VAREN, DAT IS LEVEN!
r
1
11
L
1
1
Hevige strijd op Zuidelijk deel van het
Oostelijk front duurt voort
Invoering Z-kaarten-procedure in voedsel-
voorzieningsbe drijven
Vrijdag 31 Maart 1944
BOLSWARDER EDITIE
No. 13
3e Jaargang
NIEUWSBLAD VOOR HET WESTEN VAN FRIESLAND
j
1
II
Dorpsleven of Stadsleven
I
WEERMACHTBCRICBT
I I
O; 3
1— "J
n
VELDMAARSCHALK ROMMEL AAN
NEDERLANDSCH—VLAAMSCHE KUST.
j
J
SOWJETTROEPEN ZETTEN
ALLES OP ALLES.
WESTERGOO
1
verwer-
banketbakkerij
c.
INVOERING ZOMERTIJD.
IS
r
1.
In de bezette Nederlandsche gebieden zal,
evenals in het Groot-Duitsche rijk, op 3 April
des morgens om twee uur, de zomertijd worden
ingevoerd. Op dit tijdstip worden de officieele
klokken een uur vooruitgezet, d.w.z. van 2
tot 3 uur.
van alle voor den oorlog belangrijke installaties
volgens bevel ontruimd werd.
b. Tus-
Tusschenpersonen in
100 cent
7 cent
e
e
s ken-
leren.
I zijn
3t op
amen
1
be- J
lige
van
he AtS
volkol
'.anties.
es ge
in het
tiging
erk.
orden
1 Mu-
Pro-
ram-
tiyen
ilaar-
ttoor
zon-
het
lijke
zeil-
st
<t
1-
n
00 Ccn^
7 cent s
10 uur
ies:
Isward. 1
OOSTLAND ROEPT
Stadsjongens stadsmeisjes, ook voor jullie
is plaats in den Germaanschen Landdienst in
West-Pruisen. Trekt er op uit en ziet meer van
ons werelddeel. Leert daar het boeren-handwerk,
strijdt mee in den grooten productieslag voor ons
Nieuwe Europa. Duizenden hectaren vruchtbare
grond liggen te wachten op rappe .stoere handen.
Door jullie arbeid in het Oosten help je mede de
voedselpositie, ook van Nederland, te verzekeren.
Als je goed gezond bent en kunt werken, zul je
daar boer of boerin kunnen worden. Meld je aan
bij den Germaanschen Landdienst, Koningslaan 9,
Bureau:
Firma A. J. USING A BOLSWARD
Marktstraat 13 Tel. 481 Giro 87926
Advertentieprijs:
1 tot 10 m.m.
elke nun. meer
Toezending der adv. Donderdags tot 10 uur
Verantwoordelijk voor de advertenties
A. J. Osinga Bolsward.
ust
der i
ren
UIT HET HOOFDKWARTIER VAN DEN
FÜHRER, 30 Maart. Het opperbevel der weer
macht maakt bekend:
Van den benedenloop van den Oekrainschen
Boeg distantieerden zich onze troepen volgens be
vel, zonder door den vijand te worden gehinderd.
In de gevechten der laatste dagen hebben zich
daar de Oostmarksche 3e bergdivisie onder bevel
van generaal-majoor Wittmann en de Frankische
17e divisie infanterie onder bevel van kolonel
Brucker door bijzondere dapperheid onderscheiden.
Ten zuiden van Balta en in het gebied tusschen
Dnjestr en Proeth werden vrij krachtige vijande
lijke aanvallen in zware gevechten opgevangen.
Ten zuiden van Proskoerov duurt de verbitterde
worsteling met wisselend succes voort. De stad
Czernowitz werd ontruimd.
In het gebied van Stanislau zijn hevige gevech
ten gaande met opgedrongen vijandelijke ge
vechtsgroepen. Het dappere garnizoen van Tarno-
pol weerde opnieuw concentrische Sovjet-aanval
len af.
In het gebied van Brody verijdelden onze troe
pen heftige vijandelijke doorbraakpogingen in
zware gevechten en schoten van 27 aanvallende
pantserwagens er 16 stuk.
