Buitenlandsclie Revue. d De Bolswardsche Courant en Westergoo OPRUIMING. Woensdag 10 Januari 1940 36g!£ Jaargang No 2 Uitgever A. J. OSINGA, Marktstraat, BOLSWARD Stadsnieuws. Officieel orgaan der gemeenten Bolsward, Wonseradeel en Hennaarderadeel Telefoon No. 451 Md. 3 e tijd. sinds ‘19. I- r, id g> ge A <1 v c r t e n t i n per regel: Woensdagstuitiirner 10 cent. Zaterdagsnumrner 12 cent. Tusschen de tekst dubb. prijs. Giro no. 87926. ..Opruimingen” nu enkel in de koopmanszln bedoeld zijn nuttig voo van een Verschijnt DINSDAGS- en VRIJDAGSAVONDS. Lecsgcld fr. p. p. per half jaar f 1.50 Buiten de provincie f2.-; inn. 15 ct. Voor het Buitenland f 7.- per jaar. Leesg. p. looper 40 ct. p. kwartaal. „Heerlijke snert” op verzoek met nieuw recept. BRANDSMA’s WINKELS. n n 1. 1' DE 1JSSPORT. Zaterdagmiddag vond op de gracht tusschen Marktstraat en Appelmarkt de traditioneele hardrijderij plaats voor jeugdige paren. Er was een zeer goede deelname en veel belangstelling op den wal. De luidspreker van den heer Nieuwland zorgde voor .de muzikale gezelligheid. De prijzen werden als volgt gewon nen: le groep. 8-10 jaar: 1. Piet Visser met Truus Sijbrandij; 2. Janny Jorna met Restanten en verlegen artikelen zijn voor degenen, die ze gebruiken kunnen waardevolle voorwerpen, die voor hon derd procent voldoening kunnen ver schaffen. Een levenstaak, die we verzaken om haar in anderen vorm hooger en zui verder te stellen, wordt door anderen overgenomen, die gebaat zijn met het werk, dat wij reeds deden en tevreden zullen zijn, wanneer ze haar een eind verder hebben gevoerd. De resjanfen van den winkelier er zijn verlegen artikelen, zijn begeerens- waardige en daarom volwaardige za ken voor hen, die niet in staat zijn om aanstonds al het nieuwe, dat de markt biedt, zich aan te schaffen. Opruimin gen doen verlangens bevredigen, welke in normale omstandigheden onvervuld zouden moeten blijven. Opruimingen vernietigen daarom niets ze zijn het consequente slotbedrijf var ons distributie-systeem, ze vullen de gebleven gaatjes van de maatschappe lijke behoeften. Agatha Jorna; 3. Hendrik Bles met Tjitske v. d. Rest; 4. Gerben Zelle met Attie Postuma; 5. Emmy Steensma met Diky Steensma; 6. Tinie Ebbendorf met Jan Ebbendorf; 7. Jelle IJntema met Letje Haitsma; 8. Willem Muizelaar m. Annie Schaafsma; 9. Dirk v. d. Weide met Dirkje van der Weide. 2e groep. 11-13 jaar: 1. Piebe de Vries met Corrie Eekma; 2. Siebolt Nota met Jo Postma; 3. Flip Hendriks met Elie Jorna; 4. Tjitte Huitema met Trijn tje Huitema; 5. Jan Jorna met Tiete Duiker; 6. Herman van der Werf met Mar. Gaarman; 7. Jan Hagema met Dina Adema; 8. Ids Piekema met Linie Wierdsma; 9. Pieti van der Klei met Agatha van der Klei. enkele zinnen niet alleen het Rusland van tegenwoordig geschetst, maar ook de oorzaak waarom een klein land als Finland met zooveel succes de Russi sche invaller tot nu toe een halt kon toeroepen. Er zijn meer punten van overeenkomst met den strijd in Spanje. Ook daar was het niet het Spaansche volk dat onder ling strijd voerde, maar een algemeene afweer tegen het Communisme. Daar voor stuurde Italië zijn troepen naar Spanje. We hebben gedurende die strijd dikwijls geprotesteerd tegen deze in menging van Italië, maar moeten nu achteraf eerlijk bekennen dat we ons toen vergist hebben. Het is zeer juist gezien van Italië die brandhaard van het Communisme, dat Spanje drejgde te worden, radicaal uit te roeien en we komen er toe onze volle sympathie te betuigen met een groote zending Itali- aansche