UflH DER MEER OE BRUItt i T I lil De Bolswardsche Courant en Westergoo i I fldminisiralieKanloor Woensdag 26 Februari 1930 No 16. 25^® Jaargang Uitgever A. J. OSINGA, Marktstraat, BOLSWARD SLAVERNIJ. Stadsnieuws. éi I II N.E.B.A.T. Officiéél orgaan der gemeenten Bolsward, Wonseradeel en Hennaarderadeel A Telefoon No. 12 en uiur- L igifte r van gor- ilijke ibat- nden Dit no. bestaat uit 2 bladen. Porto Binnenland P/a et. Buitenland 2^6 ct. Algemeene ledenvergadering van „Het Groene Kruis” afd. Bolsward, op Maandag 24 Febr. 1930, in „Den Hof van Holland”. De voorzitter, Dr. Ten Cate, opende met ’n kort woord deze jaarvergade ring, waarbij hij z’n vreugde uitsprak over het vrij talrijk bezoek. Advertentiën per regel: Woensdagsnummer 10 cent. Zaterdagsnummer 12 cent. Tusschen de tekst dubb. prijs. Aangesloten bij het Bureau voor oplaagcontröle. ïrich. evige opee- Jvjet- r het zacht :ot 10 spun) :ware elem- van zich t en iple- :oop :ren, be- 8. gi ftige aude vind, dria- it en Iheid dat band der be- dat met jntie- r van leden ge- I mo- pa- hel inten zijn achte t be- vele: mur- oop- rmlj- d in n de hou- oog- erlng :aan, door aan op hel ter- jele- van HEERENVEEN 1! H k ge- kou- vordt oskou pera- der 0 hi de snij- gaat usche beeld eid. avond n van er an- geen ren. vorst erkeer r alle Een t ge ars en geen inwo- :htten n de bui- uden, deze ig en ge- inden staan vijftig niets enen. i het gis- een i sla- ilach- wilde it het was or de r ge- genschap ging. Zoo kunnen wij dus slaat 1 zijn van ons zelf, door ons zelf. In onze vermeende vrijheid, op tallooze manieren gebonden, ’t Schenen wellicht gouden ketenen die ons gevangen hielden. Wij vonden ze zelf mooi, toen wij ze lieten aanleggen. Wij hadden „er aardigheid’' in, wij rammelden er mee uit louter ge not, zooals het spelend kind dat doet met de rinkelbel, en zich daarin vermaakt. 1 We pronkten er allicht mee, omdat wij in onze dwaasheid, de slavernij heerlijk vonden en de moeite waard om anderen dezen te laten zien. Ach wij beseften menigmaal niet hoe wij langzaam maar zeker, door de macht der gewoonte, en de zuigkracht der be geerte, in een gebondenheid kwamen, 1 waaruit geen macht der gewoonte ons weer verlossen en redden kon. Wat is dat anders dan slavernij. Daar zijn wellicht door ons gewoon ten aangenomen, misschien aanvankelijk wel zonder bedoelen, maar die ons te machtig werden, zoodat wij ons van hen niet meer kunnen los worstelen. Mis schien onschuldige kleinigheden, waar ’n ander om lacht, maar die ons van gewel dige beteekenis voorkwamen, misschien van zeer ernstigen aard, wadr een ander over huivert, maar waarvoor men zelf geen oog heeft. We herinneren, om Iets positiefs te noejmen, aan het drankvraagstuk, aan het rooken, aan het spelen in loterijen, aan het dienen van de modegod, en het meegaan in hare luimige grillen; aan het zich ten offer brengen van de geheele persoonlijkheid, niet enkel van geld en goed, maar zelfs ook van z’n gezondheid, zijn levensgeluk, zijn toekomst en die van zijn gezin, teveel om op te noemen. Elk ga zijn eigen leven maar na, en werpe daarbij een blik rondom zich, om te zien, hoe gemakkelijk een redelijk, denkend mensch, die dan zoo prat gaai op zijn hoogheid en grootheid en waarde in gebondenheid zijn weg gaat, als het slachtbeest, hetwelk gewillig zich aan ’n touw ter slachtbank laat geleiden. Hun getal is legio. Hun slachtoffers vallen dagelijks bij duizenden. We meen den door een paar dingen die ons zoo maar voor de aandacht kwamen, maar waarvan niemand ontkennen kan, dat hunne macht en invloed onberekenbaar groot