roar
IN ZUID-AFRIKA
KRIS-KRAS door Nederland
BIJ DE NEDERLANDSE EMIGRANTEN
maar
Deadendoims
Boot
IJ
Prof. Lieftinck
1
Fan de Martinytoer
Ministerszoon van
moord beschuldigd
us hjoed p p
to sizzen
STREEKBLAD VOOR WEST- EN ZUIDWEST FRIESLAND
ramde motorschip
teruggeroepen
Overal ligt liet werk te wachten,
men dient zijn vak te verstaan
van Veerdienst
Bevolkingsdichtheid
in Nederland hoog
50e Jaargang
No. 23
Dinsdag 23 Maart 1954
De Jong’s Nieuwsblad
kan ik
eeuw
PYT.
t!
Tj. de J.
Abonnementsprijs f 1.60 per kwartaal
(bij vooruitbetaling)
Advertentieprijs: 12 cent pei mm
Ingezonden mededelingen dubbel tarief
Handelsadvertenties bij contract reductie
ct
Ct
ct
ct
ct
ct
ct
k
Verschijnt DINSDAGS en VRIJDAGS
Uitgave: Fa A. J. OSINGA te Bolsward
Administratie- en Redactie-adres:
Marktstraat IJ
Telefoon 451 - Na 18.30 uur 305 of 335
(K 5157)
dikwijls
mensen
dat niet kan, blijve thuis. Emigranten
zijn geen hervormers en cultuurmissio-
narissen. Het zijn mensen, die in een
gastvrij land een goede toekomst zoe
ken.
Zuid-Afrika is een land voor nuchtere,
bekwame en werkzame Nederlanders.
Tal van organisaties zijn er om hen te
helpen en zich thuis te doen gevoelen.
Gereformeerden, Hervormden, Katholie
ken, allen hebben hun aanknopingspun
ten.
In Zuid-Afrika behoeft niemand zich ge
ïsoleerd of alleen te gevoelen, mits er
ook iets van hemzelf uitgaat. Maar dit
geldt hier in ons land ook.
Dizze moderne aviatyk
Trunet ek ta ófkarren,
Troch dimne boargers sil krityk
Ornaris net bisparre.
Hja sizz’; men hoeft sa'n strielpiloat
Wier noait lüdroft to priizgjen,
Hwant goed bisjoen is ’t doel: selsmoard
En soks moat jin oangrize.
Sa’n oardiel slacht ynsiedich hurd,
Foarütgong moat weardearre,
Miskien fynt men wol takomstnut
Efter de lüdsbarrière.
Op ’t mêd fan de aviatyk,
Lizze greate mogelikheden,
Men is by ’t hjoeddeisk ündersyk
Derfan mar noait tofreden.
It sprekt fansels in strielpiloat,
Moat him dérop ynstelle;
Dy jonge, dy’t it measte doart,
Wurdt lyk in foarst ynhelle.
Der strielje yn dit brede fek,
Stees mear en nije stjerren,
Hja ha ’t prestearre en trochbrek,
Saneamd de lüdbarrière.
Der stjerre mear minsken oan de drank,
as oan ’e toarst
Handgranaat in het vuur. Drie Haar
lemse jongens werden Zondag gewond,
toen zij een tussen de pieren gevonden
handgranaat in een uit wrakhout ge
stookt vuurtje wierpen en deze tot ont
ploffing kwam. De 13-jarige J. B. kreeg
een shock, de 14-jarige F. H. letsel aan
de buik en de 13-jarige F. S. een hoofd
wond en brandwonden aan het linker
been.
5
Het proces-Montesi, dat heel Italië be
zig hbudt en dat begon met de onthul
lingen door sommigen als leugen
achtig en lasterlijk gekenmerkt van
de journalist Muto, heeft tot nieuwe sen
satie geleid.
Deze sensatie school in een „testament”
van de kroongetuige Anna Maria Caglio
en zij beweert daarin, dat Wilma Mon-
tesi, die destijds dood op het strand
bij Rome werd gevonden, het slachtof
fer is van een moord, gepleegd, volgens
haar zeggen, door Pierro Piccioni, de
zoon van de Minister van Buitenlandse
Zaken.
Det document was gedateerd op 30 Oc
tober 1953.