vliegtuigen aan Finland. Ook Amerika, Engeland en Frankrijk zenden oorlogsmateriaal naar Finland en dat doet ons onwillekeurig de vraag stel len: Zou een beslissing, die aan het Westfront niet mogelijk blijkt, in Fin land gezocht worden? Zoo nu en dan duiken er geruchten op die spreken van een militair bond genootschap tusschen Rusland en Duitschland. Moeten we het zwaarte punt van de crisis in het Noorden of in het Zuiden zoeken? Met dit laatste be doelen we de Balkan. Het is algemeen bekend, dat Rusland aan de Roemeen- sche en Hongaarsche grenzen groete troepenmachten heeft .geconcentreerd. Roemenië en ook de anderqf Bjaljkan- Staten hebben meer dan eens nadruk kelijk betoogd, dat een schending van hun grondgebied in welken vorm ook, gelijk zou staan met oorlog. Bij deze kwestie komen de Italiaansche belangen in het geding. Italië zou nooit dulden, dat Rusland op eenigerlei wijze vaste voet kreeg in een van deze Balkanlan- den, maar men kan ook een andere ver onderstelling opperen. Is het ook moge lijk, dat Italië op de een of andere ma niet ’n conflict in de Balkan forceert als afleidingsmotief voor den druk op Fin land? Deze enkele vragen, die ons weer duidelijk doen zien, dat ook in de eer ste weken van 1940 de verrassingen niet van de lucht zijn, en men nooit vooruit zal kunnen zeggen hoe de kwes ties zich zullen ontwikkelen. Natuurlijk verdiepen vele vooraan staande schrijvers en publicisten zich in de vraag: hoe zal Europa er na dezen oorlog moeten uitzien? Reeds herhaalde malen is betoogd, dat een herhaling van den vrede van Versailles uitgesloten moet worden geacht. Een dergelijke vrede heeft bewezen, de kiem van een nieuwen oorlog met zich mee te dragen. Men zal dus moeten komen tot een an der stelsel en ook te dien opzichte is meermalen gewezen op de mogelijkheid van de vereenigde staten van Europa. De Engelsche ambassadeur te Was hington, Lord Lothian, heeft een op merkelijke rede gehouden te Chicago. Hij heeft daarbij het groote thema be sproken dat thans Europa in rep en roer brengt en speciaal een der groote ge schilpunten de Engelsche beheersching van de zee. Lord Lothian heeft daarbij de volgen de werkwaardige woorden gesproken: „Engeland kan en mag op eigen houtje de overheerschende rol vervul len, die het in de afgeloopen eeuw heeft vervuld. De rechten van de nieuwe zee varende naties en de opkomst van het luchtwapen maken dit onmogelijk; de macht ter zee zou in handen moeten zijn van de democratieën en niet van één mogendheid.” Uitgaande van de gedachte, dat de wereld in de toekomst bestaat uit de mocratieën, acht lord Lothian een we reldorganisatie slechts dan levensvat baar, wanneer Europa in staat is, zijn eigen interne aangelegenheden „door het een of andere stelsel van federalis me” te regelen; het laatst van ’Z’irt rede b.:f dé<rTajp.'l*g- nis van dén zaaier (Lukas 9 5-155 met - groote ernst er op wijzende. dal de Satan door allerlei zorgvnidyhrrW levens-er op uit is het Wobrd Gads Hi.'- nog hedeh klinkt de t,Komt allen tof Mi|. d’e verm*’’* -y belast züt en Ik zal u rus* Gezien, het minder geschikt? yop dien -avond. ‘V'as de onko^m vredigend. We profaneeren de zuiverheid dar voren-uitgewerkte gedachte geenszins wanneer we haar mede van toepassing verklaren op onzen physieken arbeid en op onze materieele strevingen. Nu Nieuwjaar voorbij is wordt het ons van alle kanten toegeschreeuwd, van plakbiljetten en van de advertentie pagina’s der krant: wij ruimen op! Men beschouwe de opruimingsdriften der winkeliers geenszins