Buit enlandsche Revue.
III. V. d. UIESFF
De Bolswardsche Courant en Westergoo
Reparatie
aan alle merken
Automobielen
DE DIENSTBODE.
Stadsnieuws.
k lij
Woensdag 15 Februari 1939
35^5 Jaargang
P. LUNTER
Groote voorraad
Onderdeelen
en Banden
Uitgever A. J. OSINGA, Marktstraat, BOLSWARD
Jaargang Woensdag 15 Februari 1939 No, 13
Officiéél orgaan der gemeenten Bolsward, Wonseradeel en Hennaarderadeel
A Telefoon No. 451
X
Md.
van de
in
Advertentiën per rege!
Woensdagsnumrner IQ cent.
Zaterdagsnummer 12 cent.
Tusschen de tekst dubb. prijs.
Giro no. 87926.
Speciale inrichting voor
bekoeld
zijn we
ALS DE TRAM
BOLSWARD-HARLINGEN VERDWIJNT
Maar troost je, vriend, en wees tevree,
Er gaan ook mannen met je mee,
Die niet meer kunnen werken.
Voor hen is dit besluit een strop,
Wie garandeert hen twintig pop,
Om ’t leven te versterken?
Gij wordt verkocht voor Ijzerroest,
Och, dat het zoo ver komen moest,
Ik kan er wel om grienen.
Nu gaat de groote(?) N. T. M.
Zonder de knusse boldertrem,
Met bussen geld verdienen.
„DORCAS”.
De Naaivereen. „Dorcas” stelt heden
middag de door haar vervaardigde kle
dingstukken op de wekelijksche bijeen
komsten in een der vergaderlokalen van
het nieuwe Convent ter bezichtiging.
Ruim 150 stuks liggen er gereed om
te worden geschonken aan die gezinnen,
welke daaraan behoefte hebben.
Het spreekt van zelf, dat deze arbeid
door de bedeelden op zeer hoogen prijs
wordt gesteld. In onzen tijd is de linnen
kast in/ veel gevallen niet te ruim voor
zien en dan is elke aanvulling van harte
welkom.
Verschijnt DINSDAGS- en
VRIJDAGSAVONDS.
Leesgeld fr. p. p. per half jaar f 1.50
Buiten de provincie f2.-; inn. 15 ct.
Voor het Buitenland f 7.- per jaar.
Leesg. p. looper 40 ct. p. kwartaal.
't Is jammer, dat voor het gemeen belang
De enkeling komt in ’t gedrang,
Men leert zich wel weer schikken,
De varkens uit Luilekkerland
Zijn hier niet dikwijls bij de hand,
’t Is nu meest.bonkjes likken.
O.
OFF. FORD DEALER
BOLSWARD - TELEF. 550
Wanneer we de ligging van dit eiland
Hainan eens even nader beschouwen,
dan moeten we tot de conclusie komen,
dat deze bezetting voor Indo-China, de
Fransche kolonie, zeer onaangenaam is.
In Juni van het vorig jaar is dan ook
aan Tokio bericht, dat Frankrijk en En
geland elke bezetting van dit eiland door
Japansche troepen, zouden beschouwen
als een maatregel, die tot ongewenschte
verwikkelingen aanleiding kan geven.
Een duidelijk antwoord waarin die maat
regelen zouden bestaan, werd niet gege
ven.
Hoe de Engelsche en Fransche regee-
ring op de nu ongevraagde bezetting
reageert, is nog niet bekend. Voorloopig
heeft elke stap nog een informatorisch
karakter.
In sommige bladen wordt critiek ge
oefend op de laksheid, die Frankrijk en
Engeland in het Verre Oosten zouden
toonen en waardoor het initiatief steeds
aan andere mogendheden wordt overge
laten, zonder dat hierbij nader wordt
aangeduid, wat ze tegen een feit als deze
bezetting hebben kunnen doen. Enkele
zijn van meening, dat de bezetting een
schending is van de verdragen van Was
hington van 1922, waarbij de territo
riale onschendbaarheid van China gega
randeerd is, en dat het daarom op den
weg van de Vereenigde Staten ligt iets
te ondernemen.
