Buitenlandsche Revue.
De Bolswardsche Courant en Westergoo
heeft de practijk hervat
UI.U.Ö.UIEIIFF
OFF. FORD DEALER
BOLSWARD - TELEF. 86
DE 0DGE2IEHE IM.
Reparatie
aan alle merken
Automobielen
M. VROMEN
Uit den Omtrek.
Woensdag 12 Augustus 1936
32?*? Jaargang
No. 62
Uitgever A. J. OSINGA, Marktstraat, BOLSWARD
I
Groote voorraad
Onderdeelen
en Banden
Advertentiën per regel:
Woensdagsnummer 10 cent.
Zaterdagsnummer 12 cent
Tusschen de tekst dubb. prijs.
Giro no. 87926.
Officieel orgaan der gemeenten Bolsward, Wonseradeel en Hennaarderadeel
A Telefoon No. 12
Stadsnieuws.
r
t
V
GESLAAGD.
7 Aug.
KAATSPARTIJ.
I
-(o>-
Speciale inrichting voor
BEROEPEN.
Ds. G. M. Kosters, zoon van onzen
Bolswardschen Doopsgezinden predikant
is dezer dagen beroepen bij de Doops
gezinde gemeente te West-Terschelling.
I
3
Verschijnt DINSDAGS- en
VRIJDAGSAVONDS.
Leesgeld fr. p. p. per half jaar f 1.50
Buiten de provincie f2.-; inn. 15 ct
Voor het Buitenland f7.- per jaar.
Leesg. p. looper 40 ct. p. kwartaal.
ZWEMSCHOOL.
De temperatuur van het water is he
den 21 graden.
RIJKSPOSTSPAARBANK.
Opgave betreffende het kantoor der
posterijen te Bolsward:
In den loop der maand Juli 1936 wend
aan bovengenoemd kantoor op spaar
bankboekjes ingelegd ƒ11637.32
en terugbetaald - 14603.98
0
EEN PRIESTERJUBILEA
TE BAKHUIZEN.
„Maar ook de parochie van den H.
Odulphus, die het zeldzaam voorrecht
heeft haar eersten pastoor tot patroon te
mogen hebben, maakt zich op om dank
baar en blijde te gedenken het feit dat
vóór 300 jaar het Katholiek leven we
derom is begonnen te ontluiken door da
komst van heldhaftige priesters, die zich
hier blijvend kwamen vestigen en aldus
den grondslag gelegd hebben voor wat
nu een bloeiende parochie in de Zuid
westhoek van Friesland is geworden”.
Aldus schreef pastoor F. G. Wartna te
Bakhui^n in een voorrede van het Jubi
leumboekje uitgegeven in het jaar 1933,
en dan lezen we aan het slot: „moge het
lezen van dit boekje vooral mijn paro
chianen opwekken in vervulling te bren
gen de vermaning van den Apostel Pau
lus: Gedenkt uwe leidslieden die u hei
Woord Gods hebben verkondigd”.
Voorzeker zullen deze woorden weer
klank vinden wanneer nu 15 Augustus
Pastoor Wartna zijn 25-jarig priester
feest herdenkt.
Fredericus Gerben Wartna werd 3 No
vember 1886 te Bolsward geboren. Na
volbrachte studie’s aan het seminarie te
Culemborg en Rijzenburg was hij achter
eenvolgens kapelaan te Loenersloot,
Bussum, Enschede en Zeist. In al deze
plaatsen werd zijn ijver voor het kerke
lijk- en vereenigingswerk hoog geroemd.
In October 1928 volgde de benoeming tof
Pastoor te Bakhuizen. Het 300-jarig be
staan van de parochie werd, zooals we
boven aanhaalden, met gepaste luister
gevierd.
Bijzondere zorg besteedde pastoor
Wartna aan het werkelijk mooie Gods
huis. Het priesterkoor is door een der
jonge Friesche kunstenaars beschilderd.,
De parochianen hebben een stoffelijk
blijk van medeleven met dit jubileum
willen geven door een milde bijdrage in
de kosten van een nieuwe communie
bank, die is uitgevoerd in grijs marmer
en cuivre poli. Dit geschenk zal ook in
de toekomst spreken van de groote ge
hechtheid van de Bakhuizer parochianen
aan hun gemoedelijken en jovialen pas
toor.
