De Mentaliteit van Oorlogsvrijwilligers E Provinciale Kroniek Buitenlands Overzicht M N d 00000000000000 00000000000000 No. 40 44e Jaargang Vrijdag 28 Mei 1948 Streekblad voor West- en Zuidwest Friesland Uitgave van Drukkerij Fa, A. J. OSINGA - Bolsward r zou g en 'P' de en Boter contróle-station >ns r d J ■Q Hef gevolg van de Engelse ontruiming in Palestina. Washington en Moskou trokken één lijn. De moeilijke positie van Engeland. Honing Abdoel- lah een pion van Londen. De kwestie van de Marshallhulp in het geding. De stemming in Zuld-Afrika. Finland in moeilijkheden. fan Gysbert Japiks idealen. Velen dragen als een dagelijkse zorg met zich mee de drukkende vraag of er voor hen nog een carrière en een toekomst is weggelegd. Hun beste jaren van voorbereiding en studie hebben zij gegeven en nu het.in Indië niet gelopen is zoals zij hoopten, achten zij die jaren verspeeld. Zij missen de nodige papieren in een land dat papieren en bullen vaak meer waardeert dan persoonlijkheid en karakter. Geen wonder, dat een aantal bitter is gestemd. Maar gelukkig staat daar veel positiefs tegenover. Het ge vaar heeft hen gestaald en verdiept, ook godsdienstig verdiept, al zijn er ook on der hen te vinden, die het gevaar heeft verruwd en verhard. Zij hebben een uit houdingsvermogen getoond, dat physiek en psychisch wonderbaarlijk is en dat alle tegenslagen, teleurstellingen en tartelin- gen ten spijt. Ze zijn goed gediscipli neerd, zonder ook maar iets te vertonen dat op cadaver-gehoorzaamheid lijkt. Zij zijn rustig, gezond en moedig. Ze hebben niet gedood of het moest uiterst noodzakelijk zijn. Ze hebben gpleerd de mensen te waar deren naar hun persoonlijkheid en niet allereerst naar positie of functie of pa pieren. Ze zijn ook vast van plan deze gedragslijn verder vast te houden, wat misschien bij terugkeer tot lichte con flicten kan leiden. Het zij zo. Een waar lijk goed soldaat is altijd een uitermate bruikbaar mens gebleken. En er is meer. De eigen en vertrouwde huiskamer heeft een ongelooflijke bekoring en die beko ring zal zich doen gelden. En bovenal van een moeder gaat ’n zeldzame kracht uit. Onze oorlogsvrijwilligers maakten eerst mee de ellende van bezetting en verhon gering, velen gingen door concentratie kamp en marteling heen, daarna kregen zij moeilijke en gevaarvolle tijden in In dië en zij doorstonden dat. Als zij bestemd waren om psychopaat te worden, zoals sommige zwartkijkers be weren, waren ze dat reeds lang geweest. Door al deze harde en moeilijke jaren kwamen ze heen als betere en sterkere mannen. Ze zijn echter wel onafhanke lijker geworden in hun levensvoering, meer vrijgevochten en losser van con ventionele en traditionele inkapseling, dan mogelijk een deel van Nederland zint. Veischijnt DINSDAGS en VRIJDAGS Redactie en Administratie Marktstraat 13 - Bolsward Telefoon 451 (K 5157) De stêd biedt leaze, tsjustre lagen De ien siket dér de oare to bidragen, Yn wurden, yn ünthjitten licht Ek skoart it wol oan mjitte en wicht Abonnementsprijs: 1.25 per kwartaal bij vooruitbetaling Advertentieprijs10 cent per m.m. Giro 87920 5- at it- in sn IA kcL Zoals te verwachten was, heeft de Engelse ontruiming van Palestina geleld tot een oor log tussen de Arabische staten ener- en de direct uitgeroepen staat Israël anderzijds. De Ver. Naties bleken niet in staat die oorlog te voorkomen en het staat nog te bezien of zij er in zullen slagen er een eind aan te maken. Ditmaal is dat niet de schuld van Rusland, dat evenals de Ver. Staten de nieu we Joodse staat erkende en niet tegen een optreden van de Veiligheidsraad ter bescher ming van die staat tegen de Arabische lan den was. In het midden blijve of het snel erkennen van de Joodse