tot de
diepten van de onnaspeurlijke wegen en
de onmetelijke rijkdommen Gods en op
te klimmen tot de duizelingwekkende
hoogte der aanbidding van Hem, uit
Wien alle leven opkomt en om temidden
van dat alles zich zelf te verliezen, om
dat hij „niets” is.
Dat is de ware grootheid, waarin men
ten slotte zich zelf vindt. En het rust
punt tevens van waaruit met kalmen blik
de wisseling der beweeglijke dingen
wordt waargenomen, om persoonlijk zich
geborgen te weten in het onbeweeglijk
koninkrijk.
Duitschland.
De Rijksdag heeft de soc. dem. motie,
tot stopzetting van den bouw van den
pantserkruiser verworpen met 225 tegen
203 stemmen.
De acht afgevaardigden der Duitsche
Boerenpartij onthielden zich van stem
ming. Vóór stemden alleen de soc. de
mocraten met inbegrip van hun ministers
alsmede de communisten.
Aangenomen mag worden, dat de soc.
democraten zich van verder verzet tegen
den bouw zullen onthouden.
Hoewel de onderhandelingen bij den
regeeringspresident Bergmann nog niet
tot een resultaat hebben geleid, schijnt
toch een toenadering der beide partijen
in den strijd in de metaalindustrie niet tot
de onmogelijkheden te.behooren.
De werkgevers zijn bereid boven hun
eerste aanbod aan enkele groepen een
grooter loonsverhooging toe te staan,
alsmede inzake den werktijd concessies
te doen, maar de arbitrale uitspraak heb
ben zij niet aanvaard, wegens de daar
uit voor hen voortvloeiende financieele
lasten.
De arbeiders zijn ook bereid tot bn-
derhandelingen, maar houden vast aan
de arbitrale uitspraak. Zij eischen, dat
de zaak door de arbeidsrechtbanken ten
einde wordt gevoerd.
Beide partijen zullen nog eenmaal tof
een gemeenschappelijke bespreking wor
den uitgenoodigd.
In de Zaterdag gehouden zitting heeft
de Rijksdag het voorstel der commissie
voor sociale politiek, dat de rijksregee-
ring in overleg met Pruisen aan de ge
meenten in het gebied dejr uitsluiting de
middelen ter beschikking zal stellen, op
dat zij haar plicht tot ondersteuning kun
nen vervullen, aangenomen met 267
stemmen voor, 59 tegen en 55 blanco
Mede werd aangenomen een voorstel
tot onverwijlde vaststelling der schade,
welke de uitsluiting in de Westfaalsche
metaalindustrie aan het economisch le
ven heeft berokkend.
Omstreeks 20 millioen mark zal voor
ondersteuning ter beschikking worden
gesteld.
Frankrijk.
Dank zij de bemiddeling'van Poinca
ré is de havenarbeidersstaking te Bor
deaux, die drie weken heeft geduurd,
thans geëindigd. De arbeid in de haven
is Zaterdag reeds hervat. Den havenar
beiders werd een deel der door hen ge-
eischte loonsverhooging toegestaan.
Men herinnert zich dat maarschalk
Joffre in het begin van dit jaar „uit zijn
huis werd gezet”. Dat wil zeggen: zoo’n
vaart liep het niet, alleen had de eigenaar
zijn woning op een der buitenboulevards
den huur dermate opgeslagen, dat de
maarschalk er bezwaar tegen had er lan
ger te blijven.
Er werd schande over gesproken, dat
een van Frankrijks maarschalken geen
passsende woning bezit, en een aantal
gefortuneerde vaderlanders boden Joffre
een met zijn waardigheid in overeen
stemming zijnde residentie aan.
In het laatst der vorige week heeft de
eerste steenlegging van het nieuwe huis
plaats gehad.
waarin opfjenomen
Italië.
Uit Catania wordt gemeld, dat uit drie
kraters van den Etna nog steeds lava
stroomt, terwijl de lava in de vlakte reeds
afgekoeld is en slechts zeer langzaam
vordert. Heden wordt het spoorwegver
keer tusschen Messina en Catania her
vat, baarbij de reizigers onderweg moe
ten overstappen. Men is reeds begonnen
met den aanleg van een nieuwe spoor
wegverbinding tusscjhen beide stations
om het verkeer zoo spoedig mogelijk
normaal te doen zijn.
