Buit eufonische Revue.
De Bolswardsche Courant en Westergoo
Het Nederlandsche
bedrijfsleven in den
huidigen toestand.
Stadsnieuws.
36^2 Jaargang
Woensdag 31 Juli 1940
Uitgever A. J. OSINGA, Marktstraat, BOLSWARD
Officiéél orgaan der gemeenten Bolsward, Wonseradeei en Hennaarderadeel
A Telefoon No. 451
1
No. 59
1
DE GRONDSTOFFENVOORZIENING
•EN HET TOEKOMSTIGE HANDELS
VERKEER MET DUITSCHLAND.
Dinsdagsnummer
Vrijdagsnummer
VOETBAL.
Waren het tot nu toe steeds de Snee-
ker clubs, thans is het sterke Leeuwarder
Frisia I bereid gevonden Donderdag
avond tegen C. A. B. een wedstrijd te
spelen. We zullen hopen, dat het weer
nu eens zal meewerken, daar deze wed
strijd ongetwijfeld in de publieke be
langstelling zal staan.
(Door plaatsgebrek moest dit
verslag een no. overstaan).
ZWEMSCHOOL.
De temperatuur van het water is he
den 17 graden.
Verschijnt DINSDAGS- en
VRIJDAGSAVONDS
Leesgeld fr. p. p. per half jaar f 1.50
Buiten de provincie f2.-; inn. 15 ct.
Voor het Buitenland f 7.- per jaar.
Leesg. p. looper 40 ct. p. kwartaal.
INGEZONDEN.
Bulten verantwoordelijkheid der Redactie.
LUCHTBESCHERMING.
De Burgemeester van Bolsward wijst
de inwoners zijner gemeente er op, dat,
nu de avonden reeds langer worden,
vooral de grootste zorg aan de verduis
tering van de woningen moet worden
besteed.
Hij vestigt er nogmaals de aandacht
op, dat de gebruikers enz. van woningen
en andere gebouwen, verplicht zijn, zorg
te dragen, dat het daarbinnen aanwezige
licht op geenerlei wijze naar buiten uit
straalt.
Licht wordt geacht uit te stralen, wan
neer hetzij de lichtbron, hetzij het daar
van afkomstige licht of schijnsel van dat
licht buiten op een afstand van 10 M.
of meer zichtbaar is.
De politie heeft de opdracht met ge
strengheid tegen de overtreders van
b.g. voorschriften op te treden en bij
niet nakoming daarvan, proces-verbaal
op te maken.
De Burgemeester van Bolsward,
S. W. DE JONG.
Bolsward, 30 Juli 1940.
DRENKELING GERED.
Een zoontje van den heer T. aan de
Dijk geraakte Vrijdagavond in de gracht
aan de Turfkade. De heer de Jong, die
daar voorbij fietste, zag het ongeluk en
sprong gekleed te water om den dren
keling te redden.
Hulpvaardige handen trokken redder
en drenkeling op het droge.
Behoudens een êenigszins verhoogde
activiteit in de lucht, is er nog niet veel
merkbaar van een groot opgezet offen
sief tegen Engeland, maar wat niet is,
kan komen en we kunnen deze periode
ook bestempelen als een soort innerlijke
versterking. Naar het oordeel van de
Italiaansche Popolo de Roma is er geen
sprake van een rust of een pauze.
Evenals de militaire successen aan de
volkomen samenwerking van alle wa
pens zijn toe te schrijven, zoo wordt
ook het definitieve politieke succes door
de harmonische samenwerking der mili
taire diplomatieke en economische han
delingen gewaarborgd. De voortzetting
van den oorlog tegen Engeland geldt de
vernietiging van de overheerschende
positie, de diplomatieke actie geldt den
opbouw van een nieuwe politieke orde
en de economische actie het tot stand
brengen van een nieuwe Europeesche
economie.
De twee eerste punten vallen voor
Advertentifin per regel:
10 cent
12 cent
Tusschen de tekst dubb. prijs
Giro no. 87926
vandaag buiten onze bespreking, maar
aan het derde punt willen we eens wat
meer aandacht schenken. Die nieuwe
Europeesche economie, dat is natuurlijk
toekomstmuziek, maar toch is het goed
en nuttig de nieuwe gedachten reeds nu
in ons op te nemen en zoo mogelijk te
verwerken.
