s Buitenlandsche Revue. a nieuuiiaarsgroeten s HOFSTEDE De Bolswardsche Courant en Westergoo Uit den Omtrek. Breukbanden Buikgordels Elastieken Kousen enz. enz. Stadsnieuws. Volharding. VAN HOUTENS CACAO Rillen Woensdag 16 December 1936 No. 98 Uitgever A. J. OSINGA, Marktstraat, BOLSWARD INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN beginselen trouw blijven. I I f 180.—. 1 id aan F n I 7 een lekkere warme kop f 160— f 100—, st. st. st. it. n a f 90— f 120— f 135— f200— AdvertentiCn per regel: Woensdagsnummer 10 cent. Zaterdagsnummer 12 cent. Tusschen de tekst dubb. prijs. Giro no. 87926. ge strijd geheel verdwenen. Och, de voorbeelden leggen in elke stad voor ’t grijpen. Stakkers zijn het?? Neen, gelukkig niet, nog altijd trach ten zij door een dikwerf overdreven zui nigheid den moeilijken strijd te winnen, maar tenzij bijzondere hulp hen helpt komen zij niet meer uit dit moeras. Stadgenooten hier ligt voor ons een mooie taak. Laten we allen deze week enkele dubbeltjes op onze privé uitgave besparen voor de collecte, die Zaterdag a.s. voor het fonds voor bijzondere noo- den gehouden zal worden. Drze Nieuwjaarsgroeten kinnen ook worden op- gsgeven aan onze agenten tfpgaven in te zenden jiterlijk tot WOENSDAG 30 DECEMBER, 2 uur. t. id nd St. st. st. st, st. st. st. verkwik OPBRENGST VERKOOP. De verkoop van de brochures ten bate van de oecumenische beweging heeft hier ter stede opgebracht ruim f35. De Thermometer daalt vergadering van die Raad het beroep van de Spaansche regeering op den Volken bond geopend. De Spaansche Minister van Buiten landsche Zaken meende, dat niemand meer in twijfel kan trekken, dat de ver nietiging van de hoofdstad van een Vol kenbondsstaat onder leiding van op standige generaals door middel van in het buitenland vervaardigde bommen uit vliegtuigen, die door rtiet-ISpanjaarden worden bestuurd, een bewijs is, dat eeni- ge staten den oorlog tegen Spanje ont ketend hebbeq, lofschoon zij nog ,van handhaving van den vrede spreken. Del Vayo erkende, dat de afwezigheid van enkele staten de mogelijkheden van een Volkenbondsactie beperkt, doch in ieder geval behoort de Volkenbondsraad zich niet bij voorbaat machteloos te ver klaren. De eindoverwinning, aldus del Vayo, zal niet kunnen uitblijven waarna Spanje een normale politiek van democratie en vrijheid en sociale rechtvaardigheid zal voeren en daarbij aan de Volkenbonds- ARUM. DRANKBESTRIJDING. 12 December 1936. De afdeeling der N. V. tot afschaffing van Ale. Dr. alhier hield in het Dorps huis een huishoudelijke vergadering, waarbij aanwezig waren 17 leden. Na opening door den voorzitter, den heer J. van Zandbergen werden de notulen door mej. A. Sinnema voorgelezen en accoord bevonden. Medegedeeld werd, dat de af deeling Kimswerd met de afd. Arum is samengesmolten, zoodat er een ver meerdering van 5 nieuwe leden is te boeken. Besloten werd om 350 Kerst- en Nieuwjaarsnummers te bestellen voof gratis verspreiding in Arum en Kims werd. De datum voor de te houden Propa- ganda-feestavond werd voorloopig vast gesteld op 27 Januari. Opgevoerd zal worden „Slomjende krêften” fen Abe Verschijnt DINSDAGS- en VRIJDAGSAVONDS. Leesgeld fr. p. p. per ha'f jaar f 1.50 Buiten de provincie f2-; inn. 15 ct. Voor het Buitenland ‘1- per jaar. Leesg. p. looper 40 c. p. kwartaal. VOETBAL. C. A. B. II-F. V. C. HL Ondanks het minder aangename weer was toch Zondagmiddag 'n bevredigend aantal bezoekers opgekomen. Het samenspel der C. A. B.ers was be ter dan in de wedstrijd tegen Harlingen. Vooral de achterhoede en halflinie le verden heel goed werk. In de voorhoede kan men de juiste vorm nog niet terug vinden. Veel te kort spel en wanneer zoo nu en dan een beetje open spel gegeven wordt is het teveel in de lengte en te weinig in de breedte, waardoor de bui- tenspelval gemakkelijk kon worden opengesteld. Overigens heeft C. A. B. gedurende den geheelen wedstrijd een voldoende overwicht getoond, zoo zelfs dat zoowel voor als na de rust het spel voor het meerendeel op de helft der te genpartij gehouden kon worden.. Dat desondanks slechts een 2-0 over winning kon worden geboekt, ligt voor een groot deel aan de weinige producti viteit van de voorhoede, die meerdere opgelegde kansen hopeloos verknoeide, maar ook aan de zeer goede capaciteiten van de F. V. C.