Krachtige aanvallen der bolsjewisten op de
stad Kowel strandden wederom op de standvastig
heid der verdedigers. Noordelijk en noordoostelijk
van de stad namen onze divisies in den aanval
tegen den zich hardnekkig verdedigenden vijand
talrijke plaatsen.
Tusschen den Dnjepr en Tsjaussy nam de af-
weerslag in hevigheid toe. De door talrijke pant
serwagens en slagvliegtuigen ondersteunde sovjet-
aanvallen werden in zware gevechten onder ver
nietiging van een vrij groot aantal vijandelijke
pantserwagens afgeslagen of reeds voor het be
reiken van onze stellingen door het geconcen-
Landwacht Nederland. De tweede Landwacht-
compagnie treedt aan voor den middagdienst. De
onderwijzers melden zich bij den spiesz voor het
in ontvangst nemen van instructies.
(C.N.F./A.G. Swart Pax s
in
BERLIJN, 28 Maart. (D.N.B.). Generaal-veld-
maarschalk Rommel heeft wederom talrijke
steunpunten aan de Nederlandsch-Vlaamsche kust
bezocht en zich vooral overtuigd van de afweer
kracht der nieuwste vestingwerken.
Ook generaal-veldmaarschalk Sperrle heeft
steunpunten en inrichtingen van de luchtmacht
aan de kust van net Kanaal bezocht. Hij heeft
daarbij het woord gevoerd tot de aangetreden
manschappen over hun tegenwoordige en toekom
stige taak en reikte daarbij onderscheidingen uit
aan manschappen di» verdienstelijk hebben
gemaakt,
treerd afweervuur uiteengeslagen.
Aan de rest van het oostelijke front kwam het
alleen zuidwestelijk van Narwa tot gevechtshan
delingen van beteekenis.
Bewakingsvaartuigen der marine schoten boven
de Finsche Golf opnieuw 3 sovjet-bommenwerpers
neer.
Uit Italië worden geen gevechtshandelingen van
grooteren omvang gemeld. Eigen stoottroepen
onder bevel van ritmeester Freiherr von Gienanth
drongen noordwestelijk van Cassino de vijandelijke
stellingen binnen en deden 6 pantserwagens in de
lucht vliegen. Voor Anzio en aan de Noord-Afri-
kaansche kust werden door slag- en torpedovlieg-
tuigen 3 vijandelijke koopvaardijschepen met een
gezamenlijken inhoud van 18000 ton beschadigd.
Boven Italië verloor de vijam door Duitsche en
Italiaansche jagers, alsmede door luchtdoelgeschut
11 vliegtuigen.
Een formatie Amerikaansche bommenwerpers
drong in den middag van 29 Maart onder krach
tige jagerbescherming tot Midden-Duitschland
door en liet bommen vallen op het gebied van
Brunswijk. De aangerichte schade en de verliezen
zijn gering. In heftige luchtgevechten werden on
der ongunstige afweeromstandigheden 22 vijande
lijke vliegtuigen, waaronder 12 viermotorige bom
menwerpers vernietigd.
In den afgeloopen nacht lieten eenige vijande
lijke stoorvliegtuigen bommen vallen op West
en Noord-Duitschland.
De commodore van een jachteskader kolonel
Wilke, die op grond van 155 overwinningen in de
lucht door den Führer was onderscheiden met
het eikenloof met de zwaarden bij het ridderkruis
van het ijzeren kruis heeft in een luchtgevecht
den heldendood gevonden. In hem verliest de Duit
sche luchtmacht een harer voortreffelijkste jacht-
vliegers en formatie-commandanten.
Neerlands toekomst ligt op de baren
het zeegat ui: we gaan weer varen.
Aanmelding als vrijwilliger bij de Kriegsmarine staat open voor iederen Nederlander van 1745
jaar. Inlichtingen worden verstrekt door de Marineannahmestelle West für Germ. Frei willige, Plom-
petorengracht 24, Utrecht; de Marinemeldestellen in Groningen, Harlingen, Steenwijk, Ede, Breda
en Bergen op Zoom; de Hafenkommandanturen in Amsterdam, IJmuiden, Rotterdam en Vlissingen;
de SS-Meldestellen in Den Haag, Amsterdam, Alkmaar, Groningen, Enschedé en Heerlen, zoowei
als bij alle Weermachts- en Ortskommandanturen in Nederland.
h) Onder nummer 9 („früher ausgeübte Tatig-
keit”): het vroegere beroep, b.v. ongeschoold ar
beider;
i) Onder „Begründung des Antrages” moet de
beteekenis van het personeelslid voor het bedrijf
kort worden aangegeven, b.v. de eenige chemicus,
beste vakkundige pakhuisknecht enz. Ook kan op
sociale gezichtspunten worden gewezen, b.v. kost
winner van zijn ouders en vijf jongere kinderen.
