De Joiiff’s Nienwsblad
van WOENSDAG 21 MEI 1930
TWEEDE BLAD.
A
In en om de Boerderij
A
Gemengd Nieuws.
ën
r
1
dig inkomentje verdiend, zoodat
str.
i.
D
er
Een moeilijke redding.
Bij Maagdenburg reed een auto, waar
in drie personen zaten en die bestuurd
werd door den eigenaar, die beschonken
was, op een brug over de Elbe over het
voetpad en door de leuning heen.
Het gevaarte stortte naar beneden en
kwam terecht op een zandbank, waar
de wagen zoo snel vol water liep, dat
het drietal zich zelf niet bevrijden kon.
Een toevallig over de brug passeerend
soldaat van de rijksweer had het ongeluk
gezien. Hij sprong te water, zwom naar
den wegzinkenden wagen en wist met
groote inspanning een portier open te
krijgen, zioodat hij de reeds half ge
stikte menschen uit hun gevangenis kon
trekken.
Zij kwamen er met eenige snijwonden
en andere kwetsuren af.
Paarden op gummihakken.
Volgens „Norske Handelstidende" zou
een Noorsche fabriek voor paardenbeslag
haar patent voor het maken van rubber-
beslag aan eene Engelsche combinatie
hebben verkocht.
Het patent werd verkregen op een uit
vinding van een Noor, om de paarden in
plaats van met ijzer met rubber te be
slaan. Deze zouden driemaal langer le
vensduur hebben dan ijzeren hoeven en
door hare speciale samenstelling veel
minder slipgevaar opleveren, zelfs op
het -meest gladde asfalt.
Jongens, wees toch voorzichtig.
Te Monnikendam fietste een 9-jarige
jongen met de beenen tusschen het frame
langs den Lagendijk.
Hij kwam vlak voor een vrachtauto
te vallen. De chauffeur poogde uit te wij
ken en kwam toen met den wagen in
het water terecht. De knaap was op slag
dood.
Bestolen.
Gedurende een wandeling op de ter
reinen der Wereldtentoonstelling te Ant
werpen, werd mej. R. Gossen uit Merxum
een bedrag van 34000 francs ontstolen,
dat zij in een portefeuille onder haai
mantel droeg.
Dat goedje hoort niet in een smidse.
Men meldt uit West-Virginië:
In een smidse ontploften zes kisten
dynamiet. Zes personen werden gedood,
van wie twee letterlijk aan stukken wer
den gescheurd.
De regeling voor de Radio zendtijdver-
deeling vastgesteld.
Op eiken zender wordt per week één
Een woesteling.
Donderdagavond werd aan den tol
tusschen Blaricum en Huizen politieas
sistente ingeroepen daar de tolgaarder
in handgemeen was geraakt met een ze
keren Molenaar.
Deze is vroeger tolgaarder geweest
aan den tol tusschen Naarden en Hui
zen; hij staat ongunstig bekend en is eens
met de justitie in aanraking geweest we
gens mishandeling van een chauffeur.
De veldwachter Marwinus uit Huizen
kwam in burger gekleed, ter assistentie,
hij wist Molenaar, die onder den invloed
van sterken drank verkeerde te overre
den naar huis te Huizen te gaan en ging
daarop den tolgaarder Mulder deze ge
ruststellende mededeeling doen.
Op den terugweg naar Huizen echter
kwam Marinus, den ongeveer 56-jarigen
Molenaar, die thans paardenslager te
Huizen is, weer tegen.
Deze riep: „ben je Marinus” en terwijl
de politieman van zijn fiets stapte, ont
ving hij op hetzelfde oogenblik een houw
met een lang blinkend voorwerp over
zijn linkerarm, die daardoor machteloos
werd. Met den rechter greep de veld
wachter den aanrander en drukte hem
tegen den grond.
Maar weer hief Molenaar zijn wapen
op; de slag was gemunt op Marinus’
hoofd. Deze maakte met zijn hand een
afwerende beweging; hij greep in het
wapen, waarbij dit drie vingers ernstig
verwondde en de peezen doorsneed.
