Sterfdag Grote Pier (fleurig)
herdacht
6ahe Skroar
Natuurreservaat „De Bosch-
internat, waarde
van
plaat”
i
BI
fl
Kimswerd getuige aanbieding uniek
boekwerk
1|
linn
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinii
Zilveren filmpjes
STREEKBLAD VOOR WEST- EN ZUIDWEST FRIESLAND
Verschijnt in: Bolsward, Baarderadeel, Hennaarderadeel, Hindeloopen, Wonseradeel, IForium en Wymbritseradeel.
Fan de Marl inyloer
f
■Kb
109e JAARGANG No. 83
DINSDAG 20 OKTOBER 1970
B3HHI
I
Hwat hat
üs hjoed to sizzen
Ruige duinlandschappen
Oorspronkelijk een eiland
n
sün-
Om eens alleen te zjjn
halden
Tj. de J.
5fe
1
Abonnementsprijs f 4.40 p. kwartaal
(bjj vooruitbetaling)
Giro 887926
Advertentieprijs: 17 ct. per mm I
Ingez. mededelingen dubbel tarief
Contractprijs op aanvraag
Oktober 1945
3
n
HWAT SIL DER BARRE
DAN DE HUNIADYK?
hja
lang
nen. Uiteraard Is een aantal deskundi
gen ’n kijkje gaan nemen op „De Bosch-
plaat” en men was zeer onder de in
druk. Vijf gediplomeerde jaren dus voor
een land, dat tien kilometer lang en vier
kilometer breed is.
de uitgestrektheid als wel vanwege de
wisselwerking van eb en vloed. En juist
dit maakt het natuurreservaat zo ka
rakteristiek. Bij laag water gaat het om
ongeveer 4400 ha en bij vloed blijft er
2950 ha van over. Gaat het hoge tij
bovendien gepaard met een flinke noord-
westerstorm, dan is er voor de bezoe
ker van „De Boschplaat” slechts 15 pet.
van het land over om de voeten droog
te houden! De kale zandvlakte uit 1929
heeft echter langzaam maar zeker een
'verandering ondergaan. Enerzijds is dit
gekomen door afsluiting van de Zuider
zee, anderzijds Is het te danken aan de
aanleg van Stuifdijk, die negen kilome
ter lang het duingebied van „De Bosch
plaat” beschermt. Deze, in het begin wat
schrale dijk ontwikkelde zich al spoe
dig tot stevige beschermer van het ach
ter liggende land door begroeiing met
helm, zeeraket, zandhaver en ander ge
was. Aan de voet van de dijk ontstond
slibvorming, waardoor weer andere plan
tensoorten wortel konden schieten.
De politie te Bolsward deed een inval
in een café waar hazardspel werd be
dreven.
De fraai verbouwde kruidenierswinkel
van fa. M. v. d. Oever wordt 15 oktober
a.s. gesloten.
Na een verblijf van 13% jaar nam dr. A.
D. R. Polman, geref. predikant te Bols
ward, afscheid van zijn gemeente wegens
vertrek naar Alkmaar.
De Chr. Zangver. De Lofstem te Bols
ward besloot tot oprichting van 'n meis
jeskoor.
De waarnemend burgemeester heeft een
kieskollege geïnstalleerd voor de verkie
zing van een tijdelijke gemeenteraad.
In Indië blijft de toestand gespannen. De
regering wil wel met de nationalisten
onderhandelen, doch niet met Soekarno.
Omstreeks kerstmis hoopt men de Wie-
ringermeer weer droog te hebben.
Bolsward aan het spoor! Dit is de leus,
die een deze week op initiatief van de
BBG benoemd werkkomitee moet bestu
deren en trachten te verwezenlijken.
De nieuwe gemeenteraad van Baardera-
deel is samengesteld als volgt: K. Grey-
danus Jorwerd; Tj. de Jong Mantgum,
S. Kalma Beers, P. Kleefstra Weidum,
J. H. Lunshof, J. Volbeda, P. de Vries
Weidum, Y. Seffinga Oosterlittens, S.
Plat en A. de Vries Bozum, W. Reinalda
Winsum.
Hwat ik altyd sykje fyn ik net,
hwat ik net socht, fyn ik fansels.