Hier moet ook worden aangegeven, indien de be
trokkene reeds is afgekeurd.
De vrijstelling van den arbeidsinzet heeft plaats
hetzij voor een bepaalden, hetzij voor een onbe-
paalden tijd.
Na de beslissing krijgt zoowel de betreffende
vakgroep resp. de Duitsche Kamer van Koop
handel als de ondernemer één Z-kaart terug,
waarop de beslissing is aangeteekend.
De vrijstellingen, die naar aanleiding van de
aanvragen zijn gegeven, zijn bindend voor de ar-
beidsbureaux en kunnen door deze bureaux niet
worden ingetrokken. Mocht desondanks een vrij
stelling door een arbeidsbureau niet worden er
kend, dan is de vakgroep resp. de Duitsche Ka
mer van Koophandel in de gelegenheid om in
overleg met de Hauptabteilung Ernahrung und
Landwirtschaft onmiddellijk daartegen op te ko
men.
De verzoeken om vrijstelling van bovengenoem
de groepen van bedrijven en personen moeten on
verwijld en wel uiterlijk tot 30 Aoril 1944 bij de
Hauptabteilung Ernahrung und Landwirtschaft
resp. bij de Duitsche Kamer van Koophandel te
Amsterdam worden ingediend. Ondernemers, die
SS-vrijwillige-pantsergrenadiers-brigade „Neder
land”. Bij de afweergevechten in het gebied van
Leningrad hebben de manschappen der SS-vrij-
willige-pantsergrenadiers-divisie „Nederland” zich
onderscheiden. De brigade-commandant, SS-
Oberführer Wagner, die zelf het Ridderkruis
draagt, reikt aan ziin mannen het Ijzeren Kruis
uit. (SS F.K, Wisniewski Q[£L F s).
Vrijstelling van de onmisbare
arbeidskrachten.
Van bevoegde zijde wordt medegedeeld:
Op grond van de verordening van den Rijks-
commissaris voor het bezette Nederlandsche ge
bied, nr. 108/1942, waarbij elke ondernemer ver
plicht werd desgevraagd inlichtingen te verstrek
ken omtrent in zijn bedrijf aanwezige arbeids
krachten, is in toepassing gebracht de z.g Z-
kaartenprocedure. Deze procedure wordt thans
ook voor het geheele gebied van de voedselvoor
ziening ingevoerd.
Op deze wijze worden voor dit bijzonder belang
rijke deel van het economische leven de arbeids
krachten vrijgesteld, die noodzakelijk zijn om de
Het dorpsleven wordt het duidelijkst hierdoor
gekarakteriseerd dat men in het dorp te doen
heeft met de samenleving op kleine schaal, waar
men elkander vrij nauwkeurig kent en elke vreem
deling de aandacht trekt. Zulk een kleine samen
leving heeft enkele niet te versmaden voordeelen.
Men voelt er zich niet eenzaam en in gevallen van
ziekte of anderen tegenslag is het zeldzaam, dat
men van vrienden of buren geen hulp ontvangt.
Het nadeel van in een dorp te wonen is aan
deze voordeelen nauw verwant. Men heeft in het
dorp de vervelende neiging om elkander erg op de
vingers te zien of zooals men dat noemt, steeds
over de horretjes te kijken.
In de stad Is elk mensch bijna geheel op zichzelf
aangewezen. Men kan jarenlang in een straat of
zelfs in een pension wonen, zonder dat men met
zijn naaste buren in contact komt. Het ’ever, is
daardoor veel kouder en mechanischer en de ge
volgen zijn, dat men op allerlei gebied, zoowel op
dat van financiën, godsdienst en moraal gemak
kelijker tot uitglijden komt. Inplaats van het spi
onnetje of het horretje heeft de stad den koelen,
blinden muur.