Men kwetst niet alleen de Zuid-Afri-
kaander, maar ondervindt ook zelf een
groot aantal tegenvallers als men met
een verkeerde instelling naar Z.-Afrika
reist. Wie meent, dat men de Zuid-Afri-
kaander en Zuid-Afrika aan zich ver
bindt, door een beroep op traditionele
verbondenheid, stamverwantschap, cul
tuurgemeenschap, waarbij Nederland de
rol toebedacht wordt van het oude brave
Moederland en Z.-Afrika het jonge land,
dat nog wel heel wat kan leren, is met
de voeten los van de bodem der werke
lijkheid. De Zuid-Afrikaander is wel zo
veel Nederlander, dat hij zich losrukt,
indien men hem op deze wijze tracht
vast te houden. Het moderne, industri
eel hoog ontwikkelde en welvarend, Z.-
Afrika gaat hieraan schouderophalend
zijns weegs, evenals tegenover hen, die
menen, dat het indruk maakt als men
voorgeeft zijn eigen Moedertaal verge
ten te zijn en slechts gebroken Engels
spreekt.
Indien men het Zuid-Afrikaanse volk
in zijn eigen wezen en krakter en zijn
volkomen zelfstandigheid respecteert,
indien men er komt om wat op te ste
ken in plaats van te zedenmeesteren en
eigen voortreffelijkheid te etaleren, dan
vindt men in geheel Zuid-Afrika een
uitgestoken hand, een luisterend oor en
een gastvrijheid, die beschaamt. Dat kan
een werkelijk gevoel van verbondenheid
bestaan.
Natuurlijk is Zuid-Afrika geen feilloos
land. Het worstelt met vele grote pro
blemen, zoals de gehele wereld dat doet.
En natuurlijk worden er fouten ge
maakt, want ook de Zuid-Afrikaanders
zijn mensen.
Doch wat de Zuid-Afrikaander in het
algemeen ergert, dat er met stenen ge
worpen wordt van zijden, waar men soms
zelf een allesbehalve en fraaie staat van
dienst heeft, en geen of zeer beperkte
kennis van de vraagstukken waarom ’t
gaat.
Emigranten moeten de innerlijke bereid
heid hebben het land en het volk hunner
keuze te aanvaarden zoals het is. Wie
derheit fan de Sosiael-Ekonomyske Rie
bikend makke binne foar in algemien
pensioen, sille, as se sa ütfierd wurde,
ek wer liede ta forheging fan de lean
post en it ien mei oar makket de wurk-
jowers ünrêstich, binammen yn de agra-
ryske sektor. Hwant dêrre binne de for-
oaringen it greatst west. Wie it foar de
oarloch f18.sünder sosiale lésten, nou
is it al aerdich boppe de f 60.mei so
siale lésten, dy’t ek wer f 20.kostje.
DE ARBEIDSFREDE
De arbeidsfrede, dy’t nou in jier as tsien
ta greate foldwaning fan regear en folk
bistien hat, driget de léste tiid yn gefaer
to kommen. De ünderhannelingen tus-
ken wurknimmers en wurkjowers, tus-
ken boeren en arbeiders, rinne net sa
flot mear. Yn de tïïnbou wie it forline
jier al mis en moast de ryksbemiddeler
de leankondysjes oplizze, it bigjint nou
ek yn de lanbou to kreakjen. De kosten
fan it libbensünderhéld binne jitteris
omheech gien, de bieren fan de huzen
ek en de sosiale lésten binne op ’en nij
op it aljemint komd mei de wachtjild-
en wurkleazenkosten.
De plannen, dy’t troch de greate mear-
Het totale werktuigenpark van de Ne
derlandse boer bedraagt 1000 millioen
gulden. Honderd millioen gulden hiervan
gaat verloren door slijtage en „veroude
ren”. Dit verouderen is vaak een kwes
tie van verroesten. Zou elk werktuig één
jaar langer meegaan, dan zou dat een
totale besparing zijn van 10 millioen
gulden per maand.
Zelden ben ik in een land geweest, dat zo rijk is als Zuid-Afrika,
aldus schrijft ons Mr ir B. W. Haveman, commissaris voor de emi
gratie. Rijk in menig opzicht. Het land is zéér rijk aan natuurschoon
en overal ligt de schoonheid van het land voor iedereen toegankelijk
en bereikbaar. Want vrijwel iedereen heeft een auto. Het land geniet,
wat de blanke bevolking betreft, een zeer hoog welvaartspeil en is
ontzaglijk rijk aan economische mogelijkheden. De grote verbindings
wegen zijn over het algemeen voortreffelijk. Van Pretoria naar Kaap
stad, meer dan 1500 km, een prachtige asfaltweg, langs de kust
van Kaapstad oostwaarts tot Port Elizabeth en vandaar noordelijk
naar Durban evenzo. Zulk een wegenstelsel op een geringe bevolking
kan alleen een land zich veroorloven waarvan de economie op goud
rust.