Verschijnt
DINSDAGS en VRIJDAGS
Ultg. A. J. OSINGA n.v., Bolsward
Administratie- en Redactle-adres:
Marktstraat 13
Tel 2044 - Na 18.30 uur 2660 of 2335
(05157)
De BBG heeft tot bestuur gekozen mevr,
ten Cate, W. Brandenburg, K. Falkena,
H. Gaarman, S. Steensma, J. Visser en
B. J. Zantman. Reeds 50 verenigingen en
organisaties hebben zich bij de BBG aan
gesloten.
Bolswanis Nieu wsblai
Door het altijd in beweging zijnde zand
van Terschelling kun je het niet met
zekerheid zeggen, maar „De Boschplaat’
begint ongeveer bij strandplaal 20 en
beslaat de oostkant van het eiland. Oor
spronkelijk is het natuurreservaat zelf
ook een eilandje geweest, maar in de
loop van de vorige eeuw is het door ver
zanding van het Koggediep een deel van
Terschelling geworden. In het wadden
gebied met zijn hoog en laag water vorm
de die „Boschplaat” tot 1929 evenwel
nog een aan alle zijden van de zee toe
gankelijke zandplaat. Een kale zandvlak
te met uitzondering van de zeevogels en
een stuk of vijf ronde duinen van west
naar oost. Deze dragen heel prozaïsche
namen als Eerste, Tweede en Derde
duintjes, Helmpollen en Amelanderduin.
En vraag niet bij dit grootste natuur
reservaat hoé groot die „Boschplaat” is,
want de oppervlakte is slechts bij be-
Het werd zaterdag een Intereemante morgen daar in de herberg Greate Pier te
Kimswerd. Het was op de datum af 450 jaar geleden dat Grote Pier (in rust en
vrede) te Sneek was gestorven, waarschijnlijk op het Grootzand nr. 12 (fotozaak
Obbema). Met de aanbieding van de eerste exemplaren van het bjj De Title te
Leeuwarden uitgegeven boekwerk „Grote Pier van Kimswerd” (geschreven door
da J. J. Kalma) resp. aan de burgemeesters van Wonseradeel en Sneek, werd dit
een uiterst gezellig en welhaast fleurig gebeuren. Wel wat ongepast voor het her
denken van een sterfdag misschien maar „It Is ek al sa lang lyn” en meer dan de
rterfdag werd eigenlijk Grote Pier zelf herdacht.
Ook de mens heeft „De Boschplaat”
ontdekt. Het natuurreservaat is voor de
recreatie van grote betekenis geworden.
Niet voor de transistor-radio dragende
mens. Nee, liever niet de grote, geluid-
producerende massa. „De Boschplaat”
is meer geschikt voor de individuele re
creant, die zonder direct op eenzaam
heid uit te zijn, toch de rust zoekt en
daardoor meer of minder bewust contact
met de natuur vindt. Het is juist deze
groep recreanten, die het natuurreser
vaat steeds meer begint te ontdekken.
Om eens alleen te zijn, zonder verkeer
of medemens. Alleen met rijk gevari
eerde flora, de lucht, het water en de vo
gels. Behalve tijdens de broedtijd, want
dan is De Boschplaat zelfs voor de een
zaamst» recreant verboden gebied.
Te Tzum werd opgericht een chr. kaats-
vereniging met aanvankelijk 46 leden.
sin S
uit blijkt ineens de periode, waarin Gro
te Pier leefde erg actueel voor onze da
gen. Heel veel begrippen en omstandig
heden, die in dat tijdsvak opgeld deden,
zijn onze tijd niet vreemd, bv. het cre
peren van de boeren - stond („toen
zonder en nu met auto, aldus ds. Kal
ma), het feit dat ook nu Friesland als
toen een schaakbord waarbij de stukken
vanuit elders worden verzet, en de guer-
rilla-activiteit, ons nu bekend van me
nig oorlogsfront was toen in Friesland
bloedige ernst. Ds. Kalima brengt veel
uit de vergeelde historiebladeren tot le
ven. Kritiek hebben we niet. Alleen is
het erg jammer, dat de geciteerde Kro
nieken van Petrus en Worp van Thabor
(die Pier hebben gehad en hem wel ge
sproken: insideinformation uit de eerste
hand dus) met zo'n klein verzekerings-
lettertje zijn gedrukt. Dit maakt het
toch al niet gemakkelijke lezen van dit
authentieke levensbericht dubbel moei
lijk.
