EEN ONRUSTIG PARLEMENTAIR JAAR
1955STIJGENDE WELVAART BRACHT
ONS VEEL PROBLEMEN
roar
filet jaar 1955
Binnenlands Jaaroverzicht
verkeer: vraagstukken
van
Belangrijke vraagstukken bleven hangen
tot komende kabinetsformatie
De léste dei fan ’t jier
STREEKBLAD VOOR WEST- EN ZUIDWEST FRIESLAND
Woningnood en
de eerste orde
Hwat hat QabeSk
Vrijdag 30 December 1955
51e Jaargang
No. 101
p.
heer Oud kon dan ook zonder
be
en
De
Abonnementsprijs f 1.60 per kwartaal
(bij vooruitbetaling)
Giro 87926
Advertentieprijs: 12 cent per mm
Ingezonden mededelingen dubbel tarief
Handelsadvertenties bij contract reductie
dat was ongetwijfeld een succes voor
minister Zijlstra maar zij deed dat
niet van harte.
Het sociaal-economisch gebeuren heeft
de gemoederen het afgelopen jaar dus
danig bezig gehouden. En zoals we
straks kunnen zien, zal ook het jaar
1956 in het teken sctaan van belangrijke
sociale en economische maatregelen.
gulden. Dat kan dus wat worden. De
prot. chr. partijen zitten daar tussen in.
De c.h. is altijd merkwaardig constant,
merkwaardig, omdat deze unie nog nim
mer een grote verkiezingsactie heeft ge
voerd.
Sjuch der! de wizer giet hurd foart,
De léste spanne tiid wurdt koart;
't Rint nou, sa swier tsjin ’t alderléste,
O, lit üs allegear foartoan
Wer flitich, ivrich gean poatoan,
Yn ’t skjen nei it alderléste.
Itens.
Mar faek mei kommer of mei smert,
Of soms mei bliidskip ek yn ’t hert,
Hwat my dit jier ek kaem to skinken,
Wol graech sjuch ik ris wer tobek,
Al docht dan dizze jountiid ek
De triennen yn myn eagen blinken.
Soms hear ik sizzen foar en nei,
„Och né, dy nearsige Aldjiersdei,
Dêryn fyn ik nin byt bihagen,
Dy is yn libben en natür
Mei wiette of froast, mei swiet of sür,
Neat oars as koarte dagen.
Mar sok praet der moat men net yn,
In hurd forstokte Filestyn,
Moat, tinkt my, sok in prater wêze.
Ik kin alteast der oars net by,
Al mei sa’n immens praterij,
Dan ek de süv’re wierheid wêze.
It plak is dan al foar him ré,
Der yn ’e greate ieuwensé;
Foar ivich s.il er der forsinke,
Ei, sjuch him jitris freonlik oan;
Al hat er ’t dizkear slim bidoarn,
Wy moatte ’m mar forjeffenis skinke.
Der is ek, ,tink ik, mannichien,
Wol oer ’t trochlibbe jier foldien,
Omdat it him foar leed biwarre;
Om’t nea hwat yn ’e wei him lei,
Mar soun en fleurich dei by ddei
Hy foar syn dierbren bliuw bisparre.
As de roede fan 't gat is,
is ’t slaen forgetten
It aide jier is wer forflein,
En üngemurken hinnetein,
It kin net langer libjen bliuwe,
As strak de toersklok toalve slacht,
Dat slaen sil him syn léste macht
Binimme en fan ’e baen him triuwe.
Bolswards Nieuwsblad
Waarin opgenomen: De Bolswardsche Courant, Westergoo en De Jong’s Nieuwsblad
ontwerpen, zoals de wet op de economi
sche mededinging of over de definitieve
ouderdomsvoorziening. Neen, wij heb
ben het oog op de verkiezingen, die
waarschijnlijk op 13 Juni zullen worden
gehouden.
Daarbij staat reeds één ding vast. De
verkiezingsstrijd zal buitengewoon fel
worden. Hij zal voornamelijk gaan over
de vraag op welke wijze de partijen in
ons land gevormd moeten worden. Op
confessionele basis of niet. De kwestie
van de doorbraak zal dus in het mid
delpunt der belangstelling staan. Dit is
een theologisch probleem van grote
staatkundige betekenis. Het is ook een
probleem, dat zo oud is als er in ons
land partijen zijn.
