Strijd aan alle fronten blijft fel. BOLSWARDER EDITIE Vrijdag 7 Juli 1944 3e Jaargang No. 27 NIEUWSBLAD VOOR HET WESTEN VAN FRIESLAND BUITENLAND 1 Nöi 3 WEERMACHTBERICHT tEs ><l:t ArW VOlko^B an ties. Taak van de Duitsche wapening EEN TOESPRAAK VAN DEN FÜHRER. UI I WESTERGOO n i i X PLECHTIGE UITVAART LUITENANT WOLTERS. Generaloberst Dietl, de held van Narvik, die bij een vliegtuigongeval om het leven is gekomen. Hoffmann/Stapf Pax s. 100 cent 7 cent e B i ken teren. I zijn 5t op «men JBOLSW - Giró^ 100 7 cent j tot 10 uur v enties Bolsward 1 ust der ten ten he iige van zon- het lijke teil en cp te ri le V er ie ï- 1- UIT HET HOOFDKWARTIER VAN DEN FÜHRER, 6 Juli. Het opperbevel der weermacht maakt bekend: Ten noordwesten van Caen heeft de vijand na de zware verliezen van den vorigen dag zijn aan vallen niet voortgezet. In den sector ten zuid westen van Carentan tot aan de westkust van het schiereiland Cherbourg vielen Amerikaansche formaties den geheelen dag met krachtige onder steuning van artillerie en tanks aan. In het ver loop van de hevige gevechten werden onze ge- vechtsvoorposten op de hoofdgevechtslinie terug genomen. Waar de vijand ook in deze linie pe netreerde zijn onze troepen tot den tegenaanval overgegaan. De gevechten duren nog voort. In Zuid-Frankrijk werd een Engelsche sabotage groep in een gevecht' vernietigd. De luchtmacht viel des nachts met sterke for maties slagvliegers vijandelijke troepenbewegin gen met goede uitwerking aan. Bij den gisteren gemelden aanval van zware ge vechtsvliegtuigen op vijandelijke scheepsconcen- traties in den nacht van 4 op 5 Juli werden vol gens aanvullende berichten nog 1 vrachtschip van 7000 b.r.t. tot zinken gebracht, 1 torpedojager zwaar beschadigd en een passagiersschip van 10.000 b.r.t. in brand geworpen. Boven de bezette Westelijke gebieden verloor de vijand 57 vliegtuigen, waaronder 44 viermoto rige bommenwerpers. In verscheidene gevechten tegen vijandelijke zee- en luchtstrijdkrachten brachten beveili- gingsvaartuigen van de Duitsche marine voor de Nederlandsche en Fransche kust 3 Britsche mo- tortorpedobooten tot zinken; voorts schoten zij 1 torpedojager in brand en beschadigden 3 andere torpedomotorbooten door artillerievoltreffers. Bo vendien werden 13 vijandelijke jachtkruisers om laag geschoten, 5 eigen vaartuigen gingen ver loren. Door strijdmiddelen van de Duitsche marine werden in de wateren van het invasiefront 2 vol geladen transportschepen met een inhoud van 15000 b.r.t., 1 torpedojager en een fregat tot zin ken gebracht, een ander transportschip van 9000 b.r.t. werd zwaar beschadigd. Ons vergeldingsvuur ligt met slechts geringe onderbrekingen op Londen. In Italië waren gisteren vooral in den westelij ken en oo’stelijken kustsector zware gevechten aan den gang. Met gebruikmaking van nieuwe infanterie- en pantserstrijdkrachten probeerde de vijand steeds weer door ons front heen te stooten. Alle aanvallen bleven echter met zware verliezen voor onze stellingen liggen. Talrijke vijandelijke es ge- I m het n Uging erk. I orden I 1 Mu- I „Het Oostelijke front heeft, in overeenstem ming met zijn afmetingen en den aard van aan val en verdediging in de afgeloopen dagen een groote bewegelijkheid te zien gegeven, schreef de N. R. Crt. j.l. Maandag. Wel beperken de krijgsverrichtingen zich nog uitsluitend tot het Wit-Russische gevechtsterrein, maar dit is dan ook over de volle breedte van Polotsk tot den bovenloop van de Pripet in den strijd betrokken. Eerst wanneer er door de opvulling van den rech ten hoek in het uitgangsfront ten Noorden van de moerassen aanraking is ontstaan met de sec toren ten Zuidoosten van Brest-Litowsk (Kowel en verder naar het Zuiden) is er een Zuidwaart- sche uitbreiding van een aaneengesloten offen sief te verwachten. Thans vormt het moerasge bied nog duidelijk een scheiding tusschen het centrale en het Zuidelijk front. Terwijl men van de operaties stroomopwaarts langs de boven- Pripet weinig verneemt, zijn in de Noordelijk aan sluitende sectoren de aanvallen op het z.g. eerste Wit-Russische front tot de streek bewesten Sloetsk verplaatst”. Het Duitsche weermachtbericht van j.l. Dins dag meldde dan ook „In het centrale deel van het Oöstelijke front zijn de gevechten