is. Niet slechts voor den enkeling maar voor geheele geslachten, en voot tijd en eeuwigheid. Daar is een tijd ge weest dat het geheelonthoudersvraag- stuk belachelijk werd gemaakt. Nu niet meer. Omdat de uitwerking daarvan ge zien wordt en omdat ook de rampzalige gevolgen overzien, althans dieper ge peild worden, dan voorheen. De geheel onthouding behoeft zich zelf niet meer te verdedigen en daar zijn te veel personen en gezinnen en families die den zegen van haar hebben ondervonden. Daar hebt ge het rooken. Schrik niet, maar het onschuldige, het gezellige, het prettige, het lollige rooken. Wie rookt nu niet graag, en wat zijn het toch voor mannen die niet eens rooken kunnen... En wij denken aan de honderden mil- lioenen guldens die alleen in ons kleine landje, de lucht worden ingejaagd. Waar klein en groot, jong en oud man, en zoo langzamerhand ook de vrouw aan mee doet. En waardoor ongetwijfeld duizen den een stuk brood verdienen, in de fa brieken en de werkplaatsen en in win kels, denk nu de tabaks- en sigaren- en sigarettenhandel eens uit ons industrieele leven weg, en hef zou een leegte worden en een gemis waartegen wij wellicht even hulpeloos stonden als de Zuider- zetevisschers zich gevoelen bij Jde ge dachte dat er eens geen Zuiderzee meer wezen zal, maar dat neemt niet weg, dat de vraag wel eens boven komt: Zou men zich in het rooken niet hebben te matigen en is hier vaak ook niet een dwingelan dij aan het woord, waarbij wij meer dan wij zelf weten, slachtoffers der gewoonte zijn? Hetzelfde zou van het spel gezegd kunnen worden. Wat wordt er door ons volk geweldig gespeeld, denk maar aan de toenemende kunstberekeningen en ge legenheden om voor vijftig cent of nog minder bezitter te worden van een auto of een span paarden, of een radio, of een heenenhuis, of een heele veestapel, ja wat niet al. Daar zou hier nog heel wat meer te zeggen zijn. Over de persoonlijke strijd 1 die elk mensch dagelijks te voeren heeft, tegen zonden en verkeerde neigingen en slechte begeerten, te veel om op te noe- men, die hem allen dreigen te overheer- schen en te machtig te worden en in bit- tejre slavernij te voeren, waarvan 'het 1 einde niet is te overzien. En wij eindi- 1 gen dan ook dit onderwerp te behande- len, met een herinnering aan het Konink- lijk Woord: „Iridien de Zoon u zal heb- Dan gaf hij het woord aan de secre- taresse, mevrouw M. C. v. d. Zee-de de Vroede, die eerstens lecture deed van het jaarverslag betreffende de vergade- ring van Vrijdag 22 Februari 1929, ’t welk onder dankzegging werd goedge keurd. Vervolgens las zij het 26e jaarverslag. Daaruit stippen wij aan: Door de schier algemeene samen werking werden wij in staat gesteld, in het voorbije jaar één onzer idealen: het daarstellen van een modern, naar dé eischen des tijds ingericht wijkgebouw met volksbadhuis te verwezenlijken. De aanbesteding had plaats op Zaterdag 27 Juli 1929. Den Heeren De Boer en Hollander werd voor de som van f 20983 de bouw gegund. Onder leiding van den architect C. J. Wierda had alles bij den bouw een bevredigend verloop. (Met grooten dank en in blijde stem ming wijdt de secretaresse nog menig woord aan de beteekenis van bedoeld gebouw). Het aantal leden bleef stationnalr. Mutaties in het Bestuur kwamen niet voor. Eén ledenvergadering en zeven be stuursvergaderingen zijn er gehouden. De financiën der afdeeling gaven geen reden tot zorg. De zusters legden 5194 bezoeken af in 115 gezinnen. Voor de afdeeling t.b.c.