Reeds nu vergaren de p.v.d.a. en k.v.p.
grote sommen om deze verkiezingsactie
op grootse wyze te kunnen voeren. De
socialisten spreken van één millioen gul
den, de rooms-katholieken van 750.000
Het is ons land in het afgelopen jaar in veel opzichten goed ge
gaan. We zouden kunnen spreken van „het jaar van de stijgende
welvaart”, maar als we terugzien op wat er over de toeneming van
de welvaart gezegd en geschreven is, dan moet er onmiddellijk
aan worden toegevoegd, dat daarmee de problemen eer toe- dan
afgenomen zijn. Want welvaart moet verdeeld worden en de manier
waarop dat moet gebeuren, is een probleem. Welvaart betekent ho
gere lonen, maar wanneer het gevolg daarvan is, dat de prijzen
stijgen, is er weer een probleem. En de welvaart leidde ook tot
tekort aan arbeidskrachten en ook dat was voor ons bedrijfsleven
een dagelijks terugkerende last. Maar laten we vaststellen, dat
het beter is te maken te hebben met de problemen van de wel
vaart dan met de problemen van een crisis, dat het prettiger is te
piekeren over de verdeling van de welvaart dan over de verdeling
van de armoede.
Hard werken is nodig.
Ja, er is door veel Nederlanders in 1955
hard gewerkt Niet van iedereen kan
dat gezegd worden.
De 14-jarige meisjes bijv, mógen sinds
1 Juli niet meer werken en de werkers
in de diamantindustrie wilden op 14
Maart niet meer werken; het personeel
van de Amsterdams© gemeentebedrijven
gaf er op 31 Maart de brui aan. In de
diamantindustrie heeft men de staking
het langst volgehouden; eerst op 14 Juni
kwam er een einde aan en konden de
diamanten weer bewerkt worden.
Het is ook wel nodig, dat wij hard wer
ken, want er is in ons land nog veel
te doen en wie in een tijd van hoogcon
junctuur op zijn lauweren gaat rusten
zal niet lang van de welvaart genieten.
Extra hard moet er gewerkt worden aan
de woningbouw, want als er één gebied
is waarop wij de gevolgen van de oor
log nog niet te boven zijn, dan is het
wel dat van de huisvesting. Sinds de
bevrijding werden er 403.000 woningen
gebouwd, maar er is nog een tekort van
200.000, verklaarde de minister van We
deropbouw en Volkshuisvesting op 1
September j.l. Steeds dringender wordt
het beroep op de bouwnijverheid om
maatregelen te nemen, die tot verhoging
van de productie kunnen leiden en ook
steeds dringender wordt het beroep op
overheid en particulieren om geen ge
bouwen op te trekken, die niet werke
lijk noodzakelijk zijn en die nog wel even
uitgesteld kunnen worden.
De eerste maanden van dit jaar zijn
voor de woningbouw niet gunstig ge
weest. De vorst heeft de bouwbedryvig-
heid lange tijd stilgelegd. In de eerste
tien maanden van 1955 kwamen dan
ook 46.606 woningen gereed tegen 53.629
in diezelfde periode van 1954. De bouw
ondernemers hebben echter plannen be
raamd, waardoor zij de vorst en de re
gen de baas kunnen bleven. Hier en
daar worden al proeven genomen met
kachels op de bouwwerken, beschut
ting tegen regen en wind en andere
voorzieningen die het mogelijk zullen
maken dat de bouwvakarbeiders aan 't
De sinne sakket nei de groun,
Neargeastich, earnstich wurdt de joun,
Och ja, it ein kin hast forskine,
No jitte mear as mids oer dei,
Tinkt men oer in heapen dingen nei,
Dy't wy bilibben yn ’t forline.
Omstreeks einde Januari verschenen de
berichten in de pers, dat het Kabinet
had besloten een kleine huurverhoging
toe te staan, maar dat er geen huur-
egalisatiefonds zou komen. Dat was
een belangrijk bericht, omdat niet werd
voldaan aan de verlangens van de socia
listen, die gaarne zien, dat de huren op
de duur worden afgeroomd, om zodoen
de de nieuwbouw te kunnen financieren.