.Ons ware leven is dat Inner
lijke leven. Daar, beschermd te
gen alle indringing, hebben onze
hoogere vermogens hun kans om
te groeien, en heeft de mensch, in
de woorden van James Russell
Lowell, de gelegenheid „innerlijk,
in het geheim groot te zijn.”
ABBOT PETERSON.
De heer St. Veenstra alhier slaagde
voor het examen hoofdacte.
zicht hierover werd de heer G. Klom
aangesteld.
Nadat de heer H. de Vries een aardig
opwekkend woord in poëzie naar voren
heeft gebracht, sluit de voorzitter met
eenige hartelijke woorden van dank
deze druk bezochte vergadering.
De Olympische Spelen.
De Burgeroorlog in Spanje.
„Hier, Berlijn, Olympisch Stadion”,
zoo klinkt nu regelmatig de stem van den
radio-reporter door onze luidspreker.
We luisteren eerst een beetje onwillig;
die opdrijving van de sport, nietwaar,
dat is niets voor ons. Maar dan.onze
zwemsters, estafetteloopers, wielrenners,
ze komen in de deml-finale en plots gaat
onze belangstelling vermeerderen
„tot straks dames en heeren”, klinkt het
ons uit het radiokastje tegemoet en we
vragen onmiddellijk aan onze mede-
luisteraars: hoe laat komt ie terug? Zie,
dat is de suggestie die uitgaat van een
goede sportreportage. Is het wonder,
dat het Olympisch Stadion dag in dag uit
vol is, ook met honderden Nederlanders,
die hun vacantie voor deze keer in Ber
lijn gaan doorbrengen.
De prestaties van onze deelnemers zijn
over het algemeen uitstekend en wanneer
zooals Zondagmiddag de Nederlandsche
vlag aan de officieele mast geheschen
wordt en ons Volkslied (wel wat al te
vlug naar onze opvatting) gespeeld
wordt, dan voel je toch iets van dat
enthousiasme, dat die groote massa toe
schouwers kan bezielen. Dat is nu eens
echte sport, beweert men over het alge
meen. Het gaat alleen om de eer en een
medaille, met geld heeft een Olympische
strijd niets te maken. Is er niet op den
eersten Olympischen dag met een plech
tige eed gezworen, namens alle deelne
mers, dat deze spelen staan in de oude
Olympische gedachte, sportief, eerlijk en
loyaal?
Jammer dat juist Nederland moest on
dervinden, dat deze geest door een ver
tegenwoordiger van het zich noemende
meest beschaafde land, de Duitscher
Merkens, tegen alle Olympische regels
in onze landgenoot Arie van Vliet de
gouden medaille afsnoept.
Het was in den strijd om ’t kampioen
schap tusschen deze twee, dat beide in
de laatste bocht in volle spurt naast el
kaar lagen. Van Vliet boven en Merkens
onderaan. In het midden van de laatste
bocht liep de Duitscher plotseling naar
boven en hinderde daardoor van Vliet,
die onmiddellijk zijn hand als teeken van
protest opstak. De reglementen van deze
spelen zeggen, dat een renner in de laat
ste tweehonderd meter niet meer van lijn
mag veranderen. De jury verklaarde na
zeer lange beraadslaging, dat de Duit
scher gewonnen had, maar dat hem we
gens hinderen een boete van 100 francs
was opgelegd.
Dat laatste Is het waar we vooral de
aandacht op willen vestigen. De jury
erkent de overtreding door het opleggen
van een boete, maar kent niettemin de
prijs aan dezen overtreder toe.
Dat is een geweldige inconsequentie
en wanneer op deze manier een Olym
pische medaille gekocht kan worden met
100 franc, och, dan begint men zoo wei
nig waarde te hechten aan de op den
eersten dag met veel bombarie gezwo
ren eed.