Een andere zet op het wereldschaak-
bord kunnen we noemen de bezetting
van het eiland Minorca door de troepen
van Franco. Het eiland Minorca in de
Middellandsche Zee, het N.O.-eiland van
de Balearen is ongeveer 669 km groot
en telt 42000 inwoners. Het is evenwel
niet de oppervlakte, noch het aantal in
woners, maar de strategische ligging, dié
dit eiland zoo aantrekkelijk maken.
Wel iets vreemd, maar toch ook weer
verklaarbaar, doet dan aan een bericht
uit Rome, dat de Italiaansche bladen
met verontwaardiging kennis hebben
genomen van het feit, dat de regeering
van Franco zich in het bezit gesteld
heeft van dit eiland, zonder de mede
werking van de Italiaansche legionairs
en met behulp van een Engelsch oor
logsschip.
Deze bladen spreken van een Britsshe
manoeuvre. Enfin een beetje meer sen
satie kan geen kwaad.
de kant geschoven.
Over het algemeen geven de buiten-
landsche zoowel als de eigen bladen een
zeer waardeerende levensbeschrijving
van dezen Paus, die als een bijzondere
figuur in dezen moeilijken tijd genoemd
wordt. Als een sprekend voorbeeld van
deze waardeering ook uit niet-Katholie-
ke kringen, nemen we een paar zinnen
over uit een correspondentiebrief in het
Handelsblad, waarin o.m. gezegd wordt:
„Met Pius XI is een man heengegaan,
die in de geschiedenis van de R.-K. Kerk
zeer zeker zal voortleven als een groot
Paus. De activiteit van dezen Kerkvorst,
waardig zoon van het werkzame volk
van Lombardlje, is buitengemeen ge
weest. Als geleerde genoot hij reeds een
groote faam nog voor den wereldoorlog,
als bibliothecaris, eerst aan den Ambro
sia, later aan de Vaticana, ontwikkelde
hij een werkzaamheid die deze beide in
stellingen in hooge mate is ten goede
gekomen. De diplomatieke activiteit ge
durende het Pausschap is eveneens groot
geweest. Verschillende concordaten wer
den afgesloten. Levende in een tijd,
waarin het nationalisme een macht
wordt waarmee meer dan vroeger moet
worden rekening gehouden, zag de Paus
in, dat het in het belang der kerk is in
het redelijke aan dit nationalisme tege
moet te komen. Met zacht vermaan en
scherpe rede heeft hij herhaaldelijk chau
vinistische overdrijvingen afgekeurd.
Ook op het gebied van kunst en tech
niek wordt Paus Pius XI bijzonder ge
noemd. Het zou ons te ver voeren ook
maar een klein schema van deze activi
teit weer te geven. Hij was een geeste
lijke, een geleerde, een leider van de vol
ken, die op welhaast elk gebied zich
boven het gewoel, boven de tegenstrij
digheden wist te verheffen en in een
uiterst moeilijke tijd met vaste hand de
kerk bestuurde.”
Na deze eenlgszins geestelijke inlei
ding beginnen we vandaag aan het
Een zucht stijgt op in m’n gemoed,
Zoowaar, m’n pennen beven doet,
Ach, waarom moet je sterven?
Gij trouwe vriend in lief en leed,
Met heel je ouderwetsche kleed,
Nu lig je haast in scherven.
Hoe zal ik treurend vol van smart,
Aan U geliefde van m’n hart,
Bewaard uit oude tijden,
Hoe zal ik vol van hartepijn
Aan U, de bult van magere Hein,
M’n afscheidswoorden wijden?
Eindelijk toont de overheid begrip
voor de sociale beteekenis van het
dienstboden-werk. Ze heeft althans de
straf verlicht, waarmee ze tot heden dit
werk belastte.
Straf? Inderdaad!