verder in felheid tc^genomen. Ten Westen van Sloetsk wisselden vijandelijke aanvallen met onze tegenaanvallen af. De tot aan de spoorlijn BaranowitsjeMinsk opgedrongen vijand werd door onze pantserdivisies in een kloekmoedigen tegenaanval met zware verliezen aan dooden en gewonden teruggedreven. Bolsje wistische pantserstrijdkrachten drongen Minsk binnen en trokken verder naar het Westen op. Ten Zuid-Oosten van de stad bieden onze forma ties aan de van alle kanten losstormende bolsje wieken verbitterden tegenstand en trekken zich al strijdende naar het Westen terug. Bij Molo- detsjno werden vijandelijke aanvalsvoorhoeden in een tegenaanval teruggedreven. In het gebied ten Westen van Polotsk sloegen onze troepen aan he Duna herhaalde aanvallen van de bolsjewieken af. De stad werd na wisselvallige gevechten prijs gegeven’*. Het weermachtbericht van Woensdag meldde omtrent den toestand aan bet Oostelijk front: In den Zuidelijken sector van het oostelijke front werd de stad Kowel ten behoeve van de plaatselijke frontverkorting volgens de plannen en zonder vijandelijken druk ontruimd. In den centralen sector duurt de zware strijd om de landengten tusschen de moerassen in het gebied van Baranowitsje en Molodetsjno voort. Ten Oosten en Noorden van Baranowitsje werden de bolsjewieken na zware gevechten in grendel- stellingen opgevangen. Ten Zuiden van Minsk ba nen zich onze formaties al strijdende een weg verder terug. Ten Noordwesten van de stad wer den hevige aanvallen der bolsjewieken afgeslagen. Hier schoot een pantsergevechtsgroep onder be vel van luitenant-generaal Saucken in beweeg lijke gevecht^voering in den tijd van 27 Juni tot 3 Juli 232 vijandelijke tanks stuk. Om Molodetsjno wordt verbitterd gevochten. Ook ten Noordoosten van Wilna zijn hevige gevechten met Sowjet- Russische aanvalsvoorhoeden aan den gang. Westelijk en Noordwestelijk van Polotsk stort ten talrijke, door tanks ondersteunde aanvallen van den vijand met zware verliezen aan dooden en gewonden ineen”. Zaterdagmiddag is, aldus meldt de Friesche Courant, op indrukwekkende wijze ter aarde be steed het stoffelijk overschot van wijlen den on derluitenant der marechaussee Sikke Wolters te Heerenveen (aanvankelijk in dienst bij dit corps te Leeuwarden en Drachten, daarna bij de gemeen- teveldwacht te Workum en vervolgens ais func tionaris bij den economischen dienst te Kullum), die de vorige week als offer van een verrader lijken aanslag op nog slechts 36-jarigen leeftijd om het leven is gekomen, nalatende een jonge weduwe en twee zoontjes. Vooraf had in den Nieuwen Schouwburg, waar een rouwkapel inge richt en het lijk opgebaard was, een korte plech tigheid plaats. In de stoet ging voorop het staf- muziekcorps der Staatspolitie te Groningen, daar op volgde een detachement van het P.O.B. te Schalkhaar; daarna vertegenwoordigers van de korpsen marechaussee uit de drie. Noordelijke provinciën benevens van de politie uit enkele ge meenten. Tusschen rouwkoets en volgwagen had den zich opgesteld twee man van de lijfgarde met een grooten krans van den Leider; hierach ter werden kransen gedragen door twee leden van de Germaansche SS, twee van de gemeente politie, Jeugdstormers met kransen van de W.D.S. te Groningen en de groepen Heerenveen van N.S.B. en N.S.V.O. Daarop volgden de wagen met de resteerende kransen, verschillende hooge Duit sche en Nederlandsche autoriteiten, onder wie de Beauftragte voor Friesland, de gew. politie-pre- sident te Groningen, proc.-generaal mr. Semplo- nius, de president van het Gerechtshof mr. Mait land, beiden te Leeuwarden, kapt. Manssens al daar, benevens een vijftal burgemeesters. Daar achter kwamen familieleden in rijtuigen, een groot aantal districtsfunctionarissen van Volks- dienst, Landwacht enz., Jeugdstormers en -sters en een lange rij van vrienden, kennissen en sym pathiseerenden, een schier eindelooze indrukwek kende stoet. Terwijl de kist in de open groeve werd neer gelaten, speelde het muziekcorps „Ik had een kameraad”, het vuurpeloton loste drie salvo’s en daarna heeft als eerste spreker het woord ge voerd majoor Waschke, Verbindungsoffizier der Ordnungspolizei te Groningen, die namens Ober- gruppenführer Rauter een krans op het graf legde en woorden