DE BOER IN HET OOG VAN DE STEDELING VAN DE FRIESE KAATSVELDEN NATIONALE BONDSDAGEN C.P.B. EN CJ.B.T.B. (ibe St roar I Fan de Martinytoer Tj. de J. Naast romantiseren het zien door een (artistiek) vergrootglas TOUR STREEKBLAD VOOR WEST- EN ZUIDWEST FRIESLAND 1 ^///7777T/77 us hjoed p io sizzen Zilveren filmpjes le week juli 1934. 55e JAARGANG No. 48 DINSDAG 30 JUNI 1959 STAKING IN LONDEN Hwa* ha* PIET HWA SJOCHT DER LJOCHT YN? 1. 2. 3. HOTZE SCHUIL KONING IN HOLWERD Abonnementsprijs f 1.90 per kwartaal (bij vooruitbetaling) Giro 887926 Advertentieprijs: 13 cent per mm Ingezonden mededelingen dubbe! tarief Handelsadvertenties bij contract reductie Verschijnt DINSDAGS en VRIJDAGS Uitgave: A. J. OSINGA N.V., Bolsward Administratie- en Redactie-adres; Marktstraat 13 Telefoonlljl - Na 18.30 uur2305 of2335 (K 5157) Excursie door de provincie. Tot besluit zal er op donderdag 9 juli een tocht door de provincie worden ge maakt. Verwacht wordt, dat daaraan 700 jongeren zullen deelnemen. Tijdens deze tocht zal men het „hea- miel” in Bolsward gebruiken en gaan varen op het Snekermeer. Al met al da gen, die van durf en bezieling getuigen. Verwacht mag worden, dat er een druk bezoek is, zowel uit Friesland als uit an dere delen van het land. Om bijv, de gas ten te kunnen huisvesten is voor meer dan 700 jongeren logies op boerderijen in de omgeving van Leeuwarden bespro ken. 3. 4. krant gevuld, lectuur waarvan men smult; met glundere gezichten, de wereld hoort geschokt van Bobet’s zere knietje; wie krijgt de krans wat biedt je hallo, waag es een gok. Rumoer om Adenauer, spanning rondom Berlijn; Belgisch bruiloftsfestijn, Zal Boudewjjn straks trouwen? och, ’t doet je niet zoveel, meer gaat de interesse uit naar de Toer-successen, wie verovert het geel? wennet faker yn klinten yn paleizen. 5. 6. 7. 8. 2. ie sensatie ;n steekvlam op. de kop! s-held der natie; Darrigade, r Gaul verdwaald keerde paden, duur betaald. Bolswards Nieuwsblad Waarin opgenomen: De Bolswardsche Courant, Westergoo en De Jong’s Nieuwsblad De jaarlijkse Landelijke Bondsdagen van de C. P. B. en de C. J. B. T. B. zullen dit jaar op 7, 8 en 9 juli in Friesland worden gehouden. Als plaats van het feest is Leeuwarden gekozen. Er zijn plannen de jongeren van het platteland dit jaar een groots en uniek programma aan te bieden. De Wilhelminabaan is besproken en het is de bedoeling om in de middag va,n 8 juli de voor naamste dag een nonstop-programma te geven van enkele uren. Meer dan 400 personen verlenen aan dit schouwspel hun mede werking. In de eerste plaats muziek van de korp sen „Nij Libben” te Koudum en „Halle lujah” te Makkum en de twee drum bands. Ruim 100 meisjes uit Koudum en Workum leerlingen van de Chr. Huis houdschool en leden van de damesgroep S. V. W. helpen mee aan een unieke muzikale show. 140 gymnasten leden van C. J. O. te Leeuwarden willen de jongeren de monstreren wat er door een goede licha melijke oefening is te bereiken. De Leeuwarder Skotsploech zal haar beste beentje voor zetten. Twaalf paren zullen in Friese sjezen alle moeite doen om zoveel mogelijk ringen te steken. Twee sprekers van formaat zullen zor gen voor een funderende en bezielende toespraak. Ds. H. J. van Keerden van van de C. J. V., zal spreken over: „Driemaal het V.-teken” en Mr. Dr. K. de Vries van Leiden over: „De erfenis van het voorgeslacht”. Het middagprogramma zal worden be sloten met een tocht door de stad en ’n massale slotbijeenkomst op het Wilhel- minaplein. Aan deze tocht door de stad zal ook worden deelgenomen door een aantal praalwagens en verder allen, die aan de verzorging van het programma medewerking verleenden. Het is te hopen, dat gunstige weersom standigheden het geheel tot een blij en rijk feest voor de plattelandsjongeren maken. er op dinsdagmiddag reeds begonnen met een landelijke wedstrijd in het voor dragen. Per provincie nemen de best ge plaatste meisjes en jongens daaraan deel. Deze dag wordt besloten met een gezellige feestavond in „De Harmonie”. Woensdagmorgen zijn er afzonderlijke samenkomsten voor de jonge mannen en de jonge vrouwen, waarin diverse alge mene zaken en een referaat aan de orde komen. 