Buitenlandsche Revue.
VOOR HET UftDEhlfiND
6EURLLER.
De Bolswardsche Courant en Westergoo
1
36215 Jaargang
Woensdag 7 Februari 1940
No. 10
ng
Stadsnieuws.
Uit den Omtrek.
B ct,
Uitgever A. J. OSINGA, Marktstraat, BOLSWARD
Md.
„GETROUW TOT IN DEN DOOD”.
door
mej.
Kalverboer
door
den
en
L.
r
klas
ing
A d v e r t e n 11 6 n per tegel:
Woeiisdagsniiiiimer 10 cent.
Zaterdagsnuir.mer 12 cent.
Tusschen de tekst dubb. prijs.
Giro no. 87926.
MAAR HOE STAAT HET MET DE
TROUW VAN HET VADERLAND
TEGENOVER DE GEVALLENEN?
KATHOLIEKE GARDE.
Voor de Katholieke garde speelde
Zondag en Maandag de tooneelclub het
bekende stuk van Nielen, getiteld: „De
Gebr. Kalkoen”.
Er werd over het algemeen uitstekend
2-0.
0-2.
0-2.
2-0.
zelfsrespect van ons volk en vooral
van onze gemobiliseerde weermacht
verlamt.
OVERPLAATSING.
Onze stadgenoot, de heer D. Riemer-
sma, commies PTT aan het postkantoor
alhier, wordt met ingang van 1 Mei a.s.
overgeplaatst naar h,et P en T kantoor
te Leeuwarden.
Verschijnt DINSDAGS- en
VRIJDAGSAVONDS.
Leesgeld Ir. p. p. per half jaar f 1.50
Buiten de provincie f2.-; inn. 15 ct.
Voor het Buitenland f 7.- per jaar.
Leesg. p. looper 40 ct. p. kwartaal.
250.
'den-
irt.
1-1.
2-0.
2-0.
2-0.
EK
WITMARSUM
gespeeld en meerdere open doekjes be
loonden de medewerkenden voor de
goede uitbeelding der verschillende rol
len.
Het bezoek was door een zekere riva
liteit tusschen enikeie groepen en het
slechte weer waardoor de geregelde be
zoekers niet in staat waren naar Bols-
ward te komen, niet zoo groot als men
dat voorgaande jaren gewoon was.
DENK OM UW TREKHONDEN.
Houders van trekhonden worden be
leefd verzocht, zoolang de sneeuwlaag
nog op de wegen ligt, de pooten van de
honden ’s morgens in te smeren met
een weinig groene zeep. Dit voorkomt
dat zich ijskorstjes vormen tusschen ol
aan de teenvliezen. Het komt thans voor
dat enkele trekhonden bloedsporen in
de sneeuw achterlaten. Dat dit pijnlijk
voor de beesten is, kan ieder begrijpen.
Een eenvoudig middel is ook de honden-
poot zoo nu en dan even in de hand te
verwarmen.
OPENB. LEESZAAL en BIBLIOTHEEK
„BOLSWARD en OMSTREKEN".
Gedurende januari werden uit de eigen
bibliotheek 472 en uit die van de Lees
zaal van Sneek 25 boeken uitgeleend,
in totaal dus 497 banden.
Het aantal bezoekers bedroeg in die
maand 159, t.w. 15 dames en 144 hee-
ren.
31 januari 1940.
Niettegenstaande de slechte tijden
de strenge winter heeft het bestuur van
de Koninginnevereeniging gemeend de
verjaardag van Prinses Beatrix niet on
gemerkt voorbij te laten gaan en had
Kalverboer (piano)
(viool).
„Panis Angelicus”, door den heer R.
A. Bergsma (zang).
„Wiegelied’’ door mevr. Buwalda-Post
en „Zomeravond” door mevr. Buwalda-
Post en mevr. Tichelaar (zang).
„Melodi” Menuet, door mej. Kalver
boer (piano) en den heer B. Goedemoed
(viool).
„Nocturne'
(piano).
„Hemelhuis” Jeruzalem”
heer R. A. Bergsma (zang).
„Toccata” door den heer P. S. de
Boer (orgel).
Quatremains door mej. Kalverboer en
mevr. A. de Boer-de Boer (piano).
Een en ander was voor liefhebbers
van zang en muziek een mooie avond.
Tot slot werd nog 1 couplet van het
Frysk Folksliet gezongen.
HENNAARDERADEEL.
ZIEKENHUISVERPLEGING.
1 Februari 1940.
De Vereen, voor Zieke’nhuisverpleging
„Onderlinge Hulp” in Hennaarderadeel
hield haar jaarvergadering in café Y.
