Strijd aan alle fronten blijft fel.
BOLSWARDER EDITIE
Vrijdag 7 Juli 1944
3e Jaargang
No. 27
NIEUWSBLAD VOOR HET WESTEN VAN FRIESLAND
BUITENLAND
1
Nöi 3
WEERMACHTBERICHT
tEs
><l:t ArW
VOlko^B
an ties.
Taak van de Duitsche wapening
EEN TOESPRAAK VAN DEN FÜHRER.
UI
I
WESTERGOO
n
i
i
X
PLECHTIGE UITVAART LUITENANT
WOLTERS.
Generaloberst Dietl, de held van Narvik, die bij
een vliegtuigongeval om het leven is gekomen.
Hoffmann/Stapf Pax s.
100 cent
7 cent
e
B
i ken
teren.
I zijn
5t op
«men
JBOLSW
- Giró^
100
7 cent j
tot 10 uur v
enties
Bolsward 1
ust
der
ten
ten
he
iige
van
zon-
het
lijke
teil
en
cp
te
ri
le
V er
ie
ï-
1-
UIT HET HOOFDKWARTIER VAN DEN
FÜHRER, 6 Juli. Het opperbevel der weermacht
maakt bekend:
Ten noordwesten van Caen heeft de vijand na
de zware verliezen van den vorigen dag zijn aan
vallen niet voortgezet. In den sector ten zuid
westen van Carentan tot aan de westkust van
het schiereiland Cherbourg vielen Amerikaansche
formaties den geheelen dag met krachtige onder
steuning van artillerie en tanks aan. In het ver
loop van de hevige gevechten werden onze ge-
vechtsvoorposten op de hoofdgevechtslinie terug
genomen. Waar de vijand ook in deze linie pe
netreerde zijn onze troepen tot den tegenaanval
overgegaan. De gevechten duren nog voort.
In Zuid-Frankrijk werd een Engelsche sabotage
groep in een gevecht' vernietigd.
De luchtmacht viel des nachts met sterke for
maties slagvliegers vijandelijke troepenbewegin
gen met goede uitwerking aan.
Bij den gisteren gemelden aanval van zware ge
vechtsvliegtuigen op vijandelijke scheepsconcen-
traties in den nacht van 4 op 5 Juli werden vol
gens aanvullende berichten nog 1 vrachtschip van
7000 b.r.t. tot zinken gebracht, 1 torpedojager
zwaar beschadigd en een passagiersschip van
10.000 b.r.t. in brand geworpen.
Boven de bezette Westelijke gebieden verloor
de vijand 57 vliegtuigen, waaronder 44 viermoto
rige bommenwerpers.
In verscheidene gevechten tegen vijandelijke
zee- en luchtstrijdkrachten brachten beveili-
gingsvaartuigen van de Duitsche marine voor de
Nederlandsche en Fransche kust 3 Britsche mo-
tortorpedobooten tot zinken; voorts schoten zij 1
torpedojager in brand en beschadigden 3 andere
torpedomotorbooten door artillerievoltreffers. Bo
vendien werden 13 vijandelijke jachtkruisers om
laag geschoten, 5 eigen vaartuigen gingen ver
loren.
Door strijdmiddelen van de Duitsche marine
werden in de wateren van het invasiefront 2 vol
geladen transportschepen met een inhoud van
15000 b.r.t., 1 torpedojager en een fregat tot zin
ken gebracht, een ander transportschip van 9000
b.r.t. werd zwaar beschadigd.
Ons vergeldingsvuur ligt met slechts geringe
onderbrekingen op Londen.
In Italië waren gisteren vooral in den westelij
ken en oo’stelijken kustsector zware gevechten
aan den gang. Met gebruikmaking van nieuwe
infanterie- en pantserstrijdkrachten probeerde de
vijand steeds weer door ons front heen te stooten.
Alle aanvallen bleven echter met zware verliezen
voor onze stellingen liggen. Talrijke vijandelijke
es ge- I
m het n
Uging
erk. I
orden I
1 Mu- I
„Het Oostelijke front heeft, in overeenstem
ming met zijn afmetingen en den aard van aan
val en verdediging in de afgeloopen dagen een
groote bewegelijkheid te zien gegeven, schreef
de N. R. Crt. j.l. Maandag. Wel beperken de
krijgsverrichtingen zich nog uitsluitend tot het
Wit-Russische gevechtsterrein, maar dit is dan
ook over de volle breedte van Polotsk tot den
bovenloop van de Pripet in den strijd betrokken.
Eerst wanneer er door de opvulling van den rech
ten hoek in het uitgangsfront ten Noorden van
de moerassen aanraking is ontstaan met de sec
toren ten Zuidoosten van Brest-Litowsk (Kowel
en verder naar het Zuiden) is er een Zuidwaart-
sche uitbreiding van een aaneengesloten offen
sief te verwachten. Thans vormt het moerasge
bied nog duidelijk een scheiding tusschen het
centrale en het Zuidelijk front. Terwijl men van
de operaties stroomopwaarts langs de boven-
Pripet weinig verneemt, zijn in de Noordelijk aan
sluitende sectoren de aanvallen op het z.g. eerste
Wit-Russische front tot de streek bewesten
Sloetsk verplaatst”.