van deernis en posthume hulde richtte aan het adres van luitenant Wolters, die op zoo jeugdigen leeftijd door sluipmoordenaars hand is gevallen. Luitenant-kolonel Blank, ge westelijk politie-president te Groningen, deelde daarna mede, namens den waarnemenden direc- teur-generaal van politie, dat wijlen Wolters van af heden is bevörderd tot opper-luitenant. Vervolgens hebben nog gesproken en een krans gelegd de.heeren: districtsleider G. de Jong (in het Friesch) namens den Leider van het Neder landsche volk en voor den gewestelijken leider Van Weperen (die door autopech verhinderd was aanwezig te zijn), Obersturmbannführer Haase namens den Befehlshaber der Ordnungs-polizei te Groningen, de Beauftragte Ministerialrat Ross, kolonel Boelaards te Nijmegen namens den Ka- meraadschapsbond der Nederlandsche politie, majoor Oosterhoff, commandant der marechaus see in het gewest Groningen, mevr. Geertsma Krol als districtsleidster der N.S.V.O. te Heeren- Steenaart als groepsleider der N.S.B. Op het Finsche strijdtooneel waren de meeste veranderingen weer voornamelijk aan het Oost- Karelische front tot benoorden het Onega-meer te constateeren. Hier nadert men het gebied, waar langen tijd de scheiding tusschen de Duit sche en de Finsche verdedigingszone heeft ge legen en waar de samenwerking thans in het ceeken van de Duitsch-Finsche overeenkomst l: mt te staan. De Duitsche bergjagers in het 1 hooge Noorden hebben ongetwijfeld door den dood van hun aanvoerder, kolonel-generaal Dietl, een groot verlies geleden op hun eenzamen moei lijken buitenpost in de Laplandsche toendra’s. Het Finsche weermachtbericht van Woensdag gewaagt o.a. van voortgezette, vijandelijke lan dingspogingen in de baai van Wiborg. Linkomies, de Finsche minister-president, heeft Zondagmiddag een radiorede gehouden, waarin hij onder meer zeide dat Finland de oorlog met alle kracht zal voortzetten. „Na een pauze van ruim twee jaar moet onze weermacht thans reeds voor de vierde week on onderbroken zware gevechten leveren. De groote concentraties van den vijand en vooral zijn over macht aan artillerie, pantserwapen en lucht macht hebben geleid tot aanvangssuccessen, on der den druk waarvan onze troepen zich stap geschikten als hun ware vriend en vader tot zijn eigen lot maakt. Toen hij voor het laatst bjj mij was op grond van den nieuwen militairen toestand in Finland toen sprak uit hem hetzelfde onvoorwaarde lijke vertrouwen om ook in de toekomst elke situatie qnder alle omstandigheden onder de knie te krijgen en zoo noodig ook de zwaarste taken te vervullen. Hij was doordrongen van de over tuiging, dat aan het eind uiteraard onze gemeen schappelijke overwinning zal staan. voor Bari vijandelijke scheepsconcentraties aan en troffen 2 koopvaardijschepen van 13000 b.r.t. ern stig. In het zuiden van het oostelijke front is de ge- vechtsactiviteit tusschen den bovenloop van den Dnjestr en Kowel opgeleefd. In den centralen sector wordt op de landengten van Baranowitsje en Molodetsjno nog steeds ver bitterd gevochten. Bij Baranowitsje sloegen Duit sche en Hongaarsche troepen talrijke aanvallen van de bolsjewisten in hard% gevechten af. Ten westen van Molodetsjno stortten vijandelijke doorbraakpogingen met verliezen voor de bolsje wisten ineen. Afdeelingen cavalerie en pantser strijdkrachten, die in de versperringsgrendel wa ren binnengedrongen werden uiteengeslagen. Ten N.westen van het Narocz-meer werden bols jewistische aanvalsspitsen opgevangen. Tusschen Dunaburg en Polotsk -^erden talrijke aanvallen van den vijand afgeslagen. In een penetratieplek zqn nog hevige gevechten aan den gang. Ten noorden van Polotsk ondernamen de bolsjewisten verscheidene vruchtelooze aanvallen. Aanvallen van formaties Duitsche slagvliegtui- gen waren vooral gericht op vijandelijke marsch- colonnes. Hierbij werdén weer talrijke tanks, stukken geschut en verscheidene honderden voer tuigen, alsmede eenige bruggen vernield. Des nachts vielen zware gevechtsvliegtuigen de vijan delijke ravitailleering, vooral het station Kritsjef aan, -waar uitgebreide branden en zware ontplof fingen ontstonden. Een andere geconcentreerde aanval was gericht op het vliegveld van Minsk; groote verwoestingen en talrijke branden werden waargenomen. Enkele