Men kan z’n dochtertje naar de fa
briek sturen en dan beschermt de over
heid het kind. Zij bepaalt, hoe lang het
ten hoogste mag werken en op welke
tijdstippen; ze stelt bepalingen in het
belang van haar gezondheid en veilig
heid.
Maar de dienstbode wordt niet alleen
aan haar lot overgelaten, doch de over
heid legt degenen, die een meisje arbeid
verschaffen als dienstbode, een soort
boete op. Voor haar moet een zeker be
drag aan personeele belasting worden
betaald; als het meisje meerderjarig is
geworden, moet men ze ontslaan of de
„boete” wordt aanzienlijk verhoogd.
Waagt men het om een mannelijke be
diende, die werkloos rondloopt, aan ar
beid te helpen, dan moet daarvoor aan
den fiscus voor 200 meer worden be
taald dan voor een volwassen vrouwe
lijke hulp in de huishouding.
Dat zijn toch waarlijk dingen, waar
een verstandig mensch om zou gaan hul
len van narigheid; de bestraffing van 't
geven van arbeid in een tijd, waarin
honderdduizenden werkloozen en hun
gezinnen door den staat moeten worden
onderhouden.
Vroeger is de wetgever blijkbaar van
de stelling uitgegaan, dat het houden
van een dienstbode het bewijs zou zijn
van een zekere luxe. In bepaalde geval
len was dat inderdaad zóó en is zulks
ook thans nog wel eens juist. Maar deze
soort luxe is toch eigenlijk van sympa-
thieken aard. Daarvan profiteeren de
arbeiders-kinderen, wat van andere
en onbelaste luxueuse uitingen
niet altijd kan worden gezegd.
In' het algemeen echter worden tegen
woordig haast geen dienstboden meer
gehouden uit weelde. Integendeel, de
meer of minder gesitueerde dames van
thans stellen voor zich zelf levens-
elschen, welke veel tijd en zorg vragen,
maar met de eigenlijke hushouding wei
nig of niets te maken hebben. Op de
zelve passen ze alle mogelijke efficiency
toe; beperkte woning, kleine keuken en
alle gerei automatisch.
In de meeste gevallen wordt een
dienstbode gehouden uit noodzaak, b.v.
in groote burgerhuishoudens, in de wo
ningen van bejaarden of daar waar zie
ken zijn. Vaak ook in de gezinnen, waar
de vrouw gebonden is aan den winkel
of „de zaak”. In al deze gevallen ver
richt de dienstbode een sociaal werk,
dat voor haar zelf èn voor haar omge
ving van hooge waarde is. Zij werkt ’t
tekort weg, dat den gezinsleden, voor
wie ze werkzaam is, in zorg en verzor
ging bedreigde. En ze maakt aldus de
beste school door, waar goede en be
kwame huisvrouwen worden gevormd,
die de stutze zijn van het familieleven
en daarmee de stutze van den staat.
Juist omdat het voor arbeiderskinde
ren van zoo groot belang is, dat ze in
een geordende burgerhuishouding zich
als huisvrouw leeren bekwamen, wordt
ook vaak een dienstbode gehouden enkel
en alleen, althans in hoofdzaak, om
zoo’n meisje de gelegenheid te bieden
de huishouding, maatschappelijke ma
nieren en wat daarbij behoort, te leeren.
Uit zuiver sociaal gevoel derhalve. Voor
al op het platteland laat menigeen zich
daardoor lelden. In een kleine huishou
ding kan de vrouw het werk dikwijls
best af, desnoods met behulp van een
werkster, maar men neemt een dienst
bode, omdat er In het dorp zooveel
meisjes uit arme gezinnen doelloos om
huis heen hangen.
Een goede dienstbode wordt altijd ’n
goede huisvrouw.
Maar nogmaals: de overheid scheen
dat tot nog toe niet in te zien; ze „waar
deerde” het althans in de verkeerde
richting.