-doelman, die deze mid dag keurig werk verrichtte. Een algemeene opmerking meenen we wel eens te mogen maken, die talrijke raadgevingen van „deskundigen” langs de lijn zijn niet bevorderlijk voor een rustig beoordeelen van de zich telkens wijzigende situaties, die zich voor elke speler kunnen voordoen. Ons eerste elftal verloor te Sneek te gen het toch niet sterke Black Boys met 7-4. Is de moed er uit heeren? Of is een tekort aan speltechniek de oorzaak? Wanneer het zoo doorgaat komt ons eerste elftal muurvast op de onderste plaats en zullen ze in de komende de gradatiewedstrijd tegen het Sneeker L. S. C. hun plaats in de 2de klasse moeten verdedigen. In het nummer van 31 Dec. a.s. zal gelegenheid be staan tot het plaatsen van Nieuwjaarsgroeten tegel den prijs van 40 ets. voo’ten hoogste 4 regels Elk* regel meer 10 cent. naar Grootzand 18 - SNEEK Het oude vertrouwde adres I V<or DE FEESTVIERING OP 7 JANUARI. Gisteravond kwamen in de raadszaal bijeen de verschillende subcommissies, ingesteld ter voorbereiding van de feest viering op 7 Januari. De voorzitter, de heer Eerdmans, opende deze bijeenkomst. Namens de financieele commissie werd medegedeeld, dat in totaal een bedrag van 942 gulden voor de feesten beschik baar is. Deze mededeeling werd met een applaus begroet. Voor diegenen die bij de inzameling door de leerlingen der R. Z. S., zeer verdienstelijk gehouden, niet thuis werden getroffen is gelegenheid alsnog hun gaven te storten bij King- ma’s Bank alhier. De begroeting voor de verschillende sub-commissies werden voorgelezen en met enkele wijzigingen goedgekeurd. Filmvoorstellingen Tractatie 1400 schoolk. Commissie verlichting efi versiering Idem ijsfeesten, zullen een batig saldo opleveren. Idem muziek Idem avondfeest Hiervan komt aan entree terug Onvoorzien zoodat ongeveer 200 gulden van het bij eengebrachte bedrag overblijft, hiervan wil men nog 100 gulden besteden aan de verlichting en de andere gelden voor een tweede feestavond voor werkloozen en daarmee gelijk gestelden. Verschillende mededeelingen werden alsnog gedaan. Aan de Kerkbesturen en diaconieën zal een verzoek worden gericht op den morgen van den feestdag in de kerk dienst een collecte te houden die dan op denzelfden dag moet worden uitgedeeld aan de bij dat kerkgenootschap behoo- rende armen. Niet onmogelijk Is het, dat ook door de Regeering een extra bijdrage aan de werkloozen gegeven zal worden. Aan de drie middenstandsorganisaties zal wor den verzocht hun leden op te wekken speciale etalages te maken en vooral de etalageverlichting die avond te laten branden. Het sluitingsverbod voor de winkels is voor die dag opgeheven. Het reeds gepubliceerde) programma bleef ongewijzigd. HET FONDS VOOR BIJZONDERE NOODEN. Er is ons gevraagd een woord van aanbeveling te willen schrijven voor het fonds met bovenaangehaalde titel. Zelden zullen we voor een sympa thieker doel onze medewerking mogen verleenen. Wat wilt ge mooier doei dan het lijden van de z.g. „stille armen” ver zachten. 