Van deese Pier was grote spraeck in
Hollant, in Brabant ende in ander lan
den, van sin grote stercheit ende gru-
welichheit, ende van sin grote oghen”
zegt Peter, die weliswaar toegeeft: „Sy
machtent groter dan was, hy was re
delijk van herten als een Kersten
man, want hij hadde een guede mey-
ninek, want sin meyninghe was om Vry
ende Frys to wesen, ende omt lant in
guede staet te brenghen ende toe hol
den, want hy hadde liever by sin ploech
ghegaen, dan hy ghorlicht hadde”.
Verderop wordt gezegd, dat Pier was
Grote Pier is niet enkel legende, hij heeft was Pier niet, tenminste niet van vaders
kant. Wel echter van moeders kant
(maar dat telde vroeger niet). Zijn moe
der was Fokel Sybrands Bonga, doch
ter van Sybrand Doitsens Bonga en
Wi®k Domna. Bonga was een Schierin-
ger edelman en woonde op Bonga-state
te Kimswerd. Fokel maakte haar testa
ment op 1 febr. 1925. Ze overleed het
zelfde jaar in Bolsward en ligt begraven
op het Zuiderbroederskerkhof te Bols
ward (thans Broereplein).
Zij was eigenares van Meilaniastate te
Kimswerd en moeder van vier kinderen,
drie jongens en een dochter. De jongste
van de drie zoons was Pier (Gerlofs
Donia). Pier zelf kreeg in ieder geval 2
kinderen (misschien drie), een zoon Ger
lof en een dochter Wobbel. De laatste is
3 maal getrouwd geweest en overleed
tenslotte in 1571 te Bolsward, een dertig
jaar vóór dat daar Gysbert Japiks werd
geboren, die er zijn „Wobbelke” van
dichte. (Natuurlijk heeft hij hierbij niet
deze Wobbel voor ogen gehad, maar de
meisjesnaam Wobbel was te Bolsward
in elk geval - zo blijkt hier - niet onbe
kend.
Het boek werd uitgegeven met gelde
lijke steun van de gemeenten Wonsera
deel en Sneek (50% van wat werd ge
vraagd), Het is bijna 200 bladzijden
groot en voorzien van talrijke illustra
ties, gedrukt op fraai papier. Ds. Kalma
schrijft in een prettige stijl, gebruikt
vaak korte zinnetjes en beschikt over
het vermogen een ingewikkelde situatie
(de tijd rond Grote Pier was erg ver
ward) op een vrij eenvoudige manier
voor te stellen. Al zegt hij in zijn voor
woord bescheiden, dat hij niets toevoegt
aan hetgeen anderen reeds voor hem
schreven, hier en daar durft hij toch
stelling te nemen, b.v. tegen een ietwat
te romantische voorstelling bjj dr. G. A.
Wumkes of - wat de verhouding tot Jan-
cko Douwama betreft - tegen zijn
naamgenoot Dr. D. Kalma en M. S. E.
Visser. Ook hekelt hij veel romans en
jeugdboeken over Grote Pier die veelal
een scheve voorstelling van zaken ge
ven en soms met de aanduiding „prul”
worden afgedaan. Ook de reeds genoem
de Floris-serie wordt gewraakt. Geen
wonder. Lange Pier is hier een kruising
tussen een woesteling en een soort dorps
idioot. Ds. Kalma gaat evenwel serieus
in op de overeenkomsten van de tijd van
Pier en die van ons, een van de meest
waardevolle trekken van dit boek. Hier-
Bij enkelvoudige kandidaatstelling is de
volgende tijdelijke gemeenteraad ge
vormd: r.k.: J. Boekema, P. Bijvoets, F.
B. v. d. Meer, J. R. v. d. Oever, T. v. d.
Zee; a.r.: J. Heeres, B. Veldman; s.d.a.p.
