u MINISTER DE POUS OVER REGIONAAL INDUSTRIALISATIEBELEID BOLSWARD HEEFT MECHANISCHE BAANSCHOONMAKER L üs hjoed p p to sizzen WIJST LOONBIJSLAGEN AF (II) Ijsvereniging Bolsward weer eens eerste Fan de Martinytoer Tj. de J. Zilveren filmpjes STREEKBLAD VOOR WEST- EN ZUIDWEST FRIESLAND M I 55e JAARGANG DINSDAG 24 NOVEMBER 1959 No. 90 OVER GELUIDSBARRIÈRE GESPROKEN van Zaken, de De béste wize om eat to learen is der les yn to jaen. Verschijnt DINSDAGS en VRIJDAGS Uitgave: A. J. OSINGA N.V, Bolsward Administratie- en Redactie-adres: Marktstraat 13 Telef. 2451 Na 18.30 uur 2305 of 2335 (K 5157) andere westen De ervaring' leert, dat de industrie in toenemende mate de gebieden met vol doende arbeidskrachten opzoekt, en dit «al ongetwijfeld worden gestimuleerd de verbetering van de verkeersvoorzienin- gen en verdere infrastructuurmaatrege- len ten behoeve van de betrokken gebie den. De decentralisatiebeweging is in Neder land duidelijk op gang gekomen. Het gaat er nu om hieraan verdere stimu lansen te geven en de richting zodanig te beïnvloeden, dat deze beweging in sterke mate ten goede komt aan de pro bleemgebieden, die hiervan nog niet vol doende vruchten hebben kunnen pluk ken. De eerste aanzet Van het nieuwe B. en W. zullen ten stadhuize openbaar verpachten: de opbrengst van ’t markt- geld wegens het aanvoeren van vee op de veemarkt, voor de tgd van één jaar. Te koop: een bunzinghond bij J. W. Bootsma, Parrega. Abonnementsprijs f 1.90 per kwartaal (bij vooruitbetaling) Giro 887926 Advertentieprijs: 13 cent per mm Ingezonden mededelingen dubbel tarief Handelsadvertenties bij contract reductie 4de week november 1934 Het rijwielplaatje mag voortaan ook op het spatbord bevestigd zijn. Door de ontzaglijke overvloed van on derwijskrachten is sluiting der kweek scholen gebiedende eis. dustrie, oneerlijke concurrentie, discri minatie en verpaupering bevolking”. Ik geef toe, dat dit zware en emotionele zij voor de Regering aanleiding behoren woorden zijn. Maar toch geloof ik, dat te zijn tot het zich afvragen of de ge nomen maatregelen inzake het industri alisatiebeleid wel voldoende zijn om tot een rechtvaardige oplossing van dit be langrijke probleem te geraken. Immers naast deze „kreet” uit Gorredijk staan de rekesten en bezwaren van plaatsen en streken buiten het van het land. De Minister van Economische Minister de Pous: Wat het industriali satiebeleid betreft, heeft deze keer het regionale aspect zeer op de voorgrond gestaan. Dit is ook niet verwonderlijk, want het regionaal industrialisatiebe leid is een nationale zaak. De spreiding van de industrialisatie is noodzakelijk, zowel voor de ontwikke ling van de probleemgebieden als voor de oplossing van de toenemende pro blemen in het westen van het land. Het verheugt mij, dat in zeer brede kring voor dit beleid levendige belangstelling bestaat en dat er van vele kanten sug gesties komen, die er toe zouden kunnen bijdragen om dit beleid te versterken. Bedacht moet worden, dat men wel gun stige voorwaarden kan scheppen voor spreiding van de industrie, doch dat de realisering van dit proces noodzakelij kerwijs tijd vergt. Ik moge voorop stellen, dat hetgeen op het gebied van h&t regionaal industria lisatiebeleid momenteel is uitgestippeld en ten dele is vastgelegd in maatregelen door mij bepaald niet wordt gezien als een onveranderlijke zaak, die op basis van de genomen beslissingen verder een voudig kan worden’ afgewikkeld. Wij zullen het effect van de maatregelen nauwkeurig moeten volgen, niet alleen wat betreft de realisering van de ge stelde doeleinden, doch wat betreft de eventuele repercussies van de maatre gelen op ander terrein. Door de adressen is de Kamer hierover reeds uitvoerig ingelicht. Het is mij in