DE WIJZEN UIT HET OOSTEN De aanbidding der herders w M Gade Shroar Kom mei jimme IS berntsjes L (r I r 'W ft II "Wi 3 9 BO O, Krystnacht Kerstvolkszang O® I i VRIJDAG 22 DECEMBER 1967 C- r 97 9) 2>' F* STREEKBLAD VOOR WEST- EN ZUIDWEST FRIESLAND I, M J 106e JAARGANG No. 100 Verschijnt DINSDAGS en VRIJDAGS W' ymbritseradeel. s3S I f I I - I I» j Hwat haf üs hjoed to sizzen J. J. Buskes Jr. (Wize: Wie reizend, wie woning) de Dam Jaarsma (Nei Christoph von Schmid) J. S. I i De wrald soe in paradys wêze as elk de helte die fan hvvat er fan oaren frege Advertentieprijs: 16 cent per mtn Ingezonden mededelingen dubbel tarief Contractprijzen op aanvraag MSTERDAM. De verkeersagenten, die het gehele jaar door hun plicht doen op de drukke kruispunten in de stad, werden dinsdagochtend aangenaam verrast door een bezoekje van de kerstman, die, gezeten in zijn arreslee, de verkeers- elnars een kerststukje kwam aanbieden - ’t Is sa ienfaldich By de groun En op ’t earste plak Sa libbens-soun Kom mei, jimme berntsjes, o kom dochs foaral! Kom mei nei de krêbbe yn Bethlehem’s stal En sjoch, hoe ’t yn dizze heechhillige nacht God joech oan ’e minsken rju blydskip en Ijocht. Sjoch, dêr stiet de krêbbe, toe, kypje ris yn, Hoe leit dêr it berntsje yn himelske skyn, Biwuolle yn wynsels sa wyt en sa rein; Gjin ingei fan oansjen sa leaflik en kein. Dêr leit it, it berntsje, op strie en op hea, Marije en Jozef sjen bliid nei har lea; De hoeders sy knibbelje froed by de doar, Heech boppe klinkt jub’ljend it ingelekoar. O, büch as de hoeders jim knibbels nou del, Doch gear jimme hantsjes en tankje dan tel; En sjong, jimme berntsjes, mei lüden sa klear Bliid jub’ljend mei d’ingels de Heare ta ear! Velen noemen Jan Steen in één adem met de prins onzer schilders Rembrandt en dat is ook begrijpe lijk, wanneer we zien met welk een fijne psycho logische, objektieve observatie Steen de; taf reien uitbeeldt. Hij is de geniale uitbeelder van volks- scènes, van een verbazingwekkende veelzijdigheid, die in de meeste van zijn, werken ook doorspekt is met humor en wat dat betreft is deze zeven tiende eeuwse schilder uniek te noemen. Als brouwer en herbergier heeft hij in de loop der jaren een bijzonder grote mensenkennis op gedaan en die heeft hij dankbaar geprojekteerd in de figuren die hij op zijn doeken uitbeeldde. Het wat rauwe levensblijde leven van zijn tijd verheft hij tot niveau door zijn ongeëvenaarde koloris- tische fijnheid. Jan Steen biedt ons, mensen van de twintigste eeuw, in een groot aantal van zijn ongeveer 600 vzerken een duidelijk beeld van het leven van de gewone mensen in zijn tijd. Dat zien we in zekere zin ook in het hier af- geheelde stuk; de aanbidding der herders (Rijks- museum, Amsterdam), een bescheiden doek met afmetingen van slechts 53 bij 64 cm, waarop hij de aanbidding Iaat zien, zoals die in zijn tijd zou hebben plaatsgevonden. Steen plaatst de gebeur tenissen in zijn eigen tijd en omgeving met zeven tiende eeuwse mensen. We zien hier dan ook niet de klassieke .aanbidding’, maar een gebeurtenis zoals die in zijn tijd zo dikwijls plaatsvond, name lijk het bezoek van belangstellende nadat de baby is geboren. Iedereen buigt zich nieuwsgierig over het Kindje. Links zien we een kleine meisje, dat met een bos sprokkelhout in de arm tracht het vuur aan te wakkeren onder een pot, rechts zien we een speelman, die musiceert, terwijl de vele bezoekers de nodige geschenken meebrengen. ■Wanneer we dit werk van Jan Steen zandachtig bekijken, dan valt het ons op, hoe voortreffelijk de schilder de gehele sfeer heeft weten uit te beelden. De Wijzen uit het Oosten zijn niet alleen voor de schilders, maar ook voor de dich ters een dankbaar onderwerp geweest. De jonge roomse dichter Van Oosten ziet in de drie wijzen drie karakteristieke fi guren uit onze moderne tijd: een philo- soof een econoom en een dichter. Alle drie knielen bij de kribbe van Bethlehem en een nieuwe levensmogelijkheid wordt hun ontsloten. Toen de voorste der koningen knielde een oud en vermoeid philosoof ervoer hij hoe ’t Kind hem bezielde met de kracht van een nieuw geloof. De derde, die zwijgend bleef wachten een dichter, misprezen en trots ontving van dit Kind weder ’t zachte glanzend licht van de liefde Gods. Ik was een koning en ik troonde ver van Juda en Jeruzalem. Toen rees een ster en wees mijn weg naar Bethlehem. Ik ging door eeuwen zonder rust en zonder woon. De weg was moeilijk te gaan. Jezus zat met Zijn moeder in ’t midden, Sint Jozeph stond stil achteraan, die drie bleven lang Hem aanbidden, wie niet meebidt zal buiten staan. Öok Roel Houwink, evenals De Groot een der Protestantse