Baitenlandsche Revue.
w
De Bolswardsche Courant en Westergoo
7
DE SPELLINGSCHAOS.
HITLER SPREEKT OP DEN
HELDENGEDENKDAG
4
I
1
Dinsdag 17 1942
No. 22
Uitgever Fa. A. J. OSINGA, Marktstraat, BOLSWARD
A
Officiéél orgaan der gemeenten Bolsward, Wonseradeel en Hennaarderadeel
A Telefoon No. 451
jva rd,
fesesg. p. looper 42 et. p. kwartaal.
r
1 K,
LUCTOR.
1.
DE WINTER-OORLOG 1941/42.
Berlijn, 15 Maart. (D.N.B.) In zijn toe
spraak bij de in het Tuighuis gehouden
gedenkdag heeft Hitler als volgt gesproken:
gedenkdag heeft Hitled als volgt gesproken:
„Toen wij in 1940 voor het eerst in deze
zaal den Heidengedenkdag hielden, stonden
het Duitsche volk en zijn weermacht, na tien
tallen jaren van vernederende slavernij, we
derom in den strijd voor vrijheid en toekomst
tegen de oude vijanden. De weerlooze on
macht van het Duitsche rijk kon hen even
min geruststellen als hen de economische ver
arming, welke ons was opgedrongen, bevre
digde.
In Frankrijk wordt op het oogenblik een
proces gevoerd, dat wordt gekarakteriseerd
door het feit, dat met geen woord wordt ge
sproken over de schuld dergenen, die voor
deze oorlog verantwoordelijk zijn, maar al
leen over de te geringe voorbereiding tot den
oorlog. Wij zien hierin een mentaliteit, die ons
onbegrijpelijk moet lijken, die echter beter
wellicht dan iets anders de oorzaken van den
nieuwen oorlog kan onthullen.
De aanleiding tot den oorlog.
In 1918 hebben de Engelsche, Fransche en
Amerikaansche staatslieden, die toen voot
den oorlog verantwoordelijk waren, het on
zinnige besluit genomen het Duitsche rijk on
der geen voorwaarde weder een economische
of politieke factor met gelijke rechten te laten
worden. Uit dit voornemen vloeiden alle an
dere maatregelen en onrechtvaardigheden
voort, waaraan Duitschland sedert den onza-
ligen dag van d«n wapenstilstand had bloot
gestaan.
Het Duitsche volk vond geen middel om
verandering te brengen in zijn lot, dat men
niet door onderworpenheid kon verzachten,
maar slechts door eendrachtige wilskracht en
dapperheid verwinnen.
Dat men zich zonder energie in den ons
opgelegden dwangtoestand schikte, had ge
volgen, welke niet alleen in politiek en mili
tair opzicht onteerend, maar ook in econo
misch opzicht letterlijk vernietigend waren.
Een der vlijtigste volken der wereld zag hoe
zijn economische grondslagen steeds verder
gesloopt werden en zijn bestaan ineenstortte.
Men kon voorzien in welk ’n korte tijdsruimte
ons volk door den stoffelijken nood in zielen
tal steeds achteruit moest gaan en hoe het
Duitsche rijk daardoor niet meer zou kunnen
optreden tegen de opgelegde vernietiging.
Deze economische ineenstorting van het
Duitsche volk, het grootste van midden-
Europa, bracht echter ook den tegenstanders
geen zegen. Dezen hadden in hun haat niet
begrepen dat de verarming van het Duitsche
volks geenszins identiek kon zijn met den
economischen opbloei der zoogenaamde over
winnaars. Zoo begonnen de staten, die in hun
leiding door en door Joodsch-kapitalistisch
besmet waren, de werkloozencijfers van het
Duitsche rijk in te halen en soms zelfs te
overtreffen, in weerwil van hun onmetelijken
rijkdom aan alle producten en schatten der
aarde.