D. de Jong W. Leurink; v.d.: W. M.
Brandenburg, J. v. Dijk; c.h.u.: W. Fol-
kerts en L. Zittema.
der greate problemen as dit net bart.
Hwant ek foar him wurdt it in hiele nije
opset. Earst de forgoeding foar hüs en
bidriuwsgebouwen, dy’t üteraerd op
maksimale hichte kornme to lizzen, dan
in fébisetting fan tachtich oant njoggen-
tich kij, dan de nije ynventaris, dy’t sa'n
bidriuw freget en de hier fan hündert en
tachtich pounsmiet tón. Dat is meime-
koar gjin lytse biroerte.
Bisjocht men dizze saek fan alle kan
ten, dan pleitet der alles foar, dat de
oerheit dizze struktuerproef, hwant sa
mei men dit wol neame, sawol foar de
eigner as foar de hierder, mei mooglik
makket. Hwa’t de kommende tlid yn de
greidhoeke foar eagen haldt, sil tajaen
moatte, dat it eksperimint bilangryk wê-
ze kin foar folie oaren. Slagget it, dan
soe de Huniadyk in lantearne hawwe,
dy’t syn Ijocht oer hiel Frystón en der-
büten skine litte kin. Slagget it net, dan
is syn skaed like weardefol.
De fAlden fan it Weeshüs gean net oer
iis fan ien nacht, hja hawwe jit gjin in-
kelde bislissing nomd, mar binne allin-
nich dwaende de ünderskate mooglikhe-
den to ündersykjen. Soe dy ütfalle nei de
kant fan it greatbidriuw, dan stiet it
fêst, dat dizze pleats oan de Huniadyk
jit mear bikentheid oan de Kliuw jaen
sil, dan it hüske fan hald-oan, dat yn
myn jonge jierren dér aerdich hwat klan
dyzje hie. Mar de êlde, wlze spreuk jildt
ommers: De tlden foroarje en wy mei
har!
„rechtuit en geen pluimstrijker” ook
„dat ze hem niet lief hadden, maar ze
dorsten hem niet aan”.
Welnu, Ds.Kalma „dorst" het wel aan
en verwerkte deze lawine van feiten tot
een prettig leesbaar boek.
Wist u bv. dat mannen als Zwolsman
en oud-ministerpresident Mr. Piter Ger-
brandy van Grote Pier afstammen'?
Trouwens het overgrote deel van de au
tochtone bewoners van Westergo mo
gen Grote Pier hun oer-oer-oer-oer-pake
noemen. Misschien ook u wel, lezer.
It Weeshüs to Boalsert is eigner fan
twa pleatsen oan de Huniadyk under de
Kliuw. Op de iene wennet H, van der
Werf en op de oare B. Hylkema.
Dizze léste pleats komt mei inaeije oan-
«teande frij en it tal aspirant-hierders,
dy’t har by it bistjür melden hawwe, is
nou al tlge great. Mar it stiet jit lang
net fêst. dat dizze frijkommende pleats
•Wtr op deselde wize forhierd wurde sil.
Hwant sawol op de pleats Hylkema as
Generaal Eisenhower heeft verklaard,
dat Hitler misschien niet dood is.
„De Boschplaat". Voor de een misschien
een reden om nog eens wat te mijme
ren over zijn vakantie van de afgelopen
zomer op Terschelling, bij een ander
roept het herinneringen op aan Sil de
Strandjutter, die daar vele decennia ge
leden het strand afschuimde. Maar al
tijd is er het zand, het water en de
lucht die het eiland tot aan de horizon
overkoepelt. En altijd zijn er de krij
sende meeuwen.
„De Boschplaat”, weleer een schier ein
deloze vlakte met hoog opwervelend zand
nu natuurreservaat, met sinds 19 ok
tober een Europees diploma.