Het Duitsche weermachtbericht van j.l. Dins
dag meldde dan ook
„In het centrale deel van het Oöstelijke front
zijn de gevechten verder in felheid tc^genomen.
Ten Westen van Sloetsk wisselden vijandelijke
aanvallen met onze tegenaanvallen af. De tot aan
de spoorlijn BaranowitsjeMinsk opgedrongen
vijand werd door onze pantserdivisies in een
kloekmoedigen tegenaanval met zware verliezen
aan dooden en gewonden teruggedreven. Bolsje
wistische pantserstrijdkrachten drongen Minsk
binnen en trokken verder naar het Westen op.
Ten Zuid-Oosten van de stad bieden onze forma
ties aan de van alle kanten losstormende bolsje
wieken verbitterden tegenstand en trekken zich
al strijdende naar het Westen terug. Bij Molo-
detsjno werden vijandelijke aanvalsvoorhoeden in
een tegenaanval teruggedreven. In het gebied ten
Westen van Polotsk sloegen onze troepen aan
he Duna herhaalde aanvallen van de bolsjewieken
af. De stad werd na wisselvallige gevechten prijs
gegeven’*.
Het weermachtbericht van Woensdag meldde
omtrent den toestand aan bet Oostelijk front:
In den Zuidelijken sector van het oostelijke
front werd de stad Kowel ten behoeve van de
plaatselijke frontverkorting volgens de plannen
en zonder vijandelijken druk ontruimd.
In den centralen sector duurt de zware strijd
om de landengten tusschen de moerassen in het
gebied van Baranowitsje en Molodetsjno voort.
Ten Oosten en Noorden van Baranowitsje werden
de bolsjewieken na zware gevechten in grendel-
stellingen opgevangen. Ten Zuiden van Minsk ba
nen zich onze formaties al strijdende een weg
verder terug. Ten Noordwesten van de stad wer
den hevige aanvallen der bolsjewieken afgeslagen.
Hier schoot een pantsergevechtsgroep onder be
vel van luitenant-generaal Saucken in beweeg
lijke gevecht^voering in den tijd van 27 Juni tot 3
Juli 232 vijandelijke tanks stuk. Om Molodetsjno
wordt verbitterd gevochten. Ook ten Noordoosten
van Wilna zijn hevige gevechten met Sowjet-
Russische aanvalsvoorhoeden aan den gang.
Westelijk en Noordwestelijk van Polotsk stort
ten talrijke, door tanks ondersteunde aanvallen
van den vijand met zware verliezen aan dooden
en gewonden ineen”.
Zaterdagmiddag is, aldus meldt de Friesche
Courant, op indrukwekkende wijze ter aarde be
steed het stoffelijk overschot van wijlen den on
derluitenant der marechaussee Sikke Wolters te
Heerenveen (aanvankelijk in dienst bij dit corps
te Leeuwarden en Drachten, daarna bij de gemeen-
teveldwacht te Workum en vervolgens ais func
tionaris bij den economischen dienst te Kullum),
die de vorige week als offer van een verrader
lijken aanslag op nog slechts 36-jarigen leeftijd
om het leven is gekomen, nalatende een jonge
weduwe en twee zoontjes. Vooraf had in den
Nieuwen Schouwburg, waar een rouwkapel inge
richt en het lijk opgebaard was, een korte plech
tigheid plaats. In de stoet ging voorop het staf-
muziekcorps der Staatspolitie te Groningen, daar
op volgde een detachement van het P.O.B. te
Schalkhaar; daarna vertegenwoordigers van de
korpsen marechaussee uit de drie. Noordelijke
provinciën benevens van de politie uit enkele ge
meenten. Tusschen rouwkoets en volgwagen had
den zich opgesteld twee man van de lijfgarde
met een grooten krans van den Leider; hierach
ter werden kransen gedragen door twee leden
van de Germaansche SS, twee van de gemeente
politie, Jeugdstormers met kransen van de W.D.S.
te Groningen en de groepen Heerenveen van
N.S.B. en N.S.V.O. Daarop volgden de wagen met
de resteerende kransen, verschillende hooge Duit
sche en Nederlandsche autoriteiten, onder wie de
Beauftragte voor Friesland, de gew. politie-pre-
sident te Groningen, proc.-generaal mr. Semplo-
nius, de president van het Gerechtshof mr. Mait
land, beiden te Leeuwarden, kapt. Manssens al
daar, benevens een vijftal burgemeesters. Daar
achter kwamen familieleden in rijtuigen, een
groot aantal districtsfunctionarissen van Volks-
dienst, Landwacht enz., Jeugdstormers en -sters
en een lange rij van vrienden, kennissen en sym
pathiseerenden, een schier eindelooze indrukwek
kende stoet.