als een mode van het seizoen, als een Januari-traditie welke haar snelle sanctie vond in een wettelijke regeling. De Januari-uitverkoopen zijn een nuchtere noodzaak; ze hebben niets kunstmatigs aan zich. De winke lier heeft niet enkel als mensch, maar ook als koopman zijn balans moeten op maken ter gelegenheid van de jaarwis seling. En consequent volgt thans de opruiming. Hij kan het nieuwe jaar niet inzetten met het blijven besteden van aandacht en zorg aan de restanten van zijn eens volledige voorraden, noch mag hij zijn energie misbruiken aan ijver om voor den vollen prijs artikelen aan den man (of aan de vrouw) te brengen, welke ten aanzien van de mode zijn achterge- raakt. Wie een en ander zou doen, brengt zijn taak tot liquidatie, voert haar dus naar de opheffing toe. De winkelier, die méé en vérder moet met zijn zaak, ruimt restanten en verle gen artikelen op voor een prijs, welke overeenkomt met de betrekkelijkheid van waarden naar tijd en smaak; hij maakt ruimte en geld voor nieuwe voorraden, die zich aanpassen aan de gewijzigde behoeften en verlangens. Zóó en enkel zóó kan hij weer vooruit en herwint hij de bezieling voor het nastreven van een succesvol zaken- jaar. Maar hulpvaardige menschen verschaf fen inlichtingen en wij besluiten het ad vies in de Leeuwarder Courant te ne- geeren en niet over Sybrandaburen, maar over de meer te rijden. Gelukkig want het ijs bleek in het algemeen heel goed en het panorama op de geweldige wintersche vlakte was zoo onbeschrij felijk schoon, dat wij dit niet hadden mogen missen. De weg was zeer goed aangegeven. Baanvegers druk aan het werk. Een dezer heeren moest zijn hart luchten over zijn collega s van een maar niet te noemen gemeente. „Se moasten in stik gember yn ’eha.” Wij zetten door en komen in Terhor- ne en vervolgden den weg, nu en dan eens klune, wat nimmer de stemming heeft bedorven, omdat het goede zoo zeer overheerschte. Akkrum werd be reikt en hotel Prinsen betreden. Vol, eivol was het daar. Allemaal bekenden, o.a. de oud-Bolswarder notaris Terp- stra. Het bestuur glom van voldoening. Ieder ging aan de snert, het was „Sted- mans sop”, greidboers sop is solider, maar ja, als het weer de toeloop doet vermeerderen van een heel klein groepje tot honderden en de erwten op de bon zijn, zorg dan maar eens voor „Greid boers sop”. Welgemoed keerden wij huiswaarts. De ster ligt in het verschiet en wordt nagezonden. Op de meer ontmoetten wij twee Bolswardsche dames, een paar flinke, die eerst laat hebben kunnen starten. De een moest eerst school houden. Hoe ver is het nog? Dat gaat nog wel, maar terug? Het lijkt wat damp te worden. Goede reis. De pleisterplaats Sneek geeft thee en ofschoon het nu donkert en mist willen we ook per schaats thuis komen. Daar doemt in de duistere mist de oude stad Bolsward op en. nu zijn wij er ook. Dankbaar en voldaan. De „Stedmans sop” is al weer ver teerd en de warme maaltijd wordt eer aangedaan. Ik hoop dat een volgend jaar vele Bolswarders met elkaar deze zelfde tocht zullen gaan maken. Zij zul len er vast geen spijt van. hebben. LEZING. Zondagavond j.l. hield de heer Ro zendal van Den Haag wederom een Evangelie-veAondiging in het Voiksge- bouw. De heer Vos opende op de gebrui kelijke wijze. L/e spieker had dezen avond tot on derwerp„Voor Hem geen plaats in de herberg”. Er werd bij den aanvang op gewezen dat wat we in Lukas 2 6-13 iezen, geen doel, doch middel is. Christus is gebo ren om te worden den gekruiste. God is geopenbaard in het vleesch, wat men daar aanschouwde was God, niets meer, niets minder. Dat was nood zakelijk, als het mogelijk zou zijn, dal God de eere zou ontvangen en er vrede op aarde, in den menschen een welbe hagen zou zijn. Onbegrijpelijk voor het menschenver- stand, dat Hij, de Schepper van ’t heelal, Die heilig en rechtvaardig was, door in het vleesch te ko,men, in staat zou zijn al onze ongerechtigheid op zich te nemen. Hij, die volgens ’t onfeilbaar Woord van God, Filip. 