mijn nog korte ambtsperiode duidelijk geworden, dat deze materie voorshands grote aandacht zal blijven vragen, en ik zal er die gaarne aan wijden. Ik meen echter, dat het een redelijke vraag is, de uitwerking van het ontworpen beleid enige tijd aan te zien. spreidingsbeleid stemt mij hoopvol. Ik realiseer mij hierbij, dat de huidige stroom van premieaanvragen voor ves tiging en uitbreiding in de kernen ten dele moet worden gezien als een samen- I vallen van plannen, die reeds in porte feuille waren en nu in een kort tijdsbe stek ter tafel worden gebracht. Niette min acht ik de omvang en aard van de ingediende projecten dusdanig, dat ik van eerste succes van dit beleid en dat is momenteel dus nog in hoofdzaak de premieregeling meen te mogen spreken. De premie- en prijsreductie- regeling blijkt duidelijk een aantrek kingskracht te zijn. Ik meen ook te kun- Aangelopen: koekalf bij L. Katstra, Koudehuizen, Witmarsum. nen zeggen, dat het niveau van de bij dragen zodanig is, dat zij een substan tiële factor vormen bij de keuze van vestigingsplaats. Er is in de Kamer van vele zijden ge pleit voor een nieuwe vorm van finan ciële steun bij de schepping van indus triële werkgelegenheid voor de pro bleemgebieden, n.l. voor een bijdrage in de loonkosten. Ik meen, dat daarbij in het algemeen wordt gedacht aan een extra-tegemoetkoming, additioneel dus, boven de reeds bestaande regeling. Naast positieve aanbevelingen in deze rich ting, heb ik ook een wat meer gereser veerd standpunt waargenomen, n.l. bij de heren Assmann en Kikkert, welke laatste deze zaak uit doëlmatigheidsoog- punt beoordeeld zou willen zien. Bij deze laatste benaderingswijze kan ik mij geheel aansluiten. Ik moge voor op stellen, dat er geen fundamentele, geen bezwaren van principiële aard be staan tegen een dergelijke premiëring. Ik zal echter deze zaak opnieuw in ogenschouw nemen, wanneer het beleid aan gewijzigde omstandigheden moet worden aangepast. Men moet, gegeven de beperktheid van de financiële mid delen, eerst aanzien, hoe het thans ont worpen stelsel werkt. Het gaat immers voor wat eventuele loonbijdragen be treft, niet om een bescheiden aanvulling doch om een nieuwe substantiële steun. Hoewel in de Kamer geen percentages zijn genoemd, wordt in de betrokken provincies gedacht aan een bijdrage van 10 pet. in de loonkosten gedurende vijf jaar. Dit betekent per gesubsidieerde arbeidsplaats rond f 2000,Het zou dus in feite op een dubbele premiëring neer komen. Een bijdrage in de loonkosten heeft meer dan het huidige systeem het ka- De reis van Prinses Juliana met de Ba tavier II naar Engeland was niet voor spoedig. Door de dikke mist had de boot verscheidene uren vertraging. Intrede Ds. K. Wybenga te Winsum- Baard. De heer Lankhorst (P.S.P.): Ten aan zien van de probleemgebieden tracht de Regering op incidentele wijze een op lossing te vinden. In belangrijke delen van ons land heerst het onbehaaglijke gevoel te behoren tot een door de cen trale overheid vergeten groep. In een telegram, dat de fracties vandaag ontvingen van de Stichting Zuidoosthoek Gorredijk wordt gesproken van „aanval op bevochten welvaart van handel en in- Bolswards Nieuwsblad Waarin opgenomen: De Bolswardsche Courant, Westergoo en De Jong’s Nieuwsblad Wy krije nou yn dy swiere striid help fan de oerheit. Hja sjocht yn, dat sokke gebieten hwat stipe ha moatte om it tem po fan de yndustry-alisaesje op to fieren. Testpiloot Lin Hendrix bereikt met de nieuwe Thunderchief F-105, een gevechtsbommenwerper voor de taktische luchtmacht, een snelheid van meer dan 2000 km per uur. Op de begane grond geeft de vlieger echter de voorkeur aan zijn T-Fordje, dat hem elke dag met een maximum snelheid van 60 km per uur veilig op de plaats