De Duitsche Rijksminister voor econo
mische zaken Dr. Funk, heeft een plan
ontworpen voor den herbouw niet alleen
van het Duitsche, maar van het geheele
Europeesche leven. De denkbeelden van
Dr. Funk kunnen als volgt worden sa
mengevat:
1. Door het sluiter, van economische
verdragen op langen termijn met de Eu
ropeesche staten moet bereikt worden,
dat de Europeesche volkshuishoudingen
zich bij de regeling der productie op
langen termijn instellen op de Duitsche
markt, d. w. z. op een voor jaren zekere
afzetmarkt. Daardoor zal het mogelijk
zijn, dd (Europeesche productie op) te
voeren en de productie van nieuwe goe
deren ter hand te nemen. Aan den an
deren kant zullen voor de Duitsche wa
ren betere afzetmogelijkheden op de Eu
ropeesche markten bestaan. Door het
scheppen van stabiele koersverhoudin-
gen zal een vlot functionneerend beta
lingssysteem voor de afwikkeling van ’t
goederenverkeer tusschen de verschillen
de staten verzekerd worden.
2. Er moet gestreefd worden naar
versterking van ’t economische gemeen
schapsgevoel onder de Europeesche vol
ken door samenwerking op alle gebieden
van de economische politiek. De econo
mische solidariteit zal een betere behar
tiging van de Europeesche economische
belangen tegenover andere economische
groepen in de wereldeconomie mogelijk
maken. Dit vereende Europa zal zich
docr geen buiten-Europeesche schepping
voorwaarden van politieken of economi-
schen aard laten voorschrijven. Het zal
op den grondslag van rechtsgelijkheid
met anderen handel drijven, daarbij ech
ter het volle economische gewicht van
het continent In de waagschaal kunnen
werpen.
Zooals men uit deze uiteenzetting kan
lezen, speelt een goede valuta-regeling
een groote rol in dit nieuwe economi
sche systeem. Naar het oordeel van Dr.
Funk zal dit vraagstuk zich in het ka
der van een verstandige arbeidsverdee-
ling tusschen de Europeesche volkshuis
houdingen vanzelf oplossen, maar wel
kan als vaststaand worden aangenomen,
dat de mark de overheerschende valuta
in Europa zal zijn. De valuta-vraagstuk-
ken, aldus Dr. Funk worden volgens hun
beginsels geregeld, n.l. volgens het even
wicht der waarde balansen.
Het tot nu toe bestaande verrekenings-
systeem en het clearingsysteem biedt de
basis voor een dergelijke verbetering der
valuta-verhoudingen. Men zal ons op
merken, dat een dergelijke valuta geen
rekening houdt met het goud. Natuurlijk
niet en bovendien wanneer het goud in
één hand zit, kan de gemeenschap er ook
geen rekening meer mee houden. Mis
schien is het nog iets te voorbarig om
reeds thans de conclusie te trekken, dat
het goud zijn tijd heeft overleefd.
Als internationaal betaalmiddel heeft
het in ieder geval voorloopig afgedaan.
Ieder internationaal ruilmiddel, zoo
schreef dezer dagen „Het Vaderland”,
eischt voor de uitoefening van zijn func
tie niet alleen, dat het geliefd is, maar
daarnevens dat het zich in vele handen
bevindt. Dit kan niet wanneer een zeer
groot gedeelte zich in één hand bevindt
en een aantal landen vrijwel geen goud
meer hebben, Zoo staan de zaken er mo
menteel voor. Europa heeft geen goud
meer. Duitschland had het niet vóór de
oorlog begon en de andere landen zijn
het kwijtgeraakt aan Amerika.
Men zou uit deze redeneering de con
clusie kunnen trekken, dat dus nu Ame
rika buitengewoon rijk is en Europa
straatarm, maar we kunnen er direct aan
toevoegen, dat deze hypothese niet op
gaat. Al dat goud wat momenteel in
Amerika is opgehoopt, zal eventueel
weer dienst moeten doen. Wil men het
op normale wijze kwijtraken, dan zal
Amerika meer moeten invoeren, maar
daar verzetten zich de binnenlandsche
productie-belangen tegen.
