ook kans een geven De dorpjes n sparen en deposito’s s Termijn* F' - i!1W Onderzoeker kritiseert doodvonnissen over vaak levendige gemeenschappen r I 0 tel Fan stêd en lan Zilveren filmpjes i F E ra STREEKBLAD VOOR WEST- EN ZUIDWEST FRIESLAND o Kr K" r Air 1 He JAARGANG No. 65 DINSDAG 22 AUGUSTUS 1972 WymbritseradeeL vermogen. Het is hem opgevallen dat be- hoger komt te liggen. Ontzien Wie het kleine niet eert Aantasting te hebben aan iets echts. We zoeken Proefschrift Niet te veel Allerkleinste J. S. Nog 1000 Levendig Flinke draai Commentaar Prestaties HOE MEI DE EUROPEESKE MINDERHEDEN Abonnementsprijs f 7,15 p. kwartaal (bij vooruitbetaling) Giro 887926 Dr. Groot wil best weten, dat hij nog niet zo lang geleden helemaal instem de met deze filosofie. „Ik ben dit onder zoek begonnen met de gedachte dat het onontkoombaar was, dat al die kleine dorpjes en gehuchten wenden afgeschre ven. We wisten dat veel inwoners van die dorpen dat niet leuk vonden, maar daar moesten we dan maar wat tegen doen. Met veel voorlichting' en goede be geleiding moesten we die weerstand maar zien te overwinnen. Welnu ik heb tijdens mijn onderzoek een flinke draai gemaakt. Ik zeg nu: die binding van die mensen met hun dorpen is een realiteit en daarmee dient men rekening te hou- De Chr. Nat. school te Wommels 75 jaar. Melk in ijs mag niet. IJscofabrikanten, die met melk hun ijsjes lekker trach ten te maken, worden bekeurd. Nederland heeft momenteel 340.000 wo ningen te kort. M. v. d. Weerd, P. de Groot en G. Groen winnaars op de kaatspartij te Bolsward. De Haweko op de Appelmarkt is aan gekocht door fa. J. B. van der Oever en Zonen, die hun zaak op de Dijlakker hierheen zullen overbrengen. De „dode” dorpen blijken soms tot enor me prestaties in staat te zijn. Dr. Groot vindt, dat je zo’n leefgemeenschap niet zo maar mag afbreken. Zo’n sterke dorpsbinding mag je positief beoorde len. Je hoeft het niet te veroordelen als Benoemd tot hoofd der openbare ULO te Bolsward de heer G. Postma te Bols ward, tot onderwijzer Tj. Radelaar. De volgende nieuwe straatnamen wor den voorgésteld: Florencestraat, Michiel EIgersmastraat, Prof. dr. T. Brandsma- straat, J. J. Boomsmalaan, Secr. Hait- smalaan. Omdat er vaak verwarring bestaat tus sen de Botestraat en Boterstraat, zal de eerste voortaan heten Bote a Bols we rt- straat. De heer Zittema vindt het meer in de volksmond liggen de Boterstraat te veranderen in Vossepolle. De heer Boekema pleit in de raad voor een trottoir langs de Dijlakker. De on gelijkmatige stoepen zijn hinderlijk. Wanneer we wat commentaar leveren, dan is dat in instemmende zin. Wat dr. Groot constateert zien we om ons heen: een geweldige optocht te Gaast (waar geen stad aan toe komt), een groots op gezet dorpsfeest in Cornwerd, ’n „open huis” te Allingawier. Ze zijn er nog de dorpjes, waar men eensgezind is, waar men wat weet te bereiken, waar saam- funktionaris van de Stichting Sudergoa. Het zijn alleen naamgenoten). horigheid een deugd is en men elkaar niet in de kou laat staan. Toch dreigen ook hier gevaren. Vele „tweede wonin gen” worden bewoond door import, die zich niets en niemendal van de rest aantrekt. Niet altijd is dit laatste het geval. Een bijna uitgestorven dorp als Cornwerd zou b.v. het dorpsfeest niet kunnen vieren, als de „vreemdelingen” niet van harte meededen. Er zijn recre anten, die dit bijzonder waarderen. Hoe dan ook, de studie van dr. Groot gaat lijnrecht in tegen de opvattingen die ge ruime tijd hebben geheerst. Het is de Verschijnt DINSDAGS en VRIJDAGS Uitg. A. J. OSINGA n.v., Bolsward Administratie- en Redactie-adres: Marktstraat 13 - Postbus 5 Tel. 2044 - Na 18.30 uur 2660 of 2335 (05157) 4e week augustus 1947 „IZEREN KOU” - ALLINGAWIER Open dag niet 40 oude ambachten Zaterdag 26 augustus van 9.30 - 6 u. ’s avonds Boerebruiloft met Tetman de Vries. Voorverk. kaarten VVV te L’warden, Sneek, Bolsward, Makkum en Workum. Bolswanls Nieuwsblad In de komende Sudergoa-Pamfletten zal men trachten de lezer te at tenderen op ook voor onze regio belangrijke publikaties. Dit keer wordt reeds de aandacht gevraagd voor het proefschrift van dr. J. P. Groot van de Landbouwhogeschool te Wageningen. (Deze studie is uitgegeven bij H. Veenman en Zonen te Wageningen 1972). Het dagblad Trouw van 1 juni plaatste reeds een uittreksel, dat door ’t Pamflet werd overgenomen en dient