Nu echter massale terugkeer van de
Duitsche dienstmeisjes hier wederom
een sterk tekort aan dienstboden dreigt
te openbaren, betoont ze eenige soepel
heid, o.m. door de uitgevaardigde be
paling, dat de verdiensten van dienst
boden worden vrijgelaten bij de vast
stelling van den steun aan werklooze va
ders (of kostwinners van een gezin).
Dat is een gelukkig besluit. Het wil
me voorkomen, dat de Nederlandsche
meisjes niet minder geneigd zouden zijn
dan de Duitsche, om door opleiding in
gezinnen zich tot goede huisvrouwen te
laten ontwikkelen. Maar de overheid
•RAADSVERGADERING
Vrijdagavond kwam de Raad
spoedeischende vergadering bijeen ter
bespreking van het voorstel van B. en
W. tot aankoop van een gedeelte van
het huis hoek Snorkstraat-Kleine Dijlak-
ker, laatst bewoond door nu wijlen den
heer Bootsma, thans eigen aan de fa.
Hengst.
Het doel van deze aankoop is door
afbraak van deze hoek een daar drin
gend noodzakelijke verkeersverbetering
te maken.
In besloten zitting heeft de Raad zich
reeds op 26 Januari j.l. met deze kwestie
bezig gehouden en is' toen als uiterste
prijs gesteld de somma van 2500 gulden.
Hiermee ging de fa, Hengst niet accoord
maar vroeg f 2750. B. en W. waren toen
nieuws, dat nu bijna twee jaar de hoofd
schotel vormt van onze wekelijksche re
vue. In algemeenen zin genoemd: de ge
spannen internationale toestand, waar
van de oorlog in China, in Spanje, van
die kleine krachtmeetingen zijn, zooiets
als een voorbode van het groote treffen,
dat naar onze menschelijke berekening
niet lang meer kan uitblijven. Wanneer
we den toestand in Spanje eens even
wat nauwkeuriger bestudeeren, dan zien
we daar allereerst de ineenstorting van
het Katalaansche front en de vlucht van
een geheel leger naar Fransch grondge
bied. Is daarmede de oorlog beëindigd?
Waarschijnlijk nog niet. Telkens duiken
hier en daar berichten op, dat in den
sector Madrid nog tegenstand zal wor
den geboden. Naar onze meening is deze
tegenstand nog maar alleen effectvol op
papier, om bij de komende onderhande-
lingen te redden wat er nog te redden
valt.
Verschillende oplossingen worden er
nu aan de hand gedaan om dezen oorlog
te beëindigen en bij al die bepalingen
domineert In het linksche Spanje de
eisch, dat er geen buitenlandsche Inmen
ging geduld kan worden. Wij betwijfelen
of dit wel volkomen strookt met de plan
nen van Mussolini. De eischen ten op
zichte van Frankrijk hebben de laatste
weken In Italië niet zoo l.uld weerklon
ken, maar daarom nog niet teruggeno
men. Misschien ook, dat de door Cham
berlain afgelegde verklaring, dat Enge
land met zijn geheele macht Frankrijk in
een eventueel conflict zal steunen, de Ita
liaansche eischen een beetje
heeft. Erg gerust daaromtrent
evenwel niet.
De regelmatige versterking
Italiaansche legermacht in de nabijheid
van de Fransche koloniën en bezittingen
wijst er op, dat Italië op alles voorbe
reid is en wanneer het noodig mocht
blijken, direct kan toeslaan. Aan den an
deren kant zit ook Frankrijk niet stil en
dirigeert een groot deel van zijn vloot
naar deze bedreigde punten.
In een oogenschijnlijk eenvoudige han
deling zoekt men tegenwoordig een
meer dan gewone beteekenis. We wil
len in dit verband even wijzen op de
bezetting van het eiland Hainan aan de
Zuid-Oostkust van China door de Japan
ners. Nu denkt U misschien dat dit bui
ten de Europeesche kwestie omgaat?
Toch niet. We kunnen dit gerust zien
als een onderdeel van een weloverwogen
plan met medewerking van Italië en
Duitschland, Reeds eerder heeft Japan
het voornemen gehad dit eiland te be
zetten ten einde daardoor de blokkade
van de geheele Chlneesche kust meer In
tens te maken.