2 5, ’t zich geen roof behoefde te achten Gode even gelijk ti zijn, werd voor de menschheid een kind, geboren in een beestenstal. Daar was voor Hem geen plaats in de herberg. Niet omdat ze Hem, den Zaligmaker niet wenschten, De plaats in de herberg was te voren bezet. Hij, die volgens 2 Cor. 8 9 rijk was, werd arm om door Zijn armoede de menschen rijk te ma ken. Gods liefde was onveranderd. God had de menschheid evert lief, nadat ze van Hem was afgeweten, als .voftr dien tijd. Thans biedt Xród reedi eeuwen die liefc^B Ter gelegenheid van de jaarwisseling hebben we allen „balans gemaakt” g e e s t e 1 ij k bedoel ïk. Sommigen deden het imet groote nauwgezetheid, de meesten met een min of meer zorge- looze oppervlakkigheid, maar wie we ook zijn of wat we ook waren, allen hebben we het overdacht, dat „dit” verkeerd was geweest in ons leven en dat we reden tot voldoening hadden over „dat”, wat we ondernamen. Allen hebben we een conclusie getrokken uit den staat van zaken we hebben ons van de beste voornemens bezield. Goed, maar laten we nu één ding vooral niet vergeten: een balans be hoort onmiddellijk gevolgd te worden door een opruiming. Willen we, opnieuw beginnende, iets goeds bereiken, dan moeten we niet vast blijven zitten aan het half-gedane, dat niet worden wilde, wat we er ons van hadden voorgesteld, noch moeten we ons blijvend hechten aan wat voor ons uit den tijd raakte. Om onze geest kracht te onderhouden en zoo hoog mo gelijk op te voeren, behoeven we ide alen en een levenstaak, welke honderd procent bevrediging in het vooruitzicht stellen. Daarvoor kan ons niet langer datgene dienen, wat ons reeds teleur stelde of zijn aantrekkingskracht op ons heeft verloren. We ruimen dus op restanten en „verlegen artikelen”. Wé herzien ons program van werken en ijveren, palen de nieuwe doeleinden af en laten ons daarbij leiden door de leeringen uit het verleden. het publiek en n o o d z a k e 1 ij k voor den winkelier. Tot onze goede voorne mens van het Nieuwjaar behoorde na tuurlijk óók de gedachte: voortaan zal ik mijn best doen om de gemeenschap waarin ik leef en werk, zoo hecht en sterk mogelijk te helpen maken. Welnu, herinner u dat voornemen, wanneer ge de uitverkoop-advertenties welke in dit blad verschijnen en nog zullen verschijnen, doorleest. Sluit nie mand uit vooroordeel uit van uw gunst maar bedenk, dat het geld, hetwelk p la a s,e ijj k circulejert, de pjfaat^e- lijke en daarmee uw eigen welvaart ten goede komt. eeuwen die liefde in Chris’tpk de mefischlreid. <tpnieuw^fan.'**- i 'is'er plaats>vp< s^h^M?’ Qf is die.,plaats, van Te yoren bezet? Vervullen andere dingen ons hart1? AHfenïihTtièFH^ri tan’’jjgp V^njaa^r die gelooft dat hij eetf* verlosser nóo— dig heeft, tot die kttnkt«’het wöörd: ,Jk ben.gekomen oirTte zqeken en zalig te*- maken- wat verloren waS”.