Molenaar bang dat de politieman een
revolver zou trekken is toen aan den loop
gegaan en in het veld verdwenen. Tot
dusver is hij nog niet opgespoord.
De veldwachter is erg toegetakeld. Bij
den eersten slag sneed het wapen door
de kleeren van den bovenarm heen en
veroorzaakte een diepe wonde, boven
dien raakte de arm uit het lid.
Wanneer de drie vingers 'behouddn
kunnen blijven, bestaat gegronde vrees
dat ze stijf zullen blijven. Er is nog niet
kunnen vastgesteld worden, welk soort
wapen gebruikt is.
1
llll
De bananen.
Men meltd uit Stockholm aan de
„N. Rt. Ct”:
Rotterdam is een belangrijk distribu
tiecentrum geworden in den bananen
handel en in dit verband wordt de
Maasstad den laatsten tijd nog al eens
in de Zweedsche pers genoemd. Terwijl
Elders en Fyffes hun bananen meest per
schip via Rotterdam naar Scandinavië
verzenden, gebruikt het consortium „Ja
maica Producers Marketing Co.” speci
ale wagons, die tot nu toe in snelgoede-
rentreinen, doch ook wel achter passa-
gierstreinen gehaakt werden. Voor het
eerst is nu dezer dagen een speciale
bananen trein” uit Nederland hier aan
gekomen. Het ligt in de bedoeling van
het consortium om meer dergelijke di
recte treinen te laten loopen.
n
Oude vondsten in de Wiefingermeer-
potder.
Allerlei voorwerpen komen af en toe
naar boven bij de droogmaling van den
Wieringermeerpolder, vooral nabij Me-
demblik en de Oude Zeug. Zoo werd,
meldt het „Hdbl.”, vorige week gevon
den een gewei van een hert (geheel'ver-
steend, alsmede een kruikje, naar de
herkomst waarvan een nader onderzoek
wordt ingesteld.
Donderdag werd door een bagger
molen een steen omhoog gewerkt, ver
moedelijk een grafsteen pijn. 400 K.O.
zwaar, waarop o.a. een kruis met twee
speren en eenig lofwerk.
De reis van de Zeppelin naar
Zuid-Amerika.
Uit Friedrichshafen wordt gemeldt, dat
kapitein Lehman verschillende bijzonder
heden over de den achttienden Mei be
gonnen tocht naar Z.-Amerika heeft mee
gedeeld.
De juiste tijd van vertrek wordt eerst
Zaterdagavond of misschien zelfs Zon
dagochtend pas meegedeeld, omdat er
gewacht moet worden op de laatste
weer-kaartjes.
Van Friedrichshafen naar Sevilla heeft
de Zepp 22 passagiers. Het luchtschip zal
ongeveer twaalf uur te Sevilla blijven, in
welken tijd gas wordt bijgevuld en
brandstof wordt ingeladen. Dan zullen
zes van de passagiers het schip verlaten
vier andere komen er voor de Zuid-
Amerikaansche reis bij.
De vlucht van Sevilla naar Rio de Ja
neiro wordt meegemaakt door twintig
passagiers: vijf Dujitschers, ziels Span
jaarden, zes N.-Amerikanen en drie Z.-
Amerikanen. Van Rio, waar bij gunstig
wejer een tusschemlanding zal worden
gemaakt, wordt na een kort oponthoud
verder gevlogen naar Pernambuco. Daar
blijft het luchtschip twee dagen aan den
ankermast.
De bedoeling is om dan verder te gaan
naar Havana, waar de Zeppelin twee of
drie dagen blijft, om daarna weer via
Sevilla naar Friedrichshafen terug te kee-
ren. Men rekent er op, dat de Zepp acht
of negen Juni weer thuis is.
De levensmiddelenschaarsdhte in
Sovjet-Rusland.