Op een protest van Fransche en En
gelsche kant Is men daarvan teruggeko
men.
Nu heeft Japan dit eiland bezet, zon
der kennisgeving aan Frankrijk of Enge
land, maar met goedkeuring van Italië
en Duitschland. Op het wereldschaakspel
zijn de grootmeesters nu bezig de stuk
ken in de meest gunstige positie te
plaatsen. Er moet natuurlijk net zoo
lang gespeeld worden tot een der partijen
schaakmat staat. Jammer genoeg, is het
dan bij dit wereldschaakspel niet uit,
maar begint de ellende pas goed.
Verschillende vragen kunnen weer
naar aanleiding van deze laatste Japan
sche agressie gesteld worden. Heeft Ja
pan het juiste moment, nu voor Frank
rijk de Spaansche oorlog en de Italiaan
sche eischen alle diplomatieke inspan
ning vereischt, afgewacht om zijn slag
te slaan? Er is eenige overeenstemming
tusschen de leden van ’t Antl-Komintem
pact Dultschland-Itallë en Japan.
ZE BEOEFENT NIET ZOOZEER EEN
VAK; ZÈ VOLGT EEN ROEPING.
maakte het dienstbodenwerk onaantrek
kelijk. Het Duitsche dienstmeisje kon,
wat ze verdiende, voor zich zelf beste
den; de Nederlandsche dienstbode zag
haar verdiensten, althans ten deele, in
mindering worden gebracht van den
overheidssteun aan het gezin. Daar is
principieel niets tegen, als het kan. Het
loon der dienstboden is echter vaak
slechts miniem en bovendien brengt
haar verkeer in een burgerlijk milieu
mede, dat ze meer dan vroeger zorg be
steedt aan haar uiterlijk, w.o. haar klee-
ding. Het verlangen daarnaar groeit ook
Vanzelf door haaf opvoeding in het ge
zin, dat ze dient.
Het is alleszins biljijk, dat het dienst-
bodeloon bij de berekening van den
steun aan den werkloozen huisvader,
buiten beschouwing wordt gelaten. En
het is te hopen, dat de overheid nog ver
der zal gaan en spoedig de belofte zal
nakomen inzake de vrijstelling van per
soneele belasting voor één dienstbode
per gezin.
De overheid bedenke ten slotte nog,
dat de dienstbode evengoed recht heeft
op sociale bescherming als de fabrieks
arbeidster. Zij ga in deze bescherming,
omwille van het bijzondere karakter van
den arbeid der dienstbode, niet te ver.
Maar ze bescherme de meisjes althans
tegen uitbuiting in gezlnsarbeld.
Welke helaas soms nog wel
plaats vindt.
FILMAVOND IN DE DOELE.
Bio-onderneming Luxembourg heeft
gisteravond in de Doele de talrijke be
zoekers aan deze regelmatige weerkee-
rende filmavonden een uitstekend ver
zorgd programma aangeboden.
Een aardig journaal met een klein re-
clame-stukje van de gekleurde film Ro
bin Hood. Daarna een groote speelfilm:
„Helden der golven”. Misschien voor en
kele bioscoopbezoekers een tikje ouder-
wetsch, maar naar onze meening een
zeer mooie film, een brok menschenleed
en strijd en ook zijn momenten van
vreugde, zooals deze in het dagelijksche
leven kunnen voorkomen. Mooie typen,
prachtig spel en boeiende tafereelen.
De tweede groote film, die na de pau
ze gedraaid werd, n.l. San Francisco”,
hield eveneens de aandacht voldoende
gespannen, maar is ons inziens wat erg
lang uitgesponnen. Dat telkens weer
optreden van de opera-zangeres maakt
deze film onnoodig lang.
De aardbevingsramp werd zeer goed
voorgesteld.