Intusschen is de laatste jaren een vereffenings-
proces tusschen stad en land aan de gang. De stad
is vooral tegenwoordig meer en meer tot het besef
gekomen, dat zij zonder het dorp niet kan be
staan. Men denke slechts aan het voedselvraag-
stuk. Het dorp van zijn kant is door radio, auto
bus en filmvoorstelling veel dichter dan voorheen
bij het stadsleven gekomen. De vaste dorpskern
begint zich min of meer onder invloed van deze
moderne verkeersmiddelen los te weeken.
Indien men vroeger als stedeling in een dorp
ging logeeren, kon men ervan op aan, niet alleen
nagekeken, doch ook druk bepraat te worden.
Men was een vreemde eend in de bijt, en de kri
tiek was in den regel lang niet malsch. Alles,
wat in kleeding of manieren van het dorpsleven
verschilde, werd belachelijk gemaakt en gehekeld.
Thans kan men tot in de verste uithoeken van
Nederland reizen zonder dat men door zijn klee
ding of voorkomen het een of andere stille dorp
en zijn bewoners in deining brengt.
Het ziet er naar uit, of op den duur ook het
dorpsleven meer met het leven van den tijd in
rechtstreeksche verbinding is gekomen.
Wat vermoedelijk blijven zal in de verhouding
van stad en dorp is het tempo-verschil. De stede
ling, althans de groote meerderheid der stads
bewoners, vindt zijn bestaan temidden van de
groote bedrijven, die nauwkeurig als een uurwerk
georganiseerd zijn en met het oog op de klok
werken.
De aard der landelijke bezigheden brengt mee,
men denke slechts aan landbouw en veeteelt, dat
men daar in kalmer tempo arbeidt, waar tegen
over staat, dat men er in den regel langere ar
beidsdagen maakt.
Kort samengevat zou men kunnen zeggen: het
dorp bestaat uit het contact met het langzame,
gestadige leven van de natuur; de stad vindt haar
bestaansreden in het grootbedrijf, dat wil zeggen
in de techniek.
De vraag of men zich beter in stad of dorp zal
op zijn plaats voelen, hangt dus in laatste instan
tie af van het levenstempo, dat een ieder persoon
lijk het beste eigen is.
Nimmer mag echter uit het oog worden verlo
ren dit is een waarheid, al te veel over het
hoofd gezien en thans onder den invloed der nieu
were politieke beschouwing weer op haar eere-
plaats hersteld dat! de stad en haar bewoners
zonder het dorp niet denkbaar lijn en zich beide
uit de krachten van bodem en plattelandsbevol
king gestadig dienen te vernieuwen. (C.D.).
en
op
te
m-
tie
er
lie
k-
a-
van zijn bedrijfstak behartigt, in dit geval de
„Hauptabteilung Ernahrung und Landwirt
schaft”, Juliana van Stolberglaan 45, Den Haag.
Duitsche ondernemingen, d.w.z. ondernemingen,
waarvan de eigenaar of de meerderheid van de
eigenaren Rijksduitscher is, alsmede ondernemin
gen, waarvan het kapitaal voor meer dan 50 pet.
Rjjksduitsch bezit is, of die een Rijksduitsche
„Ubernahme-treuhander” hebben, dienen hun aan
vrage in bij de Duitsche Kamer van Koophandel
voor Nederland te Amsterdam, welke de aanvra
gen doorgeeft aan de Hauptabteilung Ernahrung
und Landwirtschaft in Den Haag.
Deze instantie beslist over de aanvragen. De
vakgroepen worden in de gelegenhied gesteld om
de belangen van de aangesloten ondernemers te
bepleiten binnen het kader van richtlijnen, welke
hun na overleg met de vakgroepen en de betref
fende bedrijfschappen worden verstrekt.
De ontvangst van een aanvrage wordt beves
tigd door de toezending van een ontvangstbewijs.
Het ontvangstbewijs waarborgt, dat de arbeids-
bureaux zoolang de beslissing op het verzoek niet
is genomen, geen werkkrachten aan het bedrijf
onttrekken. Mocht een ondernemer korten tijd na
het indienen van zijn aanvrage nog geen ont
vangstbewijs hebben gekregen, dan moet hij zich
onmiddelljjk tot de Hauptabteilung Ernahrung
und Landwirtschaft resp. de Duitsche Kamer van
Koophandel wenden.