dichters, zet de drie koningen midden in onze wereld en onze tijd. Daarom zijn het: „Andere drie ko ningen.” Alle romantiek ontbreekt. Wij staan in de harde werkelijkheid van het barre leven, dat het onze is. Nog minder dan de drie koningen van tweeduizend jaren geleden kunnen wij het Kind mis sen. Maar wat zullen wij het brengen? Als wij niet als kinderen worden, zullen wij dit nooit verstaan: nooit deez’ wijsheid binnen gaan, waar in omgekeerde orde alle hoge dingen staan. Enkel kinderen mogen weten, Kind, Uw groot geheimenis: dat wat wijzen dwaasheid heten bjj U diepe wijsheid is; en uw licht is duisternis. Ook wij zijn gekomen van ver, van ver, maar nergens lichtte ons een ster. Wij hebben gelopen onz’ voeten wond, maar geen was er die ons verbond. Wij hebben geen myrrhe en ook geen goud: O God, maak ons als de kinderen en leer ons onze hoofden te buigen, opdat wij in Uw Hof mogen ingaan. Zo brengen deze vier christendichters ons het Evangelie van Jezus Christus. Laten wij luisteren. Ook dichters kunnen door God gezonde nen zijn. Abonnementsprijs f 3.25 pet kwartaal (bij vooruitbetaling) Giro 887926 De burgemeester van Bolsward, J. M. A. Mulder Uitgave: A. J. OS1NGA N.V., Bolsward Administratie- en Redactie-adres: Marktstraat 13 Tclef. 2044 Na 18.30 uur 2660 of 2335 (05157) O, Krystnacht Moaijer as de dagen Dou bist it antwurd Op üs fragen Jacques Schreurs, Rooms priester, laat ons in een van zijn mooiste gedichten zien, hoe de Wijzen uit het Oosten niet behoorden tot de wijzen en de verstandi- gen, voor wie de dingen v. Gods Konin krijk verborgen zijn, maar tot de kinde ren, aan wie ze geopenbaard worden. Zoals de herders zich niet door hun zor gen hebben laten terughouden, zo heb ben de wijzen het niet door hun vragen laten doen. Ook zij zijn tot het Kind ge komen en voor de kribbe hebben zij ge knield. ’t Licht der lichten heeft geschenen in de hemel van een dal en de Bouwheer van ’t heelal ligt als een klein kind te wenen tussen dieren in een stal. Zie onze handen, leeg en koud. Heer, laat ons bij u binnengaan en neem onz’ armoe, neem ze aan. Wij hebben niets meer dat verhult het naakte wee van onze schuld. Als Gij Uw licht niet had gebracht, lagen wij nog in dood en nacht Jezus Christus is Goddank niet gekomen om gediend te worden, maar om te die nen. Hij heeft ons goud en onze wierook niet nodig. Wij mogen Hem onze armoe brengen en Hij neemt die aan. Stadgenoten, Bolswards Nieuwsblad s Alle grootheid valt in duigen en uit zwakheid bouwt ge Uw lof; enkel die hun hoofden buigen en hun wijsheid in het stof, zullen ingaan in Uw Hof! I Lit ’t geastes-each ’t Gehiel omfieme Us libbens-brokken Kin wer lieme. Doch de eagen ticht Lit de tinzen gean Bliuw efkes dan By de Krêbbe stean Als u a.s. zondag 24 december om half drie ’s middags al de klokken van Bolsward hoort luiden, dan is dat om u op te wekken deel te nemen aan de gezamenlijke kerst-zangdienst in Martinikerk om kwart voor drie. Door het luisteren naar de Cantate ran de Martini Cantorrj, de zang van het St. Franciscusköor en het samenzingen van kerstliederen hopen wij in grote harmonie met elkaar ons voor te be reiden op het kerstfeest, dit ondanks onze verschillen. Dit houdt in, dat deze samenkomst niet is of mag zijn een vervanging van ieders eigen kerkdienst. Dit samenzijn moge ons helpen om samen de weg te zoeken naar de ware vrede, die ik u allen van harte toewens. De tweede, in verwonderd aanschouwen een rechtvaardig en wijs econoom gewon van dit Kind nieuw vertrouwen in zijn vurige toekomstdroom. Achter mij aan sleepte ik een kruis en doornenkroon. Toen kwam ik aan een stal, een grot. De deur stond aan. Daar ben ik doorgegaan. Ik vond een man, een vrouw en in een kribbe de Zoon van God en in ’n hoek zette ik m’n kruis. En hing daaraan mijn doornenkroon. Toen boog ik mij voorzichtig over het slapende gezichtje van Gods Zoon, Ik offerde de schatten van mijn zonden. Opziende zag ik een man aan ’t kruis: Gods Zoon, slapende in de doornenkroon, en bloedende uit vele wonden. «Fi 4 Verschijnt in: Bolsward, Baarderadeeï, Hennaarderadeel, Hindeloopen, Wonseradeél, Workum en (JAN STEEN) sW Ik houd van dit vers, vooral om de laat ste regel, die ons allen van toeschouwers tot deelnemers maakt: wie niet meebidt zal buiten staan. Jan de Groot, een van de Protestantse dichters, beleeft de komst van een der koningen visionnair. Het gebeuren wordt hem doorzichtig. Achter de kribbe rijst het kruis op. Goud, wierook en myrrhe ontbreken. De schatten, die aan het Kind geofferd werden zijn onze zonden. - C 6».. fft®” A» •ja

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1967 | | pagina 1