staat door beide grote landen niet voortvloeide uit onder linge wedijver, maar in ieder geval trokken Washington en Moskou ditmaal één lijn. Het was echter den, ergerden hen tot dolwordens toe. Ze wisten wat ze wilden en wat ze kon den in Indië, maar ze mochten het niet. Gevaar en uitermate primitief leven aan vaardden ze heel wat gemakkelijker dan teleurstellingen en moeilijkheden in dit opzicht. Daarbij kwam nog, dat het militaire le ven een nuttige en noodzakelijke zaak bleek te zijn. Dieven en diefjesmaat liepen op de lange duur tegen de lamp, kwade elementen kregen hun congé, de zwakken vielen af, de invloed van doorgaande discipline deed zich zegenend gelden. Het werk, waartoe Indië hen riep en dat zo schreeu wend nodig bleek, gaf hun een gevoel van verantwoordelijkheid. De goede ele menten werkten als zuurdeeg. Dit alles deed veel critiek verstommen en ver anderen in warme waardering. Vele jon gens zijn gegroeid tot krachtige gestaal de, zelfstandige, weliswaar misschien wat vrij gevochten mannen. Zeker, ve len zijn gedesillusioneerd en zullen uiter mate crltisch de vaderlandse bodem be treden. Maar verlies van illusies is toch nog weer Iets anders, dan verlies van Engeland, dat ditmaal een krachtig ingrijpen van de Veiligheidsraad verhinderde, daargelaten of dit ingrijpen ook succes zou hebben gehad, daar deze raad tot nog t«e over geen enkel machtsmiddel beschikt om een besluit door te zetten. Dat machtsmiddel zou uit een in ternationale troepenmacht moeten bestaan, en we vermoeden, dat op het ogenblik dat deze macht gevormd zou worlen, het ook met de eensgezindheid van de Ver. Staten tok ch- uur ?r.) De terugkerende militair stelt ons niet voor een probleem, maar voor een taak. Wij mensen zijn weergaloos handig om een taak om te toveren in een probleem en een morele opdracht te maken tot een puzzle. Wanneer er van een probleem sprake is, zit dat probleem bij ons zelf. Ten aanzien van ons rijst de vraag of wij willen doen wat wij kunnen en wat we moeten. Wij moeten ons schamen als wij dezp mannen niet ontvangen met dank en trots. En die dank moet worden omgezet in de daad, waardoor gelegen heid wordt gegeven1 tot wonen en wer ken. Voor de rest zorgen ze zelf. van de 6 leden der Arbeiderspartij. De op positie wordt vooral gevormd door de z.g. Herenigde Partij met 48 zetels, onder leiding van dr. Malan. Deze laatste partij wenst alle niet blanken, waarvan er 8 millioen zijn te genover 2 millioen blanken, naar speciale gebieden te zenden, terwijl Smuts partij te genover het vraagstuk van het „zwarte ge vaar1’ een gematigder standpunt inneemt. Hoewel de uitslag van deze verkiezingen, terwijl we dit schrijven, nog niet bekend is, kan aangenomen worden dat de partij van Smuts opnieuw het regeerkasteel heeft veroverd en de wereld niet opgescheept wordt met een nieuw en zeer gevaarlijk probleem, een radi cale scheiding tussen blank en zwart in de Z.-Afrikaanse Unie. De wereld heeft al pro blemen genoeg, waarvan het voornaamste, de Amerikaans-Russische tegenstellingen, nog even onoplosbaar schijnt als voor Pinksteren. Daarover is er geen belangrijk nieuws. Met zekere spanning wacht men echter de uit slag van de binnenlandse strijd in Finland af. Daar is de communistische minister van binnenlandse zaken, Leino, tot aftreden ge dwongen, omdat het parlement hem het ver trouwen opzegde. Het wil op die post geen communist. Maar de Finse Stalinisten willen dat juist wel, omdat zij daardoor kans zien het verkiezingsapparaat en de politie in han den te krijgen. Daarom trachten ze mi door stakingen hun zin te krijgen, doch het sta- kingsparool wordt lang niet algemeen opge volgd. Toch herinnert de toestand in tal van opzichten aan die