4
w 8
Gabe Skroa
Martinytoer
I
Hwat hat
us
hjoed
sizzen
to
lieden hiertoe
opent
en
ons
na
Fan de
DrD.Kalma forstoarn
Bols wards Nieuwsblad
STREEKBLAD VOOR WEST- EN ZUIDWEST FRIESLAND
Lagere Technische School biedt mogelijk-
perspectieven
Eigenlijk hadden we bo
ven dit artikel willen
plaatsen: „Wat de koe
doe is voor de krokodil,
is de L. T. S. voor de
lagere school.” Die titel
zou wel pakkend zijn en
wellicht meer de aan
dacht trekken, dan di
rect maar met de deur
in huis te vallen en te
spreken van de mogelijkheden tot symbiose bij ons onderwijs. Dat
we toch deze titel niet namen, vindt zijn oorzaak minder in het feit,
dat we het ongepast achten de lagere school met een krokodil te
vergeleken, dan wel in de omstandigheid schaamrood bedekke
onze kaken dat wij ons niet zo heel zeker gevoelen wat die „koe
doe” betreft.
Jager brandend
in zee gestort
Moeder per taxi
geschaakt
n”
3—
3.30
Forum beantwoordt
vragen van de jeugd
De Europadagen te Leeuwarden zijn
Zaterdag besloten met een forum voor
de jeugd in Zalen Schaaf, dat werd ge
vormd door burgemeester J. G. S. Bruin-
sma uit Bolsward, lid van de Nederland
se Raad der Europa Beweging, mevr,
mr A. A. Vondeling Van ’t Hof te
Leeuwarden, de heer P. Brijnen van
Houten te Den Haag, gedelegeerde voor
de Voorlichting van de Nederlandse
Raad der Europese Beweging en de heer
H. Wierda, onderwijzer te IJlst en win
naar van de Europaprijs.
A]
«SR
fc
ALS wij ons niet vergissen, ligt hier
voor heel wat jongens ’n levenskans
De L. T. S. te Bolsward biedt de outil
lage, de leerlingen blijven bij deze sym
biose leerlingen van de school ter
plaatse. Wanneer met het ingaan van
een nieuw leerjaar een dergelijke sym-
Vliegtuig in zee,
niemand gered
Tj. de
Sr
Wgg
49e Jaargang
Dinsdag 20 October 1953
No. 82
De Jong’s Nieuwsblad
Opmars naar symbiose in ons onderwijs
de balsem
of
T
Abonnementsprijs: f 1.50 per kwartaal
(bij vooruitbetaling)
Advertentieprijs: 12 cent per
Ingezonden mededelingen dubbel tarief
Handelsadvertenties bij contract reductie
Verschijnt DINSDAGS en VRIJDAGS
Uitgave: Fa A. J. OSINGA te Bolsward
Administratie- en Redactie-adres:
Marktstraat 13
Telefoon 451 - Na 18.30 uur 305 of 335
(K 5157)
Bovenstaand rijmstuk is slechts één van
de vele waarderende blijken van mee
leven, die wij met de uitgave van ons
blad op de nieuwe rotatiepers mochten
ontvangen, zowel geuit in proza als in
poëzie. Wij willen allen, die zo spontaan
reageerden graag voor deze blijken van
meeleven hartelijk dank zeggen en ho
pen, dat ons blad, ook wat de inhoud
betreft, steeds aan de gestelde verwach
tingen zal voldoen. Red.
Het nieuwste steeds op elk gebied,
Voor de stad en voor het land,
Dat gaat samen hand in hand,
Een beter blad, zoals u ziet.
„Bolswards Nieuwsblad” was zo vrij
En bood u aan in groot formaat,
De nieuwe krant, ’t Is lang niet kwaad,
Dit is het blad, voor u en mij.