Bij het verzoek moeten worden overgelegd:
1. Een wit vragenformulier in drievoud, dat de
totale personeelsbezetting weergeeft;
2. Voor elke mannelijke werkkracht van 18 tot
45 jaar (eigenaar, directeur of medewerkende fa
milieleden daaronder begrepen) een driedeelige
groene Z-kaart.
Ook voor reeds vroeger door z.g. Ausweise vrij
gestelde werkkrachten moeten Z-kaarten worden
ingediend, aangezien deze Ausweise met de door
voering van de Z-kaartenprocedure hun geldig
heid verliezen.
Aanvraagformulieren en Z-kaarten zijn verkrijg
baar gesteld bij de vakgroepen, de Kamers van
Koophandel en de Duitsche Kamer van Koophan
del voo:r Nederland te Amsterdam en te Rotter
dam.
Onjuist, onduidelijk of onvolledig ingevulde aan
vragen worden als niet gedaan beschouwd en niet
behandeld.
De vragenformulieren en Z-kaarten moeten met
de schrijfmachine of in blokschrift duidelijk en
volledig worden ingevuld, de Z-kaarten van da
tum en handteekening voorzien. Naast de hand-
teekening op de Z-kaart dient de onderteekening
door een firmastempel, met de schrijfmachine of
in blokschrift te worden herhaald.
Filiaalbedrijven moeten zoowel voor het hoofd
bedrijf als voor elk filiaal een afzonderlijke aan
vrage indienen. Op de aanvragen van de filialen
moet de zetel van het hoofdbedrijf worden aange
geven. Filiaalbedrijven moeten den omzet van de
afzonderlijke filialen opgeven, terwijl het hoofd
bedrijf slechts die omzetten moet opgeven, die ge
maakt worden met afnemers buiten hun filialen.
Aan het hoofd van het vragenformulier moet
een vakgroep, waarbij de onderneming is aange
sloten, worden aangegeven alsmede het bedrijf
schap op welks gebied zij werkzaam is. Is de on
dernemer lid van meer dan één vakgroep, dan
moet slechts één daarvan worden genoemd en wel
die, in welker artikelen de onderneming den
grootsten omzet heeft. Hetzelfde geldt voor het
bedrijfschap. Ondernemingen, die bij geen vak
groep zijn aangesloten .omdat bijv, voor hun arti
kelen nog geen vakgroep is opgericht, kunnen
aangeven „behoort tot geen enkele vakgroep”.
Ondernemingen, die zoowel in den handel, de
industrie of het ambacht werkzaam zijn, moeten
bij de vraag naar den omzet dezen splitsen in
handels-, industrie- of ambachtsomzet.
Rijksduitschers moeten in de vragenformulie
ren met „R.D.” worden aangeduld.
Joden moeten ook op de vragenformulieren wor
den vermeld en als „Jood” worden aangeduid.
Bij de indiening van de Z-kaarten moet er op
worden gelet:
a) dat elk der drie deelen gelijkluidend moet
worden ingevuld (de afzonderlijke deelen mogen
niet gescheiden worden) en vervolgens moet wor
den opgegeven
b) Onder von/van toeziend orgaan: Haupt
abteilung Ernahrung und Landwirtschaft, Den
Haag;
c) Onder für/voor: nauwkeurige aanduiding van
de firma met plaatsnaam, straat en telefoon
nummer, indien mogelijk met stempel, schrijf
machine of drukletters;
d) Onder als/als: nauwkeurige opgave van de
betrekking resp. werkzaamheid van den betrok
kene, bijv, eigenaar, procuratiehouder, monteur,
bakker, enz.;
e) Onder de nummers 17 de gegevens be
treffende den persoon;
f) Onder Arbeidsbureau (G.A.B.) het voor het
bedrijf, dus niet voor de woonplaats van het per
soneelslid bevoegde arbeidsbureau, bij filialen het
voor de filialen bevoegde arbeidsbureau. Inlichtin
gen geven in twijfelgevallen de arbeidsbureaux,
de burgemeesters, politie of kamers van koop
handel;
g) Onder 8a resp. 8 indien op de kaarten een
ruimte 8a niet is aangegeven: het nummer van
De correspondent te Berlijn van het A.N.P.