Eiken dag wijzen de sovjet-bladen op
het groote gevaar, dat de Sovjet-Unie
bedreigt, nu het gebleken is, dat de
plannen van het volkscommissariaat van
landbouw niet uitgevoerd zijn. Volgens
officieele gegevens van het volkscom
missariaat van landbouw was de stand
van de zaai-campagne op 1 Mei als
volgt: de kolchozen hadden slechts 50
pCt. van het voorgeschreven aantal hec
taren bezaaid, terwijl de „jedinolitsj-
niki” (d.w.z. de boeren, die weigeren
zich bij een kolchoz aan te sluiten en»
hun akker zelf bewerken) minder dan
een zesde varf de voorgeschreven op
pervlakte bezaaid hadden. Dat betee-
kent, dat de campagne vrijwel mislukt
is, omdat in het grootste gedeelte van
het land en vooral in de graanprodu-
ceerende streken, de zaai-periode reeds
voorbij is.
Sovjet-overheid doet nu al het mo
gelijke om de catastrophe af te wenden.
Zij geeft aan alle plaatselijke ambtena
ren bevel voort te gaan met het zaaien.
De boeren, die bereid zijn hun akkers te
bezaaien, zullen verschillende beloonin-
gen krijgen.
Al jong bedorven.
De politie te Velp heeft drie jongens
aangehouden, die in een leegstaande
villa aan de Rosendaalsche laan hadden
ingebroken.
Dezelfde jongens bleken in het villa
park kippenhokken te hebben geplun
derd en 50 eieren van de eenden uit den
parkvijver te hebben gestolen en ver
kocht.
Een broedenden zwaan ranselden zij
met een stok van het nest en namen de
eieren mee.
Te Arnhem maakten zij zich schuldig
aan diefstal uit marktkramen.
Eén hunner is reeds vroeger veroor
deeld wegens diefstal.
Onder hypnose.
Te Temesvar in Hongarije had een
man voor een waarde van ongeveer
f30.000 van een bank ontvreemd. De
dader was gepakt en had bekend. Hij
weigerde evenwel om te zeggen, waar
hij de buit had verstopt em hoopte na
tuurlijk na het uitzitten van zijn straf
tijd het geld te gaan Halen en er van te
leven. Men heeft toen een zeldzaam
middel toegepast om daar achter te ko
men. Terwijl hij sliep, werd de dief on
der hypnose gebracht en in dien toe
stand vertelde hij op de vraag van den
hypnotiseur waar het geld onder een
brug verborgen was. De bank had
De sprinkhanenplaag.
De „Temps” bevat een artikel, waar
in een ernstige waarschuwing wordt uit
gesproken ten opzichte van de steeds
toenemende sprinkhanenplaag. In Ma
rokko zijn dezer dagen twee treinen te
gengehouden door de sprinkhanen-
zwermen; over geheel Noord-Afrika is
thans deze zware plaag neergekomen.
De laatste plaag dateerde uit 1920.
de nieuwe is in November 1927 begon
nen. Aanvankelijk liet zij zich niet ern
stig aanzien. Dé inlanders, die zich
vaak met sprinkhanen voeden, consu
meerden er zooveel, dat de tweede ge
neratie van dit triestige wild dun ge-
Een rijke bedelares.
Bedelen is te Parijs een winstgevende
bezigheid. Ofschoon zij niet officieel
wordt geduld, floreert ze op koffiehuis
terrassen en kerktrappen.
Dezer dagen werd mme. Camillo, een
zeven en zestig jaar oude bedelares, ge
arresteerd, die in het bezit bleek te zijn
van een kapitaaltje van 360.000 francs.
Op de vraag waarom zij ondanks haar
financieelen welstand toch bedelde, ant
woordde zij dat ze met bedelen een aar-
ze
„haar kapitaal niet behoefde aan te
Indisch bijgeloof.
Onlangs hebben een paar kloeke ja
gers bij Tjibadak in Preanger een groo-
ten panter neergelegd.