We hebben dat de vorige week en
ook nu weer kunnen constateeren, dat
de sport een magneet is met een groote
aantrekkingskracht, zoo zelfs dat de bur
geroorlog in Spanje er iets door uit de
belangstelling valt en toch van hoe bui
tengewoon groote invloed is het verloop
van deze krijg op het staatkundig leven
van Europa.
In onze vorige revue hebben we de
mentaliteit van de Europeesche oorlogs
industrie geschetst, die niet vraagt naar
het doel waarvoor de door hun vervaar
digde moordwerktuigen worden gebruikt,
maar alleen ziet naar de winst die elke
leverantie kan opleveren. Het is nu
langzamerhand voor ieder duidelijk, dat
de vliegtuighulp die aan de opstandelin
gen verstrekt is, een beslissende factor
in deze worsteling zal worden.
Eerst hebben deze vliegtuigen meege
holpen de overbrenging van troepen uit
Marokko mogelijk te maken, en nu dit
gelukt is en eenige duizenden soldaten in
Zuid-Spanje gearriveerd zijn, trekken de
vliegtuigen naar Noord-Spanje om daar
op de verbindingswegen naar de hoofd
stad de regeeringstroepen te bestoken.
Tot dusverre beschikten de regeerings
troepen alleen over vliegtuigen en maak
ten daardoor de opmarsch van het op
standelingenleger bijna onmogelijk. De
nieuwe vliegtuigen van de opstandelin
gen hebben de andere vliegtuigen ver
dreven en bestoken nu op hun beurt de
regeeringstroepen. Wanneer men alle
berichten naast elkaar vergelijkt, dan ge-
looven we vast en zeker, dat de opstan
delingen het in dit geval zullen winnen.
Is dat nu gunstig of niet voor het
Spaansche volk?
Om U hierover een concreet antwoord
te kunnen geven, indien we de histori
sche ontwikkeling van dit land eerst eens
nader te beschouwen, waartoe we even
wel heel wat meer ruimte dan een revue
noodig hebben.
Het Spanje van weleer, eens een cul
tuurland van groote beteekenis, is reeds
in de 18de eeuw de broeihaard geworden
van onderlinge twisten en partijschappen
Conflicten tusschen Kerk en Staat waren
aan de orde van den dag. In 1836 wer
den zelfs de religieuze congregaties ver
bannen maar in 1851 weer toegestaan.
De geografische ligging van Spanje be
lemmeren de vorming van een nationale
eenheid, het locale gevoel overheerscht
het nationale. Het was of elk afzonderlijk
gebiedsdeel zijn eigen sociale en juridi
sche systemen ontwikkelde en de groote
mannen die bekwaam genoeg waren
deze verscheidenheid saam te binden,
heeft Spanje de laatste tijden niet ge
kend. Verschillende schrijvers die zich
thans met dit probleem bezighouden ver
klaren, dat ook de armoede een rol van
beteekenis heeft gespeeld. Door de bo
ven aangehaalde afzonderlijke belangen
gemeenschap is aan het ontwikkelen van
de bodemcultuur niet genoeg aandacht
geschonken Moet de oorzaak hiervan ge
zocht worden in de emigratie, die Spanje
van zijn beste denkers heeft beroofd, of
door de militaire expedities, waardoor de
opleiding verwaarloosd is.of door de
verdrijving van ondernemende lieden, die
niet tot de geestesgesteldheid van dien
tijd behoorden? Het zijn allemaal vragen
waarop alleen na gedegen studie en het
verwerken van veel vijfermateriaal een
afdoend antwoord te geven valt
Vragen we ons ten slotte af, welke
terugslag die Spaansche burgeroorlog
kan hebben op het Europeesch interna
tionale leven, dan moeten we eerlijk er
kennen, dat is nu nog niet te zeggen.
De geheime diplomatie heeft misschien
nog zooveel troeven in de hand, dat plots
de nu donkere toekomst verlicht kan
worden.