Maar ook deze ontwikkeling kon den ver
blinden haat der regeeringen onzer oude
vijanden, welke in hoofdzaak door Joodsche
elementen geleid werden, geen helderder in
zicht geven in de ware noodzakelijkheden
gebezigd
dat deze
moeilijke
de jonge
Nu zoowat geheel Ned.-lndië door de
Japansche troepen Is bezet, komt voor
velen die nog eenig belang stellen In ’t
buitenlandsch nieuws de actueele vraag:
Wat is nu verder de doelstelling der
Japanners?
Het meest voor de hand liggende ar
gument zou men kunnen noemen Austpa-
Verschijnt DINSDAGS- en
VRIJDAGSAVONDS.
Lsssgeld fr. p. p. per half jaar f 1.57
Buiten de provincie f 2.10; mn. 15 c.
A v i-11 e ii t i e n pvi legcl:
Dlnsduijiiiiiiiniiiei lü cvul
Vrijdagsnummer 12 cent
Tussehen de tekst dubb. prijs.
Giro no. 87926.
fl cent
[F cent
IcntieS
1
achtige leer, en vooral voldoende sterk om
zich met succes te kunnerf verzetten tegen
dit doodelijkste gevaar voor zijn bestaan.
In verband met het groote, achter ons lig
gende jaar en met het naar wij er van
overtuigd zijn niet minder groote komende
jaar, gedenken wij derhalve onze helden en
die van onze dappere bondgenooten in het
verleden en in de toekomst met den vasten
wil er voor te zorgen, dat al deze offers niet
tevergeefsch zijn geweest of zullen worden.
Wij kunnen deze plechtigheid niet oprechter
vieren dan in het bewustzijn, dat de tegen
woordige generatie weer gelijkwaardig is aan
de groote tijden van het verleden. En wel
gelijkwaardig in haar soldaten aan het front,
evenals in haar mannen en vrouwen in het
vaderland.
Wat ook het lot van ons kan eischen, deze
jaren van strijd zullen ondanks alles korter
zijn dan de tijden van dien langen en geze-
genden vrede, die het resultaat zal zijn van
de tegenwoordige worsteling.
’Dezen vrede echter een vorm te geven,
zoodat hij recht laat wedervaren aan de of
fers van onze soldaten uit alle dagen van ons
volk, is de toekomstige taak van den natio-
naal-socialistischen staat, want zij allen zijn
gevallen voor het eeuwige Duitsche volk,
voor ons gemeeenschappelijk groot-Duitsche
rijk en voor een betere gemeenschap tusschen
de volkeren van ons continent
Moge God derhalve ons allen de kracht
geven om ook in de toekomst datgene te
doen, wat de plicht van ons eischt. Met deze
bede buigen wij ons in diepen eerbied voor
de doode helden, voor de familieleden, die om
hen treuren, en voor alle andere offers van
dezen oorlog.
r
r
-
'fce
eu
want op de kantoren wil men geen brie
ven getikt hebben in de nieuwe spelling.
Wat moet de nieuwe employé dan doen?
Dan mag hij nog eens opnieuw de Ne-
derlandsche taal gaan bestudeeren, in
casu: de spelling De Vries en Te Win
kel. Wij weten gevallen, waarin meer
dere malen pas aangestelde jongste be
dienden, secretarissen, boekhouders e.d.
na korten tijd werden ontslagen, omdat
de dfrlectie niet was gediend van de
nieuwe spelling. In andere gevallen
werd ultimata gesteld. Zorg er voor, dat
je binnen drie maanden de oude spelling
weer onder de knie hebt, anders vlieg je
er uit! Directeuren van groote bedrij
ven zijn over het algemeen conservatief.
En dat kan men hun niet kwalijk ne
men I
Nog groeit jaarlijks het aantal jonge
Nederlanders, dat van de schoolbanken
komt, gewapend met de nieuwe spelling,
waaraan zij niets hebben, want men
eischt van hen op kantoren en bedrij
ven, dat de oude spelling
wordt. Onnoodig te zeggen,
onaangename toestand vele
uren voor den jongeman en
vrouw meebrengt, want zij mogen nog
eens beginnen met de bestudeerlng van
de Nederlandsche taal.