Dat huurprobleem hield nauw verband
met de loon- en prijspolitiek van minis
ter Zijlstra. De bewindsman van Econo
mische Zaken heeft zichzelf aan het
eind van 1954 beloofd: geen loonsverho
gingen, dan kan ik de pryzen in toom
houden. Want, zo redeneerde hij, wat
hebben de arbeiders er aan als zij meer
loon krijgen en er minder voor kunnen
kopen
Deze politiek, die door de socialisten
soms is bestreden, is de basis geweest
van ’t Kabinetsbeleid. Zo zeer zelfs, dat
minister Witte op 5 April j.l. in de Eer
ste Kamer verklaarde, dat de stabili-
satiepolitiek van minister Zijlstra een
grote huurverhoging ónmogelijk maak
te. Daarin had hij ongetwijfeld gelijk,
want zo’n huurverhoging zou gecom
penseerd moeten worden door een loons
verhoging. En dan dreigden we weer
terecht te komen in de beruchte loon- en
prijsspiraal, die naar de inflatie voert.
Aanvankelijk was ook de k.v.p. nogal
ongerust over het gehele loon- en prijs
beleid. In begin Februari heeft de heer
Droessen een groot debat gevoerd over
de melkprijs, maar zyn poging om de
subsidieverlaging voor de consumenten-
melk ongedaan te maken, werd niet met
succes bekroond. Een dag daarna kwam
de p.v.d.a. in het geweer.
De heer Nederhorst vroeg de Kamer te
mogen interpelleren over het loon- en
prijsbeleid, maar deze interpellatie is er
nooit gekomen, omdat zij zou vooruit
lopen op het debat over de huurverho
ging.
Het duurde tot 2 Maart tot Minister
Zijlstra de gelegenheid kreeg de bedoe
lingen van zijn politiek uiteen te zet
ten. Fel ging hij in op de critiek van de
voorzitter van het N.V.V., de heer Oos-
terhuis, dat er geen beleid wordt ge
voerd om de hoogconjunctuur te bestrij
den. Toen is de minister van Economi
sche Zaken gekomen met zijn bekende
verhaal dat het uiterst gevaarlijk voor
ons land zou zijn, als de lonen en de
prijzen haasje over zouden springen. Een
uitlating, die in de loop van het jaar is
herhaald.
Al deze debatten ademden echter de
geest van onrust. En deze onrust werd
nog groter, toen het Kabinet bekend
maakte, (op 7 Maart) dat de belastin
gen met ongeveer 500 millioen gulden
verlaagd zouden worden. De p.v.d.a.
stond daar uiterst huiverig tegenover.
Zij vond, dat men in een tijd van hoog
conjunctuur de belastingen juist niet
moet verlagen, want dan krijgen de
mensen meer geld, dan gaan zij meer
kopen, dan krijgen de fabrieken het
drukker, terwijl er geen arbeiders ge
noeg zijn.
Neen, zo zeiden de socialisten, men moet
de belastingen verlagen in een tijd van
laagconjunctuur als er werkloosheid is,
als de fabrieken niet genoeg orders heb
ben. Dan is het tijd om geld te spuien.
Maar het Kabinet, dus ook de socialis
tische ministers, stelde daartegenover,
dat de belastingen in ons land dermate
hoog zijn, dat het psychologisch niet
langer verantwoord is een belastingver
laging tegen te houden.
Hoe het zij, de spanning nam weer toe.
En zij werd nog groter, toen op 10 Mei
de belastingdebatten begonnen, waarbij
bleek, dat de regering de belastingver
laging koppelde aan de huurverhoging
van 5 Dat was een compromis van
het Kabinet. Want men kan niet aan
nemen, dat de verschillende standpun
ten in de Kamer de ministers ongevoelig
hebben gelaten. De kreupele huurverho
ging werd echter vei-worpen met 50-48
stemmen. Tegen stemden de socialisten,
liberalen, de k.n.p., de s.g.p., de c.p.n.
en de heren Gerbrandy (a.r.) en Schmal
(c.h.).
Minister-President Drees, in de steek
gelaten door zijn geestverwanten, vroeg
schorsing van de beraadslaging. Of an
ders gezegd: hij ging naar de Koningin
om ontslag van zijn kabinet aan te bie
den. Dat was op 17 Mei 1955.
Verdiensten erkend.
