I I I roar De Europese gemeeenschappelijke markt Schelle Dijkstra bezit in Franeker merkwaardig kaatsmuseum Fan de Martinytoer e üs hjoed 2 p to sizzen Zilveren filmpjes Fries voor de VARA DINSDAG 13 AUGUSTUS 1957 53e JAARGANG No. 62 flot lyk Tj. de J. STREEKBLAD VOOR WEST- EN ZUIDWEST FRIESLAND 1 |R, 1 Waarin opgenomen: De Bolswardsche Courant, Westergoo Hwat hat muur, zoals bij Hindeloopen, léze en werlêze, klinke en werklinke litte -XXX- Advertentieprijs: 13 cent per mm Ingezonden mededelb gen dubbel tarief Handelsadvertenties bij contract reductie Verschijnt DINSDAGS en VRIJDAGS Uitgave: A. J. OSINGA N.V., Bolsward Administratie- en Redactie-adres; Marktstraat 13 Telefoon 451 - Na 18.30 uur 305 of 335 (K 5157) Concert van het muziekcorps „Hollandia” in het Julianapark. Kaarten a 5 cent. Bezoek van „Klein Artis” aan Bolsward, voederen der dieren is toegestaan. 60-jarig bestaan Chr. Nat. school te Wommels. Kaatsminnend Friesland heeft zijn P.C.-snipperdag weer gebruikt en kan nu een heel jaar nakaarten over de 104de P.C., die Jan Sijtsma het koningsschap opleverde en niet zonder verrassingen was. Er zijn er misschien maar enkele kaatsliefhebbers, die na praten aan een tafeltje in een van de merkwaardigste musea van Friesland, namelijk in het kaatsmuseum van Schelte Dijkstra, dat gelegen is in de „kaatsstad” Franeker. Die stad 'bezit dus meer dan oude professorshuizen, dan een fraai raadhuis uit het eind van de zestiende eeuw of een Martenahuis aan de Voorstraat, waar in het grijs verleden de befaamde Hessel van Martena zijn gevangene Bocke Ennes de handen afkapte, uit sluitend om zijn woede te koelen. Maar het kaatsmuseum is minder bekend. De West-Duitse Bondsdag en de Franse Nationale Vergadering hebben hun goedkeuring gehecht aan de z.g. Europese verdragen, die leiden zullen tot een Europese Gemeenschappelijke Markt en een Europese organisatie voor het vreedzaam gebruik van atoom energie ofwel Euratom. In het najaar is de parlementaire instemming te verwachten van de vier andere landen der gemeenschap, Nederland, België, Luxem burg en Italië. DE GYSBERTPRHS FOAR DOUWE TAMMINGA Sprekken is sulver, swijen goud, sei de kandidaet, doe’t er yn ’e preek hingjen bleau. Abonnementsprijs f 1.90 per kwartaal (bij vooruitbetaling) Giro 887926 „Asjeblieft, alle kaatskoningen van vroeger,” wijst Dijkstra, die het oude wil bewaren, al was het alleen maar omdat het kaatsen van vandaag de d,ag het gehalte van vroeger niet meer halen kan. Het kaatsen is sinds jaar en dag een typisch Friese aangelegenheid, en dan nog niet eens voor geheel Friesland, want in de Zuidwesthoek raakt men geen kaatsbal aan en het in leer ver pakte paardenhaar wordt ook in het Zuid-oosten van de provincie veel min der gebruikt, dan bijvoorbeeld in het Noord-westen. Wij zullen u geen beschrijving geven van In Duitsland een 5-tal nazi’s ter dood gebracht. Zij hadden zich vergrepen aan een communist. Dit streven naar economische Europese éénwording wordt gemotiveerd met het argument, dat de verschillende Euro pese landen voor de moderne tijd te kleine eenheden vormen om een produk- tiepeil en vooral een produktiviteit (d.i. de produktie per hoofd) te ontwikkelen, waardoor zij in staat zouden zijn de eco nomische reuzen als Amerika en in de toekomst Rusland het hoofd te bieden in economisch gewicht en algemene wel vaart. Want men mag niet uit het oog verliezen, dat de welvaart, behalve van de rijkdom aan grondstoffen, in hoog ontwikkelde gebieden van de arbeids intensiteit afhankelijk is. In een Europa met 160 miljoen inwoners zou daarvoor wel de mogelijkheid geschapen zijn. Daarnaast kan men ook politieke motie ven onderscheiden, die in de