De directeur van het observatorium,
een der eerste deskundigen op het ge
bied van vulkanische uitbarstingen, ver
klaarde, dat de hevige regens van den
laatsten tijd veel hebben bijgedragen tot
de uitbarstingen van den Etna, zooal de
ze niet veroorzaakt hebben.
Ver. Staten.
De berichten uit Washington wijzen
er op, dat naar de oorzaak van de ramp
van de „Vestris” een zeer uitgebreid on-)
derzoek zal worden ingesteld.
Het departement van marine heeft aan
zijn stations en schepen gelast afschrif
ten te verstrekken van de mededeelingen
van de „Vestris” ontvangen.
Een aantal passagiers heeft Donderdag
getuigenis afgelegd inzake het zinken
van het schip en sommigen keurden hef
optreden van officieren en bemanning
van de „Vestris” scherp af. Tot de be
schuldigingen die geuit werden behoor
den algemeene onbekwaamheid en ge
brek aan discipline bij officieren en be7
manning; voorts werd beweerd dat men
twee bezette reddingbooten in de davits
had laten hangen, zoodat ze met het
schip in de golven waren verdwenen.
Deze beide booten zouden bezet zijn
geweest met vrouwen en kinderen. Er
zou voorts geen bevel zijn gegeven om
de reddingsgordels om te doen en er zou
den geen bevoegde officieren zijn aan
gewezen voor de verschillende redding
booten. Deze booten zouden verder in
slechten toestand hebben verkeerd; de
takels om ze te strijken zouden niet in
orde zijn geweest en de reddingbooten
zouden niet in staat zijn geweest om
seinen te geven aan voorbijgaande sche
pen, daar de fakkels niet in orde waren
Christelijke Besturenbond.
Vanwege de hier ter stede gevestigde
Chr. Besturenbond werd Vrijdagavond
j.l. een openbare vergadering gehouden schoolstrijd. Zorgt in vollen overgave
in „Ons Gebouw”.
Als spreker trad op de heer H. H.
Daarom meenen wij dat de diepe grond
naar de begeerte tot sensatie nog elders
gezocht moet worden. Namelijk in het
onbevredigde verlangen van een men-
schenhart naar iets, wat zelfs de beste
dingen dezer wereld hem niet kunnen
geven. Want met buitengewone belang
stelling en met hartelijke sympathie be
groeten wij alles wat door het mensche-
lijk vernuft wordt tot stand gebracht en
waarvan het einde niet is te zien, maar
dat alles'te zamen genomen is toch niet
in staat hen die blijvende bevrediging en
voldoening te schenken waarnaar hij
haakt.
Daarvoor is zijn hart te groot en ligt
zijne bestemming elders. Hier denk ik
aan dat gevleugelde woord van een be
roemd man die aan al de wateren der
wereld vruchteloos de lessching zijner
innerlijke dorst had gezocht: „Gij hebt
ons tot U geschapen o God, en ons hart
rust niet eerder, dan wanneer het rit«t
vindt in U!”
Wie dat woord in al zijn diepte heU4
leeren verstaan, wordt niet onverschillig
Spoelstra van Leeuwarden, met het on
derwerp: „Onze Christelijk Sociale Ac
tie, bezien bij het licht der historie.”
De Chr. Muzieikvereeniging „Absit
Invidia”, directeur de heer R. P? Straat-
sma, verleende hare medewerking.
Na voorgegaan te zijn in gebed,
opende de voorzitter, de heer B. Velt-
man, deze eerste propaganda-vergade-
ring met een kort welkomstwoord en
deelde mede, dat er dezen winter pro
paganda zal worden gevoerd door huis
bezoek en het houden van nog een drie
tal vergaderingen, waarvan de eerste is
bepaald op 14 Januari 1929.
Het woord is dan aan den heer H. H.
