Er komt een Martinytoer Fan de •Kjds-<KjiCLS door Nederland No. 85 43e Jaargang DJn.dart 4 Nov. 1947 Streekblad voor Weat- Zuidwest Friesland Uitgave van Drukkerij Fa. A. J. OSINOA Bolsward e n „As God de Hear it hüs net bout ,,’t Is idel dan en om ’e nocht „Hwat flyt de war’bre bouwer docht Fedde Schurer wie fan ’e simmer gast fan it Roomsk Frysk Boun Abonnementsprijs 1.23 per kwartaal bij vooruitbet» ling Advertentieprijs: 10 cent per mm. Giro 87920 Verschijnt DINSDAGS en VRIJDAGS Redactie en Administratie Marktstraat 13 - Bolsward Telefoon 451 (K 5157) Dy binne in erfskip fan 'e Hear. ,En hat de skurte fruchten bean Dan bliuwt it pür genedelean”. en Gerben Brou- A. Siebesma hat ek alle 150 In het Overijsselse dorpje Lutten zijn bij het uitdiepen van een oude wijk enige beenderen en een schedel in de grond gevonden, welke bij nader onderzoek de overblijfselen bleken te zijn van een oer os. De nieuwe bandenfabriek van „Vreden- stein” te Enschedé werd in 7 maanden en 5 dagen gebouwd. Er waren voor no dig: 420 ton betonijzer, 3500 kub. meter beton, 6000 vierk. meter glas, 1.3 millioen stenen (waarvan 300.000 voor de schoor steen) en 9000 vierk. meter tegels. De Nederlandse Helde Mij. is door de Arnhemse tuchtrechter tot een boete van f 250.veroordeeld, omdat zij ongeveer 1000 overalls te duur aan haar personeel heeft verkocht. Vorige Zondag heeft op de Hilversumse golflinks iemand, die zich onder de sup porters mengde, in het kleedlokaal zijn eigen plunje verwisseld voor een mooi colbert-costuum uit de garderobe en nam en passant een sportcolbert, een regen jas, een trui en een leren koffer mee. In Amsterdam zullen drie schooljongens, uitgerust met een wit bandelier optreden als verkeersregelaars met de bijzondere opdracht hun kameraadjes veilig door het drukke stadsverkeer te loodsen. De premier van Canada, Mackenzie King komt midden November een bezoek aan ons land brengen. Een aantal verveners in Drente’s Z.O.- hoek zijn wegens prijsopdrijving van turf tot boeten van f2500 tot f 100 veroor deeld. Het Interkerkelijk Overleg heeft in een oproep, gericht tot de bij haar aangeslo ten kerken, gewezen op het ernstige ge brek aan woonruimte, waardoor de gees telijke en lichamelijke gezondheid van ons volk wordt bedreigd. De Helmondse politie heeft dezer dagen de hand gelegd op de 20-jarige G. B. uit Helmond en op de 40-jarige H. V., eveneens uit Helmond, die resp. 700 en 250 meter katoen stalen uit een plaatse lijke fabriek. Bovendien werd een achttal personen gearresteerd, dat zich schuldig had gemaakt aan vervoer, verkoop of heling der goederen. De Haagse baby, die per vliegtuig naar Philadelphia is vervoerd voor het onder gaan van een operatie ter verwijdering van een verfschilfer uit de longen, is ook per vliegtuig weer naar Nederland teruggekeerd. Het resultaat van de ope ratie is volgens de doktoren „zeer be vredigend”. De C. C. D. heeft dezer dagen in midden- Limburg een veesmokkelcomplot ont dekt, waarvan de drie voornaamste deel nemers konden worden gepakt. Ze zijn te Roermond opgesloten. In de gasfabriek aan de Keilehaven te Rotterdam is vorige week de 61- jarige J. C. K. met een lift van een hoog te van 12 meter naar beneden gevallen. Bij aankomst in het ziekenhuis bleek de man reeds te zijn overleden. Bij het Scheldeplein te Amsterdam denkt men een nieuw Hervormd Diaconessen huis te bouwen naar plannen van de ar chitect M. Duintjer. Het driejarig zoontje van de familie H. uit Bakel kwam al spelende te dicht bij een malende windmolen; het kind kreeg een slag van een der wieken en werd op slag gedood. Te Enschedé werd dezer dagen de Ne- derlands-Amerikaanse autobandenfabriek door de heer Williard C. Gulick, president van de internationale B. F. Goodrich Company te Akron geopend. Een enorme partij goederen, bestemd voor de export, met een handelswaarde van f 330.000, is via grote en kleine knoeiers op de zwarte markt in Amster dam terechtgekomen en voor 70 pet. op het Waterlooplein verhandeld. In de Betuwe ontplofte een mijn. De ge volgen waren verschrikkelijk. Drie