-bestrijding werden 389 bezoeken afgelegd; 4 pa tiënten werden ingeschreven; 2 af ge schreven wegens vertrek, 4 als hersteld. In sanatoria verblijven 2 patiënten; in de ligtenten kuren er 4. Aan 12 gezin nen verleent „Het Groene Kruis” huur- toeslag. Aan 665 personen werden 953 arti kelen versrekt. Door wijziging en uitbreiding van den technischen dienst werd het met in gang van 1930 noodig, een beambte aan te stellen als magazijnhouder-bad- meester-bode; als zoodanig werd be noemd de heer E. Feenstra. Dientengevolge werd aan den tegen- woordigen magazijnhouder den heer S. Mollema, en aan den bode den heer G. Vormeer met ingang van 1 April a.s. op de meest eervolle wijze ontslag verleend. Nebat” toe te zeggen. Bij vorige gele- Hun gewerd ook in dit verslag hartelijk dank. Ook werd nog stilgestaan bij het ver scheiden van den WelEerw. Heer Ds. Fleischer, die in 1929 stierf. Hij was de algemeene voorzitter van „Het Groene Kruis”. Zijn offervaardig werken voor de lijdende menschheid werd als voor beeld den leden voorgehouden. De voorzitter noemde het e^n voor recht,- zulk een verslag te mogen aan- hooren. Het keurig gestyleerde werk ademt naar zijn meening een geest, die zeer juist de sfeer van „Het Groene Kruis” beheerscht. Dan deed de penningmeester, de heer H. F. v. d. Werf, rekening en verant woording over het afgeloopen jaar. De ontvangsten beliepen f 4782.30)^; de uitgaven hetzelfde bedrag; zoodat „de schulden zijn verdwenen, en we sluiten zonder saldo”. Rekening t.b.c.-bestrijding: in ont vangst en uitgaaf op f 5176.77. Rekening pensioenfonds verpleeg sters: in ontvangst en uitgaaf op f 5921.31 De heeren S. J. T. Plantinga, M. IJs- sels en P. D. v. d. Klei vormden de commissie voor contröle. Laatstgenoem de zeide, dat de commissie ten huize van den penningmeester de onderschei dene stukken hadden nagezien en in de beste orde bevonden. Hij sprak nog zijn velen óf hun lidmaatschap hadden'op gezegd óf hun jaarlijksche contributie Ladden verminderd. De voorzitter dankt heeren commis sieleden voor den verrichten arbeid, de heer v. d. Klei voor diens hartelijke woorden, en stelde voor den penning meester voor dienst beheer te déchar- geeren. Aldus besloten. Volgde: begrooting 1930. Ontvang sten: f6588. Uitgaven: f6650. Tekort: f 65.—. De heer G. C. Eisma vroeg inlich tingen naar aanleiding van provinciale subsidie. De penningmeester beantwoordde tot genoegen. De heer Veltman vroeg, of ook ge dacht is aan ’n pensioengrondslag voor den concierge. Hiervoor is niets uitgetrokken zei de penningmeester. Allerlei verzekeringen zullen onge- „De gevaarlijke helling”. Gister, Maandagavond speelde het gezelschap Hollandsche Tooneelver- eeniging, Dir. Ed. W. de Blauw in de Doele het blijspel „De Gevaarlijke hel ling”, een zeer geestig geschreven stuk, opgebouwd uit verschillende origineele vondsten. Wat is het jammer dat er in Bols ward niet meer liefhebbers van werke lijk goed tooneelspel gevonden worden. Vergeleken bij de laatste keer dat wa het genoegen hadden dit gezelschap hier (’k meen voor het nut) te zien op treden, had men nu een volle Doe’ezaal verdiend. Willen we op den duur in Bolsward zoo nu en dan iets goeds op tooneelgebied zien, dan is een betere opkomst van het uitgaande publiek be slist noodzakelijk. Zooals het nu is be neemt het elke ondernemer den lust zich aan een dergelijk experiment te wagen. Zooals ik reeds zeide, dit gezel schap had nu beter opkomst verdiend. „Gevaarlijke helling” is werkelijk een amusant stuk dat met zeer veel enthou siasme door de spelers werd vertolkt. Niet alleen dat de hoofdrollen in uit stekende handen waren, ook de kleinere rollen, die nog dikwerf wat stiefmoeder lijk behandeld worden waren nu af. Zonder ook maar in het minst aan de andere iets te kort te willen doen mo gen we zeker wel een bijzonder compli mentje geven aan Dr. Grünning den substitutt officier z’n vrouw Ba ron Max en Harry Brown, de Ameri kaan. Elk voor zich een kostelijk type, tot het einde toe volgehouden; ook de iets ondankbare rol van de H. B. S.