Nu kan men wellicht vragen, of deze
huizen slechts voor uitverkorenen be
stemd zijn, of wellicht onbetaalbaar
duur. Noch het één, noch het ander is
het geval. De mijnen in Virginia en
Welkom hebben een groot tekort aan
bovengrondse arbeiders, die bij het on
derhoud der mijnen werkzaam kunnen
zijn: lassers, draaiers, bankwerkers,
timmerlieden enz. Aan vakmensen wordt
een loon van 700 tot 800 gulden per
maand betaald, voor huisvesting wordt
door de mijndirectie gezorgd, die de hui
zen welke normaal een huur van 180
gulden per maand zouden doen voor
ongeveer 50 gulden per maand ter be
schikking stellen. Er blijft van het loon
dus nog genoeg over, zelfs al zou men
de volle huur moeten betalen, want de
belastingen in Zuid-Afrika zijn veel la
ger en de overige levenskosten niet veel
hoger dan in ons land.
1A IT is in Zuid-Afrika het geval. Men
ziet het ook aan de huizen. Op een
enkele uitzondering Bloemfontein
na, is er in Zuid-Afrika geen woning
nood. Ik trof onze emigranten, wat dit
betreft, nergens ter wereld onder gun
stiger omstandigheden aan. Zij bewezen
mij nog eens temeer hoe belangrijk het
huisvestingsvraagstuk voor onze emi
granten is. Heeft een Nederlands gezin
de beschikking over een goede behuizing,
dan zijn allo moeilijkheden, die anders
torenhoog gemeten worden, plotseling
voor drie-kwart overwonnen. In Zuid-
Afrika heeft men deze goede behuizing.
In Zuid-Transvaal, vlak bij de Vaalrivier
ontwikkelt zich een groot en nieuw in
dustrieel gebied. Ik bezocht er de staal-
en machinefabrieken van Iscor en Vecor;
aan de overkant van de rivier in Oranje
Vrijstaat verrijst een grote fabriek waar
in uit steenkool olie gewonnen zal wor
den; enkele uren per auto verder de
Vrijstaat in worden nieuwe goudmijnen
gebouwd. In deze streken, waarin 1946
nog slechts enkele koeien en schapen
graasden, schieten thans zeer goed en
fraai aangelegde steden de grond uit.
De huizenbouw houdt volkomen gelijke
tred met de fabrieks- en mijnenbouw,
zodat iedere werker soms na een zeer
korte wachttijd een huis heeft. Het
normale type huis voor de arbeider be
staat uit drie slaapkamers, een badka
mer, keuken en grote zit-eetkamer, en
een eigen tuin die men zelf aanlegt
en verzorgt meestal met garage.
Goede vangst. De politie heeft vier Be-
verwijkers tussen 21 en 25 jaar aange
houden, die reeds bekend hebben een
aantal inbraken te hebben gepleegd. Zo
o.a. in een villa aan de Prins Bernhard-
laan, in de markiezenfabrieken Noord-
Holland, in het Rustoord St. Joseph en
in het kantoor van de brandstoffenhan
del Van Doorn. Voorts in IJmuiden, Alk
maar, Zaandam en Assendelft.
Bols wards Nieuwsblad
Waarin opgenomen: De Bolswardsche Courant, Westergoo en
Lykwols, wy witt ’de aviatyk,
Lokket faek ta aventüren,
En dêrom is it net gelyk,
Hwa’t nei gefaren stjüre.
Kiest immen ’t fak fan strielpiloat
Syn pleit mei nea forsomme;
Mar as in amateur üntspoard,
Wierlik, soks kin net romme.
Dy’t sünder needsaek nei sa’n doel
Wyld yn ’e loft omspoeket,
Sa immen kin nei üs gefoel
Syn tiid wol better brüke.
Elk is yn dwaen en litten frij,
Dêroer net iggewearre;
Mar boartsje nea mei ’t libben, mij
Dêrom de lüdsbarrière.