Britsche vliegtuigen lieten in den afge loopen nacht bommen vallen op plaatsen in het RjjnlandschWestfaalsche gebied. De Führer spreekt. Ook de Führer heeft in de plechtige herden king voor den overleden General-Oberst Dietl öe«»n in gevoelvolle bewoordingen een laatsten groet gebracht. De Führer zeide o.a. Do Führer schilderde dan zijn eerste ontmoe ting met Dietl in den tijd van strijd der bewe ging en zijn verdere samenwerking met den over leden General-Oberst tot aan het uitbreken van d-m huidigen oorlog. Woordelijk vervolgde de Führer „Toen ik eens persoonlijk besloot, dat General Dietl de expeditie naar Narwik zou uit- vcersn, geschiedde dat omdat ik geloofde, in hem den man te kennen, die zelfs het schijnbaar kanslooze ten slotte toch door zijn vast vertrou wen moge', ijk zou kunnen maken. Wanneer wij ook tiran? in het vijfde oorlógsjaar vaak vóbr moeilijke situaties staan, dan valt toch geen dwer situaties ook maar bij benadering te ver gelijken met de opdracht, die ik toen verstrekte aan dien tot dan onbekenden Duitschen generaal. Hoe hij dat toen heeft klaargespeeld en hoe hü eindelijk die situatie definitief ten gunste van Duitschland heeft kunnen keeren is een wonder niet alleen van groote militaire bekwaamheid, doch ook van menschelijke persoonlijkheid. General Dietl heeft wellicht het duidelijkst in zijn persoon de synthese gevonden aan den eenen kunt onverbiddelijk hard te zijn in het eischen en aan den anderen kant toch op te gaan in de bezorgdheid voor zijn mannen. Hij heeft daardoor eigenlijk het type van den nationaal-socialisti- schen officier geschapen, van een officier, die niet week in het eischen en verlangen, niet zwak om zijn menschen te laten optreden, doch die nauwkeurig weet, dat voor dezen strijd geen offer te gT'/Oï of te duur is om niet gebracht te wor den, van den officier die aan den eenen kant deze harde en uiterst harde eischen stelt, aan dea anderen kant echter het lot van zijn onder- i tanks werden daarbij stukgeschoten. In het ge bied ten noorden van Siena werd ons front ter verkorting enkele kilometers naar het noorden teruggenomen. De 278ste divisie infanterie heeft zich onder bevel van den luitenant-generaal Hoppe in voort durende zware afweergevechten tegenover een overmachtigen vijand bijzonder dapper geweerd en hem zware verliezen toegebracht. Alle vijande lijke doorbraakpogingen mislukten dank zij de standvastigheid van deze divisie. Des nachts opereerende slagvliegtuigen veroor zaakten in vijandelijke opslagplaatsen van mate riaal in den Adriatischen kustsector groote bran den en ontploffingen. Italiaansche torpedovliegtuigen vielen Bari vijandelijke scheepsconcentraties GEN.-OBERST DIETL OMGEKOMEN. Uit het hoofdkwartier van den Führer wordt gemeld General-Oberst Dietl is op 23 Juni 1944 bij een vliegtuigongeval om het leven gekomen. In den dagorder van den Führer ter gelegen heid van den dood van General-Oberst Dietl wordt o.a. gezegd: „Als voortreffelijk soldaat in den strijd om het nat.-socialistische Groot-Duitsch- land heeft General-Oberst Dietl zich vooral in den strijd om Noorwegen en Finland onderschei den en zijn mannen van de eene overwinning naar de andere geleid. Onvergetelijk zal zijn strijd om Narwik blijven tegen de sterkste over macht van den vijand en in de hardste omstan digheden. Op 19 Juni 1940 werd hem als eersten soldaat der Duitsche weermacht het eikenloof bij het ridderkruis van het ijzeren kruis verleend. Zijn naam zal voortleven in zijn fiere bergleger en bovendien verbonden zijn met dien van de dap- pere Finsche bondgenooten. Hij 'zal gelden als symbool van deze wapenbroederschap. Als hul diging voor zjjn voortdurend heldhaftig optreden verleen ik den General-Oberst Dietl het eiken loof met zwaarden bij het ridderkruis van het ijzeren kruis”. f In zijn radiovoordracht van Dinsdag maakt luit-gen. Dittmar de balans op van de eerste vier weken der invasie van Britsch-Amerikaansche troepen op de kust van Normandië. Hij ver klaarde, dat de groote slag, nog steeds niet uit het eerste stadium is getreden. Het verloop moet dus een teleurstelling zijn voor allen, die in die invasie, zoodra de sprong naar het Europeesche vasteland gelukt zou zijn, het begin zouden heb ben willen