Gerlsma te Wommels, onder voorzitter
schap van den heer R. M. Dijkstra al
daar.
In zijn openingswoord memoreerde de
voorzitter, dat de vereeniging thans 15
jaren heeft bestaan en dat van de toen
gekozen bestuursleden nog 2 zitting
hebben, n.l. de heeren R. Hellinga te
Ytens en J. Timmer te Wommels. Ver
der geeft de voorzitter een klein verslag
van de kringvergadering te Franeker,
welke ten doel had om te komen tot een
uniform reglement voor alle bij de fede
ratie aangesloten vereenigingen.
Uit de verslagen van den secr.-penn.
den heer J. Timmer te Wommels bleek,
dat het ledental thans 1079 bedraagt,
dat in het afgeloopen jaar werden ver
pleegd 90 patiënten met 913 dagen. De
ontvangsten bedroegen met inbegrip
saldo 1 Jan. 1939 f 7009.96; de uitga
ven f6533.32; saldo f476.74. Daar even
wel nog een aantal nota’s van doktoren
en ziekenhuizen moeten worden betaald,
is er een nadeelig slot van pl.m. f500.
Evenwel besloot men toch dezelfde
contributie te heffen. Door de kascom
missie werd bij monde van den heer A.
Hibma een zeer gunstig rapport over het
beheer uitgebracht.
Tot bestuursleden werden herkozen
de heeren F. Hogendorp te Kubaard en
R. Hellinga te Ytens. Door de weersge
steldheid was de vergadering slecht be
zocht.
Behalve de strijd in Finland en de
eenigszins verscherpte zee-oorlog doet
het beschikbare oorlogsnieuws weinig
denken aan de groote worsteling die
aanstaande is.
Het is onze stellige overtuiging, dat,
wanneer de winter ons eindelijk eens
gaat verlaten, er op de een of andere
manier een beslissing in Europa gefor
ceerd moet worden. Alleen is de manier
waarop dit moet en zal gebeuren voor
ons allen nog een raadsel. Men kan ver
onderstellingen opzetten, maar alles
blijft een gissen.
Wanneer we aan den eenen kant zien
een Siegfriedlinie, zoo krachtig versterkt
en goed uitgerust, wat het achterland
betreft, aan den anderen kant een Ma-
ginothline die eveneens onneembaar ge
acht moet worden. De blokkade ter zee
die we kunnen noemen de economische
oorlog, brengt heel wat schade teweeg,
vernietigt veel neutrale scheepvaart,
maar heeft onbetwistbaar ook als ge
volg dat de voorziening van Duitsch
land wat betreft voedsel en industrie
op den duur in de war dreigt te loo-
pen.
Deze factor wordt door verschillende
schrijvers en correspondenten als een
zeer belangrijke geacht. Daardoor, zoo
zegt men, kan Duitschland in de nood
zakelijkheid komen een beslissing te for-
ceeren, die niet, zooals we boven aan-
gaven, gevonden kan worden in een
rechtstreeksche aanval, dus een omtrek
kende beweging.
Hoe dan de positie van de neutralen,
met name Zwitserland, België en Neder
land zal worden, is voor ieder duidelijk.
De geruchten, die telkens weer op
leven, de stellige verzekeringen van de
kant der oorlogvoerenden, dat men on
ze onzijdigheid eerbiedigt zoolang ook
een ander dit doet, maken ons te dien
opzichte niet zoo erg gerust. De stilte
voor den storm, zooals men dezen tijd
noemt, heeft natuurlijk de economische
oorlog op het eerste plan gebracht en
die onbloedige strijd is niet minder fel
en strategisch. Hier wordt een diploma
tieke strijd gevochten van den eersten
rang met als middelpunt Roemenië.
We hebben de laatste weken meerma
len de aandacht gevestigd op de Bal-
kanlanden en speciaal op Roemenië, dat
met zijn belangrijke petroleumbronnen
voor elk der oorlogvoerende partijen
van het allergrootste belang is. Enge
land had zooveel olie gekocht in Roe
menië, dat de Duitschers niet meer aan
het hun toegestane kwantum kunnen ko
men, gevolg natuurlijk een protest van
Duitschland, wat Roemenië als een goed
koopman met een toezegging voor een
grooter levering aan dien kant beant
woordde.
Dit spelletje, de kat en de muis te
sparen, loopt op den duur vast, evenals
de manier, waarop b.v. Rusland tracht
bij alle partijen in de gunst te blijven.