Zoo zitten wij op het oogenblik in een
spellingchaos, die dringend om oplos
sing vraagt. Er dient één vasten weg
gekozen te worden: óf nieuwe óf oude
spelling. En waar (Nederland, blijkens
zijn houding, de laatste jaren heeft ge
toond, niet van de nieuwe spelling ge
diend te zijn, is de beste weg: terug
naar de oude spelling. Wanneer van een
bepaalden datum af op de scholen weer
de oude spelling wordt geleerd, dan is
na een achttal jaren het leed grooten-
deels geleden, het leed, dat Dr. Kollewijn
een8 in een eigenwijze bui over ons land
heeft gebracht.
Daarbij komt nog dit: de taal van een
volk is een rijk bezit. In tegenstelling bij
voorbeeld met landen als België, waar
verschillende talen worden gebezigd,
kunnen wij, Nederlanders, bogen op een
eigen taal, hetgeen van onschatbare
waarde geacht moet worden. Vereen
voudiging van de spelling beteekent af
breken van onze taal. Wij willen geen
taal-amputatle, omdat, In onze eigen taal
iets leeft van de glorie van Nederlands
verleden. Wij zijn trotsch op onze taal
en wij willen die behouden zooal8 zij
is. De Kollewljnen en Marchanten zijn
er op uit geweest om onze rijke Neder
landsche taal te verminken en te verar
men, want door de vereenvoudigde
spelling wordt het aantal uitdrukkings
mogelijkheden aanmerkelijk verkleind.
Eh het ge„marchant”deer met onze Ne
derlandsche taal, dat nu-al eenige jaren
duurt, moet nu maar eens radicaal af-
geloopen zijn. Met vrijwel alle Neder
landers zeggen wij vandaag: Alsjeblieft
terug naar de oude spelling. En liefst
zoo spoedig mogelijk!
De Japansche strijd zou dan een on
derdeel kunnen worden van een plan,
dat veel verdere strekking heeft. Wan
neer we de situatie bij het begin van
dezen oorlog beschouwen, dan was het
toen de bedoeling van Engeland door
een blokkade (een soort omsingeling dus
van de As-mogendheden) de tegenstand
zonder veel strijd te breken. De feiten
tot aan den dag van vandaag hebben
bewezen, dat dit plan volkomen is mis
lukt, maar daartegenover ditzelfde wa-
Er kan derhalve slechts één enkele oplos- pen thans met succes tegen Engeland
wordt uitgespeeld.
De handhaving van voldoende levens
middelen en jgrondstoffen voor Enge
land en de Sovjet-Unie, de aanvoer van
olie en het verlies van productie-centra’s
als Oost-Indië, Thailand, Malakka, Bir
ma en de Philjppijnen, gevoegd bij het
steeds nijpender gebrek aan tanksche
pen, plaatsen de geallieerden voor bijna
onoplosbare jproblemen. De Engelsche
taktiek van de economische omsinge
ling wordt nu door de jongste successen
der Japanners aan die kant met meer
kans van slagen toegepast. Bezien van
dit standpunt, dan zou men een offen
sief tegenover Australië (hoewel dit we!
een der eerste doelstellingen is) niet ais
het hoofdmotief moeten beschouwen.
De eigenlijke doelstelling van de on
derlinge militaire hulp der Asmogendhe
den ligt in een verbinding van de thans
strijdende legers Duitschers, Italianen en
Japanners. Het lijkt misschien ’n beetje
fantastisch, maar een dergelijke verbin
ding Is mogelijk en zeker bereikbaar
wanneer de Japansche troepen in het
zelfde tempo als thans blijven oprukken.
Allereerst zou men dan moeten krijgen
een Japansch-Russische oorlog en och,
dat !s eigenlijk niet zoo’n buitengewone
fantasie. In Duitsche militaire kringen
houdt men reeds ernstig rekening met
deze mogelijkheid.