1 Wat blieft van sport gesproken, zo’n Tour die het ons leert, dit begrip devalueert; al zal een record gebroken, elkeen droomt zich graag rijk, laat de sport er maar buiten; ze vechten voor de duiten, geef ze es ongeluk. De renners tollen, vallen, verbeten weer vooruit; ’t gaat om de gouden buit. Onzichtbre zwepen knallen, doorzetten - houdt je taai - ’t tempo nog meer opvoeren, trappen op volle toeren, straks wordt de vlag gezwaaid! Andere activiteiten. Naast de massale Bondsdag zijn er een groot aantal nevenactiviteiten. Zo wordt ren 1, 4, 5, na een zeer spannende strijd. >.41 -J4- Er r» z»4. maar op deze stand plaatste Rinia een fraaie hercules. Weer we-rd het 6 gelijk i en weer was het Rinia die het eerst redde door tot in het perk te retourne ren. Het einde kwam op 5-5 6-4, toen Rinia de grote kaats voorbijsloeg. Hot- ze Schuil zou de bal retourneren, maar wat de lange Harlinger zelden overkomt, hij miste. 7 en 8 speelden gelijk op. Kuiper nam de 1ste opslag over van Hoekstra en i toen kon 8 het niet meer bolwerken. Op Znden" ^BifdV t^npart‘ö“zakte 2-6 miste Sytsma het perk, steunden, hij ae tegenpartij zam.e Qp de tweede lijst kwamen: 2-3 en 6-7. Daar Vlietstra er achterin niets van te- I recht bracht en aan de andere kant Tjeerdema en Post best op dreef waren, echter nieuwe impulsen. Het romantische landschap is een reactie op het koel-ob- jectieve. De boer wordt menselijk accent in de grootsheid der natuur. Tot kort na het midden van de vorige eeuw kwamen deze landschappen op het atelier tot stand, pas later trok men er op uit en -Ii en boompartijen minder Een overzicht waar een van ,,T.V. Times”. De stakers droegen borden met zich mee, waarop ge vraagd werd het gewraakte blad te boycotten. De volgende 8 parturen stonden op de lijst; J. Galerna, C. Hoekstra, H. Bultje. M. van der Weerd, D. Miedema, W. Vlietstra. P. Schuil, Sj. Tjeerdema, T. Post. R. Hoekstra, J. Buwalda, A. Hiem- stra J. Faber, H. Schuil, J. Tolsma. J. Stavinga, A. Rinia, S. Faber. J. Stavinga, Joh. Jansen, R. Kuiper. J. Sytsma. D. van der Zee, F. de Vries. In de eerste omloop vielen af de partu- «p «i. In geen geval moet men nalaten deze gids die naar wij menen slechts zeven stuivers kost te kopen. Ze is streng we tenschappelijk opgezet en geeft alle schilders, waarvan werk is tentoongesteld in alfabetische volgorde, zodat men bij het zien van een bepaald nummer ogen blikkelijk kan nagaan of er van eenzelf de schilder(es) nog meer werk hangt. Niet altijd nl. is het werk van eenzelfde meester in hetzelfde vertrek tentoonge steld. Bovendien is de gids nodig opdat men anders gevaar loopt door de vele bomen het bos niet meer te zien. De tentoonstelling biedt enerzijds name lijk méér dan men aanvankelijk zou ver onderstellen. Het is niet alleen de boer (de lachende, de peinzende, de drinken de, de slapende, de arme, zelfs de spreekwoordelijke boer met kiespijn) maar we vinden er ook menige boerin en talrijk zijn de genrestukken, die ons het boerenerf of de boerendeel laten zien, de interieurs van boerenkamers, de stal, het vee, enz. Niet alleen wat het onder werp betreft geeft de tentoonstelling dus waar voor zijn geld, dit is ook het geval met de tijd die de expositie omspant. Er is in de aankondiging wel niet ge schermd met eeuwen, maar men vindt in het Bolswards raadhuis zowel stukken uit eind 16e eeuw als van de modernen. Men is blijkbaar af gestapt van het oor spronkelijk gelanceerde idee de