Zonder nu een uitspraak te doen, wel
ke valuta een overheerschende rol in de
Europeesche economie zal spelen, kun
nen we toch wel als vaststaand aanne
men, dat we voorloopig althans een
goudloos tijdperk tegemoet gaan. Trad
dus vroeger in het betalingsverkeer het
'goud als Intermediair op, thans nemen
de goederen deze plaats in. Natuurlijk
valt over dit onderwerp nog heel wat
te zeggen, maar we moeten met deze
korte samenvatting volstaan.
CLASSICALE ZENDINGS-
BIJEENKOMST.
Woensdag 24 Juli werd onder begun
stiging van goed zomerweer in het
Julianapark alhier, een Classicale Zen-
dingsmlddag gehouden. Een honderd ze
ventig personen woonden de vergade
ring bij.
Ds. Boerma van Bolsward opende
deze bijeenkomst met gebed en liet zin
gen Ps. 68 10,
Naar aanleiding van Mattheys 28 16
AFGIFTE VAN ZESTIG-DAGEN-
KAARTEN MOTORRIJTUIGEN
BELASTING.
Te beginnen met 1 Augustus 1940 kan
tot nader order aan ieder, die in het be
zit is van een verguniing tot het ge
bruiken van motorbrandstof, op zijn ver
zoek, voor het door hem gehouden mo
torrijtuig een z.g. zestig-dagen-kaart
voor de motorrijtuigenbelasting worden
afgegeven.
Aan hen, die op 1 Augustus 1940 in
het bezit zijn van een gewone belas-
tingkaart, waarvan de geldigheidsduur
nog niet is verstreken, kan bij de af
gifte van een met 1 Augustus ingaande
zestig-dagen-kaart, de op eerstbedoelde
kaart betaalde belasting over de nog
niet verstreken maand(en) van den gel
digheidsduur worden teruggegeven, mits
zij die kaart ter intrekking aanbieden.
Bij de aanvraag van een zestig-dagen-
kaart moet de vergunning tot het gebrui
ken van motorbrandstof worden ver
toond.
Nieuwe heeren, nieuwe wetten. Wel
zelden zal in de geschiedenis van ons
land dit spreekwoord zulk een diepe
beteekenis hebben gehad voor het maat
schappelijke en economische leven, als
thans het geval is. Wel zelden zal het
gansche leven zich zoo opnieuw moeten
oriënteeren op den nieuwen toestand.
De situatie voor het Nederlandsche be
drijfsleven is in die mate veranderd, dat
we feitelijk nog niet eens gelegenheid
hebben gehad, om ons geheel in te stel
len op den nieuw geschapen toestand.
Onze internationale scheepvaart ligt
geheel stil; onze export naar alle andere
landen als Duitschland eveneens en de
import van de noodzakelijke grondstof
fen voor het bedrijfsleven is op het
oogenblik een probleem, dat met zorg
wordt bezien.
In een enkel opzicht is de situatie van
ons land iets gunstiger. Wij hebben in
ons land althans dit voordeel gehad,
dat in vele centra het bedrijfsleven vrij
wel onafgebroken ook gedurende de
oorlogsdagen is doorgegaan en daar,
waar de fabrieken en bedrijven gedwon
gen waren om gedurende enkele dagen
hun werkzaamheden te staken, werd het
werk vrijwel overal onmiddellijk na den
oorlog weder hervat. In dit opzicht is
onze positie gunstiger, dan b.v. die in
België, waar het bedrijfsleven ook thans
nog voor het grootste gedeelte ontwricht
is.
Een en ander neemt echter niet weg,
dat de huidige toestand ten aanzien van
de voorziening van grondstoffen voor
het bedrijfsleven in ons land zeer ver
ontrustend moet worden genoemd. Dit
is gebleken o.a. uit de enquête, die de
Utrechtsche Kamer van Koophandel
kort geleden heeft ingesteld. Dezer da
gen heeft genoemde Kamer vergaderd
en is het rapport van deze enquête ter
sprake gebracht. Zooals gezegd, blijkt
hieruit, dat de voorziening van grond
stoffen veel zorg baart. Met name in de
Metallurgische industrie is dit het ge
vat Ten slotte bleek nog uit deze en
quête, dat voornamelijk een ernstig ge
brek begint te bestaan aan aardolie
producten en derivaten voor andere
transportdoeleinden.