ar beiders werden op slag gedood, een vier de zo ernstig gewond, dat hij liter is overleden, terwijl de drie andere ern stige verwondingen opliepen. De gewon den zijn naar het ziekenhuis te Tiel over gebracht. Bij K. B. is gratie verleend aan P. Drent, tot de doodstraf veroordeeld bij sententie van het Bijzonder Gerechtshof te Leeu warden. De doodstraf is veranderd in levenslange gevangenisstraf. Mildred, het bij Ijsland gestrande Neder landse motortankschip moet als verloren worden beschouwd. De bemanning is in veiligheid gebracht. Mr. Wassenbergh eiste, rekening hou dend met verdachte’s toestand, tegen de kunstschilder Han van /Meegeren een gevangenisstraf van twee jaren. water georiënteerd, zal een unicum zijn in de wereld. Het zal ongetwijfeld door heel veel buitenlanders worden bezocht, maar ook door de eigen mensen en voor velen van hen, die hielden en houden van de Zuiderzee, zal het een grote gerust stelling zijn te weten, dat er nog een plaatsje zal zijn, waar ze de sfeer terug zullen kunnen vinden en waar nog de romantiek zijn gouden draden weeft. Dit museum zal zijn een werkelijk natio naal belang en daarom zal het ook nood zakelijk zijn, dat de gehele natie er ach ter staat. Hulp in velerlei vorm zal moe ten worden geboden, ook financiële steun. Er zal geld nodig zijn voor aan kopen, voor restauratie en voor recon structie. Ongetwijfeld zullen heel velen dit werk willen steunen, zowel moreel als financieel. Dan is hun plaats bij de Vereniging „Vrienden van het Zuider- zee-museum”, welke vereniging zich tot taak heeft gesteld voor het museum dienstige voorwerpen -op te sporen, de verzameling door aankopen uit te brei den, er belangstelling voor te wekken, de directie met inlichtingen en adviezen te dienen en verder mede te werken aan de bevordering en verspreiding van de kennis van geschiedenis, folklore en be- Wiere tvurden t M Dq’t glêd is X X freest de roskaem net. X deelte nog bestaan uit vroeger op de schepen gebruikt rondhout, in enkele daaraan sluitende panden en in een vijf tal daar weer naastgelegen huizen. Na tuurlijk zal een en ander moeten worden gerestaureerd, maar dan zal het binnen museum ook op een ideale plaats zijn ondergebracht. In deze gebouwen zal alles worden ondergebracht waarmede de bezoeker een duidelijk inzicht kan worden gegeven in de geschiedenis van de Zuiderzee en in de cultuur van de mensen die leefden en werkten aan haar kusten en op haar eilanden. De wor dingsgeschiedenis van zee en kustlanden vanaf het IJstijdperk wordt verbeeld in diorama’s en maquettes, waarbij men o.m. een overzicht krijgt van alle stadia van vorming van Flevomeer tot Zuider zee. In een andere afdeling zal men de oudste vormen van scheepvaart te zien geven In de merkwaardige vondsten uit het Urkerland. De ontwikkeling van de kustgebieden wordt getoond en de ontplooiing van handel en scheepvaart. Dé historische betekenis van de steden om de Zuider zee wordt omstandig toegelicht. In ver schillende modellen, zeevaartkundige uit rustingstukken en prenten wordt de his torische haringvisserij en walvisvaart in beeld gebracht. Verschillende methoden van visvangst, alsmede van betonning en bebakening worden aanschouwelijk voorgesteld. In de afdeling klederdrachten worden mo dellen op 1/3 van de ware grootte ge toond van al de typische kleding om de Zuiderzee. Ook de flora en fauna rond de Zuiderzee wordt niet vergeten, evenmin als de vogels, terwijl de wisselende vis stand in een aquarium wordt onderge bracht. Een belangrijke afdeling zal worden ge wijd aan de verdwijnende schoonheid der Zuiderzeeplaatsen, welke voor het nageslacht zal worden bewaard in de vorm van originele of gecopieerde schil derijen en r'ergelijke. Ook aan de stede- bouwkundige waarde van deze gemeen ten zal de volle aandacht worden ge schonken. Dan komt er nog een leeszaal waarin alle lectuur verzameld zal wor den, nodig voor de studie van de dia lecten, de volkskunde en het kerkelijk en godsdienstig leven rond de Zuiderzee. U ziet, er staat nog al het een en ander op het