tentoon stelling te laten eindigen bij de zg. Haagse school. Vooral Chabot om meer dan een re den interessant is sterk vertegenwoor digd Sil Yn it Meint Wiegersma-nümer fan „It Beaken” komt de eardere Rykslanbou- konsulint to Snits, Ir. H. van der Molen, dyt nou direkteur is fan it Lanboukun- dich bureau fan de Ned. Stikstofyndustry jitteris mei in idé op it aljemint, dat al earder en yn in tige ekstreme foarm ütere is fan Ir. J. A. Eminent, de foar- sitter fan it Koninklijk Genootschap voor Landbouwwetenschap. Dizze léste woe der op üt, dat wy greate bidriuwen meitsje moasten fan 500 oant 1000 ha. mei in alround yngenieur as baes, in stik, mannich arbeiders en fierder masines en jitteris masines. Sa as it nou giet, wie it neffens Ir. Emmens in alderwetske prutsboel en koe men better de saek mar opromje. Dér hat gans oer to dwaen west oer dy rede doe en men hat der fierder ek net folie mear fan heard. De sprekker stiet ek wol bikend as in hwat nuver man, dy’t der aerdichheit oan hat, ünbiroaide din gen to sizzen. As adviseur Tan Heine- kens Bierbrouwerijen stiet hy fier genóch fan de boeren óf om sokke dryste stikjes üt helje to kinnen, hy sit winliken alhiel yn de yndustry. Mar mei de hear van der Molen is it in oare saek. Op it foarste plak wie dizze konsulint in tige prak- tysk man, boer mei de boeren en Fries mei de Friezen, hy sette gans wurk üt ’e wei en bileaven it greidebidriuw hie syn folsleine bilangstelling. Yn it boppeneamde artikel set hy alder- earst ütein hoe’t de greidbuorkerij der foar stiet en hokfoar mooglikheden der wèze soene om to kommen ta in molk- priis, dy’t gjin steun” freegje soe. Hy sjocht mar ien kans yn dat opsicht en dy is: in fierdere opfiering fan it tal kij per man. Grif, op oare ündecdielen fan it bidriuw kinne jit wol lytse foarderin- gen makke wurde, mar de needsaeklike stjit ta fierdere kostpriisforleging kin hy net oars sjen as yn de rjuchting fan bi- langryk mear kij per man. Hoe’t it allegearre krekt biteare sil, seit hy, is fan to foaren net to sizzen, mar fêst stiet, dat der op üs greidebidriuwen yn ’e takomst mear masines en minder minsken wêze sille. Hy wit wol, dat de boeren soks leaver net hearre wolle, seit hy, mar de takomst sjocht hy de mooglikheit op in greidpleats sumheden sa to mei ien man dien wurde kin. En mei gemoedelijk. De in het landschap. In het begin van de 19e eeuw komen er Scheveningen, landelijk voorzitter Vanaf zaterdag is het programma voor de eerste klassers op volle toeren begon nen te draaien, en komen ze voor de rest van het seizoen elke zaterdag en zondag in het veld. Holwerd had zaterdag een wedstrijd voor 30 uitgenodigde spelers. Ondanks prach tig kaatsweer kon het spel geen voldoe ning schenken. Vele buitenslagen en ma tig perkspel.' Spanning was er wel, vooral in de laat ste twee partijen, die beide met alle hout aan de telegraaf eindigden. De uiteindelijke winnaars, M. van der Weerd, I’ 7.' ----- driemaal een achterstand inhalen. In de eerste omloop tegen J. Faber, Joh. Zijl- stra en S. Faber boekten ze een 1-3 ach terstand. Met alles aan de hang over leefden ze de eerste omloop. Op de drie kwamen: J. Hoekstra, Dr. Smedinga, G. Groen. M. v. d. Weerd, H. Schuil, H. Bultje. P. Schuil, D. v. d. Zee, F. de Vries. Ondanks zijn onzekere opslag weerde Smedinga zich in het perk en tussenspel prachtig, terwijl zijn makkers hem pri- I ma t.7 “7‘“'L7 Bultje in het perk even af en moest Van der Weerd hem tijdelijk vervangen. Smedinga c.s. behaalden het eerst de 5 eersten, maar op 5-4 6-6 miste Drewes* het perk. In het beslissende eerst miste Hoekstra als tweede opslager driemaal het perk, waardoor het 6-0 voor Van der Weerd c.s. werd. Toch werd het nog 5-5 6-6. Op die stand keerde Bultje voor de kaats. Ook in de finale moesten de latere win naars een