meldt:
Hetgeen zich op het oogenblik in het Zuiden
van het Sowjet-Russische front afspeelt, gaat on
getwijfeld in beteekenis ver uit boven de gevech
ten, die aan het groote Sowjet-Russische offensief
tegen den zuidelijken vleugel van het Duitsche
front zijn voorafgegaan. Wat van Duitsche zijde
bij den aanvang van dit offensief reeds werd ver
wacht, schijnt bewaarheid te worden: Het Roode
Leger schijnt thans alles op alles te zetten om de
Duitsche legergroep-Zuid beslissend te verslaan.
De krachtsinspanning, die het zich daartoe ge
troost, is geweldig en de overmacht, waarover het
beschikt, volgens Duitsche verklaringen op som
mige punten overweldigend. Drie legers stormen
zonder ophouden op de Duitsche stellingen in en
laten de verdedigers in dezen waarlijk giganti-
schen strijd geen oogenblik tot rust komen.
Niet alleen de omvang van den strijd verleent
dezen meer dan gewone beteekenis, doch ook het
feit, dat hij thans tot de grenzen van het grond
gebied der met Duitschland verbonden staten is
genaderd, hetgeen uiteraard in deze landen niet
zonder invloed is gebleven.
Als eerste heeft Hongarije zich reeds moeten
aanpassen aan de situatie, die door het aan zijn
grenzen dreigende gevaar is ontstaan, en waar
schijnlijk zullen ook in Roemenië nieuwe maat
regelen worden genomen. Men kan zeggen, dat
het militaire verloop ook in politiek opzicht zijn
invloed zal doen gelden. Berlijnsche kringen ver
wachten er in elk geval een versterking van de
banden met de verbonden Zuidoost-Europeesche
staten van.
Uit de Duitsche berichten blijkt, dat het front
nog steeds in beweging is, en dat het scheppen
van een evenwicht tusschen de Sowjet-Russische
aanvallen en de Duitsche verdediging, iets waarin
de Duitsche legerleiding zich bij voorgaande offen
sieven van het Roode Leger steeds een meester
heeft getoond, nog niet op alle plaatsen is ge
lukt, al heeft men daarentegen het tempo van
den opmarsch der Sowjet-Russen, vooral aan den
benedenloop van de Boeg, d.w.z. op den Oostelij-
ken vleugel van het uitgestrekte slagveld, aan
merkelijk kunnen vertragen. De ernst van den
toestand wordt dan ook in militaire kringen al
hier niet verheeld.
Het kritiekste punt van het front is op het
oogenblik wel daar, waar het tweede Sowjet-
Russische Oekraine-leger onder maarschalk Kon-
jev, na tusschen Mogilev-Podolsk en Jampol de
Dnjestr te zijn overgetrokken, in Zuidelijke rich
ting tot voorbij Balti (Bjeltzi) is opgerukt, en
thans aan de spoorlijn naar de Roemeensche stad
Jassy staat. Het is thans de Proeth genaderd, de
rivier, die tot 22 Juni 1941 de grens van Roemenië
vormde, en vanwaar indertijd het Duitsche offen
sief tegen de Sowjet-Unie is begonnen. Voor Roe
menië beteekent dit, dat de vijand thans aan zijn
poorten staat.
De snelheid, waarmede Konjev naar het Zuiden
oprukt, vormt ongetwijfeld een gevaar voor de
Duitsche en de Roemeensche troepen, die nog aan
den benedenloop van de Boeg standhouden. Deze
zijn op den Westelijken oever van de Boeg terug
getrokken, behalve in het gebied van de Marine
basis Nikolajev, dat een landingshoofd op den
anderen oever vormt, en inmiddels in de onmid-
dellijke nabijheid van het front is komen te lig
gen. Zij hebben zich tot dusver met succes kunnen
weren tegen pogingen van strijdkrachten van het
derde Oekrainsche leger onder maarschalk Mali-
nofski, na overschrijding van de Boeg in zuide
lijke richting door te stooten naar Odessa, om zoo
doende den verdedigers aan de monding van deze
rivier in den rug te komen.