De betrekkingen tusschen Japan en
Rusland worden met den dag minder, de
wat betreft de zegeningen van deze beest- grens"'nc'denten wijzen er op dat een
gespannen toestand zich begint te ont
wikkelen, alle voorboden die noodig zijn
voor een naderend conflict. De benoe
ming van den Engelschen generaal
Wavell tot opperbevelhebber van de
strijdkrachten in Britsch-Indië doet ver
moeden, dat in dit deel van de wereld
nog een scherpe strijd wordt verwacht.
Voeg hierbij de bezetting van de Birma-
weg, waardoor de toevoer van oorlogs
materiaal voor Tsjang kai Sjek (de ge
neraal van het Chineesche leger, dat men
zoo ongeveer als een buffer tusschen
Japan en Rusland kan beschouwen- voor
het grootste deel wordt afgesneden, dan
zou men de veronderstelling kunnen
neerpennen, dat de bedoeling van Japan
wel eens kon zijn, na de verovering van
BHtsch-Endië door Iran op te rukken
naar de Kaukasus, waaruit het Duitsche
voorjaarsoffensief inmiddels de Sovjets
heeft verdreven. Dit plan heeft nog dit
voordeel, dat men daarbij zoowel Chi-
neezen als Russen in den rug komt. We
geven toe, dat een dergelijk plan een
beetje fantastisch lijkt, maar we hebben
in de afgeloopen jaren zooveel schijn
baar onmogelijke plannen zien gelukken,
dat we een dergelijke grootsche opzet
niet zonder meer als utopie gaan be
schouwen. We mogen er misschien even
op wijzen, dat volgens berichten uit
Teheran de Sovjettroepen die tot dusver
Noord-Iran bezet hielden, deze bezetting
ook tof het Zuiden uitbreiden en dat de
Engelsche troepen meer in de richting
van de Britsch-Indische grens zullen
worden teruggetrokken. Dit wijst er dus
ook op, dat men in dit gebied meer dan
gewone activiteit verwacht. Ook de re
de welke de Japansche premier Tojo in
den Rijksdag heeft gehouden, geeft en
kele aanwijzingen in het kader der bo
vengenoemde veronderstelling. Het ligt
in ons voornemen, aldus Tojo, onze sa
menwerking met de bondgenooten nog
meer te versterken en daardoor het doe!
van dezen oorlog te bereiken. Geen won
de» dat er momenteel in Engeland meer
levens in dezen strijd een militair juiste oi
onjuiste handeling is geweest.
Thans weten wij echter reeds één ding:
de bolsjewistische horden, die de Duitsche en
verbonden soldaten in dezen winter niet ver
mochten te overwinnen, zullen door ons in
den komenden zomer tot de 1
slagen zijn. De bolsjewistische kolos dien wij
in zijn geheele, wreede gevaar thans kennen,
mag dit is ons onwrikbare besluit de
gezegende landouwen van Europa nooit meer
betreden, doch moet ver verwijderd hiervan
zijn definitieve grens vinden.
Voorwaarden voor Europa’s
onafhankelijkheid.
Wij allen ondergaan op dit oogenblik de
grootheid van den tijd, waarin wij leven. Een
wereld wordt opnieuw gevormd. Terwijl in
het Verre Oosten het Japansche heidenvolk
precies zoo geprovoceerd, belasterd en
economisch gehinderd als het Duitsche en
Italiaansche in geweldige slagen ter zee, dere bondgenooten worden bezien,
in de lucht en te land de democratisch-kapi-
talistische bastions verplettert, worden in
Europa de voorwaarden geschapen om dit
continent zijn ware onafhankelijkheid te ge
ven. Want het is onverdragelijk, dat het le
ven van honderden millioenen menschen met
de hoogste cultureele waarde en noeste vlijt
voor altijd afhankelijk zou zijn van den wil
van een kleine, waarlijk misdadige gemeen
schap van Joodsch-kapitalistische wereldsa-
menzweerders en van de door hen verkrachte
openbare meening van enkele, alleen hierdoor
tegen Europa vijandige volken en staten.
van ’t toekomstige leven van alle volken. On- 1
middellijk nadat het nationaal-socialisme aan
de macht was gekomen, begonnen zij, in
plaats van te leeren van de voorbeeldige, eco-
nomische en sociale maatregelen van Duitsch
land, de oude ophitsingsleuzen weer aan te
heffen om hun volken rijp te maken voor de
nieuwe oorlogsverklaring. Wij weten thans,
dat reeds in 1935 en 1936 in Engeland, in
Frankrijk en vooral in de Ver. Staten, het
besluit tot een nieuwen oorlog was genomen
door de inderdaad alleen toonaangevende
Joodsche kringen en de leidende groep, die
daaraan onderhoorig was.