Nederland se memorie van toelichting op het wets ontwerp van de Europese verdragen als volgt worden omschreven: In de eerste plaats is het voor West-Europa een levensvoorwaarde, dat een einde wordt gemaakt aan de reeds menigmaal zo desatreus gebleken rivaliteit tussen Frankrijk en Duitsland. In de tweede plaats is de eenheid van Europa nodig om te bereiken, dat Europa zijn positie (ook politiek) in de wereld zal kunnen handhaven en versterken. In de derde plaats zal door deze eenheid de verbon denheid van Duitsland met het Westen nog sterker tot uitdrukking komen. Maar wat houdt nu het verdrag, dat in ongeveer twee jaar onderhandelen is ge groeid, in grote lijnen in? Eén van de voornaamste doeleinden is de afschaffing van alle invoerrechten in het Europese gebied. Een plotselinge af schaffing zou echter een grote chaos veroorzaken, omdat deze rechten in de verschillende landen zo anders zijn en o.a. gebruikt worden om de binnenland se produkten tegen buitenlandse con currentie te beschermen. Daarom heeft men in een overgangsperiode voorzien, die in drie etappes van elk vier jaar ver deeld is, maar die verlengd kan worden tot 15 jaar. Over deze periode wordt ge leidelijk het wegvallen van de douane tarieven uitgesmeerd. Om moeilijkheden bij het vervoer bin nen de Gemeenschappelijke Markt van goederen, die uit andere, z.g. derde, lan den zijn ingevoerd, te voorkomen nemen de zes landen op zich hun douanetarie ven met de buitenwereld gelijk te ma ken. Hiertoe heeft men een gemiddelde van deze tarieven berekend, dat het z.g. bui ten tarief zal worden, dat voor Ne derland op een hoger peil komt dan ons huidige tarief. Om de gelijke kansen en rechten van elk van de deelnemers zoveel mogelijk te garanderen, moet er in de overgangs periode nog veel ander werk verzet worden om de factoren, die scheve ver houdingen veroorzaken of ondoeltreffen de toestanden in het leven houden, weg te werken. Hierbij wordt gedacht aan rijk veel meer gebaseerd is op indirecte dan op directe belastingen zoals in Ne derland, aan de sociale voorzieningen, ar beidsvoorwaarden en kredietpolitiek. Op het gebied van de sociale voorzieningen heeft Frankrijk weten te bedingen, dat gedurende de eerste etappe de beloning voor hetzelfde werk voor mannelijk© en vrouwelijke werknemers gelijk zal wor-1 Dat moet gebeuren voor de organen waardige en interessante verzameling begonnen is omdat hrj meent, dat „het oude niet mag verdwijnen”. Dijkstra voorziet zelf zijn verzameling van com mentaar en iedereen mag er voor „nul spie” naar kijken. Er wordt gekaatst in Dokkum en Bolsward, in Sint Anna en Drachten, en in tientallen andere plaat sen, maar nergens is een kaatsmuseum, nergens vindt ge de geschiedenis van het kaatsen aan de Schelte Dijkstra. ke dichter, dy’t create wearklank foun hat ke folk. Bolswards Nieuwsblad en De Jong’s Nieuwsblad Hendrik Feikesz, Taeke Johannes en de manke kleermaker Krelis de Boer. Tijdens de prijsuitreiking op de boven zaal van Damsma’s herberg ontstond er een geweldige vechtpartij en de Vrouw- buurtsters kozen m&t de zilveren bal ’t hazenpad. De bal liep bij het gevecht en tijdens de vlucht door sloten en lan derijen wel een paar deukjes op, maar tot op de dag van vandaag wordt die bal nog ieder jaar verkaatst in Vrou wenparochie. Aanvankelijk vreesde men nog, dat de Beetgumers de bal zouden terughalen en hing men die slechts op de dag van de wedstrijd te kijk in een netje, waarbij een wacht was geplaatst, maar nu is men gerust bij de bepaling, dat niemand de zilveren bal buiten Vrouwenparochie mag brengen. Dit is een stukje geschiedenis van een wedstrijd. Nu gaat het allemaal anders. Voornamelijk omdat bij de kasteleins