Van de grondstoffen, aan welke een
ernstig tekort bestaat, mogen worden
genoemd: ijzer en staal, brons, koper,
blik, alluminium, nikkel, zink, alpacca,
glas, emaille, porcelein, kalk, rubber,
cement, hout, chemicaliën, katoen, paar-
dehaar, vlas, kapok, garens, linnen, ve
zelstoffen, soyaboonen, lijnzaad, mais,
haver, vischmeel, granen, suiker, cacao,
spiritus, azijnzuur, vernis, varkens
haar, papier, leder, veevoeder, vetten
en zuren.
Hoewel deze enquête betrekkelijk een
klein deel der bedrijven in Nederland
betreft, kan wel gevoegelijk worden
aangenomen, dat in andere deelen van
ons land de situatie even ongunstig is.
De gei^uden enquête omvatte 362 be
drijven met rond 16000 arbeiders, en
werd gehouden in samenwerking met de
Kamer van Koophandel voor de Gelder-
sche Vallei.
In dit verband kan nog worden op
gemerkt, dat, terwijl bijvoorbeeld ten
aanzien van de betalingsmoeilijkheden
hoop bestaat dat, mede doordat grootere
bedragen disponibel kunnen worden ge
steld, deze allengs zullen worden ver
zacht. Met betrekking tot de grondstof
fenvoorziening daarentegen moet wor
den verwacht, dat deze in de toekomst
nog aanzienlijk ongunstiger zal worden.
Ten aanzien van het wegvallen van
afzetmogelijkheden door het stopzetten
van de exporten naar Overzeesche lan
den, kan wel worden aangenomen, dat
er te zijner tijd nieuwe afzetmogelijk
heden zullen worden gevonden, zooals
dit reeds het geval was met de tuin
bouwproducten en de eieren.
Dit alles neemt evenwel niet weg, dat
het grondstoffenprobleem reden tot de
allergrootste bezorgdheid blijft geven.
Momenteel drijft het Nederlandsche be
drijfsleven nog slechts op zijn voorra
den. Wanneer dan ook geen snelle en
afdoende regeling voor den aanvoer
van grondstoffen en halffabrikaten uit ’t
buitenland kan worden gevonden, zal ’t
bedrijfsleven hier te lande zich binnen
kort voor catastrophale gevolgen zien
gesteld, welke uiteraard niet zonder een
gevoelige uitwerking zullen blijven op
de nog bestaande werkgelegenheid.
Thans bleek reeds, dat het aantal ar
beiders in de ondernemingen in het ge
bied van de beide K. van K.’s op 25
Juni reeds met 20 was afgenomen.
In verband met het bovenstaande
de moeilijkheden met de grondstoffen
voorziening in ons land is het wel
van belang eens een blik te slaan in de
toekomst ten aanzien van ons handels
verkeer met Duitschland.
In de laatste jaren is dit handelsver
keer belangrijk ingekrompen, deels als
gevolg van de conjunctuur-ontwikke-
ling, anderdeels als gevolg van be
wuste verminderde aankoopen in
Duitschland (o.a. boycot). Nu onze ex
portbedrijven zich een belangrijk deel
van hun afzetmogelijkheden elders zien
ontgaan, is het een gunstig verschijnsel,
dat Duitschland onmiddellijk inspringt
als nieuwe afnemer, althans uit export-
oogpunt bezien. Practisch al onze agra
rische producten kunnen een toonenden
afzet in dit land vinden. Het is natuur
lijk nog een open vraag, hoe zulk een
plotselinge wijziging in de richting
van een deel van onzen export verder
zal dóórwerken. Uitvoer op zichzelf im
mers is voor de volkshuishouding nim
mer doel, slechts middel, en wel om in
voeren te kunnen verwerven in ruil
daarvoor. Juist omdat de handelsbewe-
ging met Duitschland de laatste jaren
gedeeltelijk is gedaald, omdat bepaalde
groepen in ons land daar bewust op
aanstuurden,kan thans in die richting
een aanvulling worden gevonden. Op
die wijze zullen wij voor den sterk toe
nemenden uitvoer naar Duitschland een
contraprestatie kunnen krijgen.