achterstand, en nu zelfs een grote, n.l. 2 om 5 eersten wegwerken. De Vries gaf het eerste bordje met 3 I buitenslagen cadeau, maar toen herstel- - den hij en zijn makkers zich volkomen denmiddag zacht en kwamen met een 5-2 voorsprong in ontslapen. Met grote droefheid geef ik het zicht van de overwinning. -• Hotze Schuil echter wilde nog niet ca pituleren en verzette bergen werk. Dit voorbeeld inspireerde ook zijn makkers en langzaam maar zeker werd de achter stand weggewerkt. Het werd 5 eersten gelijk, toen P. Schuil op 6 gelijk even te kort richtte en ook met alles aan de hang miste de overigens goed spelende P. Schuil voor de laatste maal het perk. De uitslag was: M. van der Weerd, H. Schuil en H. Bultje. P. Schuil, D. van der Zee en F. de Vries. J. Hoekstra, Dr. Smedinga en G. Groen. RINNIE KUIPER KONING IN BERLIKUM Berlikum trof het zondag niet zo best met het weer. Harde wind, waardoor de opslagers het zwaar hadden te verduren, met als gevolg vele buitenslagen. Daar tegenover stonden echter ook veel boven slagen, vooral Johan Jansen, die tot nu toe nog niet los kon komen, passeerde herhaaldelijk de bovenlijn. Bovendien misten er een paar 1ste klas- sers, die door jonge spelers werden ver vangen, hetgeen geen versterking was. Dat was een rake opmerking van dr. Kok, de directeur van de Friese Akademy, toen hij zei, dat „de boer in de kunst” in feite betekende „de boer in het oog van de stedeling”. Immers de schilderkunst bloeide vooral in het verleden steeds binnen de stedelijke ge meenschap. Heeft men dit feit een keer geconstateerd, dan dringt ogenblikkelijk de vraag zich op, hoe de stedeling-kunstenaar de boer dan wel ziet. Met het zoeken van een antwoord op deze vraag wordt het bezoeken van de tentoonstelling een boeiende bezigheid. Wellicht doet men goed zich zo mogelijk vooraf en anders in elk geval na het bezoek zich te verdiepen in de met welversneden pen geschreven inleiding op de expositie door de samensteller ervan, de heer H. J. Ronday, wetenschappelijk ambtenaar van het Bureau van de Rijksin- specteur voor roerende goederen. Ir. van der Molen wol hjir op üt-, dat it ris bisocht wurde sil of in stikmannich boeren, trije, fjouwer of seis, dat is min to sizzen, ris meimekoar oerlizze soene oft hja net mei foardiel it lanwurk yn ’e mande dwaen koene. Dus it greppeljen, it dongjen, it haeijen, it ynküljen, it hea- parsjen, it ynheljen, koartom alle 13n- wurk buten it weidzjen en melken. Nef fens him kin eltse boer op himsels de hege kosten fan sterke mechanisaesje net drage en bliuwt hy yn dat opsicht dus it wurk dwaen mei minder goed ark of hy lit it oer oan leanbidriuwen en wurdt dêrtroch hoe langer hoe mear ófhinklik. Dan wankt it gefaer seit Ir. van der Mo len, dat de boer, lyk as eartiids Haitze Holwerda gauris by de rüchskerne op- fleane sil om mei de fierrekiker it gea oer to sjen oft de leanbidriuwers jit net komme. Ir. Veenstra fan Drachten hat forline jier ek al warskógjend oer dit- dér is gjin üntkommen oan. Yn om fan 20 h.a. de wurk- mechanisearjen, dat it dizze tinzen yn ’e holle, freget hy him sels óf, hokfoar kant it nou ütgean sil. Giet it dér op ta mei hoe langer hoe mear wurk dwaen to litten fan leanbi driuwen of bistiet der in mooglik heit, dat in keppeltsje boeren, mei bihald fan har selsstannichheit en har eigen fé, mear mienskiplik it wurk dwaen sil en dêrfoar mienskiplik de greate masines keapet en briikt. „Het heeft God behaagd Mijn beminden Echtgenoot tot Zich te nemen. Hij is he- l en kalm plotseling geef ÏK daarvan kennis. Ik ben overtuigd, dat allen delen in Mijne smart en die van Mijne dochter. Wilhelmina”. (Buitenge wone staatscourant 3 juli 1934). Door het overlijden van Z.K.H. de Prins is de feestweek te Bolsward na heel wat getelefoneer een week uitgesteld. Watersportvereniging