Terwijl de kist in de open groeve werd neer
gelaten, speelde het muziekcorps „Ik had een
kameraad”, het vuurpeloton loste drie salvo’s en
daarna heeft als eerste spreker het woord ge
voerd majoor Waschke, Verbindungsoffizier der
Ordnungspolizei te Groningen, die namens Ober-
gruppenführer Rauter een krans op het graf
legde en woorden van deernis en posthume hulde
richtte aan het adres van luitenant Wolters, die
op zoo jeugdigen leeftijd door sluipmoordenaars
hand is gevallen. Luitenant-kolonel Blank, ge
westelijk politie-president te Groningen, deelde
daarna mede, namens den waarnemenden direc-
teur-generaal van politie, dat wijlen Wolters van
af heden is bevörderd tot opper-luitenant.
Vervolgens hebben nog gesproken en een krans
gelegd de.heeren: districtsleider G. de Jong (in
het Friesch) namens den Leider van het Neder
landsche volk en voor den gewestelijken leider
Van Weperen (die door autopech verhinderd was
aanwezig te zijn), Obersturmbannführer Haase
namens den Befehlshaber der Ordnungs-polizei te
Groningen, de Beauftragte Ministerialrat Ross,
kolonel Boelaards te Nijmegen namens den Ka-
meraadschapsbond der Nederlandsche politie,
majoor Oosterhoff, commandant der marechaus
see in het gewest Groningen, mevr. Geertsma
Krol als districtsleidster der N.S.V.O. te Heeren-
Steenaart als groepsleider der N.S.B.
Op het Finsche strijdtooneel waren de meeste
veranderingen weer voornamelijk aan het Oost-
Karelische front tot benoorden het Onega-meer
te constateeren. Hier nadert men het gebied,
waar langen tijd de scheiding tusschen de Duit
sche en de Finsche verdedigingszone heeft ge
legen en waar de samenwerking thans in het
ceeken van de Duitsch-Finsche overeenkomst
l: mt te staan. De Duitsche bergjagers in het 1
hooge Noorden hebben ongetwijfeld door den
dood van hun aanvoerder, kolonel-generaal Dietl,
een groot verlies geleden op hun eenzamen moei
lijken buitenpost in de Laplandsche toendra’s.
Het Finsche weermachtbericht van Woensdag
gewaagt o.a. van voortgezette, vijandelijke lan
dingspogingen in de baai van Wiborg.
Linkomies, de Finsche minister-president, heeft
Zondagmiddag een radiorede gehouden, waarin
hij onder meer zeide dat Finland de oorlog met
alle kracht zal voortzetten.
„Na een pauze van ruim twee jaar moet onze
weermacht thans reeds voor de vierde week on
onderbroken zware gevechten leveren. De groote
concentraties van den vijand en vooral zijn over
macht aan artillerie, pantserwapen en lucht
macht hebben geleid tot aanvangssuccessen, on
der den druk waarvan onze troepen zich stap
geschikten als hun ware vriend en vader tot zijn
eigen lot maakt.
Toen hij voor het laatst bjj mij was op grond
van den nieuwen militairen toestand in Finland
toen sprak uit hem hetzelfde onvoorwaarde
lijke vertrouwen om ook in de toekomst elke
situatie qnder alle omstandigheden onder de knie
te krijgen en zoo noodig ook de zwaarste taken
te vervullen. Hij was doordrongen van de over
tuiging, dat aan het eind uiteraard onze gemeen
schappelijke overwinning zal staan.
voor
Bari vijandelijke scheepsconcentraties aan en
troffen 2 koopvaardijschepen van 13000 b.r.t. ern
stig.
In het zuiden van het oostelijke front is de ge-
vechtsactiviteit tusschen den bovenloop van den
Dnjestr en Kowel opgeleefd.
In den centralen sector wordt op de landengten
van Baranowitsje en Molodetsjno nog steeds ver
bitterd gevochten. Bij Baranowitsje sloegen Duit
sche en Hongaarsche troepen talrijke aanvallen
van de bolsjewisten in hard% gevechten af. Ten
westen van Molodetsjno stortten vijandelijke
doorbraakpogingen met verliezen voor de bolsje
wisten ineen. Afdeelingen cavalerie en pantser
strijdkrachten, die in de versperringsgrendel wa
ren binnengedrongen werden uiteengeslagen.
Ten N.westen van het Narocz-meer werden bols
jewistische aanvalsspitsen opgevangen. Tusschen
Dunaburg en Polotsk -^erden talrijke aanvallen
van den vijand afgeslagen. In een penetratieplek
zqn nog hevige gevechten aan den gang. Ten
noorden van Polotsk ondernamen de bolsjewisten
verscheidene vruchtelooze aanvallen.