Bolswards Nieuwsblad
Wat we eigenlijk bedoelen? De groten dierenbeschrijver Brehm is
het, menen wij geweest, die voor het eerst heeft verteld, van het
vogeltje, dat vriendschap pleegt te onderhouden met de krokodil,
die, hoewel hij een grote slokop pleegt te zijn, het diertje ongestoord
toelaat de resten van zijn maaltijd van tussen zijn kiezen te pikken.
Met een deftig woord: vogeltje (de hebben het maar „koedoe” ge
noemd, maar konden nergens de echte naam van het geveederde
vriedje ontdekken) en de krokodil leven in symbiose. Symbiose is
een levensgemeenschap, waarbij beide partijen gebaat zijn, i.c. het
vogeltje koedoe vindt zijn kostje en.de krokodil wordt behoed
voor de gevaren van een „slechte adem”
LS er in onze tijd wordt gesproken geen nader betoog, maar kon de eigen
school daarin niet voorzien, bijv, door
middel van onderwijs in het vak handen
arbeid
Arbeid is
foar it bloed.
Zaterdagmorgen omstreeks 9 uur is op
de Vliehors tussen Texel en Vlieland
een Meteor-straaljager van de vliegba
sis brandend in zee gestort.
Er moet zich een explosie hebben voor
gedaan, want omstanders zagen brok
stukken van het toestel neerstorten.
Reddingboten hebben ook delen van ’t
vliegtuig gevonden. De piloot, de 28-
jarige le luitenant-vlieger J. Deibel uit
Leeuwarden, kan niet meer worden ge
red. Het vliegtuig nam deel aan schiet
oefeningen boven de Vliehors.
TZIEST men de vorm van de symbiose,
■*vm.a.w. gaan deze leerlingen één dag
per week naar een speciaal voor hen in
gestelde cursus op de Lagere Techni
sche school, dan komt misschien spoe
dig tot uiting, waar de jongen geschikt
voor is. Men gaat de jongens op deze
cursus geen speciaal „vak” leren, maar
brengt hen in aanraking met hout- en
metaalbewerking, met schilderen enz.
Nauwkeurig wordt er op gelet op de
leerling ook speciale aanleg of voor
liefde aoan de dag legt voor een be
paald onderdeel. Jongens tussen de 12
en 16 jaar zijn geestelijk noch lichame
lijk volgroeid. Ze moeten nog „alge
meen” gevormd worden.- Eenzijdigheid
schaadt. Daarom wordt op de L. T. S.
bij de gewone cursussen ook gelet op
de ontwikkeling niet alleen van de prac-
tische, maar ook van de theoretische
intelligentie. Die twee gaan trouwens
veelal samen. De voorgestelde symbiose
tussen de hoogste klassen van de la
gere school en de L. T. S. heft het be
zwaar vin de eenzijdige ontwikkeling
van de legere school voor een groot
gedeelte op. Zo’n ééndaagse cursus in
de L. T. S. brengt de jongens in een
heel andere sfeer, geeft hen een kans.
Ook al zouden zij later een intellec
tueel beroep kiezen, dan nog is enige
technische vorming van groot nut.
Evenals het van groot zou zijn als de
ulo- en HBS-meisjes minstens één dag
pe-r week de huishoudschool gingen be
zoeken om koken en wat naaien te le
ren.
of boerenarbeider gaan of moeten, wor
den, dan nog is enige technische scho
ling van groot belang.
Ook het boerenbedrijf wordt hoe langer
hoe meer gemechaniseerd. Enige ver
trouwdheid met de techniek is van on
schatbare waarde.
Het onderwijs in een symbioseklas is
daarom iets heel anders dan het geven
van les in handenarbeid. Het leerplan is
op de practijk gericht.
Men laat de leerlingen iets maken, dat
zinvol is, tekenen, zage-n, spijkeren,
schroeven, schilderen).
Zo wordt met stimulering van de ac
tiviteit de mogelijkheid nagegaan die
karakter en aanleg bieden.