Binnen- en buitenlandse onderscheidin
gen vielen aan tal van Nederlanders ten
deel. Zo werd Prof. Mr. P. S. Gerbrandy
ter gelegenheid van zijn zeventigste ver
jaardag op 13 April benoemd tot minis
ter van Staat.
Ere-doctoraten werden verleend ter ge
legenheid van het gouden jubileum van
de Techn. Hogeschool te Delft, dat in
September werd gevierd en bij het 75-
jarig bestaan van de Vrije Universiteit
in Amsterdam, dat een maand later her
dacht werd. Vele Nederlandse geleerden
werden onderscheiden met ere-doctora
ten aan buitenlandse universiteiten.
Als een onderscheiding mag het ook
gezien worden, dat een Nederlander,
Prof. Dr. C. J. Bakker, benoemd werd
tot directeur van het Europees labora
torium voor kernphysisch onderzoek te
Genève.
Dat de verdiensten van Nederlandse ge
leerden op deze wijze werden erkend,
bewijst, dat de wetenschap in ons land
op hoog peil staat. Nederland is bezig
zich ook op het gebied van de kern
energie een goede plaats te verzekeren.
De oprichting van het Reactor Centrum
Nederland, die dit jaar een feit werd, is
een belangrijke stap in die richting.
Misschien mogen we de stand van de
wetenschap in ons land ook afmeten aan
het feit, dat een Nederlandse chemicus,
Ir Mackenzie, in Februari bekend maak
te dat hy er in geslaagd is synthetische
diamantjes te maken, dat we in Decem
ber hoorden van plannen om een fabriek
te stichten waar synthetische koffiebo
nen vervaardigd zullen worden (voor
lopig alleen voor export) en dat we nu
ook het Nederlands elftal van weten
schappelijke kant kunnen benaderen,
sinds de heer C. Miermans pro roveerde
in de letteren en wijsbegeert- op een
proefschrift getiteld „Voetbal in Neder
land”.
toen zij het tankschip „Vasum” te wa
ter liet, Prinses Margriet op 14 Juni
met het metselen van de hoeksteen voor
de nieuwe kanselarij van de Canadese
ambassade, in Den Haag en Prinses
Irene op 27 October toen zij in Tilburg
een monument onthulde gewijd aan de
nagedachtenis van de Kon. Ned. Brigade
„Prinses Irene”, die toen juist 11 jaar
geleden die stad binnen trok.
Met het koninklijk gezin leefde ons volk
ook mee, toen prinses Beatrix in Maart
een blindedarm-operatie moest onder
gaan. Later in het jaar hoorden we van
het voornemen van prinses Beatrix om
in Leiden te gaan studeren.
Diepe indruk, in Nederland en daarbui
ten, maakte de rede, die Koningin Juli
ana op 18 Juni in de Pieterskerk te
Leiden hield en waarin zij de gemeen
schappelijke verantwoordelijkheid van
de wereld voor de ininder-ontwikkelde
gebieden schetste en de taak van de
jeugd daarbij aangaf.
Voor de vissers-bevolking was het een
bltfde dag, toen de Vorstin op een gure
zomerdag in Juli het nieuwe hospitaal-
kerkschip „De Hoop” in dienst stelde
en de vissersplaatsen IJmuiden en Sche-
veningen bezocht.
De a.r. heeft het
misschien iets
moeilijker, maar 't
optreden van mi
nister Zijlstra zal
deze partij waar
schijnlijk geen
kwaad hebben ge
daan. Wellicht dat
deze bewindsman
genegen is nu de a.r.-lijst te gaan trek
ken. De verdwijning van de heer Schou
ten is voor de a.r. overigens ongetwij
feld een ernstig verlies.
Hoe het ook zij, bij de komende formatie
zal het weer een kunst zijn om iedere
partjj aan haar trekken te doen komen.
Verschijnt DINSDAGS en VRIJDAGS
Uitgave: A. J. OSINGA N.V., Bolsward
Administratie- en Redactie-adres;
Marktstraat IJ
Telefoon 451 - Na 18.50 uur 305 of 535
(K 5157)
Het zoeklicht op 1956.
Het nakaarten kan interessant zijn,
boeiender is het toch misschien zich
even bezig te houden met de problemen,
die in 1956 het Parlement en dus ons
volk zullen beroeren.