programma. Om echter tot ver werkelijking hiervan te komen zal het dringend nodig zijn, dat ieder, die nog iets heeft of weet van oude vistuigen, prenten of wat het ook zij, tot de meest eenvoudige dingen toe, deze van nu af aan zuinig bewaart tot een beroep op hem of haar zal worden gedaan door een eventuele plaatselijke afdeling van de „Vrienden van het Zuiderzeemuseum”,- of dat ze het al dadelijk opgeven aan de administratie, Kuipersdijk 40, Enk- huizen. Het is de bedoeling een zo vol ledig mogelijk beeld te geven van de cultuur der Flevobevolking, juist die van de gewone man, en daarom is geen voorwerp, hoe simpel ook, onbelangrijk. Wat nu echter het Zuiderzee-museum een unieke verschijning onder de musea zal maken, is het Buitenmuseum. Buiten de stadsmuur zal ’t museumschiereiland worden opgespoten. Aan de zeezijde is dit beschermd door een dijk, waartegen een Fries dijkhuis en enkele andere dijk woningen zullen worden gebouwd. Er komt een signaalmast op te staan en een paar kanonnen, zoals die in Blankenham en Blokzijl ter waarschuwing van hoog water gebruikt werden. Het museumland heeft een eigen haven, waarin botters en aken en andere vaartuigen, die nog in de vaart zijn, een ligplaats zullen vin den. In het midden van het eiland is, door een vaart met de haven verbonden, een kolk uitgespaard als ligplaats voor allerhande scheepstypen van historische waarde, die niet meer in gebruik zijn. Om haven en kolk groeperen zich ver schillende buurtjes; aan een grachtje ver rijzen enkele Markerwoningen op palen en op een terp, elders vindt men groepen huisjes, gebouwd in de karakteristieke trant van LJrk, Schokland, Spakenburg, Volendam en andere Zuiderzeedorpen. Van elk dezer buurten zal slechts één woning voor het publiek ter bezichtiging toegankelijk gesteld worden. Alle andere worden bewoond door gezinnen uit de plaatsen die zij vertegenwoordigen en die slechts gehouden zijn het interieur naar plaatselijke trant in te richten en zich in de plaatselijke dracht te kleden. Overigens kunnen zij hun beroep uit oefenen als thuis. Zij zullen dus elke dag met hun schepen ter visvangst uitvaren, wat weer meebrengt, dat er een netten droogplaats moet komen, een kuiperij, ’n rokerij, een taanderij, een lijnbaan en een werf. Alle neringdoende bedrijven uit een Zuiderzeeplaats zullen er in vol bedrijf te zien zijn. De leugenbank, het gezel lige visserskroegje, en ook een houten kerkje zullen niet ontbreken. Een hout zaagmolen komt er en een Volendammer viskelder, een Genemuider mattenvlech- terij en een Makkumer aardewerkbe- drijfje. Dit alles zal verrijzen aan het wijde wa ter en de zilte bries het woelend water, het werkend volk, de penetrante geur van dampende netten en vis in de rook zal in dit museum de bijzondere sfeer scheppen, die aan de Zuiderzeeplaatsen zo eigen is. Het zal een levend museum zijn en in heel klein bestek een beeld geven van het fleurige, tierige leven langs de boorden van de verdwijnende Zuiderzee. Een dergelijk museum, zo geheel op het „Al bin Jim moarns ek noch sa ier „En bodzje yn it earste dage-rea „Al ite jim mei soarch jim brea „En bliuwe ta de nacht yn 't spier „God sil dochs nei syn frijmacht dwaen En 't yn 'e sliep syn gunstling jaen. „Is de arbeit gfins, Gods gunst is meat „De minsk mei noch syn bést sa dwaen „Gjin bern kin him syn bodzjen jaen; „Dy’t oan dit wurk syn krêften jowt „En wekket God net oer de stêd Gjin wacht sa wekker dy’t har rédt." drijfsleven in en om het voormalige Zui derzeegebied. Binnenkort hoopt de directeur Bouma in alle plaatsen rond de Zuiderzee lezingen over dit onderwerp te houden om zo doende te komen tot het oprichten van agentschappen, afdelingen of hoe men dat maar wil noemen. Vooral de Friese kustbewoners, voor wie dit initiatief ook veel betekent, zullen ongetwijfeld van harte hun medewerking geven om iets voor het nageslacht te Be swaren van hetgeen hen zo dierbaar was. Is het niet tekenend dat het 2 Friezen zijn, de Harlinger Norel en de Lemster Bouma, die hier beiden Zo’n belangrijke rol in spelen? Het