in Tsjecho-Slowakije voor de communistische staatsgreep. De Russen hebben net deze week met een veto In de Veiligheidsraad vterhinderd, dat een comr missie van onderzoek zou worden ingesteld inzake beweerde Russische inmenging bij die staatsgreep. In het vorige en ook in dit nufhmer kan men lezen van de „blijde incomste” van oorlogsvrijwilligers en andere militairen uit Indië, die soms na vele jaren van scheiding eindelijk weer worden verbon den met hen, aan wie ze met banden des bloeds of banden van liefdie waren en bleven verbonden. Heel de buurt, ja, heel het dorp'en de omgeving leeft spontaan mede en soms lezen wij zelfs van serenades, die wor den gebracht. Dit alles is te prijzen. Het is beter dat Indiëgangers, die vrij willig een last op de schouders hebben genomen of in de tropen vertoefden voor de uitoefening van hun plicht, bij thuis komst worden bejubeld, dan verguisd. En toch is er een „maar” bij dit alles. Het mag namelijk bij een huldiging of uiting van blijdschap niet blijven, onze jongens ook al gunnen we ze best enkele weken vacantie moeten straks weer aan het werk. Ze moeten weer een plaats in de maatschappij innemen. Soms zal dit misschien betekenen een plaats in de maatschappij veroveren. Want on ze jongens* komen anders terug dan ze waren. Ze zijn ouder geworden. Voor loopjongen zijn ze te groot. Ze denken aan trouwen misschien of in elk geval willen ze een zelfstandige baan of een levenspositie., En wie zal ontstrijden dat zij daar geen recht'op hebben? En toch zal het misschien moeilijker zijn dan men op het eerste gezicht zou me nen. Dit heeft niet alleen zijn oorzaken in het maatschappelijke. In dit opzicht telt ook de mentaliteit van de oorlogs vrijwilligers mee. Elvenals eenmaal de illegalen worden ze maar al te dikwijls niet begrepen. Er ontstaan misverstan den. En misverstanden leiden zo gemak kelijk tot prikkelbaarheid en verwijde ring. Het is daarom goed, dat in elke gemeente thans een demobillsatie-com- missie is gevestigd. De leden van deze commissies zijn geen tweederangs, noch surrogaat-ambtenaren. Hef zijn mensen die hun eigen baan hebben en aan hun werk geen cent verdienen. Mensen, die echter willen helpen waar dit mogelijk is. En de moeilijkheden van de thuis komenden trachten te verstaan èn de moeilijkheden van. de werkgevers. Mensen, die bekend zijn met plaatselijke toestanden, met personen zowel als met bedrijven. Mensen, die zich ook trach ten in te leven in de mentaliteit van de oorlogsvrijwilligers. Dit is gemakkelijker neergeschreven dan gedaan. Geen wonder, dat er zelfs stu diedagen aan zijn gewijd. Geen wonder, dat zelfs onze courant deze woorden in vette letters boven dit artikel plaatst. Toch is; het gewaagd om van de menta liteit te spreken, alsof men hier met een categorie van gelijkgestemde mensen te doen had. En dit nu is zeer betrekkelijk. Eigenlijk hebben de thuiskomende mili tairen slechts één ding gemeenschappe lijk en wel dat ze allen tot het mannelijk geslacht behoren, en wat meer zegt, dat ze zich, een enkele uitzondering daar gelaten, allen als mannen hebben ge dragen. Maar daar houdt alle gelijkenis ook op. Er is onder hen vooral onder de oorlogsvrijwilligers verschil van leeftijd en afkomst, van ontwikkeling en houding, van religie en opvoeding, van karakter en motieven. Voor sommigen was de dienstneming 'n vlucht. De grond was hun In Holland te warm geworden. Hun huwelijks- of hui selijk leven was ongelukkig. Ze wilden zich zelf overtuigen van' offerbereidheid, vaderlandsliefde en moed, waarin ze zich zelf tekort geschoten achtten gedurende de bezetting. Er waren er, die zich verkeken aan het stevige soldatenpak en de nieuwe kra kende schoenen en die de verzoeking