zien van een met stormachtig geweld uitgevoerden opmarsch, die daarmede de beslis sing zelve zou hebben gebustëht. De landing zelf is gelukt in die mate, die rfcodig was om te kun nen spreken van vasten voet op Normandischen bodem, maar lang niet in een omvang, die de gelegenheid zou hebben geboden tot de oorspron kelijk voorgenomen stoutmoedige breede gebie den omvattende gevechtsvoering. Of hij wilde of niet, Montgomery heeft zich thans moeten vast leggen op een voorzichtige reserve, althans vanaf het moment der vergeefsche aanvallen op St. Lö en Tilly, waaruit hij geleerd heeft, dat het geslo ten Duitsche afweerfront niet meer de mogelijk heid bood tot een snelle beslissing. De aanvallen der laatste dagen van de Engel- schen ten zuidwesten van Caen en van de Ame rikanen op St. Lö moeten gezien worden als pogingen van Montgomery om thans op den grondslag van een systematische aanvalsmetho- diek een toestand meester te worden, die thans op zijn minst gekenmerkt kan worden als „open voor beide partijen”. Het meest kenmerkende voor deze afweerslagen is, dat zij zich nog steeds afspelen binnen het bereik van de vijandelijke scheepsartillerie. In ditzelfde verband is ook de strijd om Cherbourg belangwekkend, aangezien ook hij een deel vormt van die tweede gevechts- faze, die de tegenstander heeft moeten laten vol gen op de eerste gevechtsgebeurtenissenz De Amerikanen hebben door afsnoering van deze ge ëxposeerde plaats willen bereiken, wat zij oor spronkelijk al van plan waren en'-zij hebben de zeevesting bereikt. Niemand zal willen ontken nen, dat de vijandelijke leiding consequent is ge weest in het nastreven van het haar gestelde doel. Niemand zal ontkennen, dat de troepen van den tegenstander bekwaam zijn om een onder de gegeven eenvoudige omstandigheden doelmatig gebruik te maken van de hun in handen gegeven meer dan rijke bewapening. Daartegenover staat echter vast, dat de relatief geringe bezetting bijna vier volle weken lang in staat is geweest het beslissende object, de haven, aan den vijand te onthouden. Terugkomende op zijn karakteristiek van den toestand aan het invasiefront als „open voor beide partijen”, verklaarde luit. gen. Dittmar: „Wij zijn er ons volstrekt van bewust, dat een dergelijke definitie ook rekening moet houden met de mogelijkheden, die voor den tegenstander voortvloeien uit het feit, dat tot dusver slechts een deel der op de Britsche eilanden gereedstaan de invasielegers in Normandië in den strijd is gekomen. Het ligt echter volstrekt voor de hand, dat het gebruik van strijdkrachten en de Op een vergadering, welke rijksminister Speer had bijeengeroepen om den verantwoordelijken mannen der Duitsche wapen- en oorlogsproductie verdere richtsnoeren voor hun arbeid te geven, hebben rijksminister Speer en de bureauchefs van zijn ministeriën het woord gevoerd, terwijl in op dracht van rijksminister Backe, staatsminister Ricke sprak over de voedselpositie van het Duit sche volk. f Rijksminister Speer gaf een uitvoerig overzicht van den huidigen .stand der Duitsche wapen- en oorlogsproductie. Daarbij kor; hij constateeren, dat dank zij de zelfstandige verantwoordelijk heid der industrie, het voorbeeldige werk van den Duitschen arbeider en de intensieve rationalisee- ring der productie in weerwil vati de vijandelijke bomterreur een verdere stijging der Duitsche be wapening kon worden mogelijk gemaakt. Hij deed mededeeling van een reeks maatregelen, welke een verdere toeneming zullen garandeeren. In den loop der vergadering decoreerde minis ter Speer een aantal mannen, die zich bijzonder verdienstelijk hadden gemaakt voor de wapening. Het hoogtepunt der bijeenkomst werd gevormd door een ontvangst der deelnemers door den Führer in zijn hoofdkwartier. De Führer gaf den verantwoordelijken mannen van de Duitsche wa pening en oorlogsproductie een overzicht van de taak van het Duitsche bedrijfsleven in oorlog en vrede. „Deze oorlog”, aldus zeide de Führer, „kan niet worden afgemeten naar gebeurtenissen van den dag. In een zoo geweldige, historische worsteling speelt'1 een voorbijgaand succes of een voorbij gaande tegenslag geen beslissende rol. In dezen grootsten lotsstrijd van het Duitsche volk, die be slist over zijn of niet zijn van