Spoelstra, die in een vlotte rede, mooi
van opbouw, een overzicht geeft van
de slechte arbeidstoestanden van voor
heen en hoe deze door het werk der
Chr. Sociale beweging thans veel zijn
Verbeterd.
Spreker begint met op te merken, daj
de bewering van sommige Chr. arbei
ders, als zou de arbeid der Chr. Sociale
Actie niet in goede banen worden ge
leid, veroorzaakt wordt door het ontbre
ken van een goed inzicht in de Chr.
historie. Doel van dezen avond is dan
ook, zegt Spreker, deze historie nader
te bezien.
Spreker bepaalt zich allereerst tot het
bestrijden van klachten over verflau
wing der Chr. actie en zegt vervolgens,
dat velen van hen, die hun gedachten
bepalen bij sport en bioscoop, slechts
oppervlakkig kennis dragen van den ar
beid voor eigen belangen en vaak den
mond vol hebben over den goeden
ouden tijd.
Laten wij dan eens een blik werpen in
dien goeden ouden tijd, aldus Spreker.
Hij wijst dan op het gildewezen, dat
als machtige organisatie grooten invloed
had ook op staatkundig gebied, doch
zich niet wist aan te passen bij de be
hoeften van den nieuwen tijd en dan
ook werd vervangen door den vrijen ar
beid.
Dat het liberalisme van die dagen de
vrijheid van den arbeid tot een carica-
tuur maakte, bewijzen wel de treurige
arbeidstoestanden in de eerste helft dei
vorige eeuw.
Uitvoerig staat Spreker stil bij de
naamlooze ellende en het lijden, ook
geestelijk, da tin die tijden het lot was
van de arbeiders. In verband daarmee
wijst hij op den kinderarbeid, die in ge
heel ons land en ook in onze provincie
in vele takken van industrie, vooral in
de kleiwarenfabrieken, veelvuldig voor
kwam, en hoe door gemis aan mecha
nische kracht, de kinderen veelal zwa-
ren arbeid moesten verrichten.
Spreker schetst eveneens de treurige
toestanden van het armenwezen, den
overmatig langen arbeidsduur en de
daarmede gepaard gaande lage loonen,
het zedelijk verval van hen, die op het
platteland werkten en hun verblijf had
den in keeten, benevens de slechte wo
ningtoestanden.
Als gevolg van dit alles was ook de
gezondheidstoestand van de arbeiders
kinderen zeer slecht. Van dezen stierven
er gemiddeld 46 pCt. beneden het jaar,
terwijl bij de keuringen voor de Nati
onale Militie velen ongeschikt werden
bevonden en van de arbeiders in de fa
briekssteden slechts weinigen een hoo-
gen leeftijd bereikten.
Na het vorenstaande over de goede
bude tijden, waaruit duidelijk blijkt,
dat wij niet naar die tijden behoeven te
rug te wenschen, behandelt Spreker de
verbeterde toestanden, die langzamer
hand in vele landen intraden en zegt,
dat in ons land door de Grondwet vele
misstanden werden weggenomen.
Zoo kwam in 1874 een wet tot stand
waarbij de arbeid van kinderen bene
den 12 jaar werd verboden.
In die tijden brak de idee der arbei
dersbeweging zich meer en meer baan.
In 1896 werden de eerste secten der in
ternationale opgericht. In 1871 kwam
het Alg. Ned. Werkliedenverbond tot
stand, terwijl in 1879 de Soc. Dem.
Bond door Domela Nieuwenhuis werd
opgericht.
Spreker herinnert hoe in 1877 de op
richting van Patrimonium een feit is
geworden en toont aan, dat, vergeleken
bij het verleden, in de laatste 50 jaren
door het werk der Chr. Sociale bewe
ging in menig opzicht veel verbetering
ïn staat en maatschappij is tot stand
gebracht tot heil van het Christelijk
1 volk.
Ten slotte wenscht Spreker nog te
wijzen op het gevaar, dat bestaat bij
het teeren op ouden roem.
Bedenkt, zegt Spreker, de offers die
onze ouders hebben gebracht voor den
Dooc acht zzac nop
even haten
OUDE VRIEND"
rte/w/u
J/OAGfAf
6-ÓJCJ2JS er.