De toekenning hiervan voorlopig voor
de duur van vijf jaar onderstreept
de internationale waarde van dit na
tuurreservaat. Het diploma werd over
handigd door de secretaris-generaal van
de Raad van Europa de heer Lujo Ton-
cic-Sorjin aan de staatssecretaris van
Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk
Werk mr. H. J. v. d. Poel en aan de
secretaris-generaal van Landbouw en
Visserij, mr. G. van Setten. Dit gebeur
de op Terschelling, dus om zo te zeg
gen ter plekke. Een en ander vond plaats
in het kader van de activiteiten van de
Raad van Europa, waarin een commis
sie zich bezig houdt met het behoud van
de natuur en de natuurlijke hulpbron- nadering aan te geven. Niet zozeer door
echt bestaan. Eerst meende men dat het
Pier van Heemstra was, later Pier Osin-
ga. maar nu is het wel zeker, dat het
Pier Gerlofs Donla is geweest. Er is
over deze Friese held veel geschreven,
veel gefantaseerd vooral. Ds. Kalma
heeft zowel in zijn redevoering, als in
zijn boek en sprekend bij de vertoonde
dia serie uitvoerig betoogd, dat Pier dan
weliswaar echt heeft bestaan, maar
hem niet alles in de schoenen mag wor
den geschoven, wat men hem wel heeft
aangewreven. Pier heeft (vooral in Hol
land) een verkeerde inzage en de TV-
serie Floris, die hem als Lange Pier in
troduceerde heeft daar alle aanleiding
toe gegeven. Het boek is in zoverre uniek
dat nu een overzicht wordt gegeven van
alles wat er voor en na over de Friese
held Is gedacht en geschreven. Getracht
wordt enerzijds Pier te ontdoen van de
mythe, anderzijds hem als mens van
vlees en bloed naar voren te halen.
Heel veel locale geschiedenis is in het
boek verwerkt. De historie gaat hier
door het eigen dorp. Niet alleen door
Kimswerd. maar ook door de andere
plaatsen in Wonseradeel, door Bolsward
Sneek en Workum. Wat is het eigenlijk
jammer, dat zoveel mensen een scheef
beeld van die historie hebben, wat vin
den onderwijzers en jeugdleiders hier
een overvloed van materiaal.
Grote Pier mag namelijk niet meer wor
den verdoezeld. Zijn betekenis is er niet
een geweest van primaire betekenis voor
de gang van de Friese historie, maar
toch wel zodanig tijd gebonden en ty
perend voor de geest van de eeuw, dat
men hem niet mag voorbijgaan, vooral
ook omdat de Friese held nog steeds
voortleeft in anecdotes en zijn „rele-
quien) angstvallig worden bewaard: het
beruchte zwaard te Leeuwarden en zijn
helm te Sneek. Ds. Kalma romantiseert
niet. Het zwaard is echt, inzoverre dat
het een echt zwaard is uit de tijd van
Grote Pier. Maar of het hem heeft be
hoord? Misschien wel, misschien ook
niet. Het blijft een open vraag. Best mo
gelijk, dat het heeft tooebehoord aan
Greate Wierd van Bolsward die tenslotte
t« Leeuwarden werd onthoofd, hetgeen
dan zou verklaren hoe het wapen in
Leeuwarden belandde. Bolsward speelt
in het boek van ds. Kalma herhaaldelijk
als plaats van handeling een rol. Wist
u bv. dat de moeder van Grote Pier ligt
begraven op het Broereplein. Van adel
De oud-premier v. Vicky, Laval, is ter
dood veroordeeld. Het werd hem in zijn
cel medegedeeld. Zijn reaktie was: Ik
heb het wel verwacht, ik zal geen ver
zoek om gratie tekenen.
op de pleats van der Werf sil gans hwat
barre moatte, sille hja oan moderne
easken foldwaen kinne. En it bitreft
hjir it bysündere gefal, dat it lan fan
beide spullen tsjin mekoar oanleit, dat
se fan ien en deselde eigner binne en
dat ien fan beide frjj komt. De folks-
müle wit al krekt hoe’t allegear kornme
sil, mar troch ynformaesje by it bistjür
die my bliken, dat oangeande de ta-
komst fan dizze spullen jit gjin bislis
sing nomd is. Allinnich winsket it bi
stjür him earst op 'e hichte to bringen
fan ünderskate mooglikheden, Hja oer-
wege en bistudearje mei help fan des
kundigen, hwat it béste is: óf beide
pleatsen apart modemisearje óf der ien
great spul fan meitsje mei ien, alhiel
nij bidriuwsgebou, neffens de tsjintwur-
dige ynsichten. It sprekt fansels, dat
wy üs net minge sille yn de saken fan
it bistjür, hja binne ntónsk genóch, mar
wy soene wol wize wolle op it algemiene
bilang, dat mei dit gefal anneks is.