vele geslachten, heeft elk slechts den plicht, onvermoeid voor de overwinning te strijden en te werken. Ik weet,' dat een ongekende zenuwkracht en een ongekende vastbeslotenheid noodig zijn om in tijden als deze te volharden, maar boven ons staat als de ster, die ons handelen leidt, het eene beginsel, dat voor geen enkele moeilijkheid gecapituleerd wordt”. De Führer wees op den heldenmoed aan het front, waar zooveel dappere soldaten dag. aan dag het schijnbaar onmogelijke mogelijk maken en ook voor onoplosbaar lijkende moeilijkheden niet terugdeinzen, maar ze toch Steeds weer meester worden. „Als gij dezen heldenmoed gadeslaat, dan begrijpt ge ook mijn onwrikbaar vertrouwen. Zou tegenover een dergelijk heldendom een leiding als de onze, die zoo gelukkig is te kunnen zeggen, dat zij vier jaar lang slechts successen heeft be haald, in eenig opzicht falen? Neen. Wij zullen dezen tijd doorstaan en ten slotte dezen oorlog winnen. De overwinning zal ons allen, schadeloos stellen voor onze offers, onze zorgen en ons bloed. Deze oorlog is niet alleen een oorlog van de soldaten, maar vooral ook van de technici. Tech nische uitvindingen hebben van het begin af haar stempel op hem gedrukt. In den loop van den strijd zijn de vijanden er in geslaagd, van onze er varingen te leeren, onzen voorsprong op menig gebied ih te halen en op enkele terreinen ons voorloopig ook voorbij te gaan. De Duitsche uitvin- dersgéest echter is bezig het technische evenwicht te herstellen om zoo de voorwaarden te scheppen, waardoor het stuur van den oorlog voor goed zai worden omgegooid”. Aan het slot van zijn toespraak betuigde de Führer rijksminister Speer en zijn medewerkers zijn bijzonderen dank voor hun voortreffelijke prestaties op het- gebied der Duitsche wapening en droeg hij hun op, dezen dank ook over te brengen aan alle arbeiders in de Duitsche wapen- bedrijven. Pro- ram- i laar- I itoojr gevechtsleiding aan onze zijde daarmede in vol len omvang rekening houden. Zeker is, dat Britten en Amerikanen op het oogenblik, alleen al daarom bijzonder moeilijke besluiten moeten nemen omtrent de voortzetting van de Invasie. Daarbij zijn zij geenszins meer vrij op dezelfde wijze als vóór den 6en'Juni. Luit. gen. Dittmar wees erop, dat hij bewust iedere -voorbarige speculatie achterwege zou laten ten aanzien van den invloed, dien het vergel- dingswapen thans zou kunnen hebben op de ont wikkeling van den toestand, wanneer niet Engel sche stemmen, die deels van groot belang zijn, deze kwestie in rechtstreeksch verband hadden gebracht met het probleem van het invasie- offensief. Op zijn minst is het opmerkelijk, wan neer thans van hoogst gezaghebbende zijde de vermaning vernomen wordt, dat men door de af- weermaatregelen tegen het Duitsche geheime wapen het eigen offensief niet uit het oog mag verliezen. Zulk een waarschuwing moge overigens bedoeld zijn, zooals men wil, wij kunnen er in ieder geval uit leeren, dat wij niet alleen in de bestrijding van dén Britsch-Amerikaanschen luchtterreur op den juisten weg zijn, maar ook, dat met hét eigenlijke doel van het nieuwe wapen ook andere, geenszins ongewenschte effecten ver bonden zijn”. Terwijl de Britsche berichtendienst heeft aan- gekondigd, dat Churchill gisteren een verklaring in het Lagerhuis over de „vliegende bom” zou afleggen, heeft dr. Schmidt, de woordvoerder van het Duitsche ministerie van buitenlandsche zaken, Dinsdag voor vertegenwoordigers van buitenlandsche bladen o.a. over het gebruik van de V I gezegd: „Gedurende ongeveer negen maanden hebben wij de Engelschen en de Amerikanen gewezen op de gevolgen van hun optreden inzake de lucht oorlog. Als nu de Engelsche bladen schrijven dat in de Engelsche steden een woede begint te ont staan, dat er stroomen van tranen vloeien, dat een beroep gedaan moet worden op het wereld geweten en dat de Paus ingeschakeld dient te worden, dan kan men den Engelschen en den Amerikanen alleen zeggen, dat de Duitsche lei ding geen interesse heëft voor de tranen, die op het oogenblik te Londen gestort worden, doch wel voor de tranen van Berlijn. Zij interesseert zich evenmin voor de woede welke in Engeland ontstaat, en alleen voor de woede welke zich van het Duitsche volk heeft meester gemaakt. En zjj