-er werd zeer goed gespeeld eveneens de deurwaarder Beerman. In het laatste bedrijf was van onze plaats de souffleur een beetje hinderlijk. Alles bijeen genomen een mooie avond. We willen het gezelschap De Blauw een hartelijk tot weerziens toe roepen. Het lijkt ons niet noodig een beknopt resumé te geven van de inhoud van dit blijspel; meestal krijgt een niet-bezoe- ker van zoo’n beknopte weergave een niet zeer juiste voorstelling van het ge- bodene. Een paar opmerkingen (geen aanmerking) moeten ons van het hart. t het ge in ie ge- twijfeld voor Feenstra worden gesloten, liet de voorzitter hooren. Thans was aan de orde: Bestuurs verkiezing wegens periodiek aftreden van de heeren F. de Jong, J. Mooij en J. Jans. Ze zijn evenwel herkiesbaar. De eerste stemming had tot uitslag, dat er 34 stemmen waren uitgebracht, waar van de beide eerstgenoemden elk 28 verwierven en de laatste 27. Allen aanvaardden wederom hunne herverkiezing. Bij de rondvraag bracht de heer Pan- nekoek Loois in herinnering, dat ’n aan tal jaren geleden, door het Bestuur was medegedeeld, dat hij het besluit had genomen, een Consultatiebureau op te richten. Resultaten van het besluit dier vergadering heeft vrager steeds gemist. Hoe zit dat? Den voorzitter is niet bekend, wat toen precies is gezegd en besloten. Wel weet hij, dat Minister Slotemaker de Bruine destijds subsidies heeft verleend aan de provinciale Besturen te Leeu warden, Heerenveen en Sneek. Welnu, dat bureau daar werkt zeer voortreffe lijk. Er is derhalve geen reden, om dat tot Bolsward uit te breiden. Dokter Beekhuis voegde aan de woorden des voorzitters nog het een en ander toe. De heer. M. IJssels wilde wel verne men, wat of de kosten straks zullen zijn voor een „volksbad”. De voorzitter kan hierop geen defini tief antwoord geven, aangezien de prij zen nog niet zijn vastgesteld. „Het Groene Kruis” zoo verzekerde hij staat echter op democratischen grond slag; steeds geldt hier: Dóór allen vóór allen I Spr. had graag, dat ieder in eigen om geving zooveel mogelijk propaganda ging maken voor ons Volksbadhuis. De praeses wilde bij het sluiten der bijeenkomst nog even in herinnering brengen het vele werk der beide zusters hier; ’t maximum aantal bezoeken is over het afgeloopen vereenigingsjaar bereikt; ook het aantal uitgeleende ar tikelen was nog nimmer zóó hoog. De heeren Mollema en Vermeer heb ben gedurende vele jaren naar beste krachten de vereeniging gediend. Alleen tengevolge eener andere werkinrichting is het, dat den heeren op de meest eer volle wijze ontslag moest worden ver leend. Sluiting der 26ste algemeene leden vergadering. Verschijnt Dinsdags- Vrijdagsavonds. Eiken Donderdag van 11 tot 1 uur te spreken Sociëteit ,DE DOELE”, Bolsward. ben vrij gemaakt, dan zult gij waarlijk vrij zijn.” 7-12 Juli te Bolsward. streken des lands bezocht zal worden, teleurstelling uit over het feit, dat zoo- Bolsward heeft op het gebied van Ten toonstellingen ’n goeden naam, reden waarom de Friesche Bakkersbond hare jaarlijksche wedstrijden en Bondsdag volkomen aan de Afdeeling Bolsward wil toevertrouwen. Met den wensch, dat de ontvangst van den Ned. Bond te Bolsward zal bij drage tot steeds beter verhouding tus