als basis voor onderstaand ar tikel. Bolsward voert in het vervolg de slag zin: U vindt het in Bolsward. Onlangs promoveerde dr. De Groot aan de landbouwhogeschool in Wageningen op een proefschrift, dat geheel aan die kleine nederzettingen is gewijd. Dit proefschrift Is in feite een veroor deling van de wijze waarop de overheid de kleine dorpen tot nu toe heeft be handeld. De overheid heeft de afgelopen jaren tal van dorpen ter dood veroor deeld. Het in verschuilende „dorpcnplan- nen” vastgestelde beleid luidde onge veer: lok de mensen zoveel mogelijk naar een beperkt aantal wat grotere dorpen. Die kunnen dan uitgroeien tot flinke dennen met een behoorlijk win- kelbestand, goeie scholen en andere voorzieningen. De andere, kleinere dor pen, die zulke groeikansen niet hebben, moeten dan maar een langzame dood sterven. Groeien mogen ze in elk geval niet. E zijn reeds 222 inschrijvingen voor de fokveekeuring. Als zo’n nederzetting levensvatbaar blijkt te zijn, mag de overheid ze best wat groei gunnen. Wel moet daarbij worden voorkomen, dat ze doorgroeien tot echte kernen. De open ruimte op ’t platteland mag niet teveel worden op- gevuld. Ook moet de overheid er op toe zien, dat de dorpjes leuk blijven. Lelijke, eenvormige bebouwing moet men tegen gaan, het landschap mag niet ontsierd worden. Architekten moeten hun krea- tiviteit daarop maar eens botvieren, zo vindt dr. Groot. Ook moet de overheid ervoor zorgen, dat goed onderwijs voor alle plattelandskinderen te bereiken is. Afschrijving van die dorpen beoordeelt dr. Groot nu als „aantasting van een stuik reëel groepsleven.” Zijn onderzoek bestreek vier gebieden: een stuk in Zuidwest-Friesland met zeer veel dorpen, de noordelijke Achterhoek, een deel van de Alblasserwaard en een aantal gemeenten in Noordoost-Brabant. Driekwart van de ondervraagde mensen voelde zich in vrij sterke mate verbon den met de eigen samenleving. In Fries land leefde dat gevoel het sterkst. De dorpen, waarover dr. Groot het in zijn proefschrift heeft, tellen meestal maar enkele honderden inwoners. Plattelanders hebben heel vaak een sterke binding met de kleine dorpen en gehuchten, waarin ze wonen. Daarmee moet de overheid rekening houden in haar planologisch beleid. Ze mag in elk geval kleine dorpen, waarin geen groei meer zit, niet zonder meer afschrijven. Die kleine samenlevingen zijn dikwijls best de moeite van het instandhouden ■waard. Tot deze konklusie kwam dr. J. P. Groot na een uitgebreid onderzoek in tal van kleine plattelandskernen. peeske nasjonale en regionale bistjüren en parleminten om de forgelykjende stüdzje oangeande nasjonaliteiten en minderheden fuort te sterk jen. - Allyksa freget de „wurkleargong” oan utjowers, universiteiten en oan research en kulturele ynstitüten om oandacht to jaen oan atlassen, ensiklopedyen, han- boeken, skoalboeken, wittenskiplike üt- jeften en oan reisgidsen. De „wurkleargong” freget de Ried fan Europa en de Europeeske Mienskip oan dacht to jaen, by har stüdzjes oer Euro- I peeske regionalisaesje, oan de sitewaes- je, hwêr’t nasjonaliteiten en minderhe den yn forkeare. De „wurkleargong” freget fan de na sjonale regearen en parleminten, de müglikheden nei to gean om it fraech- stik fan de nasjonaliteiten en minder heden ta in ütdragene saek to bringen. De dielnimmers oan de „wurkleargong” winskje utering to jaen oan har forbou- nens mei de saek fan de nasjonaliteiten en minderheden, dy’t ünderdrukt wurde nei geast en lichem. Hja wize de iepenbiere miening der op, dat de sitewaesje fan somlike nasjona le mienskippen yn striid is mei alle minski ikens. Dizze konklüzjes silleb rocht wurde un der de oandacht fan Europeeske ynstel- lingen, nasjonale en regionale autori teiten en fan de Europeeske iepenbiere miening. It binne aimeast konklüsjes, dy’t foar .insiders’ tige foar de han lizze dy’t harren, dy’t har mei dit fraechstik nea dwaende halde, frjemd yn de earen klinike. Mar mei konklüzjes allinne is men der net. Sille de minderheden net to neate gean ünder de wals fan it uni- foarme, de lykskeakeling, dan sil der noch hiel hwat barre moatte. It giet hwat laager hwat mear nei greatere ienheden ta en de minderheden krije it hoe langer hoe slimmer to forduorjen. Dat is wol spitich, hwant it weiwurden fan de minderheden, ier of let, bitsjut in stik geastlike en kulturele earmoede, dat wasket it wetter