van bestemming brengt. Foto: Na een jacht door de wolken is Lin Hendrix weer op de luchtbasis Farmingdale (N.Y.) geland om zijn Ford je te kunnen bestijgen”. De ijsver. „Bolsward” speurde al gerui me tijd naar een goede mechanische baanschoonmaker voor het komende winterseizoen. Tot nu toe moest het be stuur, al of niet bijgestaan door enige vrijwilligers, steeds tweemaal per dag achter de schuifborden, om de baan weer klaar te maken voor de schaatsliefheb bers. Het was soms al na middernacht als de mannen naar huis konden gaan. Ruim een week geleden viel hun oog op een foto met onderschrift in enige pro vinciale bladen, van een mechanische baanschoonmaker, ontwerpen en ver vaardigd door een Fries om utens, de heer Wassenaar, afkomstig van De Hommerts, reeds 31 jaar woonachtig in Soest. Maandag 16 november trok een delega tie naar Soest, waar ze door de familie Wassenaar hartelijk werden ontvangen. Ondanks een 30-jarig verblijf in „Hol land” wordt er in het gezin van Was senaar nog steeds Fries gesproken. Na een kopje thee met toebehoren ging het naar de „showroom”, waar drie ma chines stonden geëtaleerd. Het zijn mo toren met zijspan, 300 cc B.S.A.. Op ’t zijspan staat een 4 pk-motor gemon teerd, die de achter het apparaat ge plaatste roterende borstels aandrijft. Aan de voorkant zit een stalen sneeuw schuiver van 1.20 meter. Nadat de ontwerper, Douwe Wassenaar, de niet geringe mogelijkheden van het apparaat had uiteengezet, waren de 4 bestuursleden al enthousiast. Eén bezwaar bleef echter nog, n.l. dat ze die capaciteiten niet konden toetsen aan de praktijk op het ijs. Ook in dit opzicht werden ze gerustgesteld. De heer Wassenaar garandeerde voor 100 dat de baanschoonmaker de kwaliteiten, die hij opsomde, inderdaad bezit. Mocht hier in de praktijk iets aan mankeren, zo neemt hij hem voor dezelf de prijs terug, wel een bewijs, dat hij zeker is van zijn schepping. De volgende dag besloot het voltallige bestuur meteen tot aanschaffing over te gaan en zaterdag j.l. reeds kwam de heer Wassenaar het apparaat af leveren bij rijwielhandel Kroontje. Hier kwam ook het bestuur van de IJs- wegencentrale van Baarderadeel, met de burgemeester aan het hoofd, pools hoogte nemen. Ook deze heren waren na een uiteenzetting en inwerkingstelling direct enthousiast en besloten dan ook in principe tot aanschaffing ever te folsleinens. It ündermynt yn de oerheit en twingt mei twa muien to praten en op 'j en gjin goed wurd fan kin net oars, in tsier- skipsbou, f Hja docht dat op twa manearen. De ear- ste is dizze, dat de bilangrike forbinings forbettere wurde sille, hwat tige wich- tich is, sawol oer de wei as oer it wetter, en fierder wol hja ek help jaen oan din gen, dy’t de oantreklikens fan dit gebiet forbetterje sille. Oant safier is alleman der mei iens, allinnich de omfang en it tempo fan dizze forbetteringen fan de ynfra-struktuer soe men bittere graech folie greater sjen. It twadde middel is it opfieren fan de aktiviteit fan bistjüren, ündernimmers, wurknimmers, finansiers, ensfh., koart- om fan it hiele folk om dy yndustry hjir fiks oan to fiterjen. Hjirfoar is nou troch de sintrale oerheit, yn oerliz mei Deputearre Steaten, it plan- Zijlstra ütbret, it alf-kearnenplan. In ün- gelokkich studearkeamerplan, dat oer alle boegen mis is. Ekonomysk is it mis, hwant it is fleis noch fisk, it kaem fan boppen óf, mar waerd yn Fryslan sada- nich foroare, dat it nou allinnich mar in karikatuer wurden is. Bistjürlik is it jit helte minder, hwant it makket it Provin- siael bistjür ta de stiefmoer fan har eigen bern. It jaget de gemeenten yn twa partijen, de bifoarrjuchte kaste en de pa ria’s. It driuwt de Friezen ütmekoar, omt de iene helt brükt wurde sil om de oaren to bitsjinjen, de