1 „Stille armen” wat zegt dit eigenlijk? Laat ze eens aan uw geestesoog voor bijtrekken, die talrijke mannen en vrou wen, pientere zakenmenschen van wel eer, mannen en vrouwen met een vaste betrekking, door de onrust der tijden geslagen. Met den moed der wanhoop vechtende voor het dagelijksch brood, dag in dag uit, kampende tegen die voelbare wegzinking in het moeras der armo'ede. Hun eergevoel verbiedt hun de hand voor een aalmoes uit te steken en och, dit helpt ook niet. De winkel, het werk, waarmee ze jaren lang voor zich en de zijnen het dagelijksch brood verdiend hebben, moet weer op krachten komen, maar.daartoe ontbreekt elke financieele achtergrond. Het kleine moei zaam verworven bedrijfskapitaaltje van enkele honderden guldens is in die lan- nog, dat eenmaal gesloten verdragen ook moesten worden nageleefd. Toen een al gemeene drang naar ontwapening en een verbroedering van al de volkeren. Wat is er van al die hoopgevende verschijn selen terecht gekomen? Totaal niets. De Volkenbond wordt met een beetje kunst- en vliegwerk in elkaar gehou den; verdragen zijn weer vodjes papier geworden, en de ontwapeningsgedachte is omgevormd tot een bewapening, zoo als die nog nimmer gekend is. In deze benauwende atmosfeer ont staan de conflicten Italië-Abessinië, Chi na-Japan; Rusland, de burgeroorlog in Spanje met op den achtergrond het zoo beruchte non-interventie-pact. Aan onderwerpen voor onze revue geen gebrek, somtijds zelfs een teveel waar door men genoodzaakt wordt zeer be knopt de feiten van den dag weer te geven. We willen voor vandaag nu eens niet in de eerste plaats bespreken het opzien barende feit van de abdicatie van den Engelschen koning. Ons insziens is er op het wereldschaakbord 'n belangrijker zet te bespreken. We richten onze belangstelling in de eerste plaats op China. De bekende Chi neesche generaal Tsjiang Kai Sjek is te Sianfoe door muiters gevangen genomen. Dat is het bericht met een mogelijk zeer vérstrekkende beteekenis. Genoemde maarschalk was door de regeering met een troepenafdeeling naar het Noord westen van China uitgezonden, ter be strijding van de communisten. Deze troe pen sloegen evenwel aan het muiten, na men de maarschalk gevangen en eischen nu van de Chineesche regeering dat zij met de communisten zal samenwerken in een krachtig verzet tegen Japan. Aan de eene kant wordt Tsjiang Kai Sjek verweten, dat hij teveel pro Japan is geweest, maar daar staat tegenover, dat de hopeloos verwarde binnenland- sche toestand van China hem, wat mili taire activiteit aanbelangt, zeer voorzich tige politiek deed voeren. Zoolang China zich niet als een gesloten eenheid kan verweren tegen de Japansche landhon- ger, is de eenige weg om een grooter débacle te voorkomen, die van een lijde lijk verzet. De regeering te Nanking hoopt nog steeds hierdoor het nationale gevoel wakker te, kunnen schudden en dan bouwende op dit nationalisme de verdediging van het land tegen den vreemden indringer met meer succes ter hand te kunnen nemen. In hoeverre nu de komende dagen een oplossing zullen brengen van dit buitengewoon moeilijke probleem is niet te zeggen. De factoren die daarbij in China den doorslag geven doen voor onze Westersche begrippen dikwerf zeer zonderling aan. Is bijv, de regeering te Nanking bereid met de mui ters te onderhandelen, dan zal dit moe ten gebeuren op de volgende eischen: Militaire actie tegen Japan en bevrij- ding van Mandsjoerije. De eerste en al lernoodzakelijkste vraag is dan: hoe staat het met de Chineesche weermacht? Zal deze zonder buitenlandsche hulp ’n Japansche opmarsch kunnen weerstaan? Met deze vraag brengen we onmiddel lijk de Oostersche kwestie over naar Europeesch terrein en wordt ’t dan niet een strijd tusschen twee volken, maar ’n strijd tusschen twee wereldbeschouwin gen. We hebben deze kant van de me daille reeds eerder in onze revue uiteen gezet, zoodat we daarop vandaag niet ■dieper ingaan. Wanneer we dan zelf ook met onze gedachten naar ’t vasteland van Europa oversteken, dan vinden we de Spaansche kwestie nog altijd als het meest actueele punt. (We laten Engeland maar buiten beschouwing). Wel niemand onder ons zal niet met verwondering lezen, dat Madrid nog niet gevallen is. Hoe dikwijls heeft de radio, in dienst der opstandelingen, nu reeds niet het bericht verspreid, dat bin nen enkele uren Madrid zou worden in genomen. Niet alleen constateeren we nu, dat de opstandelingen (die men te genwoordig algemeen met de mooiere benaming van nationalisten