wedstrijden de drank en de sport niet gescheiden bleven en om de sport op hoger plan te brengen, werd in 1853 door zes Franekers de permanente commissie opgericht en ook verder is de organi satie van de kaatssport totaal veranderd sinds die roemruchte wedstrijd in Beet gum. Dat wil echter niet zeggen, dat roem ruchte feiten nu niet meer voorkomen bij het kaatsen. Ga naar Franeker en vraag er Schelte Dijkstra naar. Eigenlijk keert ge dan terug naar een oude toestand, want Dijkstra heeft zijn museum in zijn café. Daarin verzamelde hij 29 jaar lang alles wat op kaatsen betrekking heeft en de moeite waard was. De wanden worden in beslag genomen door vitrines met ge schriften en boeken over kaatsen en met foto’s van tientallen kaatskoningen. „Ik heb alle koningen van de P.C. sinds 1883”, zegt Dijkstra, die met deze merk- den gemaakt, zoals in Frankrijk al en kele jaren het geval is. Aan een volledi ge harmonisatie van overurenregeling en loonpeil, zoals de Fransen eigenlijk wel wensten, wilden de andere partners echter niet. Het onderlinge kapitaalverkeer in de 6 landen zal ook een liberalisatie onder gaan, maar zorg voor het monetaire evenwicht in elk der landen heeft ertoe geleid, dat men op dit punt zeer voor zichtig zal zijn. Het liberaliseren van het kapitaalverkeer zal grotendeels worden overgelaten aan de organen van de Gemeenschap, waarbij wij wel in het oog moeten houden, dat deze organen en hun werkingsgebied de Gemeenschap een zeker supranationaal karakter ver lenen, zij het dan in mindere mate dan de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal. De voornaamste organen zijn de Raad (van ministers) en de (Europese) Com missie. Deze commissie,- bestaande uit negen leden, die in volstrekte onafhan kelijkheid hun taak zullen vervullen, kan een zeer grote invloed op de gang van zaken krijgen, vooral omdat de Com missie over alle beslissingen van de Raad advies moet uitbrengen, waarvan de Raad slechts met algemene stemmen kan afwijken. Verder bestaat alleen in de eerste etappe van de overgangs periode voor de beslissingen van de Raad de noodzaak van eenstemmigheid. Daar na is dus een kleine inbreuk op de na tionale souvereiniteit mogelijk. Voor het uitoefenen van politieke con- tröle op d-» Commissie komt de parle mentaire Vergadering benoemd door de nationale parlementen. Aangezien verwacht kan worden, dat de instelling van de Gemeenschappelijke Markt in de diverse landen zal leiden tot mindere levensvatbaarheid van nu vaak beschermde industrieën, wat opheffing en werkloosheid ten gevolge zou kun nen hebben, is er een aanpassingsfonds voor de herscholing van arbeiders, opdat zij in wel levensvatbare industrieën te werk zullen kunnen worden gesteld. Voor het stimuleren o.a. in gebieden, waar op de vrije markt moeilijker geld te vinden is, komt er een investerings- fonds, ter waarde van een miljoen dol lar, waarvan Nederland 71.5 miljoen zal bijdragen en Frankrijk en Duitsland elk 300 miljoen. Van dit miljard zal 75 evenwel slechts een garantiefunctie heb ben. Het is niet zo, dat de organen van de Gemeenschappelijke Markt de taak van de nationale overheid in al deze kwesties over zal nemen. Een speciale positie blijft de landbouw innemen, die in het door Engeland voor gestelde Europese vrijhandelsgebied zelfs geheel uitgeschakeld is. In het ver drag van de Genleenschappelijke Markt is weinig uitgewerkt over de landbouw. der Gemeenschap. Elk land heeft op het gebied van de landbouw bijzondere re gelingen, als daar zijn prijsgaranties en invoerbeperkingen. Al deze nationale regelingen, die o.m. de boeren een rede lijk aandeel in de nationale welvaart moeten garanderen, zullen onderge bracht