Tijdschriftwezen. De Nederlandse Or
ganisatie van Tijdschriftenuitgevers
heeft een premie van f 1500 beschikbaar
gesteld voor het schrijven van de ge
schiedenis en-of de actuele stand van ’t
tijdschriftwezen.
Zondagmorgen ongeveer half acht had
op het IJsselmeer een aanvaring plaats
van de boot Staveren-Enkhuizen, met
aan boord Friezen, die aan de Stille
Omgang te Amsterdam hadden deelge
nomen met het 136 ton metende motor
schip Algé (kap. G. Broksmit).
Het schip werd aan de achterzijde ge
ramd en beliep averij aan de stuurin
richting, benevens een gat aan de ach
terzijde. De passagiers van de veerboot
bemerkten plotseling een hevige schok
en die aan dek waren hebben de aan
varing gezien.
De veerboot kwam daarna het schip,
dat niet geladen was, langszij, om de
situatie op te nemen. Volgens de schip
per maakte de boot water, maar hij
was niet bereid van boord te gaan. Ook
het aanbod om de vrouw op te nemen
werd van de hand gewezen.
Hierna werd de tocht door de veerboot
in dikke mist voortgezet. Ze kwam circa
een half uur te laat in Staveren aan.
Na de aanvaring is onmiddellijk telefo
nisch contact opgenomen met de haven
politie van Staveren.
Schipper G. Mulder van Staveren sleep
te de Algé later de haven binnen. Het
schip was verzekerd.
bern meiarbeidzje, is men der op oan-
wiisd. It liket üs ta, dat men fan de
kant fan it regear net tofolle yngripe
moat yn dizze forhaldingen. De saneam-
de wurkklassifikaesje en de nije Lan-
bouarbeidswet kinne allinnich dan mar
goede risseltaten jaen as men each hat
foar de gong yn de bidriuwen. Ek hjir
is it sosiael-winsklike allinnich mar to
bouwen op it ekonomysk müglike.
Wo! men to hurd of to folie, dan bisnijt
him dat op in rare manear. En it alge-
mien bilang freget ek nou dat de ar
beidsfrede bihalden bliuwt. Komt der
ienkear drokte tusken dizze beide groe
pen, dan jowt dit net allinnich skea oan
de produktiviteit, mar jit mear oan de
maetskiplike forhaldingen. En dér wurdt
hjir en der al net oer pocht; de arbeids-
freugde is fakentiids fief to sykjen en
de jonge, oankommende boere-arbeider
of feint jowt gjin reden ta optimisme.
Jit altyd wurde praktiken brükt, dy’t
allinnich ütgean fan it persoanlik ego
ïsme en doart men de wurkjower it
mes op ’e kiel to setten mei it wegerjen
fan de forplichte bydragen foar de wet-
telike fünsen. Mei forstün en bigryp
oer en wer sil men it fierste komme en
al binne de omstannichheden langer net
maklik, dit bliuwt dochs de iennige
goede wei. Nederlan hat to great bilang
by in freedsum lénboubidriuw, dan dat
it de forantwurdlike organisaesjes net
bymekoar halde soe. Mar wiisheit sil
der by brükt wurde moatte, dat mei
men fan heech ta leecn net forjitte.
deze eisen, dan worden zij door de vak
organisaties als vrienden begroet.
Weliswaar trof ik Nederlanders op eigen
agrarische bedrijven aan, soms ter waar
de van meer dan een half millioen gul
den, verworven door 15, 20 jaar lange
harde arbeid, doch over het algemeen
lijkt mij de tijd voor agrarische emigra
tie nog niet rijp. Ik besprak met Minis
ter Dönges wel de mogelijkheid van een
zeer beperkt plan, doch dit zal nog veel
tijd aan overleg, en als het goed gaat,
aan voorbereiding vragen.
Zuid-Afrika heeft de naam, dat wie er
als emigrant heen gaat zijn vak goed
moet kennen. Dit is juist. Doch ook
zal er waarschijnlijk dit jaar voor vele
honderden jongeren, die hier te lande
geen vakopleiding genoten, gelegenheid
tot emigratie zijn. De Zuid-Afrikaanse
Spoorwegen zullen gegadigden, zo zij
geschikt bevonden worden, in Zuid-Afri
ka een opleiding geven. Een zeldzame
kans voor jonge ongeschoolde arbeiders
om naar dit land te emigreren en zich
daar een toekomst op te bouwen.