interesseert zich al evenmin voor het beroep op het wereldgeweten, en alleen voor den roep om wraak welke uit de gekwelde Duitsche menschen dpstijgt. De toestand aan het Westelijke front is ge durende het weekeinde betrekkelijk stationnair gebleven, aldus schreef Maandag de N. R. Crt. Het Britsche tweede leger heeft zich veel moeite moeten geven om het saillant over het riviertje Odon (driehoek BaronGavrusEsquay) ten Zuiden van den hoofdweg tusschen Caen en Villers-Bocage te handhaven tegenover sterke Duitsche tegenaanvallen. Deze hebben eenerzijds de omvatting van Caen, anderzijds een verdere Britsche penetratie naar het Zuiden en Zuidwes ten bestreden. De laatste legerberichten geven echter te verstaan, dat de Engelschen, na een kortstondig defensief, opnieuw het initiatief wil len nemen en men krijgt den indruk, dat het tevens hun bedoeling is in dezen sector tot een uitputtingsslag te komen Frontcorrespondenten, vergelijkingen makend mëi voorbeelden uit dezen en den vorigen oorlog, wijzen op omvangrijke materieelsophoopingenafgezien daarvan staat het vast, dat in het onderhavige gevechts- gebied ten Zuidoosten van Tilly de sterkte van het tweede leger tot tien infanterie- en tank divisies is aangegroeid, terwijl aan Duitschen kant behalve tanks een groot aantal geschut- batterijen staat opgesteld. De toeneming van de Britsche concentraties moet het gevolg zijn van de jongste ontschepingen aan de Orne-monding, die het overigens de vorige week weer te stellen hebben gehad met de hooge zee. Ook de Duitsche kustbatterijen aan gene zijde van de Orne blevén een storende factor vormen. Het vuur van ver schillende Engelsche oorlogsschepen heeft zich weer in de landgevechten gemengd; onder deze merkte men, behalve de Warspi te en de Ramil- lies, ook de beide nog grootere zusterschepen Nelson en Rodney op met hun kanonnen van 40 cm, waarvan de Nelson echter sinds eenige dagen op het appèl ontbroken heeft. De Duitsche be richten vestigen op deze concentratie van slag schepen in het bijzonder de aandacht ten bétooge van de kracht van de verdediging om onder een dergelijk bombardement stand te houden. Op het schiereiland Cotentin is de weerstand van afzonderlijke versterkte punten aan de Noordkust, welke nog dagenlang na de groote beslissende gevechten werd volgehouden, thans geëindigd en in de buitenhaven van Cherbourg konden Vrijdagmiddag mijnenvegers binnenvaren. Tot het eerste noodzakelijke herstellingswerk verricht is, zal de reede van Cherbourg de func tie moeten vervullen van de eenige en diepe lig plaats voor groote schepen, waarover de gealli eerden aan de Normandische kust beschikken. Het Amerikaansche eerste leger onder generaal Bradley heeft nu eenige dagen den tijd gehad om het front om te keeren en inderdaad doen er zich teekenen voor, in den vorm van toenemende concentraties aan den voet van het schiereiland, van Portbail tot het inundatiegebied rondom Ca rentan en ten Zuidoosten daarvan, dat de strijd hier weldra zal opleven. Reeds zijn er in het oude gevechtsgebied ten Noordoosten van St. Lö, thans een Amerikaanschen sector, aanvallen uitgevoerd. De genoemde concentraties worden overigens niet alleen gevormd door Amerikaansche troepen, die na de gevechten op Cotentin zijn vrijgekomen, maar tevens door nieuwe aanvoeren uit de re serves in Engeland. Het Duitsche weermachtbericht van Woensdag meldde over den toestand in Normandië: „In Normandië is de vijand gistermorgen aan weerszijden van den weg BayeuxCaen na zwaar voorbereidend vuur met sterke infanterie- en pantserstrijdkrachten tot den aanval overgegaan. Er ontwikkelden zich hevige gevechten, in wel ker verloop de vijand overal bloedig werd afge slagen. Ook ten Zuid-Westen van Tilly stortten verscheidene vijandelijke aanvallen in ons afweer vuur ineen. Op den Westelijken vleugel van het landings- hoofd duurden de zware afweergevechten ook gis teren den geheelen dag voort. Alle aanvallen mislukten met zware verliezen aan dooden en ge wonden voor den vijand. Waar de tegenstander onze linies kon binnendringen, werd hij door tegenaanvallen terstond weer naar zijn stellingen van uitgang teruggeworpen”. ue Kracntproer met de bovjet-ume is om na- tuurlijke redenen een ongelijke. De vijand is