moeten worden in een gemeen schappelijke landbouwpolitiek, wat nog bijzonder veel voeten in de aarde zal hebben, gezien het verschil in ontwik kelingspeil in de diverse landen. Voor de overgangsperiode is de volgende re geling getroffen. De invoerende landen kunnen minimum-prijzen vaststellen, onder welke men niet kan invoeren, het geen een krachtig verdedigingswapen is. Frankrijk, dat overschotten heeft aan graan en suiker, zal deze produkten in de andere landen af gaan zetten tegen de prijzen van het invoerende land. Voor Nederland houdt dit het nadeel in, dat Nederlands tarweprijs, die een garantie prijs is, boven de wereldprijs ligt, waar wij nu voor kopen, zodat de tarwe hier wat duurder zal gaan worden. Op Franse aandrang heeft men ook be sloten de z.g. associatie van de niet- zelfbesturende overzeese gebiedsdelen, wat hoofdzakelijk Franse gebiedsdelen in Afrika betekent. Wat Nederland be treft, valt Nieuw-Guinea onder deze re geling. Deze gebieden worden op gelijke voet voor de andere deelnemende landen opengesteld, terwijl hun produkten op de gehele Markt een afzetgebied zullen moeten vinden op dezelfde voorwaarden als in het moederland. Daarnaast, en dat was voorrl de reden van de Franse aan drang, zullen deze gebieden gaan pro fiteren van een speciaal investerings- fonds. Het voordeel van de andere lan den bij de openstelling van de overzeese gebieden zou "oor Frankrijk in een groot nadeel verkeren, als het alleen zou moe ten zorgen voor de ontwikkeling van deze gebieden, waar ook anderen baat bij zouden vinden. Zonder associatie zou overigens de zware last van voor een groot gedeelte onproduktieve investerin gen, zoals voor wegenbouw, gezondheids zorg en onderwijs, voor de Franse eco nomie een te zware last betekend heb ben om in vrije concurrentie met de Ge meenschappelijke Markt mee te doen, Deze lasten worden nu gelijkelijker over de zes verdeeld. Lord Altrinchem heeft de knuppel in het hoenderhok geworpen door het deftige Engelse Hof, de Koningin zelf en de opvoeding der konings kinderen ongezouten te becritiseren. Op de foto ziet u hem voor de televisie, terwijl hij schermend met zijn parapluie- zijn woorden krachten bijzet. De aanvoer op de paardenmarkt te Bols ward bedroeg precies 100 stuks. 3 e week, augustus 1932 Schelte de Jong te Makkum komt volgen de week met een lading beste boven Gro ninger Baggelaarsturf a 6.50 per 1000 aan huis bezorgd. Hindeloopen oude Hanzestad in Friesland. net great is yn kwantiteit, stiet it nei myn miening boppe al de tiidgenoaten üt yn dichterlike kwaliteiten. Tamminga is in great kunstner, dyn’t üs ferzen jown hat Friese toespraak over de Friese studenten. Onder de half-Engelse, half-Friese titel „Little things mean a lot, greate dingen faek to folie” (Kleine dingen betekenen veel, grote dingen dikwijls te veel), zal de heer G. Abma, voorzitter van de Fe deratie van Friese studentenverenigingen, op zaterdagmiddag 17 augustus in het Fries het woord voeren' voor de VARA- microfoon, In die toespraak maakt hij duidelijk, dat de Friese studentenvereni gingen, die tezamen zo’n 350 leden tellen zonder de verdeeldheid in de studenten wereld te vergroten; voor de studenten .uit Friesland van grote waarde zijn. het kaatsspel, niet spreken over twee eersten gelijk en de rest van het kaats- latijn, dat onbegrijpelijk blijft voor de vreemdeling en dat pas ten volle schijnt te. spreken tot hen, die onder meer bij dit spel zijn opgegroeid. Vroeger werd er overal in Nederland gekaatst en hoe het komt weet zelfs de heer L. Pietersen, wiens boekje „Fries land in en om het perk” verleden jaar met steun van velen werd uitgegeven door de Fryske Akademy te Leeuwar den, niet