zal 15 jaren moeten duren, voordat het gehele museum kan zijn ingericht en daarom moet reeds nu ieder zorgen voor de dingen van de oude cultuur die hij nog heeft ot weet, opdat deze nu niet meer verloren gaan. Het was een bijzonder aardig idee van de Vereniging „Vrienden van het Zui derzee-museum” om ons aan boord van het opleidingsvaartuig „Prins Hendrik” op de golven van de vroegere Zuiderzee het een en ander te vertellen over de Zuiderzee en vooral over het Zuiderzee museum. Toen we de haven van Staveren uitgin gen wees de boegspriet als een lange vinger naar het bewogen watervlak, waar heel in de verte een vissersscheep- je dobberde en nog verder weg een stoombootje een zwarte rookstreek te gen het blauw van de hemel doezelde. De zon maakte het groene water door schijnend en de witte koppen der gol ven zo blank als shamposchuim. Wij stonden aan dek en lieten ons wie gen door de ranke „Prins Hendrik” en keken uit over het bewogen oppervlak dat voor ons uitdelnde zover we konden zien. Ja, inderdaad, we waren op „zee”. Dat konden we ook merken aan de kou de) adem van de wind die hier ongehin derd aan kwam stuiven en ons dwong de luwe plekjes op te zoeken. Dat konden wij nu wel doen, maar de kleine roer*- ganger moest in zijn blauwe pakje (niet in een blauwgeruite kiel) aan het wiel blijven staan en maar zien hoe hij op temperatuur bleef. Juist waren we bezig ons weer zeebenen aan te wennen, toen de uitnodiging kwam om beneden te ko men. Hoewel men er niet gauw genoeg van krijgt om naar het grillig spel der golven te kijken, kan men dit toch beter doen vanuit een verwarmd vertrek dan vanaf een „wind swept” dek. Mochten we al koud geworden zijn, de centrale verwarming, de heerlijke koffie en vooral het enthousiasme van de heren Norel en Bouma verwarmden ons lichaam en hart Of is het niet hartverwarmend als er in kleurrijke beelden veel goeds gezegd wordt van één die ons lief was? En zd was het toch met onze oude Zui derzee en met het bonte leven Tangs haar kusten. En wie zou beter het heimwee naar verloren gegane schoonheid in ons kunnen oproepen dan de schrijver K. No- xel? De Zuiderzee en wat op en om haar leefde heeft zijn grote liefde en deze geeft een warme kleur aan de dichter lijke beelden, waarmede hij de geschie denis van de oude binnenzee voor ons laat leven. Hij vertelt van het leven van vissersman, zeeman, en koopman, van aken, botters en schokkers en van de trotse koopvaardijschepen; de bekende klankrijke namen: Enkhuizen, Hoorn, Amsterdam, Elburg, Harderwijk, Bun schoten, Volendam, Marken, Lemmer, Staveren, Workum en Makkum. Hij ver telt er van hoe nog eenmaal in 1930 het kleurrijke leven van de Zuiderzee zich heeft gemanifesteerd op de grote Zui derzee Tentoonstelling te Enkhuizen, toen er weer honderden vissersvaartui gen van allerlei typen, Lemster aken, Sta- verense Jollen en wat er maar voer, be mand met vissers in hun verschillende drachten, de Urkers, Markers en Volen- dammers en de Friese visserslui, te zien waren. Toen was het tijd geweest om te komen tot de oprichting van een Zuiderzee-mu seum. Dit Is niet gebeurd, en blijkbaar niet eens aan gedacht, want hoewel er millioenen beschikbaar werden gesteld voor de Zuiderzeewerken is er zelfs geen voorstel gekomen om ook een bepaald bedrag uit te trekken voor de herinne ring van het Flevische leven dat bezig was te verdwijnen. Gelukkig heeft men Ingezien, dat dit brok echt Nederlandse cultuur maar niet zo aan de vergetel heid kon worden prijsgegeven en lang zaam aan rijpten de plannen om te ko men tot de oprichting van een Zuider zee-museum. Aan Enkhuizen komt de eer toe dat deze stad de krachtige stoot heeft gegeven, waardoor dan nu het museum werkelijkheid zal worden. De stad stelde gebouwen en grond be schikbaar, terwijl er uit de burgerij nog een bedrag van f 35000.kon worden bijeengebracht. Het begin is er, maar wat zal het moeten worden? De heer Norel en de heer Bouma, de laatste zal directeur van het museum worden, hebben hier het een en ander over medegedeeld. Het museum zal bestaan