Was het jaar 1955 een jaar van onrust,
het is niet aan twyfel onderhevig of de
eerste helft van 1956 zal hetzelfde ka
rakter dragen.
Daarbij doelen we niet op de behande
ling van enkele zeer belangryke wets-
De formatie.
’n Reconstructiepoging van de hr Drees
was tot misluk
king gedoemd. De
gemoederen waren
nog te verhit. Ook
de voorzitter van
de Tweede Kamer,
dr. Kortenhorst,
behaalde geen suc
ces met zijn po
ging de k.v.p. tot
andere inzichten te
bewegen. Ten einde raad, toen iedereen
dacht, dat we een heel lange crisis te
gemoet gingen en door de k.v.p. werd
geschermd met de gedachte van ver
vroegde verkiezingen, kreeg de socialis
tische fractievoorzitter, de heer Burger,
van de Koningin een reconstructie-op-
dracht. En deze lukte op 2 Juni. Beslo
ten werd een algemene huurverhoging
van 5 toe te staan, de afschrijvings
percentages te halveren, de opcenten op
de grondbelasting te halveren en voor
lopig de omzetbelasting op suiker en
textiel te doen vervallen.
Iedereen vroeg zich af of deze simpele
oplossing nu 'wel een Kabinetscrisis is
waard geweest.
De niet-socialisten verweten de p.v.d.a.
dat zij op grandioze wijze door de knieën
is gegaan. De p.v.d.a. daarentegen vond
het een winstpunt, dat het de heer Bur
ger was gelukt dit Kabinet weer te lij
men en te krammen. Bovendien werd de
onderhoudsplicht ingevoerd. Dat zou ’n
precedent voor de toekomst kunnen zijn.
Maar intussen was het huurprobleem
nog niet opgelost. Afgesproken werd,
dat een vaste commissie uit de Kamer
zich hiermee zou bezig houden. Dat zou
de onderhandelingen bij de volgende Ka
binetsformatie kunnen vergemakkelij
ken.
Op 8 Juni presenteerde 't oude kabinet-
Drees zich opnieuw aan de Kamer. Veel
critiek op de gang van zaken werd er
niet geleverd. Wat zou men ook? Men
was al blij dat de zaak weer voor elkaar
was. De v.v.d. bleef in de oppositie.
Als men voor de binnenlandse politiek het jaar 1955 wil typeren,
dan kan men het best zeggen, dat het een jaar van onrust was.
Voor zover men dan in ons land van „politieke onrust” kan spre
ken. Maar goed, in Januari werd het steeds duidelijker, dat er een
Kabinetscrisis op til was. En toen deze in de zomer van 1955 werd
opgelost, was het ook weer duidelijk dat enkele zeer belangrijke
vraagstukken moesten blijven hangen tot de kabinetsformatie van
zomer 1956. Toch kan men niet zeggen, dat er in het afgelopen
jaar door onze volksvertegenwoordiging geen belangrijke wetgeven
de arbeid is verricht. Integendeel, dit jaar heeft stellig de sporen
gedragen van het derde jaar in de parlamentaire periode. Dat wil
zeggen, van het jaar, waarin de ministers proberen zoveel mogelijk
wetten binnen te halen.
Het was dit jaar juist tien jaar geleden,
dat we daar middenin zaten. Misschien
hebben we daar niet al te veel aan ge
dacht, toen we op 5 Mei van dit jaar
het tweede lustrum van de bevryding
vierden, maar toch is het een feit, dat
nog maar tien jaren geleden de weg
trekkende bezetter hier een land achter
liet, waar niets anders te verdelen viel
dan armoede.
Er is nauwelijks een gebied te bedenken
waar toen niet de allergrootste chaos
heerste, of men het nu zoekt bij de
industrie, de huisvesting, de handel, het
verkeer of op cultureel en ander ter
rein. Nederland is uit die chaos herre
zen, het is in nauwelijks tien jaren een
land geworden waar de problemen van
de welvaart die van de armoede heb
ben verdrongen. Krachtige, niet te on
derschatten en niet genoeg te waarde
ren buitenlandse steun heeft ons daar-
by geholpen, maar daarnaast is deze
periode van wederopbouw en vervolgens
die van consolidatie een machtige ma
nifestatie van de energie, die ons volk
heeft weten op te brengen.