te vertellen, maar nu kaatst men alleen nog in Friesland en ook dat is al anders dan vroeger. In het verleden werden de kaatspartijen georganiseerd door de kasteleins. Dat was al zo in 1794, toen in Beetgum de eerste wed strijd om de zo bekend geworden „Ouwe Griep” werd gespeeld. Het blijkt uit de advertentie, die toen werd geplaatst en waarin stond: „Met consent van de Hoog Wel Gebooren Heer G. W. C. D. Baron thoe Schwarzenberg en Hohen- landsberg, Grietman over Me- z naldumadeel, gedenkt de Caste- lein H. Folkerts Damsma, bij de Moolen te Beetgum te laatsen ver- kaatzen: Een uitmuntende Zilve ren Bal en Leepel op Zaterdag 30 Augustus 1794, des Namiddags om 2 Uur praecijs. De Liefheb bers worden verzogt op tijd en plaats aldaar”. Ofschoon het even buiten het bestek van ons betoog ligt, willen we u het ver loop van die wedstrijd in zeer korte trek ken schetsen, want die partij is beroemd geworden. De Beetgumer gardeniers, wie het toen met de aardappelteelt zeer naar den vleeze ging, hadden die zilve ren bal beschikbaar gesteld en wilden die ook graag in eigen dorp houden. Helaas werd de trofee gewonnen door drie inwoners van Vrouwenparochie: ta sluten, haw ik mei Tamminga in jier oan de Winterskoalle wurke en yn de geast sjoch ik üs beide yn it middeisskoft noch sitten by Piso hwert de ober, de hear Tj. Weldring fan de Doele, doe de bitroude en tige weardearre service bea. Hy brocht üs it pants je sop, hwat wy by üs m,einommen brochje bistelden en hi- hannele üs mei like folie swier en attinsje as de bettere klanten üt de swarte hannel. Wy ha dat nea forgetten. Yn dy selde bange en bittere jierren bloeide it dich- terskip fan Tamminga, hwerfan hy yn 1938 troch it forskinen fan de bondel: Brandaris, al düdlik blyk jown hie, ta greate hichte op. Yn 1942 forskynde it meast bikende: Bal laden en Lieten, de bondel, dy’t nou okkerjiers yn ütwreide foarm fannijs üt- kaem en ay’t de oanlieding west is om Tamminga de Gysbert-Japikspriis ta to kennen. Yn 1943 forskynde buten de hannel, allinnich foar freonen, it kostlike en kostbere boekje: It Griene Jier, hwer- yn de dichter in frou har earste houliks- jier bisjonge lit. Fuort nei de oarloch kaem üt: Nije Gedichten, dat neist de balladen it biwiis is fan Tamminga syn bysündere jeften. Yn „Leksums” in boekje mei stikeldich- ten utere hy syn opkropte argewaesje, yn Dat Tamminga de bisettingstiid opgarre. Hwat nei dizze slagge binnen de tnd. Mar doe wie yn jjerren ütkommen is, syn mearkes en folksforhalen nei Andersen, syn toaniel- stikken: Trelit op ’e miedpleats en De Hogerhuis-saek litte oare kwaliteiten fan Tamminga oan it Ijocht komme, mar dichtwurk is yn boekfoarm net mear üt kommen. to Snits, giet gans yn de provinsje en ek derbüten efter it buordsje mei deklamaes- je en foardracht, sprekt foar it radio, skriuwt foar jubilea, makket tinkboeken en wit dertuskentroch jit twa middelbare aktes to heljen, Frysk M.U. en Neder- lansk M. U. Ek de journalistyk hat er yn „Frysk en Frij” en binammen „De Tsjerne” syn tsjinsten bean, neist syn by- dragen yn de Provinsiale Parse. Yn syn jonge jierren soe Douwe Annes Tamminga üt Winsum by it timmerjen. mar folie ütsicht like der yn it lest fan de tweintiger jierren net yn aat fak to sitten. In bytsje wurk en in skeamel deihier. As jonge fan tweintich gie hy jit to learen foar ünderwizer, in dreech stik tusken dat jonge guod, mar hy sette troch en reis en dyamant. Hy skriuwt syn ferzen net, hy beitelt se as yn marmer, syn wurden hawwe in seld- sum koloryt, in great plastysk formogen en in sterk, eigen rytme. De klankenryk- dom fan syn poezij is wünderlik, syn wurdkar forrassend en.ryk. Hy bihearsket de tael as in geniael