Sindsdien wordt, naar vele Inlanders
getuigen, de omgeving des nachts onvei
lig gemaakt door het wijfje van den ge-
dooden panter. Reeds in dëïi nacht, vol
gende op den dag, dat de panter was
geschoten, werd in verschillende kam
pongs, in de onmiddellijke nabijheid van
Tjibadak tijgergebrul gehoord, terwijl de
bewoners nog absoluut niets hadden ver
nomen van die jacht. Maar, nadat dit
bekend raakte, wist men waaraan dat
gebrul was toe te schrijven; het tijger-
vrouwtje moest namelijk op zoek zijn
naar haar echtvriend.
Voor zoover bekend, werd door het
wijfje niets geroofd, maar het bleef zoe
ken, zoeken, of het misschien de een
of ander mocht ontmoeten, die zich aan
het vleesch van het mannetje had tegoed
gedaan.
En dan wee den onverlaat!
Inderdaad schijnt een respectabele
hoeveelheid van het tijgervleesch te zijn
genuttigd voornamelijk door Chineezen,
maar ook werd het in minimale porties
gegeven aan kleine inlandsche kinderen,
om deze sterk en moedig te maken. Een
feit is het ook, dat men thans des avonds
niet op buitenwegen gaat anders dan in
gezelschap. (Een klinkende „sllametan”
om de gemoederen tot rust te brengen,
zal wel het onvermijdelijk gevolg zijn,
zegt het „Batavisch Nwbl.”
Want gezien heeft niemand het beest,
noch de sporen. Het komt door de lucht
aangesneld.
Het smokkelschlp.
Eenige nadere bijzonderheden zijn
nog te vermelden omtrent de smokkel-
geschiedenis van den stoomtreiler Adri
atic IJm. 18. Het schijnt, dat de aan-
stichtster van de zaak was een dame te
Hamburg, die de adressen levert van de
firma’s in Noorwegen, welke •spiritus
binnensmokkelen. Een handelaar in
scheepsvictualiën te IJmuiden, heeft als
bemiddelaar gediend. Een firma te
Haarlem moet de benoodigde f 5000
hebben verschaft om den spiritus te
koopen. Daarop werden 15000 liter spi?
ritus gekocht bij de Ned. Gist- en Spi
ritusfabriek te Delft, welke te Schiedam
werden ingeladen.
Met het schip gingen mee een Duit-
scher als vertegenwoordiger van boven-,
bedoelde dame te Hamburg, een Noor
en de handelaar in scheepvictualiën te
IJmuiden.
Nader is gebleken, dat er geen Noor
sche politieboot is geweest, die een
einde maakte aan het overladen. Er
kwam op flinken afstand van de Noor
sche kust een Noorsch scheepje langszij
der treiler. De vertegenwoordiger van
de Noorsche firma welke den spiritus
zou binnensmokkelen, wilde eerst maar
één blik meenemen, ter controleering
van den inhoud. Echter werd 22 blik
ken geladen, waarop het scheepje ver
trok, aan boord waarvan ook de Hol
lander van de Adriatic meeging. Men
zou natuurlijk terugkomen, doch toen
het Noorsche scheepje er na eenige da
gen nog niet was, vermoedde de schip-
zaaid was. Doch de stroom zwol gesta
dig aan en thans heet het, dat de plaag
even verschrikkelijk is als in den tijd
der Pharao’s.
De z.g. treksprinkhanen plegen in het
laatst van het jaar te verschijnen in ont
zaglijke zwermen, die een frontlijn van
50 K.M. en een diepte van twee tot tien
K.M. kunnen hebben. Ze vliegen soms
op een hoogte van 3500 M. Zij versprei
den zich in waaiervorm en zetten zich
in de vlakte neer. Na hun vertrek is het
terrein als ’t ware doorboord met gaat,
jes, waarin zich een hoeveelheid eieren
bevinden. Twintig dagen later komen de
jongen te voorschijn; zes weken later
zijn ze volwassen.