iene helt moat syn léste baitsje ütlüke om de oaren in waerme stoel to jaen. It bringt rüzje en ófgunst, forbittering en folsleinens. It ündermynt it bitrouwen dizze om twa wizen to hanneljen ta omkeaperij chantaezje. Dêr is f’ to sizzen. It sil, dat I derij jaen sunder ein. Dêrom is it oan alle hoeken en kanten mis. En dêrom is it plicht alle earlike en iepenlike wapens to brüken om dit ün- sillige plan to bistriden. Hwant it is net deugdilk, net rjuchtfeardich, net op bouwend en stypjend. Fryslan moat holpen wurde, mar sa net. It moat oars en it kin oars. Dêroer en dêrfoar moatte wy meimekoar oerlizze, mei de fêste wil de hiele provinsje op tb nimmen yn de hjoeddeiske striid foar har aller bistean. Mei minder kin it net ta. In dit beleid zijn maatregelen opgeno men, die een resultaat op korte termijn beogen, n.l. de premier en prijsreduc ties en anderzijds zijn er maatregelen die op langere termijn werken, voorna melijk omvattende de verbetering van de infrastructuur en andere klimaatver- beterende maatregelen. Het zijn vooral deze maatregelen, die uiteindelijk het verschil in vestigingsomstandigheden tussen de probleemgebieden en het wes ten moeten wegnemen en die, tezamen met de cumulerende invloed, die uitgaat van eenmaal ontstane kernen van gro tere omvang, tot resultaat moeten heb ben, dat premiëring of subsidiëring overbodig wordt. rakter van een directe kostprijsverla gende factor. Het aflopen van een der gelijke subsidie zal moeilijkheden voor de bedrijven kunnen meebrengen, als men deze tijdelijk gaat instellen. Men heeft dan immers een tijd lang onder kunstmatig gunstige condities kunnen werken. Ik voorzie velerlei problemen bij de hantering van een dergelijk sy steem. Bovendien heb ik de indruk, dat de loonsubsidie minder effectief is als prikkel dan de huidige regeling, die met name werkt juist op het moment, dat men moet gaan beslissen over uitbrei ding of vestiging van een nieuw be drijf. Ik kom thans op een >ect van het re gionale beleid, dat voor velen in den lande moeilijk aanvaardbaar is. Dit be leid is nl. discriminerend. De discrimi natie wordt als grondslag van het beleid weliswaar geaccepteerd en dit spreekt vanzelf, aangezien het inherent is aan maatregelen van bevorderende aard doch er komen vele wensen naar voren tot uitbreidi -g van de kring der aange wezen gebieden en plaatsen. Ik heb be grip voor de klachten en voor de moei lijkheden, die men in dit verband naar voren brengt. Er moeten evenwel grenzen gesteld wor den en ik ben mij ervan bewust, dat iedere afgrenzing bezwaren zal oproe pen zolang niet bijkans geheel Neder land buiten het westen als probleemge bied is aangemerkt en alle plaatsen in dit gebied, die near industrialisatie stre ven, als ontwikkelingskem. Ik verzoek de ontwikkeling enige tijd aan te zien, uiteraard tenzij men op duidelijke omis sies of tege-strijdigheden zou kunnen wijzen. Het vergroten van het areaal, waarop de inspanning wordt gericht, leidt onvermijdelijk tot versnippering van de midde' n, waardoor in feite het doel zou worden gemist. gaan. De ledenvergadering moet hier aan nog haar sanctie geven. De heer Wassenaar was vergezeld van zijn 75-jarige vader, Tjitte Wassénaar. Deze vertelde ons tussen de bedrijven door, dat ze nog even naar IJlst moes ten, om „mem” op te zoeken. Op onze verbaasde vraag hoe oud die dan wel was kregen we het antwoord: 99. Hij toonde ons een foto en we ston den verbaasd. Als hij had gezegd, dat het zijn vrouw was, hadden we het ook geloofd. Ze leest nog zonder bril en het gehoor is ook nog best. Nu is het wachten op de winter. Het bestuur van de ijsver. „Bolsward” ziet ai reikhalzend uit naar het ogenblik, dat ze de „nijkeap” voor het eerst in gebruik kan nemen. De