De welvaart onder onze emigranten is
groot. Doch bij brood alleen kan men
niet leven. De vraag, die mij
gesteld wordt is: voelen onze
zich in Zuid-Afrika thuis?
In het algemeen beantwoord,
volmondig „ja” zeggen, doch ik moet
hier aan toevoegen, dat het, weer-in-het-
algemeen, ook in Zuid-Afrika een paar
jaar vergt om aan de levenswijze en ’t
geestelijk klimaat te wennen. In dit op
zicht heeft Zuid-Afrika, wat de taal
betreft, een voorsprong op andere immi
gratielanden, doch in de gemeenschap
pelijke taalwortel kan voor de emigran
ten naast een groot gemak ook een ge
vaar schuilen.
it üt mei de prizen fan de molke en it
fleis. Sjoch, der hinget alles fan óf en
gjinien wit hoe’t de takomst wêze sil.
Hwat de ündernimmer wol sjocht, is,
dat de kosten’ aloan heger komme to
lizzen. Ik soe ek net graech sizze wolle,
dat ik botte gerêst bin oer de situaesje,
net foar it hjoed sasear, mar foar de
kommende jierren. De algemiene tastan
yn de wrald is, Ondanks alle plannen
foar integraesje, sa, dat elk lan syn bést
docht foar eigen lju to soargjen. En dat
bitsjut dat men alle eagenblikken for-
wachtsje kin, dat dan ris dit lan en dan
wer in oar, de boel opkeart.
Dütsklên hat dit nou wer dien mei de
aeijen en it gefolcn is in fikse daling
fan de prizen. De koal wurdt net talit-
ten mear, it kontingint is op, seit men.
It binne bikende lüden yn de lanbou,
maf hja mienden, dat it nije Jerope der
nou fan forlost wêze soe. Dat is jammer
genóch net it gefal. De leanen meitsje
tsjintwurdich in great diel fan de ün-
kosten üt en in arbeider stiet straks
mei de lésten op tachtich, njuggentich
goune yn ’o wike.
Dat sil der wer ta liede, dat men troch
mechanisaesje bisiket, it tal arbeiders
to forminderjen en oer to gean fan fêste
op losse arbeiders. En dat giet winliken
tsjin de tried yn, hwant in fêste arbei
der is foar it bidriuw en de algemiene
sosiale forhaldingen folie better as in
losse, dy’t allinnich mar skrept en
skuort om de sinten. Né, de arbeidsfor-
haldingen lizze net maklik foar de ta
komst en der sil folie wiisheit nedich
wêze om dit yn goede banen to hélden.
En dochs is dit in great bilang foar boer
en arbeider beide. Hja kinne elkoar net
misse, binammen yn 'e bou en ek op in
fiks greidebidriuw, hwer’t gjin eigen
Koningin bij de opening Boekenweek.
De Koningin heeft het voornemen te
kennen gegeven op Vrijdag 26 Maart a.s.
de officiële openings-avond van de Boe
kenweek in het Gebouw voor Kunsten
en Wetenschappen te Den Haag bij te
wonen.
Tussen Turkije en
de Wereldbank is
een ernstig con
flict gerezen, dat
er toe heeft ge
leid, dat de Turk
se premier Mende-
res heeft verzocht
de vertegenwoor
diger van de We
reldbank in An
kara, de Neder
landse ex-minister van Financiën, prof.
P. Lieftinck, terug te roepen.
Prof. Lieftinck zou reeds naar Syrië
vertrokken zijn, waar hij enige weken
zou verblijven.
Deze ontwikkeling die niet alleen te
betreuren valt met het oog op het hand
haven van de gesloten gelederen in de
NATO, maar bijzonder ook in verband
met de Nederlands-Turkse betrekkingen
is een gevolg van de critiek, welke
prof. Lieftinck heeft geuit op de sterk
inflatoire politiek van Turkije.
Met name heeft prof. Lieftinck die
in Juli 1952 tot adviseur van de We
reldbank in Turkije is benoemd een
ongunstig prae-advies uitgebracht op ’n
Turks verzoek aan de Wereldbank voor
een nieuwe lening van 25 millioen dol
lar boven de reeds uitstaan de 59% mil
lioen. Dit advies was door de Wereld
bank overgenomen, omdat men prof.