aanduidt) weinig of geen terrein gewonnen heb ben maar dat de verdediging van Madrid in deze korte periode veel is verbeterd. We veronderstellen, dat dit voor een groot gedeelte moet worden toegeschre ven aan de buitenlandsche adviseurs en denkelijk ook wel een beetje aan de hulp die de Spaansche regeering ontvangt van sympathiseerende landen. De bur geroorlog in Spanje is niet we heb ben dit meermalen betoogd een strijd tusschen twee groepen uit hetzelfde land maar een internationale oorlog die voor loopig op Spaansch grondgebied wordt uitgevochten. Voor de nog niet geheel ten doode opgeschreven Volkenbond ligt hier een dankbaar werkterrein. De vorige week is in een openbare De Genestet heeft zijn tijdgenooten vergeleken met de voorgeslachten en is toen gekomen tot de bekende ontboe zeming. „akelig, mis’lijk nageslacht.” Vermoedelijk hebben de beoordeelden deze uitlating beschouwd als een dich terlijke overdrijving en zich hierdoor niet laten verontrusten. Toch was dat oor deel niet zinloos. Evenals van een cari- catuur zooals dr. Kuypier eenmaal neerschreef een zuiverende adem tocht moet uitgaan, zoo bedoelt een der gelijke dichterlijke beoordeeling iets wat ie dichter aanwezig acht enwil veroordeelen, te gispen. De Genestet vindt zijn tijdgenooten een slap ge slacht, een geslacht, niet in staat tot groote daden, een geslacht, dat spoedig bij de pakken gaat zitten, een geslacht, dat de geestdrift, de geestdrift van vo rige geslachten mist, een gslacht, dat niet de volharding, die voorheen het Ne- derlandsche volk ten aanschouwen van vriend en vijand ten toon spreidde, be zit. De dichter is in zijn gedachten te1- ruggegaan naar de 16e en 17e eeuw. Hij heeft zich tafereelen uit de heiden worsteling tegen de machthebbers van dien tijd voor den geest geplaatst. Hij heeft in bewondering gestaard naar dezen kleinen kring van stoere kerels, die naar het oordeel van een onzer beste historieschrijvers stand hielden waar Ieder ander zou zijn bezweken; en over wonnen, terwijl de wereld hen den on dergang voorspelde. Dat was het Hollandsch geslacht van de 16de eeuw. Daarbij vergeleken maak te Holland van het midden der vorige eeuw een droeve figuur. Vergeten mag niet worden dat in deze dagen ook geen heldenkracht werd gevraagd, zooals in de 16e en 17e eeuw. Althans niet voor den strijd op het slagveld. Maar de Ge nestet merkte de lauwheid ten opzichte van de groote levensvroeging op, de matheid die het economische leven van dien tijd kenmerkte, de futloosheid die in alle kringen van het volk viel waar te nemen. En hij plaatste de beide genoem de perioden tegenover elkaar. Het is te verstaan dat zijn dichterlijke ziel in de ontboezeming akelig, misselijk nage slacht zich uitsprak. Het kan zijn nut hebben dat ook wij, behoorende tot het geslacht van dezen tijd, ons de vraag stellen: wanneer de dichter ons zou hebben vergeleken met de Nederlandsche heldenschaar uit Neerland’s glorietijd, wat zou dan zijn oordeel zijn geweest? We kunnen dich ter bij huis blijven. Gesteld dat de dich ter thans kon kennis nemen van dezen tijd met de nu bestaande verhoudingen, met de moeiten en lasten die door den mensch van heden worden getorst en dan een vergelijking zou maken met Nederland van zijn tijd, wat zou dan zijn oordeel zijn? Zou hij dan zijn ontboeze ming herhalen en spreken van een ake lig nageslacht? Of zou hij Bilderdijk’s woord op de lippen nemen en betuigen: Holland groeit weer, De algemeene wereldonrust. China-Japan. Spanje en den Volkenbond. Wat een verschil met enkele jaren ge leden, toen het buitenlandsche nieuws zich hoofdzakelijk bepaalde tot een groeiende belangstelling voor het insti tuut van den Volkenbond. Toen geloof den we nog in de mogelijkheid van de wereldverdragen, toen geloofden we ook Holland bloeit weer, Hollands naam is weer hersteld? Des dichters oordeel vernemen we nu niet. We moeten zelf het oordeel geven. En dan de vraag stellen: wat zegt