Tal van methoden zijn reeds toege
past om de sprinkhanenplagen te be
strijden. Doch ze zijn niet af doende ge
weest en zeer kostbaar. Het vorig jaar
is b.v. in Algerië 26 millioen voor de
bestrijding uitgegeven.
In het artikel in de „Temps” wordt
er nu op aangedrongen dat Frankrijk
zich zal aansluiten bij de wetenschap
pelijke missies, die in andére landen
worden uitgestuurd om een onderzoek
in te stellen naar de streken, waar de
zwermen zich vormen, teneinde de
sprinkhanen daar te verdelgen, alvorens
zij hun vlucht ondernemen.
BESTRIJDING VAN ONKRUID.
We lezen in de „Z. H.”:
Over het algemeen staan de graslan
den er op het oogenblik goed voor, de
kleur is nu reeds frisch groen en hier en
daar staan reeds aardige toppen gras.
Verleden jaar om dezen tijd was alles
nog kaal en dor; trouwens in de laagveen
graslanden zatoveral de vorst nog dik in
den grond en van groeien kon dus geen
sprake zijn, zelfs indien er meer regen
was gevallen.
Er is in den winter 1928-1929 heel veel
schade gedaan aan onze graslanden,
vooral waar de ontwatering niet in orde
was; men zag groote kale plekken, waar
niets meer groeide en waar zich eerst
weken later weer 'n plantenkleed vorm
de, dat helaas niet alleen uit grassen be
stond, maar waar allerlei onkruidplanten
een welkome gelegenheid vonden, om
zich te ontwikkelen.
Hoe verder men van de boerderij ai
Is, hoe minder goed de kwaliteit van het
grasland dikwijls wordt en hoe minder
zoete grassen daarin voorkomen en hoe
meer onkruiden als stekels, biezen en
bent, weegbree, peggen; zuring, isoms
heele uitgestrektheden brandnetels, nog
al eens op plaatsen, waar een mesthoop
heeft gelegen, waar de bodem is verza
digd met stikstof en het gras eenvoudig
geen kans krijgt.
Wat is de oorzaak van dit verschijn
sel?
Ze ligt voor de hand en geeft meteen
aanwijzingen in de richting wat ons daar
tegen te doen staat.
’t Is een kwestie van bemesting.
Het beste middel, om het onkruid te
bestrijden, of liever, den groei daar van
te voorkomen is: een goede, alzijdige
Voldoende bemesting. Door voldoende
stikstof, kalk, kali en phosphorzuur in
den grond te brengen, maakt men het de
goede, zoete grassen mogelijk, zich te
ontwikkelen, waardoor de onkruiden ver
drongen worden.
Er moet hier op een belangrijke om
standigheid worden gewezen. De meeste
onzer laagveengraslanden waarschijn
lijk vrijwel alle zijn in meer of min
der hevig emate zuur. Met de kleigraslan-
den, schijnt het niet anders te zijn. En
men weet, dat zure graslanden een spe
ciale flora hebben, de z.g. blauwgras-
flora. De goede, zoete weidegrassen kun
nen op zure en dus kalkarme gronden
nimmer de overhand krijgen. Men ziet
daar een weelderige ontwikkeling van
bente, biezen, zeggen, zuring, ratelaar
dikwijls (een woekerplant) en allerlei
hoogst ongewenschte onkruiden. Zulke
gronden te saneeren, dat is wel in de
eerste plaats noodig. Men kan kalk ge
ven, maar het resultaat daarvan, dat is
reeds gebleken, is dubieus. Beter kan
men basische meststoffen bezigen en dan
komen vooral in aanmerking het kalk-
salpeter voor stikstofbemesting en het
Thomasslakkenmeel als phosphorzuur en
kalkbemesting. Vooral het laatste, dat in
vrij groote hoeveelheden 5 600 K.G.
kan worden aangewend, heeft door
zijn hoog kalkgehalte een gunstigen in
vloed op kalkarme graslanden. Is er vol
doende gier, dan kan men de stikstof-
kunstmest natuurlijk achterwegge laten
en de gier aanvullen met Thomasslak
kenmeel, wat een volledige bemesting
geeft. Alleen moet niet de laatste mest
stof tegelijk met de gier worden uitge
strooid, dat zou uitdrijving van ammoni
ak en dus stikstof tengevolge hebben.