‘ - De spreker benaalde zijn* hoprders in. IJSWEDSTRIJD VOOR WERKLOOZEN. Op de Ijsbaan werd Zaterdagmiddag een wedstrijd gehouden voor werkloo- zen. De deelname was buitengewoon groot voor deze| E'stafette-rijdarij, n.l. 29 parturen van drie rijders. Meermalen kon men van spannende ritten getuige zijn.en ontbrak zoo nu en dan de vroolijke noot evenmin. Er is zeer sportief gestreden om de mooie prijzen. De technische leiding be rustte bij het bestuur van onze IJsver- eeniging, die eveneens gratis de baan ter beschikking had gesteld. De 1ste prijs bestond uit een rollade, een kaas en een dikke deken per per soon. Deze prijs was aangeboden door de maatschappij „Hollandia”. De 2de prijs een bon ter waarde van f 2.50 plus een tabakspijp. De 3de tot en met 8ste prijs bestonden uit brandstof, vleesch, tabakspijpen, kleedingstukken en levensmiddelen. Bovendien kreeg elke deelnemer, rij der zoowel als collectant en baan- schoonmaker een bon ter waarde van één gulden, een ons thee, en een half pond koffie, plus een pakje Java-rijst. De koffie en thee werd de commissie aangeboden door de fa. van der Plaats, de Javarijst door fa. de Boer „de Ster”. In totaal werden 112 van deze pakketten uitgereikt. Over het algemeen dus een zeer goed geslaagde rijderij. Een woord van hartelijken dank mag zeker gesproken worden aan het adres van al de goede gevers. Ook aan hen, die een bijdrage in de collecte stortten waardoor de waardebons betaald kun nen worden. DE STERRIT NAAR AKKRUM. Toen wij een jaar geleden den sterrit van den Frieschen Ijsbond trachtten mee te maken en. op den bewusten Don derdagmorgen de schaatsen op het Kruiswater hadden aangebonden en naar het Oosten trachten te komen, be reikten we met moeite de Zwemschool. Daar was ons de moed met de sneeuw in de schoenen geschoven en wrevelig zagen we van onze plannen af. Dit jaar echter waren wij weer de partij. Mijn vrouw en zoon, buurman en inzender dezes meldden ons op Zaterdag 6 Januari aan de controle bij Boermans en vertrokken langs de Sneekervaart. Wat een weertje, wat uit gezócht ijs, wat een stemming, wat ’n voorrecht gezond te .zijn en dit te mo gen genieten. De zon zet het landschap in gloed en de sneeuw schittert als dia mant. Zestien Bolswarders zijn gestart, en waarschijnlijk zijn hier nog Wonse- radeelers onder begrepen? Jammer, dat niet meerderen hebben begrepen, dat men dergelijke buitenkansjes moet waarnemen. Maar wij behoorden tot de bevoorrechten, die genieten van het mooiste wat Friesland biedt, ’n schaats tocht op een stralende zonnedag zonder 'wind. Heel weinigen in Nederland kun nen zich de luxe permitteeren om naar de buitenlandsche wintersport te trek ken en nu is dat voorrecht voor alle gezonde Frieten vlak voor l^et grijpen. En wij hebben het begrepen*^ JSven klune bij de Wolsumer ketting, een grapje met tegenliggers valt dg mond uit, rechts, links, gaat het* weer. Mijn zoon van 14'jXa’r, die ik'waf had moé ten aanporren om mee te gaan, zegt ge heel uit eigen bew£ging: „Vader', wat ben ik blij,.'dat ik mee ging, wat is dit- moot”. «In Ijlst is een lage.brug en wg zou den zeer diep in de bocht rpoeten, als vindingrijke mannen er niet ^en.„slee- taxi” hadden gefabriceerd. We .legger ons neer op deze canapé «en woWen.a’ zingende onder de brug dbor ’gézèuld' Te Sneek tmeenen wij d^t ons- een kop koff(e’’toekomt, enz-nu - zwten j»e fli de .beweging. Leeuwarder^, «Fr^qfcgrs. zqgènrijke kracht te ontnemen Maar Mantgumers, jalles tréft rfreka&ii# 1 •-«-** zijn wé opgetogen, allen,willen' we Tïefst over de meer, Inaar hllen infö'rnf^ren of het kan. Allen "ziln niet te bekt te spreken over de Ijsbreker die ‘in dn Houkesloot een geul haeft gemaakt Seddrt flïis laatste buHenlandsch overzicht is er door verschillende oor zaken