Aanvallen van formaties Duitsche slagvliegtui-
gen waren vooral gericht op vijandelijke marsch-
colonnes. Hierbij werdén weer talrijke tanks,
stukken geschut en verscheidene honderden voer
tuigen, alsmede eenige bruggen vernield. Des
nachts vielen zware gevechtsvliegtuigen de vijan
delijke ravitailleering, vooral het station Kritsjef
aan, -waar uitgebreide branden en zware ontplof
fingen ontstonden. Een andere geconcentreerde
aanval was gericht op het vliegveld van Minsk;
groote verwoestingen en talrijke branden werden
waargenomen.
Enkele Britsche vliegtuigen lieten in den afge
loopen nacht bommen vallen op plaatsen in het
RjjnlandschWestfaalsche gebied.
De Führer spreekt.
Ook de Führer heeft in de plechtige herden
king voor den overleden General-Oberst Dietl
öe«»n in gevoelvolle bewoordingen een laatsten
groet gebracht. De Führer zeide o.a.
Do Führer schilderde dan zijn eerste ontmoe
ting met Dietl in den tijd van strijd der bewe
ging en zijn verdere samenwerking met den over
leden General-Oberst tot aan het uitbreken van
d-m huidigen oorlog. Woordelijk vervolgde de
Führer „Toen ik eens persoonlijk besloot, dat
General Dietl de expeditie naar Narwik zou uit-
vcersn, geschiedde dat omdat ik geloofde, in
hem den man te kennen, die zelfs het schijnbaar
kanslooze ten slotte toch door zijn vast vertrou
wen moge', ijk zou kunnen maken. Wanneer wij
ook tiran? in het vijfde oorlógsjaar vaak vóbr
moeilijke situaties staan, dan valt toch geen
dwer situaties ook maar bij benadering te ver
gelijken met de opdracht, die ik toen verstrekte
aan dien tot dan onbekenden Duitschen generaal.
Hoe hij dat toen heeft klaargespeeld en hoe hü
eindelijk die situatie definitief ten gunste van
Duitschland heeft kunnen keeren is een wonder
niet alleen van groote militaire bekwaamheid,
doch ook van menschelijke persoonlijkheid.
General Dietl heeft wellicht het duidelijkst in
zijn persoon de synthese gevonden aan den eenen
kunt onverbiddelijk hard te zijn in het eischen
en aan den anderen kant toch op te gaan in de
bezorgdheid voor zijn mannen. Hij heeft daardoor
eigenlijk het type van den nationaal-socialisti-
schen officier geschapen, van een officier, die niet
week in het eischen en verlangen, niet zwak
om zijn menschen te laten optreden, doch die
nauwkeurig weet, dat voor dezen strijd geen offer
te gT'/Oï of te duur is om niet gebracht te wor
den, van den officier die aan den eenen kant
deze harde en uiterst harde eischen stelt, aan
dea anderen kant echter het lot van zijn onder-
i
tanks werden daarbij stukgeschoten. In het ge
bied ten noorden van Siena werd ons front ter
verkorting enkele kilometers naar het noorden
teruggenomen.
De 278ste divisie infanterie heeft zich onder
bevel van den luitenant-generaal Hoppe in voort
durende zware afweergevechten tegenover een
overmachtigen vijand bijzonder dapper geweerd
en hem zware verliezen toegebracht. Alle vijande
lijke doorbraakpogingen mislukten dank zij de
standvastigheid van deze divisie.
Des nachts opereerende slagvliegtuigen veroor
zaakten in vijandelijke opslagplaatsen van mate
riaal in den Adriatischen kustsector groote bran
den en ontploffingen.
Italiaansche torpedovliegtuigen vielen
Bari vijandelijke scheepsconcentraties
GEN.-OBERST DIETL OMGEKOMEN.
Uit het hoofdkwartier van den Führer wordt
gemeld General-Oberst Dietl is op 23 Juni 1944
bij een vliegtuigongeval om het leven gekomen.
In den dagorder van den Führer ter gelegen
heid van den dood van General-Oberst Dietl wordt
o.a. gezegd: „Als voortreffelijk soldaat in den
strijd om het nat.-socialistische Groot-Duitsch-
land heeft General-Oberst Dietl zich vooral in
den strijd om Noorwegen en Finland onderschei
den en zijn mannen van de eene overwinning
naar de andere geleid. Onvergetelijk zal zijn
strijd om Narwik blijven tegen de sterkste over
macht van den vijand en in de hardste omstan
digheden. Op 19 Juni 1940 werd hem als eersten
soldaat der Duitsche weermacht het eikenloof bij
het ridderkruis van het ijzeren kruis verleend.