Daardoor zien wij thans het verbazings-
wekkende schouwspel, dat de aanklacht der
bedrogen en zoo zwaar getroffen volken zich
niet richt tegen het onzinnig voornemen een
nieuwen oorlog te ontketenen, maar alleen
tegen de verwaarloosde en in hun oogen on
voldoende bewapeningsvoorbereiding. Juist
deze vreemde, ja onbegrijpelijke mentaliteit
moet ons leeren hoe noodzakelijk na de af
wijzing van alle Duitsche ontwapenings- en
tennaderingsvoorstellen de militaire voorbe
reiding van het Duitsche volk was, omdat het
den tweeden aanval op zijn vrijheid met meer
succes zou kunnen beantwoorden dan in den
wereldoorlog het geval was.
De eerste phase.
Toen wij dan ook in 1940 het eerst weder
den Heidengedenkdag in oorlogstijd moesten
houden, deden wij dat in het trotsche bewust
zijn, dat wij de eerste phase hadden gewon
nen, van een conflict, dat ons tegen onzen
wil was opgedrongen. Met het grootste ver
trouwen mochten wij hopen, ook de tweede
phase met succes te doorstaan. En inderdaad
lagen reeds in Maart 1941 achter ons de resul
taten van een oorlogsjaar van waarlijk unieke
beteekenis. In een zegetocht zonder weerga
werden het Noorden en het Westen van
Europa gezuiverd van de het continent vijan
dige krachten.
Italië was als trouwe bondgenoot in dezen
strijd dier „Habenichste” om het zijn of niet-
zijn aan onze zijde gekomen.
Maar wat ook de Duitsche legers in deze
veldtochten tot stand hebben gebracht, het
verbleekt naast datgene, dat het lot onze
weermacht en den verbonden legers in het
afgeloopen jaar te verrichten heeft gegeven.
En nu pas hebben wij een voorstelling van
den omvang der voorbereidingen van onze
vijanden. Nu zien wij het complot der Jood
sche elementen achter de coulissen, verdeeld
over de geheele wereld, een complot dat de
mocratie en bolsjewisme in een belangenge
meenschap vereenigde en geheel Europa
hoopte te kunnen vernietigen.
Dat de Voorzienigheid ons op alle slagvel
den zegevierend heeft doen stand houden te
gen deze coalitie van joodsch-marxisme en
kapitalisme danken wij aan Hem, zonder
wiens bescherming alle menschelijke kracht,
alle vlijt en alle moed vergeefsch zouden zijn.
Want achter ons ligt een jaar van de groot
ste gevechten uit de wereldgeschiedenis, maar
ook van de felste vuurproef voor on seigen
volk. Een vuurproef welke het front zoowel
als het binnenland doorstaan heeft.
Dat de Duitscher niet bang is voor men
schelijke dreigementen heeft hij in zijn ge
schiedenis vaak genoeg bewezen. Ditmaal
echter beproefden niet alleen de vijandelijke
wapenen en een onuitputtelijk schijnend men-
schenmateriaal van de primitiefste volken,
maar ook nog de wreedste gestrengheid der
natuur hun kracht op den Duitscher.
De strengste winter sedert 140 jaar.
Want thans kan medegedeeld worden, dat
achter ons een winter ligt, zooais midden-
en Oost-Europa sedert 140 jaar niet hebben
beleefd. Waarlijk, onze soldaten en die onzer
bondgenooten zijn de laatste vier maanden
door de Voorzienigheid op vreeselijke wijze
getoetst op innerlijke waarde. Zij hebben deze
proef echter doorstaan, zoodat wel niemand
het recht heeft er aan te twijfelen, dat, wat
ook het lot ons mag brengen, het altijd lich
ter zal zijn, dan wat achter ons ligt.