Ook zou het aanbeveling verdienen leer
lingen van Mulo e-n HBS een middag
per week dergelijk onderwijs tè laten
genieten. Proeven elders met dit onder
wijs genomen, blijken goede resultaten
te hebben.
Natuurlijk is deze vorm voor onze om
geving iets geheel nieuws. Al het nieu
we moet wennen. We zijn bovendien al
tijd geneigd de kat eerst eens uit de
boom te zien. Omdat het aantal leer
lingen van de 7e en 8e klas hier ter
stede en in de omgeving niet overgroot
is (de meeste leerlingen gaan direct
reeds uit de 6e klas naar Mulo, L. T. S.
of landbouwschool) kan hier niet de ene
school op de andere wachten. Het initia
tief moet tezamen genomen worden.
Daarom is bespreking van bovenge
noemde mogelijkheden in ouderavonden
en op schoolvergaderingen van zeer
groot belang.
Een krant, geschikt voor ieder slag,
Geëigend ook aan deze streek,
Wat ook nu uit d’inhoud bleek.
Geen beter blad waar u ook zag!
J. S.
„Van je kinderen moet je het hebben,”
zal de 82-jarige weduwe H. Vermeu
lenVan Zeeland te Gemert wel ge
dacht hebben, toen zij Vrijdagavond 9
uur geschaakt werd door haar eigen
zoons en dochters. Zij werd uit haar
bed gelicht en in nachtgewaad per taxi
meegenomen naar Beek en Donk, een
naburig dorp.
De weduwe heeft zeven kinderen die al
jaren in onmin leven over een erfenis
kwestie.
Een dochter woont met haar man bij
de oude weduwe in en vier van de kin
deren zijn daar fel tegen gekant. Ze zijn
van oordeel, dat moeder maar bij hen,
in Beek en Donk moet komen wonen.
Omdat zij met praten niet verder kwa
men, heeft het viertal het probleem wel
op erg radicale wijze opgelost.
Zij wisten, dat het inwonende echtpaar
niet thuis was, drongen het huis bin
nen, sloten de dienstbode in haar ka
mertje op, zodat deze geen alarm kon
slaan en namen moeder mee
Waarin opgenomen: De Bolswardsche Courant, Westergoo en
DIJ eenzijdige opleiding is noeh ’t kind
noch de practijk gediend. Al zou
een jongen door omstandigheden boer
bioseklas zal starten (minimaal zijn er
24 leerlingen vereist) dan kan dit een
waardevolle bijdrage worden tot de op
lossing van een groo probleem.
De directeur van de L. T. S., de heer
H. J. W. Pehlemann, antwoordde op
een vraag onzerzijds, dat hij zeer
enthousiast is over de hier geboden mo
gelijkheden en dat hij tevens bereid is
op ouderavonden a.d. een nadere uiteen
zetting over deze vorm van symbiose
te geven.
I schien wel voor het aanleren van veel
technische vaardigheid en heeft hij een
grote dosis op de practijk gerichte in
telligentie.
De jeugd, die vrij goed was vertegen
woordigd, zat niet met de mond vol
tanden, maar het forum, dat breedvoe
rig op de vragen inging, nog minder.
Tal van kwesties werden aan de orde
gesteld, waarbij wel bleek, dat de vaak
gehoorde opmerking dat de peugd in 't
geheel geen diepgaande interesse meer
heeft, sterk generaliserend is.
over symbiose-mogelijkheden bij ons
onderwijs, moeten wij dus ook denken
aan een belangengemeenschap, die
twee ongelijksoortige grootheden vrij
willig aangaan tot nut van beide par
tijen. Zoals het vogeltje en de krokodil
elkaar tot nut zijn, en zoals in de plan
ten- en dierenwereld zeeanemonen en
wieren, paddenstoelen en mossen elkaar
het leven mogelijk maken, zo stelt men
zich ook voor dat verschillende school
typen elkaar tot wederzijds nut en bo
venal tot heil van het kind kunnen aan
vullen door op een bepaald onderdeel
een levensgemeenschap te vormen.