Lieftincks bezorgdheid voor inflatiege-
vaar deelde. In Washington heeft men
reeds uiting gegeven aan de vrees, dat
Turkije het lidmaatschap van de Wereld
bank zal opzeggen.
ronto”, waarvan de kiel vorige week is
gelegd, staat nog niets vast. Wel zal er
nog een vierde vestzaktrawler worden
gebouwd, die ook reeds verkocht schijnt
te zijn.
Van emigranten keerde 20 pet. terug.
Van alle landen heeft Nederland het
laagste percentage van teruggekeerde
emigranten, n.l. twee. Dit bewijst, dat
de emigranten in Nederland goed wor
den voorbereid vóór ze emigreren en dat
het Nederlandse karakter van vasthou
den weet als men eenmaal in het betrok
ken land zit.
Oude traditie in ere hersteld. Zaterdag
werd in Edam de „Kaaswaag” die on
geveer 50 jaar gesloten is geweest,
weer in ere hersteld. Het ligt in de be
doeling voortaan elke Zaterdag in Edam
weer kaasmarkt te houden.
Gepensionneerden protesteren. In een
resolutie, waarin o.m. wordt gezegd, dat
er grote nood- onrust en ontevtredenheid
heerst onder alle gepensionneerden en
weduwen, heeft de Algemene Militaire
Pensioenbond de regering gevraagd, die
gepensionneerden 'n minimumvoorschot
te geven van f 300 in afwachting van
de beloofde pensioenverhoging.
L'l! wordt in Zuid-Afrika door onze
emigranten zeer goed verdiend, veel
gespaard en zij zijn, zoals gezegd,
over het algemeen zeer bevredigend ge
huisvest in woningen, die op den duur
in vele gevallen eigendom zullen wor
den. Velen zeiden mij, dat zij dit alles
in Nederland nimmer bereikt zouden
hebben. Naar hun nieuwe omgeving te
oordelen, kon ik mij dat best indenken.
Wat ik zojuist gezegd heb, geldt niet
alleen voor de nieuwe industrie- en
mijngebieden, al mogen de nieuwe goud
mijnen wel eens afzonderlijk genoemd
worden, want het bestaan daarvan is in
Nederland vrijwel onbekend. Ik trof er
bovengronds ondanks de uitstekende
werkgelegenheid en arbeidsvoorwaarden
nog geen Nederlanders aan, behalve
in het bouwvak. Enkele Nederlandse
aannemers, met verscheidene Neder
landse arbeiders nemen volop deel aan
de huizen- en stedenbouw.
Overal in de Unie ligt werk te wachten.
Men kan er aan de slag, mits men een
vak goed kent. Want de Zuid-Afrikaan
ders zelf zijn goede vakmensen en de
vakorganisaties leggen hoge eisen aan
Ik had een uitvoerige bespreking met
15 leiders van verschillende vakorga
nisaties. Deze zetten mij uiteen dat deze
eisen van vakbekwaamheid gesteld wor
den om te voorkomen dat blanken in
de gemengde maatschappij in armoede
geraken. Voldoen de Nederlanders aan
Hwat hat Qabe Sk
De gelykstelling fan it ürlean yn de
lanbou mei de yndustry is fan de iene
kant needsakelik om arbeidskréften to
halden en ek üt in eachpunt fan rjucht-
feardichheit, oan de oare kant is men
yn agraryske kringen lang net wis dat
de opbringsten fan de produkten dêrmei
rekken halde sille. De nije Wet op de
„Vervreemding van Landbouwgronden”
hat de tendins om lanprizen en hieren
heger to meitsjen oanwakkere en sa
freest men dêrre dat it wer nei eardere
tiden wiist mei de agraryske ündernim
mer. Sil de romte, hweryn hy nou in
jiermanich buorke hat en dy oan it hiele
plattelan hwat mear wolfeart brocht
hat, wer fordwine en giet hy wer nei
de tiden ta, hweryn hy sa faken sitten
hat, ündanks lanboupolityk en Lénbou-
skip? Mei dizze fraech is men sa mar
net klear. Hwant de regearing hat wol
op har wize in bipaelde minimumpriis
garandearre, mar de boei’ wit skoan,
dat de macht om dy garansje wier to
meitsjen, mar hiel lyts is. Mei de tün-
bou foar eagen, dy’t altiid de foargon-
ger west is fan de lanbou, is hy net
botte gerêst. De koal draeit troch, de
sipels binne by de forbouwer hast neat
wurdich en it iennige, hwat dêrfoaroer
stiet, binne eigen fünsen üt heffingen
op eigen fortsjinne jild. Hwat kant giet
De W.W. in cijfers. De W.W. telt mo
menteel 130.000 leden. Er is één hoofd
inspecteur en er zijn zeven inspecteurs
en honderd vijf en dertig wegenwach
ters. Men begon met 7 wegenwachters,
zodat van zeer goede resultaten gespro
ken mag worden. Momenteel worden
proeven genomen met rijtijden van 7-
21.30 uur op de drukstbereden routes
in ons land. We willen hopen dat deze
proeven slagen en dat het aantal W.W.-
leden dusdanig mag toenemen, dat meer
dere routes zullen volgen.