van het goede eten, van de grote rantsoenen van chocolade en sigaretten niet konden weerstaan. Engeland en Amerika, waar de training zou plaats vinden, was hun eldorado. Maar er waren ook zeer velen, zij kon den geteld worden bij duizenden, die al leen kwamen om hun vaderland te die nen en Indië te bevrijden. Een onbe dwingbare geest van toewjding en zelf opoffering bezielde ze. Geen wonder dus, dat de oordeelvelling over de mentaliteit van de oorlogsvrij willigers in het bijzonder en van al de militairen in het algemeen zover uiteen ging lopen. De een noemde hen zwer vers en avonturiers, nietsnutten en on- evenwichtigen, de ander sprak zonder aarzelen van de bloem der natie en het puikje van Hollands manschappen. Deze verschillende taxatie vyeerspiegelt zich in de verwachting, die gekoesterd Arabische staten aan zich te binden, in het bijzonder is ko- ning Abdoellah van Transjordanië hun pion, hij en zijn staat ontvangen per jaar van Lon den dan ook belangrijke uitkeringen. Nu de Engelsen dwars tegen de Amerikaanse wen sen inzake Palestina ingingen, heeft die fi nanciële steun in Washington ook ergernis gewekt. Men vraagt zich daar af of het wél aangaat de Engelsen Marshallhulp te ver lenen, waardoor dezen financieel wat meer armslag hebben en dus hun geldelijke steun aan Abdoellah c.s., die bovendien nog wape nen van hen krijgt, en wiens troepen door Britse officieren worden opgeleid en aange voerd. kunnen voortzetten. De Amerikanen vrezende dat een voortwoekerende oorlog in Palestina daar ten slotte tot slinkse in menging van o.a. Rusland zou kunnen lei den, waaruit een derde wereldoorlog kunnen ontstaan, hebben blijkbaar de En gelsen ten slotte zeer stevig aangepakt, ook de kwestie der Marshallhulp in ’t geding gebracht, en geëist dat zij nu kleur zouden bekennen. Toen de Veiligheidsraad dan ook besloot beide partijen in Palestina te gelas ten het vuren te staken en de Joden zich bereid verklaarden deze order op te volgen als ook de Arabieren het deden, heeft Enge land zich tot de laatsten gewend met de mededeling dat Londen zijn verplichtingen jegens de Ver. Naties hoger moest stellen dan die jegens de Arabische staten en van de laatsten verwachtte dat ook zij de order tot een wapenstilstand zouden «opvolgen. Het enige wat Engeland nog voor hen be reiken kon was, dat zij 48 uur uitstel van de termijn, door de Veiligheidsraad gesteld, kregen om onderling overleg te plegen. Ter wijl wij dit schrijven weten wij de uitslag van dit overleg nog niet, doch wel is het duidelijk, dat Engeland door de Ver. Staten daartoe gedwongen, zijn steun aan de Ara bische staten zal moeten opgeven, als deze doorgaan met hun oorlog in Palestina. Londen zal zich dan met de Ver. Staten en Rusland samen in een of andere vorm te gen de Arabische plannen in het heilige land moeten verzetten. Wat dat in de praktijk zal opleveren, is een andere vraag, waarop het antwoord misschien nog wel even op zich zal laten wachten. Intussen had één lid van ’t Britse rijk, n.l., Zuld-Afrika, de Joodse staat Israël reeds erkend. In dat land, Zuid-Afrika, hebben Woensdag verkiezingen plaats gehad voor het parle ment. Sedert 1943 was het heft in handen van de partij van veldmaarschalk Smuts de z.g. Verenigde Partij, welke over 89 zetels beschikte, en die nog veelal dé steun genoot exploitatierekening sluit met een voordelig saldo van f2142.63. Nu we toch met cijfers bezig zijn, kunnen we tegelijk die wel geven van het Fries Paardenstamboek, die haar jaarvergadering hield in Leeuwar den. De ontvangsten hadden bedragen f 17.352.— en de uitgaven f 17.274, zodat er dus een klein overschot was. Echter moet er nog f 1000'.