Zijn naam zal voortleven in zijn fiere bergleger
en bovendien verbonden zijn met dien van de dap-
pere Finsche bondgenooten. Hij 'zal gelden als
symbool van deze wapenbroederschap. Als hul
diging voor zjjn voortdurend heldhaftig optreden
verleen ik den General-Oberst Dietl het eiken
loof met zwaarden bij het ridderkruis van het
ijzeren kruis”. f
In zijn radiovoordracht van Dinsdag maakt
luit-gen. Dittmar de balans op van de eerste vier
weken der invasie van Britsch-Amerikaansche
troepen op de kust van Normandië. Hij ver
klaarde, dat de groote slag, nog steeds niet uit
het eerste stadium is getreden. Het verloop moet
dus een teleurstelling zijn voor allen, die in die
invasie, zoodra de sprong naar het Europeesche
vasteland gelukt zou zijn, het begin zouden heb
ben willen zien van een met stormachtig geweld
uitgevoerden opmarsch, die daarmede de beslis
sing zelve zou hebben gebustëht. De landing zelf
is gelukt in die mate, die rfcodig was om te kun
nen spreken van vasten voet op Normandischen
bodem, maar lang niet in een omvang, die de
gelegenheid zou hebben geboden tot de oorspron
kelijk voorgenomen stoutmoedige breede gebie
den omvattende gevechtsvoering. Of hij wilde of
niet, Montgomery heeft zich thans moeten vast
leggen op een voorzichtige reserve, althans vanaf
het moment der vergeefsche aanvallen op St. Lö
en Tilly, waaruit hij geleerd heeft, dat het geslo
ten Duitsche afweerfront niet meer de mogelijk
heid bood tot een snelle beslissing.
De aanvallen der laatste dagen van de Engel-
schen ten zuidwesten van Caen en van de Ame
rikanen op St. Lö moeten gezien worden als
pogingen van Montgomery om thans op den
grondslag van een systematische aanvalsmetho-
diek een toestand meester te worden, die thans
op zijn minst gekenmerkt kan worden als „open
voor beide partijen”. Het meest kenmerkende
voor deze afweerslagen is, dat zij zich nog steeds
afspelen binnen het bereik van de vijandelijke
scheepsartillerie. In ditzelfde verband is ook de
strijd om Cherbourg belangwekkend, aangezien
ook hij een deel vormt van die tweede gevechts-
faze, die de tegenstander heeft moeten laten vol
gen op de eerste gevechtsgebeurtenissenz De
Amerikanen hebben door afsnoering van deze ge
ëxposeerde plaats willen bereiken, wat zij oor
spronkelijk al van plan waren en'-zij hebben de
zeevesting bereikt. Niemand zal willen ontken
nen, dat de vijandelijke leiding consequent is ge
weest in het nastreven van het haar gestelde
doel. Niemand zal ontkennen, dat de troepen van
den tegenstander bekwaam zijn om een onder de
gegeven eenvoudige omstandigheden doelmatig
gebruik te maken van de hun in handen gegeven
meer dan rijke bewapening. Daartegenover staat
echter vast, dat de relatief geringe bezetting
bijna vier volle weken lang in staat is geweest
het beslissende object, de haven, aan den vijand
te onthouden.
Terugkomende op zijn karakteristiek van den
toestand aan het invasiefront als „open voor
beide partijen”, verklaarde luit. gen. Dittmar:
„Wij zijn er ons volstrekt van bewust, dat een
dergelijke definitie ook rekening moet houden
met de mogelijkheden, die voor den tegenstander
voortvloeien uit het feit, dat tot dusver slechts
een deel der op de Britsche eilanden gereedstaan
de invasielegers in Normandië in den strijd is
gekomen. Het ligt echter volstrekt voor de
hand, dat het gebruik van strijdkrachten en de
Op een vergadering, welke rijksminister Speer
had bijeengeroepen om den verantwoordelijken
mannen der Duitsche wapen- en oorlogsproductie
verdere richtsnoeren voor hun arbeid te geven,
hebben rijksminister Speer en de bureauchefs van
zijn ministeriën het woord gevoerd, terwijl in op
dracht van rijksminister Backe, staatsminister
Ricke sprak over de voedselpositie van het Duit
sche volk. f
Rijksminister Speer gaf een uitvoerig overzicht
van den huidigen .stand der Duitsche wapen- en
oorlogsproductie. Daarbij kor; hij constateeren,
dat dank zij de zelfstandige verantwoordelijk
heid der industrie, het voorbeeldige werk van den
Duitschen arbeider en de intensieve rationalisee-
ring der productie in weerwil vati de vijandelijke
bomterreur een verdere stijging der Duitsche be
wapening kon worden mogelijk gemaakt. Hij deed
mededeeling van een reeks maatregelen, welke
een verdere toeneming zullen garandeeren.
In den loop der vergadering decoreerde minis
ter Speer een aantal mannen, die zich bijzonder
verdienstelijk hadden gemaakt voor de wapening.
Het hoogtepunt der bijeenkomst werd gevormd
door een ontvangst der deelnemers door den
Führer in zijn hoofdkwartier. De Führer gaf den
verantwoordelijken mannen van de Duitsche wa
pening en oorlogsproductie een overzicht van de
taak van het Duitsche bedrijfsleven in oorlog en
vrede.