’t Is een kenmerk onzer dagen dat het
publiek zoo belust is op sensatie. Dat is
het verlangen naar het buitengewone, het
opzienbarende, het prikkelende, dat
schokt, en scheurt, en trilt en doet en
de gemoederen in beweging, en de ze
nuwen in spanning brengt.
Deze begeerte komt u al tegen in de
schitterende reclame, vaak met schrille
kleuren, op aanplakborden en zuilen aan
gebracht, of bij het vallen van de duister
nis in gloeiende letters hoog in de lucht
op verren afstand zichtbaar. Of wat het
nieuwste is op dit gebied, zij wordt voor
u uitgeteekend door de vliegmachine aan
het firmament, honderden meters groot
duizenden meters ver, met een vaardig
heid als van een snelschrijver en waar
bij ge uw hart.vast houdt dat de waag
hals uit de duizelingwekkende hoogte
naar beneden zal storten.
Het is de zucht naar sensatie, die han
dige romanschrijvers weten te benutten
om in sprekende kleuren en verven, op
de meest realistische wijze uit te beel
den, wat het publiek graag weten wil,
en waardoor de prikkelende lectuur
weg vliegt, getuige de gretigheid waar
mede vooral door de jongeren de ver
halen van Cherlock Holmes en die daar
mede overeen komen, verslonden wor
den.
Hetzelfde wordt gevonden op het
tooneel en niet minder in de bioscoop.
Wat is het dat avond op avond in de
groote steden de cinema-paleizen doet
vullen, niet alleen met jonge menschen
die daar elkander Vinden, maar zelfs
mannen en vrouwen voornamelijk uit hei
volk, die daags hard hebben te werken
voor hun brood, en thuis de kinderen bij
het uitgaan aan vreemden overlaten, of
deze aan elkanders hoefde toevertrou
wen? Dat is al wederom dien lust öm te
genieten van het zien der sensatieoneele
voorstellingen, vol onmogelijkheden,
waarbij het avontuurlijke, het grillige, ’t
gewaagde, het pikante, het dolle, het on
mogelijke, om maar niet, van erger te
spreken, de spanning geeft welke ver
langd wordt en om daarin te genieten
zoo lang en zooveel het kan.
Ongeveer gelijk de dronkaard de prik
kel van den drank begeert, en deze zoekt
vast te hoyden tot hij zich zelf niet meer
is.
En hetzelfde vindt men terug op aller
lei gebied. Niet het minst in deze dagen
nu nauwelijks het eene, dat als nieuw
werd aangekondigd voorbij is, of er
wordt plaats en tijd en geld en aandacht
gevraagd voor het allernieuwste.
Nu de techniek zulk een geweldige
vlucht genomen heeft, dat men zich’bij
na nergens meer over heeft te verwon
deren. Nu schier land en lucht en wa
ter, met al de krachten en elementen
die daar eeuwen sluimerden aan den
menschelijken wil onderworpen worden
en hij meer dan ooit de heer der Schep
ping wordt.
Is het niet alsof de begeerte naar sen
satie toeneemt, naarmate hét onmogelij
ke steeds meer mogelijk wordt? Nauw
heeft men zich verbaasd over de geweldi
ge prestaties der vliegeniers bij het door-
vorschen van de geheimen der poolstre
ken, ten koste van kostbare menschenle-
vens, of de transatlantische tocht van de
„Graf Zeppelin” op zijn reis van en naar
Amerika houdt de geheele wereld een
oogenblik bezig en als men dan bekend
wordt dat op een of andere wijze een
17-jarige knaap in het vliegschip is bin
nengesmokkeld om als blinde passagier
de reis mede te maken, dan is hij weldra
de held van den dag waarop aller aan
dacht gevestigd is. en die straks op de
schouders door de enthousiaste menigte
wordt rondgedragen, als iemand die op
buitengewone wijze) zich verdienstelijk
heeft gemaakt.
Zoo zouden we kunnen doorgaan
Daar trilt een ongebreidelde begeerte
fl
DE JONG s NIEUWSBLAD