Een alzijdige bemesting, met als ne
vendoel: herstel van den kalktoestand,
ziedaar dus de middelen, om de onkrui
den te voorkomen, door aan de goede
grassen de beste kansen te geven.
Maar deze middelen werken eerst na
één of een aantal jaren. En dezen zomer
zal er weer veei, heel veel onkruid zijn,
ook in onze graslanden waar de bestrij
ding moeilljker is dan op bouwland.
Welnu, ook voor direct gebruik is er
een goed middel, n.l. fijn gemalSn kainiet.
Ook op grasland kan dat met goed ge
volg worden aangewend, terwijl het te
vens de onmisbare kali in den grond
brengt. Tegen distels, biezen, bent en
brandnetels is het een zeer actief mid
del.
Mem handele als volgt:
De distels worden in Mei en Juni, waar
ze zich vertoonen, met een handvol fijn
gemalen kainiet bestrooid, als ze nog
nat van dauw zijn. Na één twee jaren
kan men ze op deze wijze doen verdwij
nen.
Biezen- en bentepollen worden afge
maaid; waarna men op die plaatsen flink
wat fijngemalen kainiet strooit, liefst des
morgens, als ze vochtig zijn van den
dauw, in hun geheel bestrooien, of ze
oerst afmaaien en dan de afgemaaide
plaatsen bestrooien. In het laatste geva’
kan men ook gewone kainiet of kalizout
20 gebruiken. Laat men vooral zor
gen, niet te laat te zijn met bestellen,
K’odat het onkruid te groot is om te
worden vernietigd.
Zoo ziet men, dat tegen het onkruid
kwaad in grasland veel is te doen; in de
eerste plaats door het land vruchtbaar
gezond te maken, in de tweede plaats
door een effectieve bestrijding.
Waarschijnlijk vermoord en toen ver
brand.
De administrateur van Batang Toroe
in de Bataklanden, bemerkte dezer da
gen dat zijn oppasser was verdwenen.
Aanvankelijk maakte hij zich daar niet
bezorgd over en veronderstelde, dat de
man, zonder hem te waarschuwen, naar
den passar was gegaan om eenige in-
koopen te doen. Het duurde echter zoo
lang, dat de administrateur de veldpo
litie waarschuwde, die, naar de Deli
Crt. uit Sibolga meldde, onmiddellijk op
onderzoek uitging, om een vreemde ont
dekking te doen.
Vlak bij het administrateurskantooi
werden namelijk bloedvlekken gevon
den. Het bloedspoor leidde naar de ma
chinekamer van de fabriek. Uit deze en
nog andere aanwijzingen wordt gecon
cludeerd, dat de oppasser, die altijd vrij
veel geld bij zich droeg, hetgeen ver
schillende contractanten wisten, nabij
het kantoor om het leven is gebracht, en
dat men zijn lijk vervolgens in de fa
briek in een oven heeft geworpen. Het
slachtoffer was èen Bataksche jongen.
Het onderzoek wordt voortgezet. Er zijn
nog geen arrestaties verricht.
hem een derde gedeelte aangeboden
van het bedrag als hij de schuilplaats
wilde noemen, maar hij had ook dat ge
weigerd en nu zal hij na zijn straf op de
bergplaats niets meer vinden. Men heeft
hem namelijk onkundig gelaten van het
geen in zijn slaap met hem is geschied.
Ergerlijke studentengrap.