„Deze oorlog”, aldus zeide de Führer, „kan niet
worden afgemeten naar gebeurtenissen van den
dag. In een zoo geweldige, historische worsteling
speelt'1 een voorbijgaand succes of een voorbij
gaande tegenslag geen beslissende rol. In dezen
grootsten lotsstrijd van het Duitsche volk, die be
slist over zijn of niet zijn van vele geslachten,
heeft elk slechts den plicht, onvermoeid voor de
overwinning te strijden en te werken. Ik weet,' dat
een ongekende zenuwkracht en een ongekende
vastbeslotenheid noodig zijn om in tijden als deze
te volharden, maar boven ons staat als de ster,
die ons handelen leidt, het eene beginsel, dat voor
geen enkele moeilijkheid gecapituleerd wordt”.
De Führer wees op den heldenmoed aan het
front, waar zooveel dappere soldaten dag. aan dag
het schijnbaar onmogelijke mogelijk maken en
ook voor onoplosbaar lijkende moeilijkheden niet
terugdeinzen, maar ze toch Steeds weer meester
worden. „Als gij dezen heldenmoed gadeslaat, dan
begrijpt ge ook mijn onwrikbaar vertrouwen. Zou
tegenover een dergelijk heldendom een leiding als
de onze, die zoo gelukkig is te kunnen zeggen,
dat zij vier jaar lang slechts successen heeft be
haald, in eenig opzicht falen? Neen. Wij zullen
dezen tijd doorstaan en ten slotte dezen oorlog
winnen. De overwinning zal ons allen, schadeloos
stellen voor onze offers, onze zorgen en ons bloed.
Deze oorlog is niet alleen een oorlog van de
soldaten, maar vooral ook van de technici. Tech
nische uitvindingen hebben van het begin af haar
stempel op hem gedrukt. In den loop van den
strijd zijn de vijanden er in geslaagd, van onze er
varingen te leeren, onzen voorsprong op menig
gebied ih te halen en op enkele terreinen ons
voorloopig ook voorbij te gaan. De Duitsche uitvin-
dersgéest echter is bezig het technische evenwicht
te herstellen om zoo de voorwaarden te scheppen,
waardoor het stuur van den oorlog voor goed zai
worden omgegooid”.
Aan het slot van zijn toespraak betuigde de
Führer rijksminister Speer en zijn medewerkers
zijn bijzonderen dank voor hun voortreffelijke
prestaties op het- gebied der Duitsche wapening
en droeg hij hun op, dezen dank ook over te
brengen aan alle arbeiders in de Duitsche wapen-
bedrijven.
Pro-
ram- i
laar- I
itoojr
gevechtsleiding aan onze zijde daarmede in vol
len omvang rekening houden.
Zeker is, dat Britten en Amerikanen op het
oogenblik, alleen al daarom bijzonder moeilijke
besluiten moeten nemen omtrent de voortzetting
van de Invasie. Daarbij zijn zij geenszins meer
vrij op dezelfde wijze als vóór den 6en'Juni.
Luit. gen. Dittmar wees erop, dat hij bewust
iedere -voorbarige speculatie achterwege zou laten
ten aanzien van den invloed, dien het vergel-
dingswapen thans zou kunnen hebben op de ont
wikkeling van den toestand, wanneer niet Engel
sche stemmen, die deels van groot belang zijn,
deze kwestie in rechtstreeksch verband hadden
gebracht met het probleem van het invasie-
offensief. Op zijn minst is het opmerkelijk, wan
neer thans van hoogst gezaghebbende zijde de
vermaning vernomen wordt, dat men door de af-
weermaatregelen tegen het Duitsche geheime
wapen het eigen offensief niet uit het oog mag
verliezen. Zulk een waarschuwing moge overigens
bedoeld zijn, zooals men wil, wij kunnen er in
ieder geval uit leeren, dat wij niet alleen in de
bestrijding van dén Britsch-Amerikaanschen
luchtterreur op den juisten weg zijn, maar ook,
dat met hét eigenlijke doel van het nieuwe wapen
ook andere, geenszins ongewenschte effecten ver
bonden zijn”.
Terwijl de Britsche berichtendienst heeft aan-
gekondigd, dat Churchill gisteren een verklaring
in het Lagerhuis over de „vliegende bom” zou
afleggen, heeft dr. Schmidt, de woordvoerder
van het Duitsche ministerie van buitenlandsche
zaken, Dinsdag voor vertegenwoordigers van
buitenlandsche bladen o.a. over het gebruik van
de V I gezegd:
„Gedurende ongeveer negen maanden hebben
wij de Engelschen en de Amerikanen gewezen op
de gevolgen van hun optreden inzake de lucht
oorlog. Als nu de Engelsche bladen schrijven dat
in de Engelsche steden een woede begint te ont
staan, dat er stroomen van tranen vloeien, dat
een beroep gedaan moet worden op het wereld
geweten en dat de Paus ingeschakeld dient te
worden, dan kan men den Engelschen en den
Amerikanen alleen zeggen, dat de Duitsche lei
ding geen interesse heëft voor de tranen, die op
het oogenblik te Londen gestort worden, doch
wel voor de tranen van Berlijn. Zij interesseert
zich evenmin voor de woede welke in Engeland
ontstaat, en alleen voor de woede welke zich van
het Duitsche volk heeft meester gemaakt. En zjj
interesseert zich al evenmin voor het beroep op
het wereldgeweten, en alleen voor den roep om
wraak welke uit de gekwelde Duitsche menschen
dpstijgt.