Van 8 tot 12 uur is naar onze meening
een wat te overladen programma, maar
door een groot gedeelte van het publiek
wel gewaardeerd.
TOANIELJOUN KRITE BOALSERT.
De Krite „Boalsert” haidde Snein
in toanieljoun yn ’e Doele, hwerfor oer-
komd wier „It Lyts Frysk Toaniel” (hast
noch better bikend as Barend en Mar-
tsje) dy’t for üs opfierd hawwe: „It
Sloaf”, toanielstik yn trije bidriuwen en
„De wize Gek”, in ienacter.
Der wier wol bilangstelling foar en de
Doeleseal wier den ek sa fol as in aei
en seis de kofjekeamer moast brükt wir-
de om de minsken to bergjen.
Ja, der moasten noch in hiele smite
werom stjOrd Wirde. Wol in biwiis det
Barend en Martsje mei hjar beide doch
ters hjir in goede namme hawwe.
Nou, hja hawwe dy namme wol heech
hAlden dizze joun, hwent hwet dy fjou-
wer minsken üs sjen litten hawwe, wier
yn ien wird „af”.
Jonge, jonge, hwet waerden dy typen
allegearre fijn ütbylde en ek de beide
stikken foelen tige yn ’e smaek. Elts
wier der oer üt en mei it slotwird fen
’e foarsitter fen ’e Krite hweryn hy de
femylje van der Veen hertlik tank sel,
mei In ta wersjens, stlmde de hiele seal
yn.
It dounsjen wier drok en geselllch.
Spitlch det it sa koart dürje mocht.
De middels hie de Hear v. d. Veen for
dez bem in foarstelling jown mei de
poppekast op ’e boppeseal fen Klngma.
Ek der wier it fol en de bem hawwe
hjar skoan formakke. Men koe oan ’e
gesichten sjen, det hja alhiel meilibben.
It hat for de Krite yn alle opsichten
in goede del west.
Het overlijden van Paus Plus XI vormt
deze dagen de hoofdschotel in het bui-
tenlandsch nieuws. Zelfs de Spaanscha
oorlog en de verdere gespannen toe
stand in Europa en de andere wereld-
deelen wordt voor een oogenblikje aan
van oordeel dat deze verkeersverbetering
dat hooge bedrag niet rechtvaardigde
en beschouwde dus op 1 Febr. de zaak
als afgedaan.
Op 6 Februari kwam een nieuw aan
bod van de fa. Hengst binnen, nu voor
de prijs van 2500 gulden. De meerder
heid van het college was de meening
toegedaan, dat alsnog op dit aanbod
moet worden ingegaan. Het verruimen
van deze hoek is een noodzakelijke weg-
verbetering en naar hun meening is het
gevraagde bedrag niet te hoog. De Bur
gemeester is van meening dat ’t bedrag,
veel te hoog is en gezien de onwillige
houding van den eigenaar verdere on-
derhandelingen niet gewenscht zijn.
Een uitvoerige discussie ontstond over
deze kwestie met tot resultaat, dat het
voorstel van B. en W. om alsnog in te
gaan op het aanbod van de fa. Hengst,
28 M*. voor 2500 gulden werd aangeno
men met 7 tegen 6 stemmen.
Bij de rondvraag merkt de heer Hol
lande? op dat kleine werkzaamheden als
„bosjes flappen” door werkloozen (in
aanbesteding) worden verricht. Dit
drukt alweer de loonen.
De Burgemeester antwoordt, dat dit
werk is uitgegeven In overleg met den
stadstuinier.
Z;> t
Mits vakkundig gelegd,
zul* U van linoleum Krom-
menie joren plezier be
leven, jarenlang zul* U
he* geno* hebben van een
gezellige en hygiênizche
vloerbedekking.
loop* U een* aan, de
nieuwe lollectiet zijn
lui» weer aangekomen.
Vraagt on> gratlz een
pri|«berekenlng van zoo'n
gezellige vloerbedek
king me*
LINOLEUM KROMMENIE
DE JONG s NIEUWSBLAD
waarin opgenomen