ons dit? Kunnen we tevreden zijn? Of moe ten we het woord in geheel ander ver band eenmaal door prof. Holwerda ge sproken, herhalen; Kunnen wij niet an ders worden? Wanneer wij Nederlanders die in den jare 1936 leven en streven en strijden en klagen, ons gaan vergelijken met voorbije tijden en geslachten, dan zal de vergelijking met de vorige eeuw ons niet in een al te slecht daglicht plaatsen. Gaan we verder terug, blikken we in de historie, trekken we den heldenstrijd van Neerland’s wording binnen onzen ge zichtskring en beoordeelen naar dien maatstaf het heden, dan is er reden voor teleurstelling. Worstelaars, zooals de geuzentijd die kende, zijn wij niet. De volharding die de bewondering van al len wegdroeg, wij spreiden ze nog niet ten toon. We zitten midden in een crisis; een wereldcrisis. De klaagliederen daarover stijgen dag aan dag op. Wie klaagt niet? We weten dat velen zeer velen zelfs reden tot klagen hebben. En toch? De crisis is zwaar, maar de moge lijkheden om de gevolgen daarvan met buitengewone middelen kleiner te maken zijn vele De overheid steunt en helpt en kan steunen en helpen. De moderne techniek brengt binnen ieder bereik wat vroeger niemand ten deel viel of wat slechts enkelen konden veroveren. Een buitenlandsch gezelschap maakte een paar jaren geleden een tocht door Neer- lands residentie. Het werd daarna ont vangen door den burgemeeste*r. Toen deze sprak over de zware crisis waar onder het Nederlandsche volk gebukt gaat en ook ’s-Gravenhage lijdt, lachten enkele gasten en stelden de vraag: cri sis, crisis, waar is hier de crisis? Er kan worden geklaagd. Er kan nog voor meer worden gedankt. Het geslacht van dezen tijd mist nog al te veel wat het voorgeslacht sierde en waardoor Nederland is geworden wat het nu nog is. We missen de volharding, die stand houdt onder alle omstandighe den. De volharding, die bergen van be zwaren overwint. De volharding, die in zich sluit de profetie van de overwin ning. Hoe slap en futloos staan velen tegenover de moeiten van dezen tijd. Kort geleden hoorden we een jonge vrouw zeggen: „Ik laat mijn kerel in den steek; die vent vindt nooit werk; ik wil zoo niet langer; ik kan voor mijn kind geen banaantje meer koopen.” Dit was niet een buurvrouwelijk praatje na een slapeloozen nacht. Integendeel. Het was ernstig gemeend. Ze heeft twee weken later de kuiten genomen. Hoevele huwelijken zijn stukgeslagen tegen de moeiten van dezen tijd en dat terwijl de steun van heden het loon van vroeger overtreft Thans worden vleesch- bonnen verstrekt. Welke arbeider kon zich een veertig jaar geleden de weelde veroorloven vlee(sch te eten? Dit niet aandurven van de moeiten die het leven biedt, het neerzinken bij de pakken, het is een karakterstuk van het geslacht van dezen tijd, een trek die in alle volkskrin- gen valt waar te nemen. Volharden, staan blijven, met open oog de moeiten doorschouwen, moedig het kruis opne men, dankbaar aanvaarden wat nog ge boden wordt. Er zijn velen die dit niet kunnen. Ze missen wat het voorgeslacht sierde. Volhardingl Waardoor kon 't geslacht van de eeuw van Neerland’s glorie vol harden? Het stond in deze overtuiging: het is onder Hoogere leiding dat we nu leven; dat we geplaatst worden in de worsteling waarin we verkeeren; het le ven is taak, is roeping. Die door Hoo gere leiding gegeven roeping hebben we te vervullen en dus stand te houden I Volharden 1 Paolo Veronese heeft in een zijner benoemde schilderstukken uitge beeld wat volharding is. Hij schildert ’n spin, bezig haar weg te spinnen, ’t Wordt telkens weer verbroken. De spin begint steeds opnieuw tot menschelijke hand ’t leven breekt. Dat' is volharding. Nooit vertragen. Dit verstond het voor geslacht. 132^ Jaargang Officieel orgaan der gemeenten Bolsward, Wonseradeel en Hennaarderadeel A Telefoon No. 12 J=ï o DE JONG s NIEUWSBLAD waarin opgenomen

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1936 | | pagina 1