heer Wassenaar stelde er prijs op dit de eerste keer zelf te doen. Zo gauw de baan open is even een telefoontje naar Soest en nog dezelfde dag komt de ontwerper hier zelf zijn vinding demonstreren. Wij wensen de ijsvereniging toe, dat haar voortvarendheid beloond mag wor den en dat dit kostbare apparaat voor 100 aan haar doel mag beantwoor den, mede tot genoegen en profijt van haar honderden leden. Hwat hat Qabe Skroar dus oer: m.ear yndustry, mear as potentiële middels foar mear wurk. Dit ynsjoch is by de bifolking en grif by de bistjürders algemien. Dy kant moat it üt, der twivelje hja net oan. Dus, soe men sizze: alleman de skouders der un der, om de toswakke yndustry sterker to meitsjen, om de oplibjende skipsbou to forgreatsjen. Mar as men goed, duorjend risseltaet ha wol, dan mei men de boel net op losse skroeven sette. It is wichtich, ja need- saeklik, dat men skerp en konkreet de hjoeddeiske situaesje sjocht, mei soarch de goeie middels ütsiket en mei takt en enthousiasme alleman waerm makket foar de freedsume striid foar it heitelan. Mei minder kin it net ta, hwant dan mis- learret de boel. En hwer’t it om de ta- komst fan Fryslan en de Friezen giet, freget dit it maksimum oan geastlike en lichamelike ynspanning en in harmo- nyske gearwurking tusken provinsje, ge meenten, ündernimmers, wurknimmers, finansiers, deskundigen en winlik fan alleman hjir yn Fryslan. Hwat binne momenteel de greate tokoar- ten? Op it foarste plak, de lizzing tsjin de dyk oan en fier fan de bisteande sintra. Twad, de forbiningen mei spoar, wegen, kanalen en fleanmasines. Fierder de tsjinsin, de mentale barrière foar it Noarden oer, gjin universiteit, gjin grea te stêdden, it klimaet, de keale flakten, nou hawar, hiel hwat dingen, dy’t de minsken üt oare dielen fan üs lan as bi- swieren fiele. Mar ek party Friezen tinke der sa oer en sykje har heil earne oars. Dochs stiet it fêst, dat, as de louter ekonomyske oar- saken weinomd wurde koene, de measten fan har hjir leaver bliuwe soene en oan de oare kant hiel hwat net-Friezen hjir ek makliker komme en bliuwe soene. Oant nou ta hat Fryslan, ütsein fan de Walden, de libbensstriid op eigen krêf- ten fierd en al binne de risseltaten to lyts bleaun, der is dochs al hiel hwat forbet- tering komd. De heer Van Leeuwen (V.V.D.)Het westen, van ons land is nu ee- aal zeer dicht bevolkt, overbevolkt zou men kun nen zeggen en het heeft dus alle zin uit planologisch oogpunt te zorgen, dat de minder dicht bevolkte en leeglopende delen van ons land aantrekkelijk wor den gemaakt voor vestiging. Het gaat er om daar een goed woonklimaat, een goed industrieel klimaat en een goede infrastructuur te krijgen, opdat deze gebieden aantrekkelijker worden. De heer Hazenbosch heeft al gezegd dat aan deze zaak onverbrekelijk een discriminatie vast zit. Waar begint de discriminatie? Ik voor mij ben geneigd te zeggen: Wanneer men wegen en ka nalen aanlegt en voor goede verbindin gen zorgt, kan er eigenlijk nog niet van een discriminatie worden gesproken. Die discriminatie begint pas recht, in dien men overgaat tot het geven van subsidies. Het gaat dan om overdrachts uitgaven. Aan de één wordt nu eenmaal iets afgenomen, opdat de ander iets kan krijgen. Dat maakt de plicht toe te zien dat het in alle billijkheid geschiedt, zeer stringent en daaraan zitten dan weer vele kanten vast. Men geraakt wel eens in twijfel, of het juist is, dat bepaalde, in een probleem gebied gelegen gemeenten, waar, indien aan daarnevens gelegen gemeenten geen subsidies werden gegeven, initiatie, ven zouden worden ontwikkeld, worden achtergesteld. Er is ook al betoogd: in dien in een .bepaalde gemeente in een probleemgebied, die niet tot kern is ver klaard, toch een initiatief