In nauwelijks vier zomermaanden heeft de
Duitsche weermacht, nadat de veldtocht op
den Balkan zegevierend was gevoerd, in hef
jaar 1941 haar pmarsch in de uitgestrektheid
van het Russische gebied begonnen. Er wer
den veldslagen gevoerd en overwinningen
bevochten, die nog in de verste tijden als
unieke, roemrijke daden zullen gelden. Teza
men met haar dappere bondgenooten heeft
zij de steeds weer nieuwe bolsjewistische
troepen aangevallen, verslagen, vernietigd,
om tegenover nieuwe menschenmassa’s ge
plaatst te worden.
In vier maanden is een eindelooze weg af
gelegd in een offensief, dat in zijn diepte en
breedte zijn evenknie in de geschiedenis niet
bezit.
Vele weken eerder echter dan iedere erva
ren of wetenschappelijke voorspelling dit kon
doen verwachten, werden onze legers door
een winter overvallen, waardoor thans de
vijand vier maanden tijd kreeg om zijnerzijds
de krijgskansen in deze noodlottige worste
ling te doen keeren. En dit was dan ook de
eenige hoop van de machthebbers in het
Kremlin, om in deze zelfs door hen nog nooit
beleefden opstand der natuur-elementen aan
de Duitsche weermacht het lot van Napoleon
in 1812 te kunnen bereiden.
In een bovenmenschelijke worsteling waar
bij zij de laatste kracht van de ziel en van het
lichaam in den strijd wierpen, hebben de
Duitsche en de met ons verbonden soldaten
deze beproeving doorstaan en zoodoende
overwonnen. De geschiedenis zal nu wel reeds
over enkel maanden in staat zijn vast te stel
len, of het werpen van hecatomben Russische
lië, temeer omdat c|e gesteldheid van
bodem en klimaat het dichtst die van
Vernïetïging ver-’ JaPan nabijkomt en deze oorlog door
Japan in de allereerste plaats wordt ge-
voerd om meer levensruimte en een af
zetgebied voor zijn steeds groeiend over
schot aan menschen, maar zoo gemak
kelijk moet men dit probleem niet stel
len.
Wanneer Japan voor zich alleen deze
oorlog voerde, had het eenige zin, dit
probleem onder deze begrenzing te be
zien, maar nu Japan deel uitmaakt van
het drie mogendheden-pact Duitschland-
Italië-Japan, moet deze kwestie ook in
verband met de belangen der beide an-
ALSJEBLIEFT TERUG NAAR DE OUDE SPELLING I
Eenige weken geleden is te Helmond
overleden Dr. R, A, Kollewijn, de man,
die als de „gangmaker” van de vereen
voudigde spelling kan worden be- 1
schouwd. Want hoewel onze spelling
fiog geen tien jaren oud is, was ae
voorlooper van de spelling-Marchant 1
veel veel ouder. In 1891 begon Dr. Kol- i
lewijn propaganda te maken voor zijn i
spelling die nog heel wat radicaler was i
dan de nieuwe spelling zooais deze thans
aan onze kinderen op school wordt ge- i
leerd> En hij *Jreeg velp volgelingen,
vooral onder de letterkundigen van zijn
tijd. Wie de letterkundige tijdschriften
van die jarer tot op dezen dag naslaat,
zal daarin geregeld stukken, verhalen en
artikelen aantreffen, geschreven in de
Kollewijnsche spelling. Bovendien waren
er weer andere schrijvers, die er een
eigen spelling op na gingen houden, een
soort compromis tusschen de spelling De
Vries en Te Winkel, en die van Kolle-
wijn kortweg: „vereenvoudigde spel
ling’'. Kollewijn bleef propaganda ma-
ker voor zijn spelling en zooais ge
zegd telde hij vele volgelingen, hoe- 1
vel de diverse minister van Onderwijs
er zeer begrijpelijk niets van wilde we
ten, Minister Marchant was de eerste,
die wat voor een vereenvoudigde spel
ling gevoelde en deze officieel instelde
op de scholen. Maar er brak zoo’n storm
van protesten uit, dat de regeering het
niet aandurfde de nieuwe spelling offi
cieel in te voeren. „Dat zou wel gelei
delijk aan vanzelf gaan”, verzekerde
minister Marchant indertijd in de Ka
mer.