— aan contributiën bin nen komen van dubieuse leden. De contri butie werd weer op f 5.per jaar vastge steld. De omslag van een ingeschreven paard werd weer bepaald op f 2.De keuringen voor opname en de voorkeuringen zullen worden gehouden op 19, 21 en 22 Juni, de centrale keuring op 11 Augustus, de veulen- keurlngen op 23, 24, 25 en 26 Augustus en de verrichtingsdag op 17 September. Aan het jaarverslag ontlenen we dat het van veel belang voor de paardenfokkerij is, dat de verplichte merriekeuring is ingesteld; zo als de toestand nu nog is, dus zuiver pro vinciaal, is die verre van ideaal. Het kan echter een stimulans zijn'om de keuringen in de nieuwe Paardenwet géregeld te krijgen. Zeer waarschijnlijk zal deze wet nog dit jaar van kracht worden. Er is een hulpveulenreglster Ingesteld, waar in veulens, met bijv, wit aan de benen, ge registreerd kunnen worden. Hoewel het euvel van witte haren op ongewenste plaat sen nog steeds voorkomt, werd toch met deze dierenfgefokt en brachten zij een geheel z.wart veulen, dan was de normale gang, dat deze afstammelingen via het hulpboek wer den opgenomen. Nu echter, na de instelling van het hulpregister, kunnen deze zwarte afstammelingen, welke vroeger verloren gin gen, nu erkend blijven. Voor het stamboek werden bij de keuring voor merriën goedgekeurd 126 en voor het hulpstamboek 14, aan 17 merriën werd het praedicaat ster toegekend, terwijl 2 merriën preferent werden verklaard, op hun afstam melingen. In 1947 werden 452 veulens inge schreven tegen 395 in 1946. De heer N. van der Werf te Heeg hield een causerie over: „Het Friese paard als circus attractie”, waarbij hij aangaf welke perspec tieven er voor dit paard zijn. Bij de bestuursverkiezing werd het aftredend bestuurslid ir. A. H. Nubé herkozen. De perspectieven voor het Friese paard, wel ke door de heer van der Werf naar voren werden gebracht, zullen wel andere zijn, als die welke werden behandeld op de vergade ring van de afdeling Friesland van de Bond van Veehandelaren. De afd. Friesland had n.l. voorgesteid om het paarden- en ook het schapenvlees vrij te geven, daar vooral het schapenvlees toch maar in de zwarte handel terecht komt. Zij stelde vérder voor om alleen erkenningen te geven aan te goeder naam en faam bekend wordt ten aanzien van de terugkeer. De een vraagt: hoe zal men deze moreel en geestelijk uit hun lood geslagen mensen opvangen in onze geordende en degelijke Hollandse maatschappij? en de ander: hoe zal een verburgerlijkt en benepen Nederland zich nog weten aan te passen aan deze prachtkerels, die alles op het spel zetten voor het vaderland? De werkelijkheid zoeke men tussen deze uitersten, al lere men de achtergrond verstaan. De oorlogsmentaliteit, gedurende de oor log aangekweekt, werd door velen vast- gehouden. De diefachtigheid van een kleine groep werd echter als vanzelf ge generaliseerd. Vele oorlogsvrijwilligers moesten lang wachten voor ze goed aan de slag konden gaan. Ook dit wekte desillusie. Over jiet algemeen vonden onze jongens weinig erkenning en veel' critiek. Blinkende beloften door een te groot aantal onverantwoördelijken ge daan, bleken zeepbellen te zijn. Eigen dromen bleken dromen te zijn en niets meer. Eenmaal in Indië rezen nieuwe moeilijkheden. De Hollander, en nog meer de Fries, is ordelijk van nature, maar aan discipline heeft hij een broertje dood. Er kwamen bovendien tijden van ont moediging en uitputting. De politiek van de regering werd niet begrepen of ver oordeeld. De agitatie van de communis ten in Nederland maakte hen razend en de kwade geruchten, die in het klets grage vaderland de ronde over hen de- en Rusland gedaan zou zijn, want Amerika zou er vermoedelijk niets voor voelen als onderdeel van de internationale strijdmacht