Aan die prestatie is in het afgelopen
jaar gestalte gegeven in de stad, die als
het ware het symbool is van het „eco
nomisch wonder” dat zich aan ons land
voltrokken heeft.
In Rotterdam, de stad die het zwaarst
geteisterd werd en het krachtigst zich
heeft opgericht, kwam de E 55 tot
stand. Op 18 Mei opende Koningin Juli
ana deze grootse energie-manifestatie,
die in de eerste helft van Augustus
reeds haar tweemillioenste bezoeker
noteerde. Bij de sluiting op 3 September
bleken meer dan drie millioen personen
de E 55 bezichtigd te hebben.
Er was in dit jaar veel te herdenken.
Op 5 Mei is in heel het land met veel
vreugde en feestelijkheid de bevryding
herdacht, waarbij wel even moet worden
aangetekend, dat we het nog steeds niet
eens zijn geworden over de wijze, waar
op we die feestdag voortaan zullen vie
ren. Met de onthulling van een stand
beeld in Wolvega hebben we Pieter
Stuyvesant, de stichter van New York
herdacht, in de Riddeizaal is het in
werking treden van de Kinderwetten
een .halve eeuw geleden, gememoreerd en
de Haarlemmermeer vierde feest omdat
een eeuw geleden het water plaats
maakte voor vruchtbaar land.
Het Koninklyk Huis.
By vele herdenkingsplechtigheden
gaf onze vorstin blijk van haar
belangstelling en medeleven en
omgekeerd had ons volk menig
maal gelegenheid zyn aanhanke-
lykheid jegens het vorstenhuis te
getuigen. Met intense belangstel
ling heeft Nederland en hebben
ook velen in het buitenland het
Koninklijk Paar gevolgd op zyr.
reis door de West, die van 15
October tot 8 November duurde.
75ste verjaardag van Prinses Wil
helmina ging op Haar verzoek in stilte
voorby, hetgeen niet zeggen wil, dat ons
volk die dag niet in gedachten by de
jarige Prinses was. Drie prinsessen ver
richtten dit jaar haar eerste officiële
daad: Prinses Beatrix op 15 Januari,
Mei eltse klokslach üt ’e toer, t
Gean w’yn jit djipper mymring oer,
Hwant o der barde soms safolle,
As men op it óflein paed lAns sjucht,
Dat jin it herte brekken docht
En dat wy graech soene oars ha wolle.
De
zwaren de stelling poneren, dat onze mi
nisters „zet-ministers” zijn geworden.
Zy zijn een verlengstuk van hun partij.
De heer Drees kwam daar fel tegen op.
Ook by deze formatie hebben de minis
ters hun eigen verantwoordelijkheid be
houden, zo zeide hij. De nieuwe debatten
over de belastingverlaging en de huur
verhoging konden niets meer opleveren.
Nu alles bij de formatie was geregeld,
was niet te verwachten dat de „rege-
ringspartyen” nog pogingen In het werk
zouden stellen om grote wijzigingen aan
te brengen. Het was dus slechts een
herkauwen. Men sprak in dit verband
van een „overgebakken omelet”.
Maar de heer Oud en de zijnen hadden
wel degeiyk amendementen. Toen na
korte tijd bleek dat de liberale voorstel
len geen schyn van kans hadden, verliet
hy met zijn fractie boos de Kamer. Hij
had geen zin om „voor spek en bonen”
mee te doen.
Na de formatie duurde de onrust nog
voort. Tijdens de algemene politieke be
schouwingen in de Tweede Kamer heb
ben we gehoord hoe de socialisten zich
kantten tegen het beleid van minister
Zijlstra, de man die voor een belangryk
deel het Kabinetsbeleid heeft bepaald.
Hetzelfde werd begin December her
haald by de behandeling van de begro
ting van Economische Zaken. By Sociale
Zaken bleek dat de p.v.d.a. bereid was
de vrijere loonvorming te aanvaarden
Groots programma.
Maar laten we eerst in vogelvlucht be-
kyken wat onze volksvertegenwoordi
ging dit jaar nog meer tot stand heeft
gebracht.
Dan valt allereerst het debat over de
crematiewet op. Sinds 1915 werd in ons
land de crematie oogluikend toegestaan.