fakman, hy priuwt de wurden en stalt se sa, as in foreale man syn kunstskatten ütspraet foar syn ütforkarde. Tamminga dichtet net maklik en flot lyk as Fedde Schurer, hy bernet swier, hy draecht lang, hy kin it net maklik los- litte. Hy liket yn dizzen op Ulbe van Houten. Hy stelt hege easken oan syn wurk, mar as is dan ek klear komt, is it goudmidswurk, hwat jo om en om draeije, le omdat it sa ivige moai is. It is muzyk, polyfone muzyk, dy’t alle stimmingen en fielen oer jin hinne jit, dy’t sonoar en sterk, driigjend moanjend, sjongend en lüsterjend, flaikjend en troaikjend ta jin komt en gjin register fan it hert ünbi- ruorre lit. Lit Tamminga syn eigen ferzen léze, hy hat yn dizzen alles mei, stal, stimme en foardracht en jo hearre it ryk- ste, klinkendste, nobelste stael fan Frys lans tael. i nou op it stêdhüs, hwert hy sa mannich kear in oare priiswinner eare en hulde brocht troch syn bydragen, de Gysbert-Japikspriis oanbean wurde sil, is üs in echte freugde. It sil jit mear as oars aeifol wurde yn de riedseale, hwant syn plak yn it hert fan Fryslans soannen en dochters is in apart plak. Hy is har troubadour, dy’t mei syn balladen yn elts fan de trijehündert en tweintich doarpen en gehuchten de herten lutsen hat nei de Wyle merk om 'e Luts, nei it Hüs mei it dübele dak to Riis, nei it neakene fin- zenisplein fan Saint Lazare, nei Starum en Warns, nei Skylge en Sylt, nei al dy plakken, hwer't de histoarje fan it Frieze- ne folk trochklinke sil salang de wyn fan de wolken waeit. Boalsert sil jit meat as oare jierren dy deis gastfrouwe wêze meije fan Fryslans kulturele eallju. Wy hoopje dat it in tref- like, weardige dei wurde mei. Douwe An nes Tamminga hat dit grif oan syn folk fortsjinne. to hawwen, hwer t hy gans underlining g„n wurj, njmt: ta, hy bliuwt fêst leraer opdie fan it folkshegeskoallewurk, kaem - - hy hjir wer werom en foun in positive taek yn it wurk under de wurkleazen to Ede en Elfbergen. Yn de oarlochsjierren sette er him to wen jen yn Ljouwert en troude mei de suster fan Jan Piebenga, de tsjintwurdige haedredakteur fan de Ljou- werter Krante, destiids haed fan de skoal- yn Aldegea. By de oprjochting fan de Snitser Ryks- lanbouwinterskoalle yn 1941 wie de ear ste direkteur: Ir. Hein van der Molen drok dwaende om de nije skoalle mear as eartiids wenst wie, tsjinstber to meitsjen Tamminga is neist Fedde Schure de Frys- oan de foarming fan de fryske boeren. het belastingstelsel, dat bijv, in Frank-*Hy helle yn 1943 Douwe Tamminga by yn it Fryske folk. Alhoewol syn oeuvre Door elkaar loten kaatspartij te Huins. Deelname 29 parturen, le prijs: E. v. d. Schoot, Franeker, H. Hannema te Huins, K. Hibma te Franeker. 2e prijs: A. en Sj. de Jong, Marsum, A. Hempenius, Hij- laard. 3e prijs: W. IJkema, Oosterend, H. Wytsma, Roordahuizum, S. de Haan, Franeker. de Fryske Akadeemje wei en joech him de algemien foarmjende fakken, hwerby Fryske tael en sjongen, yn hannen. Yn it skoaljier 1943/44, doe’t de „land stand” üs skoalle hjir yn Boalsert twong hweryn de Fryske Tael flonkert as pea- Hindeloopen, een typisch plaatsje aan het Ijsselmeer, mooi, merkwaardig en vrij stil, was eens een Hanzekoopstad aan de Zuiderzee. Aan deze Friese plaats bekend door haar meubelindustrie en haar kal koenenteelt, zal de streekuitzending van de VARA gewijd zijn op zaterdagmiddag 17 augustus. Henk van Stipriaan stelde dit programma samen. it nije fak ek net folie aventuer. It wie de tiid fan de kwekelingen mei akte, wol wurkje mar gjin bileaning en sa like it yn de opgong fan syn libben net botte fleurich. Nei in pear jier yn Denemarken tahalden

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1957 | | pagina 1