Bepaaldelijk denkt men dan aan de leer
lingen van de 7e en 8e klas, die één
dag in de week op de L. T. S. een op de
practijk gericht technisch onderwijs zou
den kunnen ontvangen.
Onmiddellijk dringt de vraag zich op
of dit wel zo nodig is. Dat een zekere
handvaardigheid gewenst is, behoeft
tsje, mar elk kin sjen, dat by in lytse
tobeksetter dizze kategory daliks oan ’e
groun komt to sitten. En dan sil der
dochs wer yn forsjoen warde moatte.
Handenarbeid Spielerei?
|~)M het antwoord op deze vraag eens
uit de doekjes te doen, was in de
gymnastiekzaal van de Bolswardse L.
T. S. door het bestuur van deze onder
wijsinstelling onder leiding van burge
meester J. G. S. Bruinsma, Vrijdag een
voorlichtingsmiddag belegd voor school
besturen en hoofden van scholen, waar
in de heer R. J. Sipkens, inspecteur
L. O. in de inspectie Sneek, sprak over
de geschiedenis tvan het vak handen
arbeid op de lagere school, terwijl de
heer J. L. G. Faber de boven reeds aan
geduide mogelijkheid tot symbiose van
de twee schooltypen belichtte.
Het vak handenarbeid is niet nieuw.
De problemen rond dit vak zijn het
evenmin. Er is reeds meer dan een hal
ve eeuw aan gedokterd, maar nog steeds
weinig van terecht gekomen. De moei
lijkheden zijn voor een kleine platte-
landsschool voor dit vak ook wel heel
groot. Een apart lokaal er voor ont
breekt veelal. Bevoegde leerkrachten
zijn er betrekkelijk weinig en die wel
bevoegd zijn tot het geven van handen
arbeid, zijn niet altijd enthousiast over
dit vak. Grote paedagogen zijn wel
steeds voorstanders van handenarbeid
op de lagere scholen geweest, maar nog
steeds is het plaatsen er van op de les
rooster facultatief. Als leervorm heeft
handenarbeid zeker waarde, als apart
vak met doel in zich zelf, niet of nau
welijks.
Mete en beroepsopleiding zoals aan de
technische scholen is dit geheel anders.
Hier is de handvaardigheid doel in zich
zelf. De waarde die het vak handen
arbeid heeft, moet men dan ook niet
allereerst zoeken in het zich verwerven
hokfor probleem de Direksje stiet. En
hoe’t har kar ek ütfalt, der sille tüzenen
komme, dy’t mei bitterheit har bislissing
fornimme sille. Hwant wy stean foar in
probleem, dat net oplost wurde kin. Der
is fierst to min lan om oan de billike
easken to foldwaen, dy’t it boerefolk oan
üt lanbisit stelt.
Een vliegtuig van de Amerikaanse ma
rine met een bemanning van negen kop
pen is ten zuiden van Ijsland in zee ge
stort. Vier mannen werden later door
een vliegtuig in een rubberboot waar
genomen, maar toegesnelde schepen
konden de drenkelingen niet meer vin
den. Men vreest, dat zij in de storm en
ruwe zee zijn omgekomen.
Een rubberboot, zonder overlevenden of
lijken, is later aan de kust van Zuid-
IJsland aangetroffen. Een IJslands
kustvaartuig en twee vissersschepen
vonden slechts wrakstukken, olietan
en een stuk van de vleugel van het ve.
ongelukte toestel.
It rint wer nei de tiid, dat mannichien,
dy’t gading makket op in> pleats yn de
Noard-East-polder, nei de post ütsjocht.
Nou daliks noch gjin tawizing, mar
dochs ien of oar birjocht, hwerüt hy op-
meitsje kin, dat er jit kans makket. Mei
Krysttiid sil it wol sahwat bislikke wêze
en jonge, jonge, as it us ris barre mochte.