Het staat echter te bezien of dat mo
gelijk zal zijn voor den geheelen om
vang van onzen uitvoer onder deze om
standigheden. Men vergete niet, dat
Duitschland in de eerste plaats is aange
wezen op de voorziening der oorlogsbe
hoeften; al het andere komt pas op het
tweede plan. En daarom is het waar
schijnlijk dat ons handelsverkeer in de
naatste toekomst niet in evenwicht zal
zijp, zoodat dus de clearing aangeno
men, dat alle uitvoer daarover zal loo-
pen een tekort zal aanwijzen.
Een der problemen, die dan zal moe
ten worden opgelost, is: hoe de expor
teurs binnen redelijken tijd de opbrengst
van hun uitvoeren uit te betalen, wan
neer dat niet normaal mogelijk is uit
betalingen door Nederlandsche impor
teurs. Aan dit vraagstuk wordt evenwel
op het moment te Den Haag reeds ge
werkt in overleg met de Duitsche auto
riteiten.
Een gunstige omstandigheid is nog,
dat thans het geheele vasteland van
Europa onder Duitschen invloed is ge
plaatst. Hiervan kan in de toekomst niet
alleen de export profiteeren, want de
mogelijkheid is niet uitgestoten, dat eer
lang landen als België, Frankrijk en ook
Zwitserland weer tot onze afnemers
zullen gaan behooren, doch de kans be
staat dan eveneens, dat wij uit deze lan
den, zij het dan ook in geringe percen
tages, de noodzakelijkste grondstoffen er
voor in ruil zullen kunnen ontvangen.
Als voorbeeld kunnen wij glas noemen,
dat wij tot vóór den oorlog In groote
hoeveelheid uit België betrokken. Zoo
als de situatie thans is, kan mogelijk
binnen afzienbaren tijd de import van
Belgisch glas weer plaats vinden. Boven
dien kunnen de Balkanstaten thans, door
bemiddeling van Duitschland wellicht,
ons ook voorzien van die producten,
waarvan zij een surplus bezitten. Wij
denken b.v. aan tabakken en aardolie
producten.
tot 20 sprak hij een kort openingswoord
er op wijzende, dat aan het zendings-
bevel voorafgaat de proclamatie van
Jezus’ almachtig Koningsschap en er op
volgt de belofte van Zijn altoosdurende
nabijheid. Zoo alleen kan de Kerk het
Evangelie verkondigen: Uitgaande van
de almacht van haar Koning en alleen
in de gehoorzaamheid aan het zendings.
bevel ondervindt de Kerk de troost der
blijvende nabijheid.
Ds. Loos van Workum, daarna het
woord verkrijgende, sprak over de 2de
bede van het Onze Vader: „Uw Ko
ninkrijk kome”.
Gods Koninkrijk is er, want Hij re
geert Of men zich wil laten regeeren of
niet, God regeert. Hij regeere over ons
als Zijn gewillige onderdanen. Dan zijn
wij in zijn Koninkrijk geborgen.
Daarnaast staat: Het koninkrijk Gods
komt. Het zal, alles doorbrekend, zich
openbaren. Dat is de toekomst der ge
meente. Dat bepaalt haar roeping: De
Reeds meerdere keeren hebben we in
ons buitenlandsch overzicht gewezen op
de tegenstelling tusschen deze en vorige
oorlogen, met betrekking tot den Balkan.
In bijna alle voorgaande oorlogen was
de Balkan óf de aanleidende oorzaak
óf gedurende het conflict belanghebben
de partij. De situatie is thans geheel an
ders. Hongarije, Roemenië, Bulgarije,
Griekenland, Joego-Slavië, Turkije staan
thans alle als stuurlui aan den wal en
volgen met groote belangstelling de
koers, welke het Europeesche schip van
staat zal nemen.