Eenige Jaren zijn thans verstreken. De
nieuwe spelling wordt op de scholen
geleerd en verscheidene categories 14-
jarigen en ouderen zijn van de school
banken gekomen en hebben geen notie
meer van de spelling De Vries en Te
Winkel, die nog altijd officieel als „de
spelling” in Nederland wordt gebezigd.
Behoudens één dagblad (dat van de Ar-
beidspers) Is geen enkel dagblad in Ne
derland tot nu toe tot de nieuwe spel
ling overgegaan. En het aantal plaatse
lijke en streekbladen, dat de nieuwe
spelling heeft Ingevoerd, !s nog zeer ge
ring. En de motieven, die daartoe heb
ben geleld waren hoofdzakelijk onkun
de en gemakzucht van de uitgevers, die
over het algemeen geen Journalist aan
hun blad hadden verbonden. Verschil
lende kleine bladen bezigen op het
oogenblik belde spellingen tegelijk.
Waarschijnlijk, omdat ze er zelf geen
raad mee weten.
Maar het ergste is het volgende:
Niet alleen vrijwel alle bladen, kleine
en groote, bezigen de oude spelling,
maar ook op practisch alle kantoren en
bedrijven is de oude spelling gehand
haafd. Nu komt een afgestudeerde van
de lagere of hoogere schoolbanken op
een kantoor. De jongen of het meisje
heeft uitsluitend de nieuwe spelling ge
leerd. Dank zij minister Marchant. Dat
brengt moeilijkheden met zich mede,
sing bestaan, namelijk dezen strijd te voeren
tot de veiligheid van een permanenten vrede
verkregen is, dat wil dus zeggen- tot de ver
nietiging van de vijanden van dezen vrede.
Doordat wij echter dit besluit als een plech
tige bekentenis proclameeren, laten wij recht
wedervaren voornamelijk aan de slachtoffers,
die in den oorlog van 1914-1918, den strijd
van de nationaal-socialistische beweging en
de wederopstanding van ons volk in het land
zelf en eindelijk den tegenwoordigen strijd
van ons geëischt hebben en nog zullen
eischen.
Wat voor een vorm de overige wereld aan
haar leven geeft is ons Duitsche volk onver
schillig. De poging echter van de zijde van
mogendheden buiten het Europeesche vaste
land om voortdurend in te grijpen in interne
Europeesche aangelegenheden, in het bizon-
der in de belangen van ons eigen volk, zal
thans eens voor altijd afgeslagen en verhin
derd worden.
Of en in welke wereld de Amerikaansche
president wil leven, is ons Duitschers totaal
onverschillig. Zijn meening echter de Duit
sche of zelfs de Europeesche wereld naar zijn
behoeften te kunnen vormen, d.w.z. de we
reld, die wij lief gekregen hebben ineen te
doen storten, en een door ons gehate vreem
de op te richten, zal niet alleen mislukken
doch integendeel: bij deze poging zal alleen
zijn eigen wereld te gronde gaan.
Wat echter het voornemen betreft om
Europa door het bolsjewisme te bestraffen,
zoo heb ik reeds op een andere plaats ge
zegd, dat de staat, die zichzelf het meest aan
het bolsjewisme heeft verkocht, waarschijn
lijk ook het eerste hieraan ten offer zal val
len. Het Duitsche volk is thans voorgelicht,
e-
u-
et
MOi.
n-
HOOFDREDACTEUR A. J. OS1NQA,
JONOEMASTR. 8, BOLSWARD.
üfP'
’riet
'US-
Toor
fcht-
I
21
üg
en
DE JONG s NIEUWSBLAD
waarin cpgenomen