Sa tinke de jonge boeren der oer, dy’t
nou al mear as tsien jier yn de polder oan
de wurksumheden diel nomd hawwe. Sa
lang is der al wachte, sa bitter wie eltse
kear it toloarstellend birjocht it moast
dochs dit jier slagje. ETwa hawwe op it
lést dizze polder fan ir woastenij foroare
yn goed lan? Binne sy it net dy’t jierren
oanien yn keten en kampen tahalden
hawwe, de iensumens, de forfeling en it
heukerjen treast omt hja seagen nei de
takomst? Hwa hat mear kans en mear
rjocht as sy? Is it winlik har lan hast net
foar in diel en soe nou de ien as oare hjir
sa mar komme en it lan bibuorkje? Dat
soe dochs skande wêze en great ünrjocht.
Sa tinke hja en sa prate hja. En der sit
Sneintomoarn is yn it Diakonessenhüs
to Ljouwert forstoarn Douwe Raima,
Frysk dichter, historicus, kritikus en
essayist.
Dr Raima hie Tongersdeitojoun, doe’t
er fan Weidum öf op thüsreize wie, nei
syn wenplak Rottefalle, mei syn brom-
fyts in oanriding by de Weidumerhoe-
ke op de Ryksstrjitwei.
Douwe Raima waerd berne op 3 April
1896 to Boksum. Hy studearre oan it
gymnasium to Snits en letter theology
to Grins.
Letter studearre hy Ingelske tael en
skriftekennisse. Yn 1938 promovearre
hy as earste op in yn it Frysk skreaun
proefskrift oer Gysbert Japiks.
Dr Raima hie doe ek al namme as
skeppend literator. Hy skreau ü.o. in-
kelde Fryske drama’s yn fersen, hwer-
fan Rening Aldgilles wol it measte bi-
kend wurden is.
As oprjuchter en lieder fan de jong
Fryske Mienskip joech hy foarm en
stal oan de jong Fryske biweging (1915)
Sünt dy tiid skreau hy in great tal es
says en kritikep. Bikend is ek syn
„Skiednis fan Fryslan”.
De léste jierren wenne Dr Raima to
Rottefalle en joech er him hielendal
oan it oersetten fan it folsleine wurk
fan Shakespearre, dat er op in man-
nich bledsiden fan Hamlet nei ré krige.
En dit dan het wakkere groepje leerlingen van de Openbare Lagere School te
Makkum, dat heel Friesland versteld doet staan van hun tippelprestaties. Onder
leiding van een der ouders, de heer A. Jansma, behaalde dit groepje eerste
prijzen, wlsselprijzen en groepsprijzen aan de lopende band. Zelfs buiten de
provincie sloegen ze een goed figuur. Ze presteerden alleen dit jaar reeds
het volgende:
Leeuwarden, 4 Juli 1953: 1ste prijs.
Leeuwarden, 29 Aug, 1953. Prinses Wilhelriiinamars:
1ste prijs wisselbeker.
Lemmer, 12 Sept. 1953: 1ste prijs -f- lauwertak groepsprijs.
Groningen, 26 Sept. 1953: 1ste prijs. Wisselbeker 4- grqepsprijs.
Hartelijk geluk gewenst, jongens en meisjes en we hopen, dat nog menigmaal
ons blad jullie successen zal melden.
in oare boer, dy’t syn pleats kwytrekket
om’t de stêd of it Ryk syn lan brüke moat
foar wente- of wegebou. Mei greate brie
ven en fikse tasizzingen is syn sollisi-
taesje fuortstjürd.
Elts kin dochs wol bigripe, dat hy in
pleats ha moat, nou’t de selde Oerheit
sines brüke moast. Hwa hat der mear
rjocht op? En mei great langstme sjocht
ek hy üt nei de postEn der sitte yn
üs lan hünderten jonge boeren, dy’t yn
eigen gea gjin stikje mear bisette kinne.