We hebben in de laatste jaren reeds
meermalen gestaan voor een bijna on
overkomelijke berg van moeilijkheden,
waar we toch zij het met eenige moeite
doorheen kwamen, dat we ons niet direct
bezorgd behoeven te maken, dat via de
Spaansche burgeroorlog de toestand in
Europa naar een nieuwe oorlog zal lel
den.
waarin opgenomen
Velen zijn er, die weinig of geen aan
dacht besteden aan die vluchtige, on
grijpbare, ongeziene dingen, die men
„gedachten” noemt Die slechts waarde
hechten aan de tastbare, stoffelijke din
gen, de zichtbare materieele verschijnse
len. Zij meenen, dat slechts de zichtbare
dingen tellen in het leven, en dat ge
dachten met dat alles niets te maken
hebben. Zij meenen succes in het leven
te kunnen behalen, wanneer zij hun ge
dachten maar zorgvuldig onder een
glimlachend masker weten te verbergen
en de wereld niet toonen, hoe weinig
liefde, hoe weinig vriendelijkheid, hoe
veel geveinsdheid, hoeveel egoïsme en
haat er in hun gedachten, in den „onge-
zienen mensch” aanwezig is. Want hoe
m ener ook over moge denken, een feit
blijft, dat de mensch, die niet gezien
wordt in de stof, doch die leeft in de
gedachten, de eigenlijke mensch is.
En het is daarom van zoo groot be
lang, de kwaliteit van onze gedachten
zoo hoog mogelijk op te voeren. Omdat
alles’wat wij doen, ja, alles wat er ge
beurt, overal, niets anders is dan de uit
komst van onze en ons aller gedachten.
Er gebeurt niets, zelfs niet de kleinste
daad of de oogenschijnlijk onbeduidend
ste stap, die niet eerst door iemand „ge
dacht” is. Wat er ook plaats vindt, de
„gedachte” is vooraf gegaan, al was het
ook nog zoo kort. Onze gedachten zijn
voortdurend actief en onze daden zijn er
slechts de uitkomst van. We leven dus
feitelijk in en voor de stoffelijke zintuigen
niet waarneembare, ongeziene gedach
tenwereld en het is dus duidelijk, dat het
er inderdaad heel veel toedoet, hoe we
denken. U en ik en allemaal. Want al
onze daden zijn de resultaten van al onze
gedachten, de veruiterlijking van het
geen in ons hart opkwam en uitgevoerd
werd.
Het is dus heel noodig, om „goed” te
denken, en te pogen, voortdurend te po
gen, al wat boos is en verkeerd en ver
nietigend en oneerlijk buiten onze ge
dachten te houden. En zoo het er al in
kwam, het onmiddellijk eruit te werpen,
zoodra we het verkeerde onderkennen en
ontdekken. Want zoo goed er in de stof
een wet erkend wordt van adhaesie en
cohaesie, zoo goed iis er een dergelijke
wet in de ongeziene wereld der gedach
ten. Goede gedachten trekken positief
goede gedachten aan. slechte gedachten
komen op dezelfde wijze niet alleen
maar brengen met zich een stroom van
even ongewenschte gasten in ons rijk der
gedachten. Evenzeer trekken vriendelijke
liefdevolle gedachten dezelfde ideeën
aan en omgekeerd. Het is, alsof men voor
een spiegel stond. Het beeld in den spie
gel kan nooit iets anders toonen dan de
persoon of het voorwerp, dat vóór den
spiegel staat. En zoo is de wereld, zijn
de menschen om ons heen, in onzen da-
gelijkschen omgang, voor ons.een
spiegel. Zooals wij ervoor gaan staan,
zóó zal de spiegel het beeld terugkaat
sen.
Wanneer wij dus in ons leven goede
dingen tot ontwikkeling willen zien ko
men, is het noodig, dat wij onze ge-
dachten zorgvuldig bewaken en zorgen,
dat er niets binnendringt, dat niet goed
is. Dit pogen zou echter dikwijls tot mis
lukkingen aanleiding geven, indien we
erkenden, dat het goed en het kwaad in
deze wereld met gelijke macht bedeeld
zijn. Doch we kunnen weten, dat al wat
„goed” is niet machteloos staat tegen
de aanvallen van het kwaad, aangezien
al wat goed is, een weerkaatsing is van
en de allesoverheerschende macht bezit
van den kosmischen geest van het goe
de, welke het heelal beheerscht. En
waartegen het kwaad ten slotte niets
vermag, dan slechts te verdwijnen en te
versmelten als sneeuw voor de zon.