Vestzaktrawler naar Brazilië. De on
langs op de werf „De Dageraad” in
Woubrugge ter water gelaten tweede
Nederlandse vestzaktrawler „Colombo”
is naar Brazilië verkocht.. Over de ver
koop van de derde vestzaktrawler „To-
In de laatste 20 jaar is de wereldbe
volking toegenomen met ongeveer een
half milliard mensen, ofwel met een
kwart van de wereldbevolking van 1930.
Medio 1952 werd het totale aantal we
reldbewoners geschat op 2469 millioen,
en de bevolkingsdichtheid op 18 inwo
ners per vierkante kilometer. Ruim de
helft van de wereldbevolking (1307 mil
lioen) leeft in Azinë en bijna een zesde
(399 millioen) in Europa. De bevolkings
dichtheid in Europa is nu 81 inwoners
per vierkante kilometer, zo blijkt uit de
statistisch jaarboek 1953 van de Ver
enigde Naties.
De Nederlandse inlichtingendienst van
de V. N. deelt over de inhoud van dit
jaarboek o.m. mede, dat Hongkong de
dichtstbevolkte plaats ter wereld is met
2221 inwoners per vierk. km. Daarna
volgt de Saar met 376 en dan Nederland
met 320 inwoners per vierkante km.
Engeland en Wales volgen met 291 en
België met 285. De derde Beneluxpartncr
Luxemburg, heeft „slechts” 117 inwo
ners per vierkante kilometer, doch dit
is altijd nog bijna zes maal zoveel als
de Ver. Staten met 20. In Nieuw-Guinea
met 2 inwoners per vierkante kilometer
is de bevolkingsdichtheid toch nog twee
maal zo groot als in de twee belangrijke
immigratielanden, Canada en Australië
V7ELEN menen dat het Afrikaans een
soort dialect is, dat enkele eeuwen
geleden hier te lande gesproken zou
zijn. Evenzo menen zij, dat de Zuid-Afri
kaanders zo gelijk zijn aan Nederlan
ders, dat emigratie eigenlijk betekent
verhuizing van Nederland I naar Neder
land II.
Niets is minder waar dan dit. Het is
een sprookje, gebaseerd op valse tradi
tie en sentiment dat onze emigratie veel
kwaad doet en het onze emigranten
moeilijker maakt dan nodig is.
Zuid-Afrika heeft anderhalve
waarin Nederland zich niet bovenmate
voor het lot der Zuid-Afrikaanders in
teresseerde, een eigen ontwikkeling ge
had. Onder geheel andere economische,
politieke, sociale en klimatologische om
standigheden heeft zich een eigen volks
aard ontwikkeld, die verschilt van ons
volkskarakter, dat gevormd werd onder
invloed van zeevaart en handel, strijd
tegen het water en een slaperige periode
gedurende een groot deel van de 19e
eeuw, waaruit wij misschien met een al
te groot gevoel van zelfvoldaanheid ont
waakt zijn.
De Nederlander die naar Zuid-Afrika
gaat, moet zich bewust z’jn, dat hij naar
een ander land en naar een ander volk
gaat, dat hij respect zal moeten opbren
gen voor de levenswijze van dat volk en
zich daarbij aanpassen. Dat de glimlach
over de Zuid-Afrikaanse taal een
kostbaar zelf gevormd bezit van de Z.-
Afrikaander achterwege moet blij
ven. De Zuid-Afrikaander vindt zijn
zangerige, vloeiend lopende en expres
sieve taal, veel mooier dan het Neder
lands, dat hij onmelodieus en woordarm
vindt.
10.