niet alleen numeriek sterker, omdat hem groote men- schenmassa’s ter beschikking staan, maar ook omdat zijn technisch materiaal overvloediger is. Daarom hebben wij voor onzen strijd elke hulp noodig, die wij kunnen krijgen, hetzij wapens of gewapende troepen. Het eenige land, dat een der gelijke hulp kan en wil verleenen, is Duitschland. Hoewel Duitschland zelf een reusachtigen oor log voert, heeft het ons in de afgeloopen oorlogs jaren wapenen en ander oorlogsmateriaal kunnen geven. Duitschland heeft zich ook voor het ver volg verplicht ons elke militaire hulp te verlee nen, die het kan geven. Het succes van onzen strijd is ook uitsluitend mogelijk met de hulp van het uit Duitschland komende oorlogsmateriaal en de andere steunverleening. Mgt het oog op de hulp, die Duitschland ons verleent in onzen strijd tegen het bolsjewisme, is het Finland’s natuurlijke plicht, pas na overleg met Duitschland de wapenen neer te leggen. Het spreekt immers vanzelf, dat wij, terwijl wij Duitsche hulp aanvaarden, niet tegelijkertijd kun nen rondloopen met de gedachte aan beëindigen van den strijd. Dat zou immers al worden ver boden door de eerlijkheid, waaraan Finland meer dan wellicht nog eenig ander land pleegt vast te houden. De aanvaarding van de Duitsche hulp veran dert niets aan den aard van onzen strijd. Wij voeren den oorlog nog altijd tot het afweren van den tegen Finland gerichten aanval en van het Finland bedreigende gevaar. Aljen waren het er over eens, dat men alle krachten voor den strijd moest inspannen en ook alle hulp, die men daarvoor kon krijgen, moest aanvaarden. Mee- ningsverschillen bestonden er sleshts ten aanzien van de formeele vraag, welke politieke conse quenties moesten worden getrokken uit de aan vaarding der hulp en of de aangelegenheid aan den Rijksdag moest worden voorgelegd. Na het besluit constateerde de sociaal-democratische Rijksdagfractie volkomen terecht, dat ’t stand punt van de meerderheid der regeering, de prin- cipieele opvatting der fractie, dat ons volk in den huidigen oorlog uitsluitend zelfstandigheid en Comb, van: SNEEKER NIEUWSBLAD (DriJfhout’s Nieuwsblad en Nieuwe Sneeker Courant) en DE JONG’S NIEUWSBLAD, Bolsward. Verschijnt eiken Vrijdagavond. Leesgeld ƒ0.75 per kwartaal bjj vooruit betaling. Losse nummers 10 ct. HoofdredacteurL. Kiezebrink, Sneek. Plaatsverv. hoofdredacteur: G. Smit, Sneek k. 22« veen en aldaar. Nadat een aantal vertegenwoordigers van ver schillende organisaties en instanties als een laat ste groet en hulde met een „rust zacht nog een krans had gelegd, werd uit naam der familie een woord van dank gesproken voor de diep t—f' blijken van meeleven door den vader, de. .tcei D. Wolters te Zevenhuizen, waar mede de plechtigheid was beëindigd. voor stap hebben teruggetrokken op de alge- meene linie ViipuriVuoksi. Naarmate de ver dediging het hart van Finland naderde, werd in h^t leger de geest van den winteroorlog wakker. Wij moeten alles verdedigen, wat het leven waard maakt geleefd te worden, Als wij dat niet zouden doen, zouden wij slechts één alter natief hebben: de capitulatie. Een dergelijke capitulatie zou ons weerloos prijsgeven aan het goeddunken van den tegen stander. In een oogenblik zouden wij alles verlie zen, wat ons volk in den loop van eeuwen heeft opgebouwd. Van zekere zijde is beweerd, dat men voor- deeliger vredesvoorwaarden zou kunnen verkrij gen, als nieuwe mannen aan de regeering zouden komen. Ook die onderstelling is ongemotiveerd. Als men dat weet, kan men geen keus hebben. Als vrije mannen en vrouwen moeten wij voor het heden en de toekomst van ons volk strijden, zoolang wij daarvoor krachten hebben. Dit be sluit stemt overeen met het besluit, dat midden April eenstemmig door den Rijksdag is genomen. Toen heeft de Rijksdag zonder eenig verschil van meening de wapenstilstandsvoorwaarden der Sovjetunie, die formeel nog geen capitulatie be- teekenden, afgewezen. De krachtproef met de Sovjet-Unie is Bureau: Firma A. J. ÖSINGA t-, BOLSWARD Marktstraat IS Tel. 451 Giro 87926 Advertentieprijs: 1 tot 10 m.m. elke mm- meer Toezending der adv. Donderdags tot 10 uur Verantwoordelijk voor de advertenties A. J. Osinga Bolsward.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1944 | | pagina 1