Een grooter gevaar voor hen vormt wellicht de
Het opperbevel van de Duitsche weermacht
deelde Woensdag in zijn bericht o.a. mede
dat de aan den oostelijken oever van de Boeg ge
legen stad Nikolajev na wekenlange vernieling
Sowjet-Russische opmarsch in de richting van
Jassy, waardoor, indien hij niet tot staan wordt
gebracht, de Duitsche en de Roemeensche troepen
ten Oosten van de Proeth, willen zij niet worden
afgesneden, gedwongen zouden zijn, zich terug
te trekken.
Op den westelijken vleugel opereert de Sowjet-
Russische maarschalk Sjoekov met zijn eerste
Oekrainsche leger. De druk, dien zijn strijdkrach
ten in westelijke richting oefenen, schijnt thans
door de Duitsche verdediging te zijn opgevangen.
De colonne, die in de richting van Lemberg op
rukte, wordt bij Brody tegengehouden, een an
dere colonne is ten Noordwesten van Kowel tot
staan gebracht. Laatstgenoemde stad zelf, die de
bolsjewisten na een overvleugelende beweging
hedden willen bestormen, is nog in Duitsche han
den.
Dr opmarsch van Sjoekovs strijdkrachten naar
het Zuiden, die blijkbaar op Czernowitz is ge
richt, heeft tot verbitterde gevechten aan de
Dnjestr geleid. Het spoorweg, tation Proskoerov is
door de Duitschers prijsgegeven, doch het ernstig
bedreigde Kamenets-Podolsk is nog steeds in hun
bezit. De strijd nadert hier thans de Karpathen,
die den toegang tot Hongarije beschermen ei) den
opmarsch der bolsjewisten voorloop’g wel tot
staan zullen brengen.
Een omstandigheid, die de Duitsche verdediging
de laatste weken ernstig bemoeilijkt heeft, doch
thans geleidelijk minder haar invloed zal doen gel
den, is de modder. Waarom deze voor den Sowjet-
Russischen aanvaller minder nadelig is dan voor
de Duitsche verdediging, wordt van Duitsche zijde
aldus verklaard, dat de aanvaller het in de hand
heeft zijn strijdkrachten te concentreren op de
punten, waar hij tot den aanval wil overgaan. De
verdediger daarentegen moet zijn strijdkrachten
zoo opstellen dat zij naar verschillende kanten
kunnen ingrijpen. Bijgevolg moeten zij doorgaans
een veel grooteren weg afleggen naar het pvnt,
waar zij in den strijd worden geworpen,, iets wat
b.j de in modderpoelen erschapen wegen natuur
lijk extra groote moeilijkheden oplevert. Volgens
Duitsche militaire waarnemers mag deze omstan
digheid bij de beoordeeling der militaire gebeurte
nissen der laatste weken niet uit het oog worden
verloren.
Comb, van SNEEKEK NLELWSBLAD
(Drjjfhout’s Nieuwsblad en
Nieuwe Sneeker Courant)en
DE JONG’S NIEUWSBLAD, Bolsward.
Verschijnt eiken Vrijdagavond.
Leesgeld 0.7Ö per kwartaal Dij vooruit
betaling. Losse nummers 10 ct.
Hootdredacteur L. Klezebrink, Sneek.
Plaatsverv. hoofdredacteur: C. Smit, Sneek
K l'ZV.
voedselvoorziening te verzekeren.
Aan de kaartenprocedure behoeven op dit
oogenblik nog niet deel te nemen de eigenaren en
werkkrachten van land- en tuinbouwbedrijven
dus boeren, tuinders, visschers en de bij hen werk
zame personen. Voor deze groepen van personen
blijven de uitgegeven gele vrijstellingsbewijzen
voorloopig van kracht.