Teneinde nu meer eenheid in de be
langen van de Balkanlanden te scheppen
en vooral zich veilig te stellen voor de
vreemde invloeden, die we kunnen noe
men, Rusland-Italië en Duitschland-En-
geland, hebben de Balkanstaten een
conferentie belegd te Belgrado, de hoofd
stad van Zuid-Slavië (dat is 't vroegere
Servië). Deze Balkan-conferentie, waar
toe al die kleine staten, behalve dan
Bulgarije, behooren, is allereerst* gericht
op het behoud van den vrede.
De groote man op deze conferentie is
ongetwijfeld de Turksche minister van
Buitenlandsche Zaken Saradjogloe. Een
uiterst geslepen diplomaat, die, toen het
Turksch-Russisch militair bondgenoot
schap mislukte, onmiddellijk een militair
pact sloot met Engeland en Frankrijk.
Saradjogloe heeft tegenover een cor
respondent van Politika, die de Turk
sche delegatie tot de grens tegemoet was
gereisd, verklaard: „De conferentie van
Belgrado is een zeer belangrijke gebeur
tenis voor het leven der Balkan-entente.
Het belang dezer conferentie' blijkt eens
deels uit het feit, dat zeer ernstige ge
beurtenissen zich afspelen op den aard
bol, anderdeels uit de omstandigheid,
dat zij de gelegenheid zal bieden tot
bestudeering der betrekkingen tusschen
de Balkanlanden.
Ook is deze conferentie zeer belang
rijk, omdat zij een nieuwe phase zal ope
nen in het leven van den Balkanbond. Ik
bedoel daarmee, dat tijdens de confe
rentie de Balkanbond automatisch ver
nieuwd zal worden.
Voorzoover men de geschiedenis kan
een zang- en muziekavond georgani
seerd, welke gegeven werd in de Doops
gezinde Kerk,
De heer P. Pruiksma opende de bij
eenkomst waarin hij de opmerking
maakte, gaarne wat meer bezoek had
gezien, hoewel het, gezien de weersge
steldheid niet anders had kunnen wor
den verwacht. Spreker hoopte echter
dat allen vol mochten zijn van liefde
voor het Oranjehuis en dat het een
mooie avond zou worden.
Hij dankte allen die zich beschikbaar
hadden gesteld voor de medewerking en
het kerkbestuur voor de beschikbaar
stelling van het kerkgebouw.
Nadat de aanwezigen staande ’t Wil
helmus hadden gezongen, werden de
volgende nummers ten gehoore ge
bracht:
Praeludiym en Fuga door den heer P.
S. de Boer, orgel.
Altsolo uit Avondcantate, door mevr.
Tichelaar en „De Nacht”, duet door
mevr. Tichelaar en mevr. Buwalda-Post
(zang).
„Menuetto”, spiling song door mej.
Kalverboer (piano) en mevr. Terpstra
GYMNASTIEK.
De Gymnastiekvereen. „Lycurgus-
Wilhelmina” ziet zich genoodzaakt hare
jaarlijksche uitvoering wegens de slech
te weersomstandigheden uit te sltellen
en wordt nu gehouden op Donderdag 22
Februari in de Doele.
Februari 1940.
Bij beschikking van den Minister van
Defensie is aan Hattem Veenstra, dienst
plichtige der lichting 1937 uit de gem.
Wonseradeel met ingang van 23 Januari
1940 voor 1 jaar vrijstelling verleend
wegens opleiding tot ten geestelijk
ambt.
Wat zullen we eten?
Soep, per blik nog 18 ct.
„Beste” grauwe erwten, bruine en witte
boonen, groene erwten en spliterwten.
Stokvisch de voedzaamste kost
Rijst nog onverhoogde prijs.
Bakmeel, per pak 12>/2.
Rozijn efr per half pond 10J4
BRANDSMA’s WINKELS.
achterhalen, is die Balkan steeds een
object van strijd en belangstelling ge
weest. Hoe dikwijls reeds zijn de namen
van die verschillende Balkanstaten ver
anderd. We spraken boven van Zuid-
Slavia, het vroegere Servië, zoo kunnen
we nu b.v. weer spreken van een deel
van Duitschland, het vroegere Polen.