te Bolsward opge richt. l ot bestuursleden werden benoemd de heren L. Kingma, Hoitsma, H. Foeke- ma en H. J. Heemstra. De clubvlag zal geel-zwart zijn met de letters B.W.S. Vanaf de stations Sneek, Makkum, Fra- neker en Harlingen (evenals vanaf de tussenstations) worden goedkope reis-re- tourbiljetten verschaft door de Ned. Tramweg Mij. in verband met de feest week te Bolsward. Jong vlees. Heerlijk kort en mals, braadt fijne jus af. 40 cent per pond. Gehakt 35 cent per pond. Wïerdsma’s vlees- houwerij Op de Jong-Nederland partij te Rauwerd werden de Bolswarder juniores kampioen (K. Falkena, M. Bijlsma en W. Bosma). worden luchten conventioneel. De schilderijen worden meer atmosfe risch, waziger. De kleuren staan minder fel naast elkaar. Het is de verdienste van een Vincent van Gogh geweest in het werk sociale bewo genheid te brengen. Van Gogh vereen zelvigt zich als het ware met zijn onder werp. Latere schilders (Chabot is er een lichtend voorbeeld van) willen ook uit drukken, wat hen in hun ziel het diepst heeft ontroerd. Zo deinzen zij er niet voor terug een bepaalde eigenschap als het ware door een (artistiek) vergroot glas te zien, of met opzet te overdrijven. Pitoreske weergave is niet hun doel, wel het uitdrukken van eigen bewogenheid. Dat de boer hierbij niet altijd „op het voordeligst” wordt gezien, spreekt van zelf. Een volgende keer komen we hierop na der terug. meer uit naar de omstandigheden waar onder de boer leeft, naar zijn huiselijke leven en zijn vermaak, dan naar de boer zelf. Hoewel deze schilderijen een zeker inzicht geven betreffende de sociale om standigheden van die tijd, is er van enig sociaal getint medeleven met het bestaan van de boer geen sprake. Daarvoor zien de schilders hun onderwerp te opbjec- tief. Zij blijven bij constateren, registra tie, geven geen visie. De maatschappe lijke positie was ten plattelande overi gens weinig begerenswaardig. De veilig heid was veelal zoek. Plunderende sol datenbenden brandschatten de hoeven. Na de tachtigjarige oorlog komt er slechts langzaam een zekere welvaart. In de schilderkunst kan men deze histori sche ontwikkeling op de voet volgen. De boerentaferelen uit de eerste helft van de 17e eeuw zijn rauw. Na 1660 begin nen de ruige zijden van het plattelands leven te verdwijnen. De boerenvechtpar tijen maken plaats voor meer vredige in terieurs en herbergscenes. De biermok maakt plaats voor de kalkstenen pijp. In de 18e eeuw versterkt zich dit beeld. Het „genoeglijke leven” wordt hoofdmotief. Het buitenleven werd stellig geïdeali seerd. Speelse herders en herderinnetjes doen opgeld. Zorgeloze kinderen (als kleine volwassen mensjes gekleed) com pleteren het geheel, het vee ligt te her kauwen of staat te dromen voor landhek of sloot. De visie van de kunstenaars is wel erg huisbakken en boer is slechts stoffage van een demonstratie in Londens krantenstraat” Fleetstreet’1, grote groep stakende typografen demonstreerde tegen het uitkomen 7 J~T.o ctannvr I'M/!/ riv zi selde gefaer sprutsen. Dy socht it yn in ütwreidzjen fan de gersdroegerijen mei mear oare wurksumheden. Beide hearen binne bang, dat de boer sunder folk yn ’e knipe komt as der neat barre sil. En ik leau ek, dat hja hjiryn gelyk hawwe, dat dizze situaesje üs boppe de holle hingje kin. It boerelibben is op himsels al bannich, omt de kij sawn dagen fan ’e wike, sneins en deis molken en fuorre wurde moatte, mar soe it tal minsken jit aer- dich minderje, dan rekket de boerehüs- halding grif yn in ünsoasiale posysje. De idé fan Ir. van de rMolen is net nij. Ik wit jit skoan, dat op mannich plak in tal lytse boeren de üngetiid meimekoar diene. De iene hie in meanmasine, de oare in goed hynder, in trêdde in pear greate jonges en sa makken hja meime koar en foar mekoar dat it hea yn 'e hüs kaem. It