Oan de iene kant stiet it feit, dat beide
pleatsen great genóch binne om op elk
in modem iengezinsbidriuw to
fan 40-50 kij.
En sokke bidriuwen hearre nou en jit
mannich jier ta de sterkste greidebidriu-
wen yn de E.E.G.-tónnen. Jo hawwe dan
derby it foardiel, dat twa hüshaidingen
dér in goed stik brea op fortsjinje kin
ne as selstannige ündernimmers. Dat is
de iene kant.
De oare kant is dizze: It heart ta de tige
seldsume gefallen, dat ien eigner twa
pleatsen hat, dy’t deun neist mekoar
lizze, sadat de lannen as ien geliiei brükt
wurde kinne. It is jit noch seldsumer,
dat hjir ien fan de hierders ophaldt sün-
der opfolger, alteast op in stichtings-
pleats. Démeist moatte beide pleatsen
modernisearre en fomijd wurde,
hawwe der al inkele geslachten
stien.
Hjir is dus de seldsume kéns om,
der ien to koart to dwaen, in pleats to
bouwen op 180 pounsmiette lan. In pleats
dêr’t men ünderfine kin, hwat foar
mooglikheden der lizze yn dit type bi
driuw, hwannear ’t men alle moderne
mooglikheden fan hjoeddedei by de bou
binutte kin.
En dat liket my in great algemien bi
lang foar de hiele greidboerswrald.
Hwat foardielen of biswieren bringt dit
mei yn de praktyk fan it buorkjen?
Hoe is de finansiële kant fan sa’n bi
driuw? Hwat sille de boukosten wêze,
de arbeidsbisetting, de fésteapel. de op-
br.ngsten en gean sa mar troch. En net
it minst en lést: Hoe wurdt it libben fan
de boer en syn hüshaiding hjirre ünder
alle omstannichheden
As minister Lardinois en de E.E.G. kom-
misje foar har moaije wurden steane,
dan soene hja mei beide hannen dizze
kans oangripe moatte om sjen to litten,
dat har theorieën yn de praktyk hout
snije. Dan soene hja de eigener, dy’t foar
in pleats fan dizze greatte inkele ton
nen bisteedzje moat, fiks yn ’e mjitte
komme moatte. Ek foar de hierder lizze
Vooral aan de westkant ontstonden rui
ge duinlandschappen met typische be
namingen als Loopduin en Parapluduin.
Duinen met grotendeels naakte, zondoor-
stoofde witte flanken, aan de glooien
de west- en zuidwesthellingen begroeid
met een rijke vegetatie aan buntgras,
havikskruid, rood zwenkgras en korst
mossen. Hierdoor breidde het kleuren
palet van „De Boschplaat” zich gesta
dig uit tot een fraai spel van grijsviolet
naar zeegroen tegen een bijna witte ach
tergrond van zand.
De steilere noordoostelijke hellingen van
de duinen bieden een heel ander as
pect. Donkergroene kraaiheide en eik-
varen boven een dek van bladmossen in
variaties van smaragd tot goudgroen.
In de duinvalleien hebben verschillen
de orchissoorten een goede voedings
bodem kunnen vinden, waaronder de
moeraswespenorchis, de vleeskleurige
orchis en het handekenskruid.
En de flora wordt doorweven met
scheepshistorie door de aanwezigheid
van de cranberry op „De Boschplaat”.
De zaden hiervan zijn door een schip
breuk in het midden van de vorige eeuw
op het voormalige eiland terecht geko
men en vormen nu door een rijke oogst
aan grote purperrode bessen een zeke
re bron van welvaart.
En uiteraard zijn er de vogels. In de
rijke vegetatie van „De Boschplaat” vin
den zij een ruime voedselbron. Kieken
dieven in blauw en grauw, velduilen,
de altijd aanwezige meeuwen, eenden,
scholeksters en talrijke andere beken
de en minder bekende gevederde flui
ters. Zij zijn de permanente bewoners
van het natuurreservaat.