In Juli 1929 was de journalist Czer-
winsklis het slachtoffer geworden van
een ergerlijke studentenstreek. Hij was
n.l. uitgenoodigd tot bijwoning van een
donderjool in de studentensociëteit. Bij
zijn aankomst werden de lichten ge
deeltelijk uitgedraaid, waarna hij be
dreigd werd met een pak slaag. Doende
alsof hij een revolyer bij zich had, wist
hij zijn belagers eenigen tijd op een
afstand te houden, doch werd tenslotte
door 30 studenten overmeesterd, met
pap ingesmeerd en met drank volgespo
ten. Daarna werd zijn hoofd kaalge
schoren op een wijze, die mishandeling
genoemd moet worden en hijzelf in al
lerlei kleuren in de verf gezet, terwijl
mond, neus en ooren van het slachtof
fer werden volgestopt met verguldsel.
De heer Czerwinski werd ten slotte toe
getakeld en wel in een zaak genaaid, op
een vrachtauto geladen door de stad ge
reden, om ten laatste bij de sociëteit
„Concordia” te worden gedeponeerd.
De leden van de soos ontfermden zich
over den heer Czerwinski, die dermate
was geschokt, dat hij zelfs den dag
daarop nog niet in staat was tot het
verrichten van zijn werkzaamheden.
Thans is de zaak behandeld voor den
Raad van Justitie. Het Openbaar Mi
nisterie eischte tegen een 8-tal studen
ten der Technische Hoogeschool ge
vangenisstraffen, varieerend van 3 dagen
tot 6 weken, terwijl tegen een 10-tal
anderen een geldboete van 200 gulden
werd geëischt.
per van de Adriatic onraad, en vreesde
hij dat de Hollander gevangen genomen
was. Daarop is hij naar Schiedam te
ruggekeerd. Later bleek dat een zee
beving in het Noorsche kustplaatsje,
waar het scheepje thuishoorde, veel
consternatie had teweeggebracht. De
Noorsche firma had door de Hamburg-
sche dame aan de reederij van de Adria
tic laten seinen, dat het schip nog eenige
dagen moest wachten, doch daar de
Adriatic geen draadlooze telegrafie had,
kon men dit niet overbrengen.
dag beschikbaar gesteld ten behoeve van
de uitzending van een algemeen pro
gramma, met de aankondiging: „Neder-
landsche Omroep Algemeen Programma”
beurtelings te verzorgen door de vier
groote omroepvereenigingen.
Speciale regelingen zijn of zullen wor
den getroffen met betrekking tot de uit
zendingen op de nationale feestdagen en
op z.g. hoogtijdagen voor de arbeiders
beweging.
Voor de bijzondere omroepvereenigin
gen kan onder bepaalde voorwaarden
zendtijd worden afgestaan tot een maxi
mum van 5 van den beschikbaren
zendtijd.
Aan den V P. R. O. wordt hiervan op
het station Hilversum de door deze ver-
eenigingen verzochte Zendtijd toegekend,
verdeeld over Zondag en Vrijdag en
voorts nog eenige uren op den tweeden
Paasch-, Pinkster- en Kerstdag en op
den Oudejaarsavond.
Voor den politieken omroep wordi
zendtijd beschikbaar gesteld op het sta
tion Huizen.
De overschietende zendtijd wordt op
het station Hilversum gelijkelijk verdeeld
tusschen A. V. R. O. en V. A. R. A. en
op het station Huizen tusschen K. R .0.
en N. C. R. V.
De regeling treedt op een nader door
den minister te bepalen tijdstip in wer
king, doch niet later dan 1 Juli a.s.
Voorloopig blijft de voor de betrok
ken vereenigingen bepaalde driemaande-
lijksche verwisseling van station gehand
haafd.
spreken.”
Zjj liep veertien dagen hechtenis op,
doch toen ze weer uit de gevangenis
kwam, ontstond er een complicatie! In
haar vonnis was niet vermeld geworden
dat zij haar bezittingen weer terug zou
krijgen Zij stelde daarom een eisch
in, die ingewiliigd werd. Haar 360.000
francs werden haar teruggegeven tegen
de plechtige belofte dat zij nooit meer
zal bedelen.
n
I
end,
U
iet
en
J
2
I
I
1 lil
'II IrlM'
lf"