ongeveer 14 dagen verloopen en wanneer we de hoop koesterden dat in dit tijdsverloop de wereldtoestand zich belangrijk zou hebben gewijzigd, dan komen we in dit opzicht bedrogen uit. Het nu achter ons liggende jaar 1939 heeft ons werelddeel gebracht een poel van ellende. Hoe dikwijls heeft in voorgaande ja- ren de bede geklonken: voor pest, hon gersnood en oorlog, verlos ons Heer, en hoe dikwijls waren we met onze ge dachten intens bezig met dit probleem. O zeker, we zijn tot nu toe gelukkig zelf gespaard gebleven voor de verschrik king van den oorlog, maar dat mag ons de oogen niet doen sluiten voor het leed en de kommer van anderen. Het klinkt zoo heel gewoon, wanneer we hooren, dat duizenden jonge mannen met bevro ren ledematen liggen in de sneeuwvel den van Finland. Wat een onzegbaar leed schuilt er in die simpele uitdruk king. Of men nu Rus is of Fin, Duit- scher of Engelschman, het zijn allen kin deren van één Vader, geboren met een onsterfelijke ziel en geschapen om God te dienen. Is er 'ooit grooter tegenstelling mo gelijk met deze bestemming van den mensch en de chaos waarin Europa ver zonken ligt? Telkens wanneer we ons buiten- landsch overzicht schrijven, bekruipt ons de onzekerheid ten opzichte van de vraag of we wel op de juiste manier hebben gewerkt om de wereld van de straffende hand van God te redden. Ook de oorlog is een van die rampen, die God den mensch kan toezenden, het kan een middel worden om de ver dwaasde wereld tot inkeer te brengen, maar laten we hierover niet te lang filo- sofeeren en ons maar weer bepalen tot de nuchtere feiten van eiken dag. Hoe langer hoe meer begint de over tuiging post te vatten dat aan het West front tusschen de Fransch-Ehgelsche en Duitsche legers de eindbeslissing niet zal worden bevochten. De stellin gen aan beide kanten zijn zoo zwaar bewapend, dat geen van beide partijen de risico wil loopen een massa-aanval met de onvermijdelijke groote verliezen in te zetten. Onwillekeurig gaan: onze gedachten naar een ander front en wel de strijd tusschen Rusland en Finland. Met be- wonderenswaardigen moed houden de Finnen tegen de Russische overmacht stand. Is dit, zoo vragen velen zich met bezorgdheid af, ook in de komende maanden mogelijk? De beantwoording van deze vraag hangt van verschillende oo?zaken af. We kunnen, wat de strijd in Finland betreft, een zekere overeenstemming vinden met de Spaansche burgeroorlog. Ook daar ging de strijd niet alleen en uitsluitend tegen een regeeringsvorm. maar tegen een wereldbeschouwing: Communisme of Democratie; dit laatste woord dan in de vérstrekkende beteeke- nis die men daaraan tegenwoordig geeft. Ook in Finland gaat de strijd te gen het Russische Communisme, dat zijn vaste steunpunten zoekt aan de noordgrens om daardoor 't door Euro pa opgedrongen isolement te verbreken en de wereldrevolutie een kans te ge ven. Uit verschillende brieven en corres pondenties uit Rusland is zoo langza merhand komen vast te staan, dat de graad van ontwikkeling van de gemid delde Rus uit dit communistisch tijdperk zeer weinig verschilt met d!ie uit het Tsaristische tijdperk. Voorzoover er nog van eenige ontwikkeling sprake is, be haalt deze zich tot het enge eigen re giem, wat holle phrazen, een van buiten "'eleerd lesje en een totale onwetend heid van alles wat buiten de eigen gren zen voorva’t. Voeg daarbij een grenze- looze zelfoverschatting en we hebben Ir F k i I- 1 1 DE JONG s NIEUWSBLAD wüiuln opijenornen

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1940 | | pagina 1