De toestand aan het Westelijke front is ge
durende het weekeinde betrekkelijk stationnair
gebleven, aldus schreef Maandag de N. R. Crt.
Het Britsche tweede leger heeft zich veel moeite
moeten geven om het saillant over het riviertje
Odon (driehoek BaronGavrusEsquay) ten
Zuiden van den hoofdweg tusschen Caen en
Villers-Bocage te handhaven tegenover sterke
Duitsche tegenaanvallen. Deze hebben eenerzijds
de omvatting van Caen, anderzijds een verdere
Britsche penetratie naar het Zuiden en Zuidwes
ten bestreden. De laatste legerberichten geven
echter te verstaan, dat de Engelschen, na een
kortstondig defensief, opnieuw het initiatief wil
len nemen en men krijgt den indruk, dat het
tevens hun bedoeling is in dezen sector tot een
uitputtingsslag te komen Frontcorrespondenten,
vergelijkingen makend mëi voorbeelden uit dezen
en den vorigen oorlog, wijzen op omvangrijke
materieelsophoopingenafgezien daarvan staat
het vast, dat in het onderhavige gevechts-
gebied ten Zuidoosten van Tilly de sterkte van
het tweede leger tot tien infanterie- en tank
divisies is aangegroeid, terwijl aan Duitschen
kant behalve tanks een groot aantal geschut-
batterijen staat opgesteld. De toeneming van de
Britsche concentraties moet het gevolg zijn van
de jongste ontschepingen aan de Orne-monding,
die het overigens de vorige week weer te stellen
hebben gehad met de hooge zee. Ook de Duitsche
kustbatterijen aan gene zijde van de Orne blevén
een storende factor vormen. Het vuur van ver
schillende Engelsche oorlogsschepen heeft zich
weer in de landgevechten gemengd; onder deze
merkte men, behalve de Warspi te en de Ramil-
lies, ook de beide nog grootere zusterschepen
Nelson en Rodney op met hun kanonnen van 40
cm, waarvan de Nelson echter sinds eenige dagen
op het appèl ontbroken heeft. De Duitsche be
richten vestigen op deze concentratie van slag
schepen in het bijzonder de aandacht ten bétooge
van de kracht van de verdediging om onder een
dergelijk bombardement stand te houden.
Op het schiereiland Cotentin is de weerstand
van afzonderlijke versterkte punten aan de
Noordkust, welke nog dagenlang na de groote
beslissende gevechten werd volgehouden, thans
geëindigd en in de buitenhaven van Cherbourg
konden Vrijdagmiddag mijnenvegers binnenvaren.
Tot het eerste noodzakelijke herstellingswerk
verricht is, zal de reede van Cherbourg de func
tie moeten vervullen van de eenige en diepe lig
plaats voor groote schepen, waarover de gealli
eerden aan de Normandische kust beschikken.
Het Amerikaansche eerste leger onder generaal
Bradley heeft nu eenige dagen den tijd gehad
om het front om te keeren en inderdaad doen er
zich teekenen voor, in den vorm van toenemende
concentraties aan den voet van het schiereiland,
van Portbail tot het inundatiegebied rondom Ca
rentan en ten Zuidoosten daarvan, dat de strijd
hier weldra zal opleven. Reeds zijn er in het oude
gevechtsgebied ten Noordoosten van St. Lö, thans
een Amerikaanschen sector, aanvallen uitgevoerd.
De genoemde concentraties worden overigens niet
alleen gevormd door Amerikaansche troepen, die
na de gevechten op Cotentin zijn vrijgekomen,
maar tevens door nieuwe aanvoeren uit de re
serves in Engeland.
Het Duitsche weermachtbericht van Woensdag
meldde over den toestand in Normandië:
„In Normandië is de vijand gistermorgen aan
weerszijden van den weg BayeuxCaen na zwaar
voorbereidend vuur met sterke infanterie- en
pantserstrijdkrachten tot den aanval overgegaan.
Er ontwikkelden zich hevige gevechten, in wel
ker verloop de vijand overal bloedig werd afge
slagen. Ook ten Zuid-Westen van Tilly stortten
verscheidene vijandelijke aanvallen in ons afweer
vuur ineen.
Op den Westelijken vleugel van het landings-
hoofd duurden de zware afweergevechten ook gis
teren den geheelen dag voort. Alle aanvallen
mislukten met zware verliezen aan dooden en ge
wonden voor den vijand. Waar de tegenstander
onze linies kon binnendringen, werd hij door
tegenaanvallen terstond weer naar zijn stellingen
van uitgang teruggeworpen”.
ue Kracntproer met de bovjet-ume is om na-
tuurlijke redenen een ongelijke. De vijand is niet
alleen numeriek sterker, omdat hem groote men-
schenmassa’s ter beschikking staan, maar ook
omdat zijn technisch materiaal overvloediger is.