F. C
En de ernstige, stoere slotvariatie op
het „Gebed des Heeren” uit Mendels
sohn’s 6e, die de gebedswoorden van
den man van Nazareth op zoo ontzag
lijke wijze belicht, is meer dan ooit in
staat ons te bewaren voor gedachtenloos
naprevelen daarvan; „Want Uw is het
Koninkrijk en de kracht, en de heerlijk
heid, tot in Eeuwigheid, Amen.
Wellicht verdient het overweging, de
dikke 16 voets tongwerken op de klavie
ren bij de vlugge figuraties weg te la
ten, want het wordt al spoedig iets te
onduidelijk.
Mevr. Jeanne Tuyten, sopraanzange-
res te Zwolle, deed zich hooren in een
tweetal „Biblische Lieder” van Dvorak,
waarmede zij ons ten zeerste boeide in
„Singei ein neues Lied”, een prachtig
en interessant zangnummer met een
brillante begeleidingspartij, waarin de
soliste ons in de breede ff gedeelten een
proeve gaf van haar vol en machtig
orgaan, alsmede van hare sublieme
voordracht. Ditzelfde merken we op
aangaande de mooie vertolking van
„Hoe schoon de morgendauw” van v. d.
Horst, waarvan we eveneens zeer heb
ben genoten.
9 Aug.
Op het sportterrein had een door el
kaar loten kaatspartij plaats waaraan
niet minder dan 65 parturen deelnamen.
Ten slotte werden winnaar der 1ste
prijs (fietsen)Y. Kuperus te Wijnal-
dum, H. P. Kooijenga te Arum en Joh.
Tolsma te Harlingen. De 2e prijs (fiets-
lamp) wonnen Sipke Helfrich te Har
lingen, Jan Althof te Franeker en J.
Brandsma te Makkum.
De 3e prijs (electrische verwarmer)
vielen ten deel aan Ids Roukema te
Bolsward, Lammert de Jong te Bols-
ward en R. Visser te Arum. Vele mooie
partijen waren bij deze kaatswedstrijd
te zien. Ook het prachtige zomerweer
deed er het zijne toe om deze dag te
doen slagen.
5e ORGELCONCERT
„Am Waserflüssen Babylon” van
de vele Choralvorspiele die de groote
Cantor-organist geschreven heeft, is dit
wel een van de allerschoonsten; welk
een klagen ligt er in dat tegenmotief,
welk een leedverstarring in die harmo-
niën.
Dit stukje, geschreven in drie verschil
lende sleutels, is zeer moeilijk te spelen,
veel moeilijker zelfs dan Bach’s groote
„Fantasia” in G. Moll, al lijkt deze met
haar snelle passages voor het volle werk
ook heel wat zwaarder dan het zacht
voor zich heen weenende koraalvoor-
spel. De heer Alt liet ditmaal niet de
geweldige „Fuga” op de „Fantasie”
volgen, zooals anders. Waarom niet?
Wij vonden dit erg jammer en hadden
gehoopt, dat de „Fuga” alleen maar op
het programma vergeten was.
Een stuk van bijzondere bekoring was
Stojowski’s „Liebesgesang”; de karak
teristiek welke de musicoloog Herzog
hiervan gaf en welke op het program
ma stond vermeld, is al zeer juist ge
troffen; het is eigenlijk te betreuren, dat
zulke oogenblikken van dichterlijke ro
mantiek zoo snel voorbijgaan; als het
uit is, hoort men het stuk in geen jaren
meer en men zou er zoo gaarne nog
eens even bij verwijlen.
ALGEM. LEDENVERGADERING
VOETBALVEREEN. C A. B.