zou kunnen worden ontwikkeld, zonder dat daarvoor speciale kanalen moeten worden gegra ven of andere buitengewone werken moeten worden verricht, dan is het toch wel zeer hatelijk, wanneer men niet van overeenkomstige voordelen kan genie ten. Nu wil ik wel zeggen, dat hoeveel ik ook voel voor verbetering van de infra, structuur, toch wat huiverig sta tegen over het subsidiesysteem, tegenover de rechtstreekse overdrachtsuitgave, waar bij men wel zeer kritisch moet bekijken, of de billijkheid in alle opzichten wordt betracht. Het is voor een gemeente, die niet aangewezen zou zijn als ontwikke- lingskern, toch wel hatelijk, dat men het gevoel moet hebben: wij betalen en de anderen krijgen het. Wij hebben zo veel rekesten voor ons gehad, dat wij wel weten waar de schoen wringt. De heer Kikkert '(C.H.U.): Men voelt het verlenen van faciliteiten aan kernen nu eenmaal aan als een discriminatie van anderen en hoe sterker de prikkel is hoe zwaarder dit gaat wegen. Ik ge loof niet, dat men, welke vorm men daarvoor ook zou kiezen, aan een derge- lijke stroom van telegrammen en adres sen zou ontkomen. Ik geloof, dat er geen beleid mogelijk zou zijn, als men zich op het standpunt zou plaatsen, dat daarop geen reacties zouden mogen ko men en dat degenen, die zich achteruit gesteld gevoelen, geen uiting zouden mógen geven aan hun gevoelens. Er is gezegd, dat men door de verantwoorde lijkheid te verleggen van het centrale punt in Den Haag naar bijv, de provin cies en de gemeenten, misschien een beter beleid mogelijk maakt dan bij een gecentraliseerde uitvoering. Ik geloof, dat dit alleen verschuiving van de moeilijkheden zou zijn. Ik geloof dus, dat deze decentralisatie niet ge wenst zou zijn, maar dat men uit een centraal punt, uiteraard met een goede coördinatie, de maatregelen moet uit voeren, waarbij ook knopen moeten worden doorgehakt. Wat de looncompensatie aangaat, ge loof ik, dat ik mij het best kan aanslui ten bij de heer Hazenbosch, die gezegd heeft: Wanneer men in een bepaald ge bied maatregelen treft, zal men moeten afwachten, of 'ze in voldoende mate sti mulerend werken. Zou de stimulerende werking onvoldoende zijn, dan zou men ik zou er geen pricipiële bezwaren tegen hebben kunnen overwegen of looncompensatie een v an de middelen kan zijn om wel de nodige impulsen te geven. Voorzover ik het thans kan over zien, sta ik er huiverig tegenover, maar wanneer het noodzakelijk zou zijn, zou ik er geen principiële bezwaren tegen hebben. IN GETSIER SUNDER EIN Der sil wol nimmen wêze, dy’t oer situaesje fan Fryslan neitocht hat, op ’e hichte is mei de swakke ekonomyske po- sysje fan har ynwenners, en meihelpe wol om Fryslans posysje to forbetterjen, dy’t net sjocht, dat hjir mear wurkgele- genheit komme moat. Hwant wenjen kin allinnich as der in bistean is. Dy’t de skiep op it droege hat en in rêstich en gaedlik plakje siket mei in myld klimaet en bosken, sil dat trochstrings net yn Fryslan sykje. Wolle wy dus de üttocht keare, dan is der gjin oar middel as mear wurk, leanjend wurk. De primaire bisteansmiddels lizze yn de lanbou en de yndustry, hwer’t ek de skipsbou ünderbiflapt wurde kin. Han- nel en ambacht, winkels en frije birop- pen sitte oan de earste beide fêst, hja kinne net op har seis bistean, mar bloeije op üt de aktiviteit fan buorkerijen, tun- derijen en fabriken. Fryslan stiet dus foar de needsaek, mear folk oan it wurk to krijen. Yn de lanbou is dat net mooglik, krekt oarsom, der sille geleidelik oan jit minsken üt for- dwine, oer de tünderijen binne de mie- ningen net gelyk, mar ek de optimisten forwachtsje dêr allinnich mar geleidelike en biskieden risseltaten fan. Der bliuwt

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1959 | | pagina 1