Onder de Z-kaartenprocedure voor de voedsel-
voorzieningsbedrijven vallen thans dus de volgen
de groepen van bedrijven en personen:
1. De geheele industrie op het gebied van de
voedselvoorziening, zooals deze is ondergebracht
in vakgroepen en ondervakgroepen van de vol
gende bedrijfsgroepen:
a. Binnen- en buitenlandsche akkerbouwproduc
ten verwerkende industrie;
b. Industrie van oliën, margarine, vetten en
verwerking van dierlijke producten;
c. Derivaten van landbouwproducten
kende industrie;
d. Zuivel- en melkproductenindustrie en melk-
inrichtingswezen
e. Groenten- en fruitverwerkende industrie;
2. De geheele groothandel in levensmiddelen,
zooals deze is ondergebracht in de vak- en onder
vakgroepen van de onderbedrijfsgroep groothan
del voedselvoorziening en aanverwante gebieden.
3. De tusschenpersonen in de voedselvoorzie-
ningsbranches, o.m. zooals zij zijn ondergebracht
in de tot de bedrijfsgroep tusschenpersonen be-
hoorende vakgroepen:
a. Tusschenpersonen in bloembollen;
schenpersonen in cacao; c. Tja1
alcoholhoudende dranken; d. Tusschenpersonen in
granen; e. Tusschenpersonen in groenten en fruit;
f. Tusschenpersonen in kaas; g. Tusschenpersonen
in koffie; h. Tusschenpersonen in kruidenierswa
ren; i. Tusschenpersonen in kunstmeststoffen;
j( Tusschenpersonen in melkproducten; k. Tus
schenpersonen in oliën, vetten en oliezaden; 1.
Tusschenpersonen in specerijen; m. Tusschenper
sonen in suiker; n. Tusschenpersonen in thee; o.
Tusschenpersonen in visch; p. Tusschenpersonen
m gedroogde zuidvruchten; q. Tusschenpersonen
in zetmeel.
4. De détailhandel in de voedselvoorziening,
zooals deze is ondergebracht in de tot de bedrijfs
groep détailhandel behoorende vakgroepen:
a. Détailhandel in kruidenierswaren; b. Détail
handel in melk, boter, kaas en eieren; c. Détail-
nandel in aardappelen, groenten en fruit; d.
Détailhandel in visch; e. Détailhandel in wild en
gevogelte; f. Détailhandel in brood, banket, cho
colaterieën en suikergoed; g. Détailhandel in
vleeschwaren; h. Détailhandel in alcoholhoudende
en alcoholvrije dranken; i. Détailhandel in bloe
men en planten.
5. De ambachtsbedrijven in de voedselvoorzie
ning, zooals deze zijn ondergebracht in de tot de
bedrijfsgroep voedselvoorzieningsambachten be
hoorende vakgroepen:
a. Slagerij; b. Brood- en
Maalderij; d. Loondorsche •ij.
II. De navolgende groepen:
1. De koel- en vrieshuizen, ondergebracht in
de ondervakgroep koel- en vrieshuizen.
2. De vlasverwerkende ambacht-bedrijven
(vlasroterijen).
3. De griend- en rietbedrijven, zooals deze zijn
ondergebracht in de ondervakgroepen verpak-
kingsmanden-industrie en rietmatten-industrie,
ondervakgroep biezenmattenmakerijen en -sor-
teerderflen.
4. De boerenleenbanken en haar centrales,
opgenomen in de bedrijfsgroep landbouwcrediet-
banken.
5. Het ambacht te plattenlande en de ambach-
telijkè nevenbedrijven van den landbouw met
name:
a. Dorpssmeden; b. Wagenmakers; c. Repa-
ratie-inrichtingen voor landbouwwerktuigen en
-machines; d. Dorpstimmerlieden, electro-techni-
sche installateurs, metselaars en dakdekkers, die
uitsluitend of in hoofdzaak op het platteland
werkzaam zijn; e. Zadelmakers en vervaardigers
van tuigen; f. Persbedrijven voor hooi en stroo;
g. Grasdrogerijen.
Voor zoover ondernemingen uit de onder II op-
gesomde groepen van bedrijven reeds aan de door
voering van de Z-kaartenprocedure hebben deel
genomen, kan daarmede worden volstaan. Het is
niet noodig, om een tweede maal Z-kaarten in te
dienen.
Wil een ondernemer, hetzij voor zichzelf, hetzij
voor zijn personeel, vrijstelling van arbeidsinzet
verkrijgen, dan moet hij een aanvrage daartoe in-
:n
ïi
net persoonsbewijs;
Utrecht.