Nou wurdt hjir mei it jild fan allegearre
nij lan oanmakke. As der nou ien rjocht
hat op in kans dan is it dochs de jonge
boer, d’t yn in streek wennet, hwer’t de
bidriuwen sa lyts binne, dat er fan for-
parten gjin sprake wêze kin. Hy hat mei
moed sollsitearre en wachtet.
En der is in hiel leger, dy’t mei greate
opofferingen him klear makke hat troch
de Lanbouskoallen to folgjen: hja hawwe
heard fan de easken, dy’t men oan nije
boeren stelle wol: in diploma fan in Lan-
bouskoalle en ünderfining op in stik of
hwat tip-top-bidriuwen. Hja binne nei
Grins en Sélan west as folontair, hawwe
in motorkursus en in traktoarenkursus
folge. Hja binne jong, praktysk en theo-
retysk alhiel klear foar har taek. As dy
direksje de pleatsen nou oan de goede
lju jaen wol, dan slagget it har sekuer!
En dêr is dy boer, dy mei in greate hüs-
1 j op in lyts bidriuw sit en dy mei
eigen bern in fiks bidriuw oangean
de lienbank en
linne wrotters op skarrelje hja mei eigen folkje in bistean-
halding op in lyts bidriuw sit
sn eigen bern in fiks bidriuw
kin. Hy hat hwat jild op
kin it wol bigapje. Hja bi
en üt en as de Direksje nou billik is, dan
komme hja der grif! Ik bin jit lang net
oan de ein fan de list fan scllisitanten,
mar dit is genóch om sjen to litten, foar
van een zekere handvaardigheid,
technische bekwaamheid, maar schuilt
in het opvoedkundige vlak. De sociale
opvoeding, de aesthetische vorming en
het teamwerk worden er door bevor
derd. Bovendien leert de onderwijzer- de
kinderen eens kennen van een andere
kant. Overigens is het vak het ma
ken van aardige kartonnen doosjes,
vlechtwerk enz. te weinig op de prac
tijk gericht. De ouderavond kan door
de werkstukjes van de leerlingen wor
den opgefleurd, voor het latere leven
heeft het vak weinig practische waar
de.
Men is dan ook licht geneigd de be
oefening er van als „Spielerei” te kwa
lificeren, „gepiel” zouden we in het
Fries zeggen.
Symbiose biedt perspectief,
oy dit met het onderwijs aan een
L. T. S., ook in geval van de voor
gestelde symbiose, een heel ander geval
is, bleek overduidelijk uit het betoog
van de heer Inspecteur van het nijver
heidsonderwijs, de heer J. L. G. Faber.
Spreker bepaalde zich voorlopig tot de
jongens uit de 7e en 8e klas. Ieder
kent deze jongens wel. Ze worden voor
de lagere school eigenlijk te groot en
leren er vaak weinig nieuws meer.
Niet zelden uit zich hun levenslust op
deze jaren (12 5. 13 jaar) in het ple
gen van baldadigheid.
In de steden verzamelt men deze jeugd
van verschillende scholen in een speciale
V. G. L. O.-klas, maar op het platte
land gaat zoiets niet. Nergens komt in
onze omgeving een dergelijke klas voor.
Wat moeten deze jongens worden?
Meestal wordt dit van buitenaf be
paald, bijv, door de ouders of door de
omstandigheden, te weinig geschiedt
dit vanuit de leerling zelf. Wij bedoe
len hiermee niet, dat de leerling altijd
moet worden, wat hij zelf wil. Misschien
wil hij wel ijscoventer worden of ban
ketbakker of vliegenier. Niet omdat hij
voor deze beroépen geschikt zou zijn,
maar omdat deze hem toelachen. De be
roepskeuze bepalen vanuit de leerling
zelf, wil zeggen: een beroep kiezen dat
past bij zijn aanleg en mogelijkheden.