schen Nederlandsche en Friesche Bak kersbond, eindigt ook deze spreker en bleef men nog enkele oogenblikken ge zellig bijeen ter behandeling van ver schillende voorbereidende maatregelen, welke er nog getroffen dienen te wor den. Dat niet alleen de verschillende commissies die zich interesseeren voor onze tentoonstelling reeds druk verga deren, maar dat ook belanghebbende groepen uit de Bakkerswereld niet stil zitten bewijst wel de vergadering van Hoofdbesturen der respectieve bon den, j.l. Woensdag te Bolsward ge houden. We laten hier volgen een kort ver slag omtrent deze vergadering. De Besturen van Nederlandsche en Friesche Bakkersbond kwamen te Bolsward bijeen ter bespreking van enkele Tentoonstellingsplannen, het vaststellen van datums voor te houden Bondsvergaderingen met daaraan ver bonden feestelijke attracties. De Heer H. Eisma, voorzitter van het Tentoonstellings-Comité, heette de Bondsbestuursleden hartelijk welkom en verklaarde dat niet enkel het Ten- toonstellingscomité, maar Bolsward’s geheele burgerij het bijzonder op prijs stelde dat alle vooraanstaande man nen uit de Bakkerswereld zoo spontaan medewerking en steun aan de Bols wardsche Tentoonstelling hadden toe gezegd. Spreker erkent dat Bolsward wat ligging enz. betreft voor het hou den eener Internationale Tentoonstel ling wel iets tegen heeft, maar daarte genover staat, dat door de intense sa menwerking van geheel de Burgerij meermalen met tentoonstellingen te Bolsward meer succes bereikt is dan wanneer deze in grootere plaatsen ge houden werden. Ook nu wil men in Bolsward alles in het werk stellen om exposanten en bezoekers zooveel mogelijk te bevredi gen. Moeilijkheden zijn er ongetwij feld, doch de heer Eisma en met hem alle leden van het Comité hopen deze met de gewaardeerde steun van alle Besturen der respectievelijke vakver- eenigingen uit den weg te ruimen. De Heer Fr. Stahle, voorzitter van den Ned. Bakkersbond, die daarop het woord verkreeg, zegt dat het Bonds- bestuur geen oogenblik geaarzeld heeft, met steun en medewerking aan „de genheden in 1889 en ook in 1926 heb ben de Bplswarders getoond dat ze een Tentoonstelling weten te organi- seeren die niet voor exposities in groo tere plaatsen behoeft onder te doen. Bovendien is Bolsward wijd en zijd vermaard wegens het houden van ge paste feestelijkheden, welke voor een Tentoonstelling 'n machtige attractie vormen. Ook uit organisatorisch oog punt heeft Bolsward recht op eene Tentoonstelling en daarbij behoorende Bondsvergaderingen. Bij de oprichting van de Ned. Bakkersbond, bijna ’n halve eeuw geleden gaven de Bols wardsche bakkers blijk van hunne be langstelling; een Afdeeling van den Bond werd er gevormd en al was het ledental dier Afdeeling niet groot, toch ging er van haar steeds ’n machtigen invloed uit op de bakkersvakbeweging in ons land. Spreker eindigt met dank te betuigen voor de welwillende ont vangst; zegt namens het Centraal Be stuur volle medewerking toe en spreekt de beste wenschen uit voor het welsla gen van de Nebat. De Heer De Vos, voorzitter van den Frieschen Bakkersbond wil zich gaarne aansluiten bij hetgeen door den Heer Stahle gezegd is en vertrouwt even eens dat de Bolswardsche Tentoonstel ling door duizenden bakkers uit alle Maar is dat nu wel een onderwerp voor een hoofdartikel in ons blad, dat in j alles rekening houden wil met de stroo- mingen, ook met de behoeften van onzen j tijd? i Immers dat woord „slavernij” herin- nert ons aan lang vervlogen tijden, wel- ke wij gelukkig niet meer kennen, toen de menschen elkander gingen overheer- schen