Zij was niet strafbaar, maar wel ver
boden. Minister Beel heeft aan deze on
gewenste toestand resoluut een einde
gemaakt. Lijkverbranding werd onder
bepaalde voorwaarden toegestaan. Zo
zal er o.a. een laatste wilsbeschikking
moeten zijn. De liberalen hebben daarte
gen grote bezwaren gemaakt. Zij wens
ten de crematie volkomen gelyk aan de
begrafenis te stellen, daarbij een beroep
doende op de liberale vryheid.
Op 11 Februari moest minister Zijlstra
tegen een volkomen verdeelde Kamer de
wet „Beperking cadeaustelsel” verdedi
gen. Dat was een moeilijk debat.
Enkele dagen daarna leed minister Suur-
hoff een kleine nederlaag bij de verde
diging van de Gezondheidswet. Een
amendement Moll (k.v.p.) om de Cen
trale Raad voor Volksgezondheid zoda
nig samen te stellen, dat het aantal ver
tegenwoordigers van het particuliere or-
ganisatieleven even groot zou zijn als
het aantal regeringsvertegenwoordigers
vond de Minister onaanvaardbaar. In de
laatste maanden van dit jaar werd deze
kwestie opgelost. De paritaire samen
stelling is tot stand gekomen. Aan het
hoofd van deze Centrale Raad van Ad
vies staat nu een neutrale voorzitter.
Eveneens in Maart kregen we een tele
visiedebat. Dat was een strijd van links
tegen rechts. Er komt nu geen algemeen
programma, maar een gezamenlijk pro
gramma. Dat was het succes der rech
terzijde.
Op 16 Maart interpelleerde Prof. Ger
brandy minister-psesident Drees over ’t
vervoer van troepen per K.P.M.schepen.
Daarbij kwam het gehele Ambonvraag-
stuk op het tapijt, zonder dat we daar
mee iets verder kwamen.
De Paryse accoorden werden op 29
Maart in de Tweede Kamer en op 26
April in de Eerste Kamer behandeld.
De betekenis daarvan was, dat Duits
land souverein zou worden, dat het in
de Nato werd opgenomen met een zelf
standig nationaal leger.
Ons Parlement kon de Saarparagrafen
laten rusten. Dat was maar gelukkig,
want de geschiedenis heeft geleerd, dat
alle pogingen, om de Saarkwestie op te
lossen in het kader van de West-Euro-
pese Unie verspilde energie zijn geweest.
Nadat op 17 Juni de Zondagswet zoda
nig was verruimd, dat zij is aangepast
aan locale omstandigheden, werd op 25
Juni de adoptiewet behandeld. Dat was
een succes voor minister Donker. Een
nederlaagje leed hij bij het ontwerp van
de reorganisatie van de rechterlijke
macht.
Een aangenomen amendement Van
Rijckevorsel (k.v.p.) om een adviesor
gaan voor benoemingen van rechters in
te schakelen was voor de bewindsman
van Justitie aanleiding het gehele ont
werp in te trekken.
De 22ste September was voor de vrou
wen een belangrijke dag. Toen werd de
motie Tendeloo (arb.) aangenomen om
vrouwen en mannen gelijk te belonen als
zij gelijkwaardige arbeid verrichten. De
stemming was uiterst spannend. Mej.
Tendeloo won het met 46-44 stemmen
van minister Beel. Maar deze motie zal
voorlopig wel niet uitgevoerd worden.
Verder kunne,n we verwijzen naar za
ken, die nog vers in het geheugen lig
gen, zoals de financiële gelykstelling
voor het kleuteronderwijs door beide Ka
mers aangenomen en de uitbreiding van
ons Parlement, in eerste lezing door de
Tweede Kamer aanvaard.
Dan is er nog de wijziging van de kies
wet, de invoering van het nieuwe loon
systeem, de opheffing van de k.n.p.
het feit, dat minister Gerbrandy, de
grote opposant tegen dit Kabinet op 13
April werd benoemd tot ministej’ van
Staat. Hoe men ook over deze a.r.-af-
gevaardigde denken moge, één ding
staat vast, dat hij ons land in Londen
ontzaggelyke diensten heeft bewezen.
Hij was de juiste man op de juiste
plaats. Dat is ook weer gebleken uit
het zesde deel van het verslag van de
Parlementaire Enquêtecommissie, dat
enige maanden geleden is verschenen.