Daar gingen de laatste maanden
vreemde geruchten over de behandeling
die de Polen van de Duitschers onder
vinden. Om eens enkele frappante voor
beelden te noemen: Joden moesten daai
allen kenbaar zijn aan een blauwwitter»
band om den arm. Recht bestaat er voor
hen niet meer, hun leven, hun eigendom
alles behoort aan den Staat, die daarmee
kan doen wat hij wil. Ook de andere
Polen genieten niet al te veel vrijheid,
’s Avonds na 8 uur mag geen enkele
Pool zich meer op straat begeven, doet
hij dat toch, dan volgt onmiddellijk den
kogel. Kort geleden werden er te War
schau in een afgelegen straat twee
Duitsche militairen doodgeschoten. Zon
der onderzoek en zonder vorm van pro
ces werden onmiddellijk honderd mannen
die in die straat woonden, gefusileerd.
Deze feiten zijn opgespoord door het
Vaticaan en in de „Observatore Roma-
na” gepubliceerd.
We krijgen bij de lezing van deze rap
porten sterk den indruk, dat hier niet
alleen ontstellende feiten aan het licht
worden gebracht, die een treurig beeld
werpen op de manier, waarop de Duit
schers zich „lebensraum” verschaffen en
op de diepe haat van het Bolsjewisme
tegen alles wat eenigszins met gods
dienst heeft te maken, maar dat men bo
venal een waarschuwing wil richten tot
de Westersche mogendheden om goed
op te letten dat dit barbarendom zich
niet verder over de beschaafde wereld
kan verspreiden. Een eeresaluut mag
hier direct gebracht worden aan het
dappere Finsche volk, dat tegenover een
numerieke goed bewapende overmacht
zoo krachtig stand weet te houden.
Zal dit op den duur ook mogelijk zijn?
Zonder hulp van buiten zeer waarschijn
lijk niet. Reeds meermalen is door Fin
sche woordvoerders gewezen op de
noodzakelijkheid van buitenlandsche
hulp.
Kallio, de president van de Finsche
republiek, heeft vorige week nog een
ernstig beroep op hulp gedaan. Men mag
en moet niet vergeten, dat Finland niet
alleen vecht voor eigen vrijheid, maar
ook voor de vrijheid van alle kleine na
ties.
De voorzitter van het Finsche parle
ment verklaarde dit als volgt:
„Het bestaan der kleine naties is
voortdurend in gevaar en alle vredelie
vende naties en volken slaan met be
zorgdheid- de ontwikkeling gade van een
toestand, die vernietigend is voor de
menschelijke beschaving. De grondbegin
selen van recht en vrijheid verkeeren in
gevaar.” Finland houdt in de overtuiging
van de zedelijke kracht dezer beginselen
voor de menschelije samenleving den
strijd met den moed der wanhoop vol.
Het draagt daarvoor thans vrijwillig het
zelfde leed, dat elders minderheden in
slavernij, knechtschap of ellende dra
gen.
Door den strijd in Europa wordt de
aandacht van het strijdtooneel in China
een beetje afgeleid. Toch is daar de vre
de nog lang niet geteekend.
De laatste tijd is er ook weer eenige
wrijving geweest tusschen Japan en
Amerika en Engeland. Het incident met
de „Asama Maroe” is misschien genoeg
zaam bekend. Evenals de strijd om de
Jangtse, een rivier die in ’t Chineesche
land een belangrijke functie vervulde.
Het verkeer op deze rivier was door
de Japansche blokkade geheel stilgelegd.
De Westersche mogendheden hebben alle
moeite gedaan de vrije scheepvaart op
deze rivier weer open te stellen. Tot
nu toe is het resultaat heel poover ge
weest en bovendien is in de twee jaar
van de Japansche overheersching in
deze streek de algemeene handel totaal
kapot gemaakt. Nanking b.v. de Chinee-
sefhe stad van voorheen 1.200.000 zielen,
telt thans 500.000 inwoners, bestaande
uit verhongerde armen, die niet regel
matig in hun onderhoud kunnen voorzien
Er zijn maar weinig winkels, en er is
bijna niets in te koop. Dat is het resul
taat van twee jaar oorlog.
Gaat ook Europa datzelfde lot tege
moet?
MAKKUM.
DAMCLUB „MAKKUM”.
1ste klas:
H. Bruinsma-T. Smid
C. van der Meer-J. Wieling
B. Bruinsma-A. Brandsma
D. Blanksma-J. Schutstra
3de klas:
G. Visser-J. de Jong
H. Bijlsma-Jac. Bakker
Y. Tolsma-J. de Jong
E. v. d. Kooij-Y. Blom
Officieel orgaan der gemeenten Bolsward, Wonseradeel en Hennaarderadeel
A Telefoon No. 451
Toen verscheidene brave landszonen
onlangs sneefden bij de uitoefening van
een gevaarlijke taak ten behoeve der
nationale verdediging het leggen en
ruimen van mijnen hebben we er on
ze teleurstelling over uitgesproken, dat
voor de nabestaanden moest worden
gebedeld, teneinde dezen voor ge
brek te vrijwaren. „Helpt spoedig”, al
dus werden we via pers en microfoon
aangemaand, „dan helpt ge dubbel”.