en knechten, en het recht van den I Sterke slechts gold. Dat woord doet ons denken aan wat in verre landei| plaats had, waar gewe tenloze handelaars het zoogenaamde „zwarte ebbenhout”, „het ongelukkige nageslacht van den vervloekten Cham”, op het marktplein ging opkoopen, zooals thans onze vee-kooplieden op de week markten wat van hun gading is, gaan uitzoeken, en naar welgevallen gaan on derzoeken en bevoelen en betasten en be- critiseeren, om het dan misschien te doen loopen en draven en dan eindelijk door looven en bieden het begeerde stuk vee in handen te krijgen. Elk, die „De Negerhut” wel eens ge lezen heeft, het onsterfelijke boek van mevrouw Becher Stowe, hetwelk mede het middel wezen mocht tot de officieele afschaffing van Regeeringswege van de slavernij in Amerika, die weet hier wel meer van en zoowel de onsterfelijke „Oom Tom” en tante Sanni, als niet min der de vlucht van Elize met haar kleine Harry over de golven van de Ohio naar Canada het land der vrijheid, zijn van die personen en momenten in dit boek met zulk een ongeëvenaarde inspiratie weergegeven, dat degenen die hiermede kennis maakten, deze nooit meer kwijt worden. Dat was „Slavernij I” Of wel, wij denken aan een ander tijdperk, ook uit onze eigene geschiedenis. De tijd der Middeleeuwen, de tijd van de edellieden en de lijfeigenen. De tijd toen de geldmannen op hunne kasteelen heerschappij hadden, zooals in de verre streken de kleine vorsten deze uitoefen den, waar zij als despoten heerschten en beschikten over de levens der onderda nen naar eigen wil. „Lijfeigenen” werden de in slavernij geborenen genoemd, och ook hun lijf was vaak hun persoonlijk eigendom niet eens, en als de oude, verweerde grijze muren der nog restende „Schiere en Stinzen” eens vertellen konden wat bin- en hen is voorgevallen en hoeveel on recht en smart door dronken tirannen soms bij nachtelijke bachanaliën is aan gedaan, dan zouden wij ons allicht scha men, dat zoo iets, ook in eigen land en onder eigen volk, voorviel en met des te grooter dankbaarheid vervuld zijn we voor het zeer vele dat wij met heel de natuur, uit alle rangen en standen en klassen, in de geordende maatschappij bezitten. Dat deze en die niet als een gunst gegeven wordt, maar hem als mensch en als burger toekomt. Dit stellen ook wij dus dankbaar voor op. De slavernij zijn wij ontworsteld. Die knechting kennen wij niet meer. Dat ge weld plegen van persoon tegen persoon, en van familie tegen familie, is ons ge lukkig vreemd, en waar zij misschien nog al in meerdere of mindere mate gevon den wordt, dan heeft dit plaats in het geniep en wordt niet door de wet en dus door het gezag gedekt. Toch zouden wij op grond van al het voorafgaande niet durven beweren, dat de slavernij daarmede voor goed de we reld is uitgeholpen en zij niet meer be staat. Integendeel. Slavernij is een toestand, welke zich voor den redelijken mensch niet enkel bij wet en reglement laat uitbannen. Omdat zij in den diepen grond zetelt in het hart én opkomt uit het binnenste van het in nerlijke leven. Wat is feitelijk slavernij? Slavernij is een gebondenheid aan overheerschende machten welke men meer of minder vrijwillig over zich ko men liet en waardoor men dan in gevan- te i spit. 1 Leesgeld fr. p. P- per hal* jaar f 1.50 Buiten de provincie f2.-; inning 15 ct. Voor het Buitenland f7.- per jaar. Leesgeld per looper 40 ct. p. kwartaal. Inrichten, bijhouden en controleeren van Boekhoudingen Belastingzaken DEJONG® NIEUWSBLAD waarin opgenomen ;i i i

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1930 | | pagina 1