Maandagavond hield de voetbalver-
eeniging C. A. B. in de bovenzaal van
De Doele haar jaarlijksche algem- le
denvergadering. De heer R. v. d. Meulen
opent als waarnemend voorzitter de
vergadering, en roept allen een hartelijk
welkom toe.
De vereeniging heeft een moeilijk jaar
achter den rug en het leek er niet op,
dat het eerste elftal nog zoo’n goede
plaats in de ranglijst zou veroveren.
Ook het tweede elftal wist als steeds
haar oude plaats te handhaven. De re
sultaten van het derde en vierde elftal
waren al zeer slecht.
Ook de twee adspirant-elftallen kun
nen het beter doen.
De financiëele zijde is niet rooskleurig
en wat nog nooit is voorgekomen, is
thans het geval, er is een nadeelig saldo.
Spreker vertrouwt, dat door toetreding
van nieuwe donateurs dit tekort spoe
dig zal verdwijnen.
Als oud-voorzitter meent spreker zich
gerechtigd een woord van dank aan de
bestuursleden te zeggen. Zoo ook een
woord van dank aan onzen terrein-op-
zichter, de heer R. Meijer.
Vooral aan de af getreden voorzitter,
de heer W. Ph. Hendriks is een bijzon
der woord van dank voor de toewijding
en vele werkzaamheden, die hij voor
C. A. B. heeft gedaan, zeer zeker op zijn
plaats. (Applaus).
Daarna leest de secretaris, de heer
H. Huisman de notulen en een keurig
verzorgd jaarverslag voor, die onveran
derd worden goedgekeurd.
Uit het jaarverslag van den penning
meester, de heer Joh. v. d. Oever, blijkt,
dat er een klein nadeelig saldo is. Bij
monde van den heer S. Boschma brengt
de kascommissie haar rapport uit. Alle
boeken en bescheiden werden keurig in
orde bevonden; spreker hoopt dat de
heer v. d. Oever nog vele jaren als pen
ningmeester voor C.A.B. mag fungee-
ren.
Bij de schriftelijke bestuursverkiezing
werden met bijna algemeene stemmen
gekozen de heeren R. v. d. Meulen,
voorzitter, H. Huisman, secretaris, Joh.
v. d- Oever, penningmeester, J. v. Da
len, G. Dijkstra, R. Haitsma en G.
Schuurmans.
Tot leden der elftal-commissie wer
den benoemd de heeren A. Adema, S.
Boschma, P. Brandenburg, G. Dijkstra,
Tj. v. d. Houw, J. Postuma en IJ. da
Vries.
Tot kascommissie werden benoemd de
heeren S. Boschma en S. Terbraak.
Bij acclamatie werd de heer J. Postu
ma opnieuw benoemd tot commissaris
van materiaal.
Met het oog op de ervaring van het
vorige seizoen, zullen thans vier elftal
len spelen, t.w., C. A. B. I, II, III en een
adspirant elftal. De secretaris hoopt,
dat nog tot het vormen van een tweede
adspiranten-elftal kan worden overge
gaan.
Op voorstel van de heer W. Ph. Hen
driks zal het bestuur een schrijven aan
de werkende leden doen toekomen,
waarin gevraagd zal worden of de ver
eeniging voor de volle honderd procent
op hen kan rekenen.
Het voorstel van het bestuur om tot
royement van een viertal leden over te
gaan, wordt met algemeene stemmen
goedgekeurd. De voorzitter hoopt dat
een dergelijk punt niet weer op de agen
da zal voorkomen.
Tot controleurs bij de toegang gaven
zich op Sj. Taekema, J. Feenstra, L.
de Jong en B. Adema. Tot algemeen toe-
VROUWENARTS LEEUWARDEN
Prins Hendrikstraat 10
VOLKSSPELEN.
10 Aug.
De volksvermaken,'die voor een veer
tien dagen geleden op de 3e kermisdag
Derhalve minder ingelegd
dan terugbetaald 2966.66
Het aantal nieuw uitgegeven boekjes
bedroeg 11.
ARUM.
DE JONG s NIEUWSBLAD
5
i.