Daarom hebben wij voor onzen strijd elke hulp
noodig, die wij kunnen krijgen, hetzij wapens of
gewapende troepen. Het eenige land, dat een der
gelijke hulp kan en wil verleenen, is Duitschland.
Hoewel Duitschland zelf een reusachtigen oor
log voert, heeft het ons in de afgeloopen oorlogs
jaren wapenen en ander oorlogsmateriaal kunnen
geven. Duitschland heeft zich ook voor het ver
volg verplicht ons elke militaire hulp te verlee
nen, die het kan geven. Het succes van onzen
strijd is ook uitsluitend mogelijk met de hulp van
het uit Duitschland komende oorlogsmateriaal en
de andere steunverleening.
Mgt het oog op de hulp, die Duitschland ons
verleent in onzen strijd tegen het bolsjewisme, is
het Finland’s natuurlijke plicht, pas na overleg
met Duitschland de wapenen neer te leggen.
Het spreekt immers vanzelf, dat wij, terwijl wij
Duitsche hulp aanvaarden, niet tegelijkertijd kun
nen rondloopen met de gedachte aan beëindigen
van den strijd. Dat zou immers al worden ver
boden door de eerlijkheid, waaraan Finland meer
dan wellicht nog eenig ander land pleegt vast te
houden.
De aanvaarding van de Duitsche hulp veran
dert niets aan den aard van onzen strijd. Wij
voeren den oorlog nog altijd tot het afweren
van den tegen Finland gerichten aanval en van
het Finland bedreigende gevaar. Aljen waren het
er over eens, dat men alle krachten voor den
strijd moest inspannen en ook alle hulp, die men
daarvoor kon krijgen, moest aanvaarden. Mee-
ningsverschillen bestonden er sleshts ten aanzien
van de formeele vraag, welke politieke conse
quenties moesten worden getrokken uit de aan
vaarding der hulp en of de aangelegenheid aan
den Rijksdag moest worden voorgelegd. Na het
besluit constateerde de sociaal-democratische
Rijksdagfractie volkomen terecht, dat ’t stand
punt van de meerderheid der regeering, de prin-
cipieele opvatting der fractie, dat ons volk in den
huidigen oorlog uitsluitend zelfstandigheid en
Comb, van: SNEEKER NIEUWSBLAD
(DriJfhout’s Nieuwsblad en
Nieuwe Sneeker Courant) en
DE JONG’S NIEUWSBLAD, Bolsward.
Verschijnt eiken Vrijdagavond.
Leesgeld ƒ0.75 per kwartaal bjj vooruit
betaling. Losse nummers 10 ct.
HoofdredacteurL. Kiezebrink, Sneek.
Plaatsverv. hoofdredacteur: G. Smit, Sneek
k. 22«
veen en
aldaar.
Nadat een aantal vertegenwoordigers van ver
schillende organisaties en instanties als een laat
ste groet en hulde met een „rust zacht
nog een krans had gelegd, werd uit naam der
familie een woord van dank gesproken voor de
diep t—f' blijken van meeleven door den
vader, de. .tcei D. Wolters te Zevenhuizen, waar
mede de plechtigheid was beëindigd.
voor stap hebben teruggetrokken op de alge-
meene linie ViipuriVuoksi. Naarmate de ver
dediging het hart van Finland naderde, werd in
h^t leger de geest van den winteroorlog wakker.
Wij moeten alles verdedigen, wat het leven
waard maakt geleefd te worden, Als wij dat
niet zouden doen, zouden wij slechts één alter
natief hebben: de capitulatie.
Een dergelijke capitulatie zou ons weerloos
prijsgeven aan het goeddunken van den tegen
stander. In een oogenblik zouden wij alles verlie
zen, wat ons volk in den loop van eeuwen heeft
opgebouwd.
Van zekere zijde is beweerd, dat men voor-
deeliger vredesvoorwaarden zou kunnen verkrij
gen, als nieuwe mannen aan de regeering zouden
komen. Ook die onderstelling is ongemotiveerd.
Als men dat weet, kan men geen keus hebben.
Als vrije mannen en vrouwen moeten wij voor
het heden en de toekomst van ons volk strijden,
zoolang wij daarvoor krachten hebben. Dit be
sluit stemt overeen met het besluit, dat midden
April eenstemmig door den Rijksdag is genomen.
Toen heeft de Rijksdag zonder eenig verschil van
meening de wapenstilstandsvoorwaarden der
Sovjetunie, die formeel nog geen capitulatie be-
teekenden, afgewezen.
De krachtproef met de Sovjet-Unie is
Bureau:
Firma A. J. ÖSINGA t-, BOLSWARD
Marktstraat IS Tel. 451 Giro 87926
Advertentieprijs:
1 tot 10 m.m.
elke mm- meer
Toezending der adv. Donderdags tot 10 uur
Verantwoordelijk voor de advertenties
A. J. Osinga Bolsward.