Wat zit er in een jongen, ook al kan hij
misschien niet goed „leren”?
Dit zegt nog niets. Al is iemand niet
geschikt voor het opdoen van veel theo
retische kennis, waarom is hij het mis-
Yn dit Ijocht kin men bigripe, dat ek
hjir yn Fryslan de tinzen fan boerelieders
en lanboudeskundigen mei greate bilang-
stelling neigeane oft op de ien of oare
wize gjin lan to winnen is. Dizzer dagen
hawwe hja mei mekoar rieplachte oer de
kansen en mooglikheden yn Fryslan.
Hwant hjir is de fraech nei lan ek driu-
wend.
De Rykslanboukonsulint yn Drachten,
Ir J. de Geus, hat ris neigien, hoefolle
lju allnnich yn de Walden al sa’n lyts
bidriuwke hawwe, dat hja mei in bytsje
minder prizen gjin bistean mear hawwe.
Hy wol hjir op üt, dat men it lan, dat
jit foar oanmeitsjen en forbetterjen yn
oanmerking komt, brükt wurde sil om
dizze lytse lju in pear ha mear lan ta to
wizen. As men dizze spultsjes ris bringe
koe op 7 ha, dan wie der alle lan al mear
as foar nedich. En is dat hou tofolle
frege
860 lytse spultsjes fan 3-4 ha, 828 fan
4-5 ha, 620 fan 5-6 ha en jit 617 fan
6-7 ha. Meiinoar sa’n trijetüzen lytse
boerkes, allinich yn de Fryske Walden.
Salang molk- en féprizen sa bliuwe bi-
Gevraagd ook door de emigrant,
Verzonden naar de verste landen,
Onderhoudt het hechte banden,
Door ’t plaatselijk nieuws uit het oude
land.
En voor de lange winteravond,
Is het streekblad toch je dé.t,
Elk dorpsnieuws is er in vervat,
Een blad van inhoud steeds gezond.
Is it nou gjin sack, sa seit Ir de Geus,
dat it lan üt de Lege Midden, de heech-
feanüntginning yn East-Stellingwerf en
de petgatten en it ünlan yn de Linde-
lichte mei de heidefjilden, dy’t Domei
nen hjir en dêr noch hawwe brükt wur
de om dizze, to lytse, bidriuwkes oan in
bettere grounslach to helpen. Fansels
moatte yn de Lege Midden de lju, dy’t
dat lan oan diz tiid brükten, ek har diel
hawwe.
Mar as dizze foar 10 ha min bütlan 5 ha
bést lan weromkrije binne dy dochs al
better üt. En sa komt hy dan ta de fol-
gjende opset: Yn de Lege Midden soe
dan 5000 ha frijkomme kinne, yn East-
Stellingwerf 300 ha, by de Linde 300 ha
en oan heide jit 200 ha. Dat is meiinoar
5800 ha. Dêr soene dan dy trijetüzen
lytse boerkes mei holpen wurde moatte.
Om dit to birikken soene dan yn dy ge
meenten inkelde spultsjes forparten wur
de moatte, en de biwenners oerpleatst nei
de Lege Midden en sa. Tinkt men jin
dizze saek goed yn dan komme der hiel
hwat biswieren los. Mar dochs is it de
muoite wurdich om nei to gean oft hjir
net hwat goeds üt to meitsjen is. Hwant
de lytse boer yn dizze omkriten hat gjin
oare ütwei as troch sanearing fan de bi-
driuwsgreatte to kommen ta in minimale
bisteansbasis.
As nou Domeinen en de oare Ryks-yn-
stansjes mar ris safolle each foar dizze
sitewaesjes krije koene, dat hja ré wiene
om in biskieden bigjin to meitsjen mei
dit plan. Dan soe ek blike kinnen oft de
praktyk mei de lytse boeren seis sa flot
gean soe as op papier tocht wurdt. Dêr
bin ik noch net sa botte gerês op.
mm