meimekoar ungetiidzjen is dus al aid, mar Ir. van der Molen wol fierder gean en bisykje oft dit net mei alle lanwurk kin. Hy sjocht ek dit foar diel, dat der dan ek ris in man mist wurde kin, sadat de boer gjin slaef wurdt fan syn eigen bidriuw. Ir. van der Molen wol hawwe, dat de lanbouorga- nisaesjes, mei stipe fan de greate lan- boukoöperaesjes it initiatyf nimme sille foar in serieuze proef. Hy mient, dat der grif wol in keppeltsje boeren to finen is, ay’t soks prebearje wolle. Sa't ik al sei bliuwt elk baes oer syn eigen bidriuw en syn eigen kij, mar de kombinaesje soe dan foar it greate masineark riede moat te en hea en kuil birêdde, lyk as it dong of kunstmeststruijen en it oare lanwurk. Hwa sjocht hjir Ijocht yn? In man as hwat yn Beabuorren, Rytsebuorren, Burchwert, Skettens of earne oars? Of binne de mieningen jit to forskillend en fielt men to folie foar eigen idé en methoade? Hjir kin wol hwat ynsitte, tinkt my sa, mar it kin allinnich slagje as de lju, dy’t it dogge, goed meimekoar oer ’e wei kinne en net to min bitrouwen hawwe yn mekoars dwaen en litten. Ir. van der Molen bislüt syn nijsgjirrich artikel mei dizze wurden, hwer’t wy ek mei einigje wolle: „Paedsikers hawwe der yn Fryslan alti- ten wol west en it soe der mei de ta komst fan üs greidboeren net sa bést ütsjen, as dy nou net to finen wiene!” Hwa lit it ris yn him omgean en jowt syn miening op in reinige dei ris op pa pier? igd (4 schilderijen, 3 tekeningen in iberisch krijt) en deze in 1949 overle den kunstenaar met zeer persoonlijke versie (die men kan waarderen zonder dat men het er mee eens behoeft te zijn) kan men gerust een vertegenwoordiger van de modernen noemen, al is hij nog niet „experimenteel”. Meen niet, dat we enkel maar deze ex positie gaan verheerlijken. Ze mag zeker geslaagd heten en voor wie de reizende tentoonstelling van hetzelfde Rijksbifreau over het gelijknamige onderwerp kent een ware openbaring zijn, kritiek valt er vanzelfsprekend wel te leveren. Zon der de tentoonstelling overladen te doen zijn had men met een paar hedentijdse schilderijen het beeld wellicht kunnen kunnen completeren. Ook vinden we het jammer, dat de Friese kunst zijn partij niet meespeelt. De enigste moderne Friese schilder, die in de catalogus staat ver meld, Gerrit Beumer, in 1896 te Leeu warden geboren, is op de tentoonstel ling niet te vinden. Friesland moet het nu doen met een paar stukjes van Mar- garetha de Heer, die 1650 als Leeu warder dame naam maakte met haar schil derijtjes van pauwen en kippen, het boe renerf met put, dat ca. 1700 geschilderd werd door de Amsterdammer Emanuel Murant toen te Leeuwarden woonachtig en een stukje van de Dokkumer Camp- huizen. Er was toch waarlijk vooral bij de jongeren wel waardevol werk geweest, dat in deze expositie niet zou hebben misstaan. We denken bv. aan de bekende „kalfdrager’’ van Cor Reisma, de weide landschappen van Hoogeveen, de „kop van een boer”, die Jelle Troelstra onlangs exposeerde te Leeuwarden, enz. Maar we dwalen af. Hoe zien de schilders, die te Bolsward zijn „geëtaleerd” nu wél de Boer? Deze visie heeft zich in de loop der ja- ren sterk gewijzigd. De heer Ronday begint met de opmerking, dat Pieter Brueghel de Oude (f 1569) de boer als zelfstandig onderwerp in de nederlandse schilderkunst heeft geintroduceerd. Zijn bijnaam Boerenbrueghel spreekt in dit verband boekdelen. Zelf komt deze zuid- nederlander op de expositie niet voor, wél zijn zoon Jan, bijgenaamd „Fluwele Brueghel”, helaas niet met een boer als onderwerp, maar met een in dit verband minder zeggend rivierlandschap met mo lens en schepen. Brueghels invloed in het noorden is bo vendien niet erg groot. Hier gaat de be langstelling van de kunstenaar spoedig

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1959 | | pagina 1