Bedelen voor de nabestaanden
ten behoeve van de achtergeblevenen
van hen, die in dienst van de verde
diging en bescherming van heel ons volk
vielen - we noemden het een nationale
schande.
’t Is een schande welke voortduurt!
Onlangs kwamen in Groningen vijf
militairen om het leven bij „oefeningen
met springstoffen”, dus waarschijnlijk
bij het leggen van grondmijnen. En in
het Groninger dagblad „Ons Noorden’’
werd ons verhaald, wat de gevolgen
daarvan waren voor de slachtoffers en
hun nabestaanden. De slachtoffers, a 1 s
slachtoffers, werden behoorlijk behan
deld. Ze kregen een militaire begrafenis,
saluutschoten werden afgevuurd boven
hun laatste rustplaats de nabestaan
den kregen een brief van rouwbeklag.
Verder niets! De weduwen en wee-
zen moeten maar zien hoe ze rondkomen
desnoods kunnen ze als elke andere
„hulpbehoevende” aankloppen om steun
van maatschappelijk hulpbetoon of arm
bestuur.
Die weduwen en weezen hadden een
man en vader, die voor hen zorgde. Op
een kwaden dag, toen ik en anderen
rustig thuis mochten blijven en hun in
komen bleven genieten, werden velen,
w.o. de vijf Groningsche slachtoffers,
uit hun gezin weggehaald en aan hen
werd de mogelijkheid ontnomen om
voor de hunnen te blijven zorgen. Ze
moesten het nationale geheel, u en mij,
lezers, gaan helpen en beschermen. Ze
vielen voor ons en onze gezamenlijke be
langen, d.i. voor het Nederlandsche volk
en den Nederlandschen staat. Wat doen
we nu voor hen? We hebben losse pie
pers afgeschoten boven hun laatste
rustplaats en voor de piepers, waarvan
hun vrouwen en kinderen moeten eten
en leven, worden dezen het bedel- en
bedeelpad opgestuurd.
Mag zóó iets voortduren?
De mobilisatie kost ons volk per
dag: f 1.700.000, één millioen en zeven
honderd duizend guldens. Hoelang dat
zal duren, weten we op geen week, geen
maand, ja op geen jaar na. Maar wél
weten we, dat de kosten van één enkelen
dag mobilisatie ruim voldoende zullen
zijn om de weduwen en weezen van allen
die in de mobilisatie in dienst van het
land gevallen zijn en nog zullen, vallen,
een verschiet zonder zware materieele
zorgen te openen.
Immers stellen we de gemiddelde uit-
keering per achtergelaten gezin op f 20
per week, in een rond cijfer: f 1000 per
jaar, dan blijkt, dat we 1700 jaaruitkee-
ringen kunnen doen aan de nagelatenen
van hen, die in dienst van land en volk
sneefden. We kunnen dat betalen, als
we rekenen dat de mobilisatie één dag
langer duurt dan ze duren zal.
Moeten we om*zulke berekening en
zulke consequentie te ontgaan, zóó
groote nationale schande aanvaarden en
dragen?
Is er ook maar één behoorlijk-groote
particuliere onderneming in ons land
laten we zeggen van tenminste honderd
arbeiders welke het kan en durft na
laten om voorzieningen te treffen voor
de nabestaanden van de slachtoffers van
de „risico van den arbeid”?
De staat verplicht zelfs iederen
particulier om zijn personeel, hoe ge
ring in aantal ook, te verzekeren tegen
de gevolgen van invaliditeit, ouderdom
en ongeluk.
Maar wat doet de staat zelf ten aan
zien der gevolgen, de risico’s, van de
gemeenschapstaak, waarmee hij wille
keurig den een wél en, den ander niet
belast?
Als de regeering prijs stelt op behoud
van de geestelijke weerkracht van ons
volk, laat ze dan geen dag aarzelen om
een einde te stellen aan den wantoe
stand, dien we schetsten, een wantoe
stand, die het nationale bewustzijn en
DE JONG s NIEUWSBLAD
wuürln upgenurnon
Er heerscht weer griepDus r’
waakzaamheid Is gebo-
denBij de eerste griepver- X!
f schijnsalen direct ASPIRIN
nemen. Zorg ASPIRIN bij
i de hand te hebben.