uit twee ge scheiden gedeelten, het binnen- en het buiten-museum, waarvan het binnenmu seum in gebouwen wordt ondergebracht en zich dus in zoverre niet zoveel onder scheidt van gewone musea. Het binnen museum zal een plaats krijgen in het voormalig pakhuis van de Oost-Indische Compagnie, het imposante Peperhuis, waarvan de balken voor een groot ge- Der binne fansels wol folie mear dichters dy’t inkelde psalmen birime ha b.g. Piter Jelles wer. B. psalmen birime, mar dy lizze noch yn hanskrift Red. De mlnsken, dy’t harren biiverje om de ienriedichheit en it mekoar for- stean greater to meitsjen hawwe it net altyd tige noflik. Der barre din gen, dy’t harren de moed suver ünt- nimme soene, as hja net tige fêst yn ’e skuon stiene. Yn pleats fan mekoars bigjinsels to respektearen, de goede miening oan to nimmen salang it tsjinstelde net bi- wiisd is, sykje sokken it mistrouwen, it wanbigryp aloan to forgreatsjen sa- dat der in sfear üntstiet sa forpestend en sa sinister, dat der neat oars as ha te en twaspjalt üt üntstean kin. Hwant as it wantrouwen mar great genöch is, kriget alles in fileine bidoeling, wurdt elts wurd misforstien en eltse died in minne set. Dit forgif ünder de minsken to forsprieden is itselde as de mienskip to foroarjen yn in slange- nêst, hwerüt stank en forgif opspuit- sje. Men sjoefat soks wolris by mins ken, dy’t yn it sakelibben mekoars konkurrinten binne en derüt mei in syklik fanatisme elkoars libben bidjerre. Fedde Schurer de forneamde dichter fan „Simson” hat biwiisd, dat hy fan in oare geast dreaun wurdt. As in swide frucht fan syn kunst en Chris- tenwêzen is dizzer dagen ütkomd in folsleine biwurking yn de memmetael fan it boek fan de psalmen, it diel fan de en hat der yn de stiltme fan it Ryster bosk oan de dielnimmers Gods wurd yn de swietlüdige memmetael hearre litten. Wy wiene tige nijsgjirrich nei de folsleine ütjefte en nou dizze troch de soarch fan it Kristlik Frysk Sel- kip op sa’n treflike wize ütjown is, soene wy eltse Fries tige oantrünje wolle him dizze skoandere ütjefte oan to tugen. It wol üs foarkomme, dat it mienskiplik bidden en sjöngen fan dit boek fan ’e Psalmen troch Gods genede mear dwaen kin foar it ide- ael fan eltse Kristen, de ienheit fan allegearre, dan it kweekjen fan mis- forstean en wanbitrouwen. Tj. de J. de Skrift, hwerüt sünt tuzenen fan jierren, de minsken krêft en stipe, bi- trouwen en gebet leard hawwe. It mei wier wêze, dat hja net allegearre de psalmen op deselde wize brüke. De iene sjongt se, de oare bidt se. De iene brükt de Nederlflnske, in oar de Latynske en wer in oar de Fryske tael, mar foar millioenen minsken is it Boek fan de Psalmen in Ünmisber lib- bensboek, hwerüt hja lof en tank, sti pe en treast, sterkte en dimmenens leare to brüken. De oersetting fan Fedde Schurer is net de earste yn de memmetael. Gysbert Japiks wie de greate pionier ek yn dit opsicht. Althuysen en Wybinga binne him folge en dit is dos de fjirde Fryske dichter dy’t syn kunstnersjeften wijd hat oan dit, foar safolle minsken, dier bare en djüce boek.1) Foar it earst is hjir in boek dat net allinnich foar de Protestanske Kristenen in hearlik bi- sit wêze sil, mar dat ek de goedkar- ring krige fan Roomsk Kathofike side. Dit is in unicum yn de histoarje en in feit, dat, nei’t wy hoopje mannichien forbliidzje sil. De religieuse lektuer yn it Frysk is hjirmei in greate, in machtige stap fierder komd. En it selde Psalmboek kin nou troch alle bern fan it Fryske folk brükt wurde. Foar al de jingen, dy’t de fordieldheit en it wanbigryp tusken de dielen fan dit folk, graech lytser sjogge, dy’t meidwaen wolle, dat harren net mear fordielt dan it needsaeklike, dy’t har ren skamje dfer de bittere en haetlike wurden, dy’t Kristenen elkoar tasmi- te, moat dit barren in bliid barren wê ze. Hja kinne -ien wêze yn it sjongen en bidden fan Psalm 127 hwerfan wy de earste trije strofen yn de biwur king fan Schurer hjir oanhelje: Bolswards Nieuwsblad i Zuiderzee-Museum I

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1947 | | pagina 1