Er is in de laatste maand een zekere
kentering merkbaar op den Balkan. De
betrekkingen tusschen Duitschland, Italië
en Rbemenië zullen nader worden vast
gelegd en dat deze zich in Voor Duitsch
land en Italië gunstigen zin zullen ont
wikkelen, kan gevoegelijk worden aan
genomen.
Ook Bulgarije tracht de huidige situ
atie ten eigen bate te beïnvloeden, maar
zal zich met betrekking tot de verlan
gens naar zekere deelen van Roemenië
geheel moeten schikken naar de politiek
van de as-mogendheden.
In Joego-Slavië is het buitengewoon
rustig en kunnen we gerust aannemen,
dat de Engelsch-Fransche invloed er heel
wat gestonken is. Deze invloed had
vooral wat Roemenië betreft een zeer
persoonlijk karakter, door de petroleum-
productie. Engeland zoowel als Frank
rijk hebben geprobeerd de export naar
Duitschland te bemoeilijken door het in
beslag nemen van tankschepen en tank
wagens. Nog steeds is het vervoers
vraagstuk op de Balkan een vraag van
de eerste orde en de aanvoer van Roe-
meensche olie naar Duitschland hangt
geheel van dit vervoer af. Bovendien
hadden de buitenlandsche petroleum-
maatschappijen door ’n groote en over
vloedige olieproductie elders de Roe-
meensche productie beperkt. In 1939 be
droeg de geheele productie 6% millioen
ton, waarvan 4/2 millioen ton werd ge
ëxporteerd en van deze hoeveelheid ging
weer 31 naar Duitschland. Vermoede
lijk zal in de nieuwe overeenkomst tus
schen Roemenië en Duitschland dit per
centage heel wat hooger worden opge
voerd. Vanzelfsprekend wordt daardoor
het quantum, wat naar Engeland kan
worden uitgevoerd, belangrijk kleiner
en het behoeft ons dan ook niet te ver
wonderen, dat de Engelschen nu op an
dere wijze hun olietoevoer trachten te
verzekeren.
In dit verband krijgt de Engelsche ac
tie in Egypte een geheel bijzondere be
teekenis, vooral wanneer het hier gaat
over de Mossoel-olieleiding door Syrië.
Daar Haifa het doelwit van talrijke
succesvolle aanvallen der Italiaansche
bombardement-eskaders is geworden,
verwachten de Fransche militaire autori
teiten, dat de Engelschen zich vroeg of
laat van het Syrische deel van de Mos
soel-olieleiding, die bij Tripolis eindigt,
meester willen maken.
boodschap van dit komende Koninkrijk
te brengen aan de wereld.
Dat vormt haar troost. Met groote na
druk mag zijn vasthouden: Gods Ko
ninkrijk komt.
Door een dame uit Franeker, die on
bekend wenschte te blijven, was een
sprei ter verloting beschikbaar gesteld.
De gelukkige winnares, een dame uit
Abbega, was zoo vriendelijk de sprei
nogmaals ten behoeve van de zending
te laten verloten.
lij de pauze werd in „Ons Gebouw”
een kopje thee gebruikt. Terug in het
park, gaf de heer Schuurmans, zendeling
op Z.O. Celebes ons een blik in de prac-
tijk van het Zendingswerk met zijn moei
te en teleurstellingen en zijn blijdschap.
Iets voor gemeenten hier met een kerk
die noodig moet opgeknapt. De gemeen
teleden droegen daar de zakken cement
noodig voor een nieuwe kerkvloer, een
60 kilometer ver van de kust naar het
binnenland, en legden met elkaar de
nieuwe vloer. En één enkele samenspre-
king na een godsdienstoefening was voor
de uitvoering van dit plan voldoende.
Ds. van der Flier van Gaast stoot deze
goede bijeenkomst met een opwekkend
woord. Die het deze keer hier goed heeft
gehad, vertelle dit verder en neme een
volgende keer mee, die nu zijn wegge
bleven.
Het Class. Zendingscomité is grooten
dank verschuldigd aan den Edelachtb.
Heer Burgemeester van Bolsward en de
parkcommissie en den heer Hazenberg
voor de groote bereidwilligheid, waar
mee het Julianapark beschikbaar werd
gesteld en alle medewerking werd be
toond.
DE JONG s NIEUWSBLAD
waarin opgenomen