ook Russische troepen in Palestina toe te laten. Maar die vraag komt thans niet aan de orde, want Engelands houding veroor zaakte, dat de Veiligheidsraad voorlopig niet verder kwam dan de order „Staakt het vu ren” aan beide partijen, en het zenden van een officieel bemiddelaar, graaf Bernadotte. Het was voor de Engelsen ook een zeer moeilijke positie. In de eerste plaats zijn er onder de Engelse dominions, welke met hun sympathie volkojnen achter de Arabieren staan o.a. het Mohammedaanse Pakistan. Een dergelijke toestand in ons eigen Neder- - landse rijk, dat overzee in Indonesië grote groeperingen Mohammedanen telt, verhindert Den Haag bijv, ook Amerika te volgen in j een directe erkenning van de Joodse staat 1 Israël. Daarnaast wensten de Engelsen de Arabische staten zelve niet voor het hoofd 1 te stoten, Engeland acht hen daarvoor een 1 te belangrijke groepering in het Midden Oosten, die rijke oliegebieden beheerst en 1 welker macht gewicht in de schaal zou wer- pen als er een conflict met Rusland dreig de. De Engelsen zijn er sedert jaar en dag mee bezig deze zijn de volgende: Melkaanvoer in 1947 was 600.089.803 kg., hetgeen een vermindering ten opzichte van 1946 betekende van 114.721 kg. De oorzaak hiervan is de droge zomer geweest. De totale boterproductie was 76.336 kg. la ger dan in ’46 en had nu bedragen 11.155.166 kg. De hoeveelheid omgepakte boter van 2.122.746 kg. was hiermede 827.536 kg. lager dan in 1946. Ook bij dit station zijn de boe ten vrijwat hoger geweest dan in het jaar daarvoor n.l. f 14.415.tegen f 5795.De Zuivel. Het is de week der jaarverslagen geweest en het is zeker wel de moeite waard hier eli daar een greep uit te nemen en dan natuur lijk uit die, welke voor onze provincie van belang zijn. Zo blijkt uit het jaarverslag van de Bond van Coöp. Zuivelverkoop ver enigingen, dat bij die bond waren aange sloten 266 boter-aen kaasfabrleken. Dat in deze fabrieken nog al een en ander geprodu ceerd is, kan men zien uit de cijfers. De to tale omzet bedroeg 15.600.000 kg. boter, 22.800.000 kg kaas. 2.600,000 kg melkpoeder, ter waarde van f 76.000.000.Uitgevoerd werd 552.000 kg. boter en 14700.000 kg. kaas. De totale productie van fabrieksboter in ons land was in 1947 natuurlijk nog al even ho ger en was 52.400.000 kg., van kaas 64.400.000 kg. Nog enige interessante cijfers over deze ma terie ontlenen we aan het verslag van het Kaascontrölestatlon Friesland^ waarbij 155 bedrijven aangesloten waren en wel 95 in Friesland, 14 in Groningen, 22 in Dtente en 24 in Overijssel. De totale produc tie van deze bedrijven In 1947 was 40.239.271 kg. Dit was 1794847 kg. minder dan het jaar daarvoor. Van deze ruim 40 millioen kg leverde Friesland ruim 29 millioen kjg., Overijsel ruim 4 millioen, Drente ruim 3 mil lioen en Groningen ruim 2 millioen kg. Dat er minder werd geproduceerd dan In het jaar daarvoor is te wijten aan verschil lende factoren als: verplichte verhoogde melklevering, verhoogde fabricatie van melk poeder en condens, terwijl ook door het pas- teurisatieverbod de kaasopbrengst vermin derd wesd. Het aantal afgeleverde kaasmer- ken bedroeg nog 9.132.600. Was het bedrag der boeten het vorig jaar al vrij hoog, dat is nog gestegen met een bedrag van f 18.500.en bedraagt nu f 126.768.75. De exploitatierekening sloot met een voorde lig saldo van f 64.756.04, maakt met het voordelig saldo van het voorafgaande jaar van f8730.17 een totaal van f73.486.21. Het station heeft zich ook dit jaar weder verzefl tegen de invoering van nieuwe kaas- merken met het merk „Holland”. De cijfers van het I Bolswartls Nieuwsblad 31 r SMUTS J r 2 2 Skoart mankeare.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1948 | | pagina 1