fan de sé net óf. De takomst fan Fryslan en it Frysk stiet der mei yn 'e kiif. fan wenplak (immigraesje), en hja soene ekstra omtinken krije moatte en yn guon gefallen biskerming om eigea De „wurkleargong” freget fan de Euro- folksaerd to bihalden. Folksgroepen hearre biskóge to warden as in wêzent- lik bistansdiel fan Europa. Yn gearhing mei de üntwikkeling fan de Europeeske ekonomy, hat de „wurk leargong” bisündere oandacht jown oan gefallen, dy’t by optwongen forfarren üt grinsgebieten mei in nasjonale mien skip of minderheit, dy’t it forties fan ei gen folksaerd meibringe kin. It greate tal frjemde arbeiders yn Eu ropa kin allyksa nasjonale problemen oproppe. Der is notysje fan nommen dat der ün- derskied is yn de wize, hwêr’t de pro blemen fan de nasjonale minderheden yn ünderskate Europeeske lanaen mei- stimd en bijegene wurde, troch de ie penbiere miening, troclj de steaten en troch de nasjonale mienskippen seis. De ünderskieden rihne fan folslein mei- stimmen en ta har rjucht kommen fan de persoanlikheit fan de minderheit, ta it üntstriden fan it bistean fan hokker probleem dan ek; seis it wurd minder heit wurdt forsmiten of net achtslein; fan earbied foar de rjuchten fan per- soan en mienskip yn somlike lannen, ta in oanhaldende aksje, ütgeande fan de steat, ta lykskeakeling (gjin skoal- len, gjin radio, gjin televisy, gjin eigen kulturéle ynstelMagen, gjin ierdryks- kundige bineamingen, gjin parse, net tastean fan it brüken fan de tael fan dé minderheit yn it iepenbiere iibben, it iepenbier meitsjen fan statistieken en gegevens forbiede of se se yn in for- keardl of ünkrekte foarm ütjaen) en yn somlike gefallen seis forfolging. Der fata ütgeande dat meiinoar opar- beidzjen fan nasjonale mienskippen ien fan de wichtichste doelen is fan Euro peeske ienwurding, leaut de „wurklear gong” dat de neikommende grounbigjin- sels yn acht nommen wurde moatte by it ta-stan-bringen fan dizze ienwurding: De kans, dat het platteland op de duur dan toch helemaal vol zal groeten, acht dr. Groot klein. Er zijn in Nederland meer dan duizend erg kleine dorpen. Ruim een miljoen Nederlanders woont in een dorp van minder dan 1000 inwoners. Als ail die kleintjes er enkele honderden inwoners bij krijgen, dan ben je al gauw vele dui zenden mensen kwijt op het platteland:, zonder dat je er erg veel van merkt. De overheid zal de mogelijkheden, die kleine dorpen bieden, toch echt eens moeten bekijken, vindt dr. Groot. (Voor de goede orde: Dr. Groot, die dit onderzoek verrichtte, is niet de vroegere Gestaag wordt er in Bolsward gewerkt aan restauraties van antieke gebouwen. Behalve aan de Appelmarkt, waar een schutting verhult, wat er gebeurt, is thans ook aan de kleine Dijlakker een dergelijke schutting geslagen. Het histo rische pand van fa. T. F. Albada Jel- De dorpelingen vinden deze aftakeling allerminst prettig en proberen er zich dikwijls tegen te verzetten. Bij allerlei gelegenheden proberen ze duidelijk te maken, dat hun dorp wel degelijk leeft. Dr. Groot is onder de indruk gekomesi van de geestdrift en de ijver, die ze daarbij aan de dag kunnen leggen. „Het blijken vaak zeer levendige gemeen schappen te zijn, die werkelijk iets be tekenen voor die mensen.” vraag of de wijzers van de klok nog kunnen worden teruggezet. Wie zijn ogen en oren de kost geeft komt tot de ietwat trieste conclusie, dat de gees’, van verkrotting en verpaupering menig eens nog florerende gemeenschap heeft aangetast. Advertentieprijs: 20 et. per mm. Ingez. mededelingen dubbel tarief Contractprijs op aanvraag gersma, vanouds bekend als gedistil leerd en wijnhandel krijgt een grondige opknapbeurt. Niet enkel het exterieur is imposant, ook liet interieur heeft hoogst belangwekkende onderdelen. We komen er over verloop van tijd graag op terug. Verschijnt in: Bolsward, Baarderadecl, Hennaarderadeel, Hindeloopen, Wonseradeel, Workum en Het gaat echt om de allerkleinste. Het inwonertal van de meeste loopt al ja renlang terug. De groei was er al uit sinds de werkgelegenheid in de land bouw niet meer toenam. En nu het aan tal arbeidsplaatsen in de landbouw al jaren aan het dalen is, daalt het aantal inwoners mee. Dat gaat gepaard met verlies van allerlei voorzieningen. Win kels en ambachtsbedrijven verdwijnen achter elkaar. Scholen verliezen leerlin gen en leerkrachten en verdwijnen soms helemaal, maar vaker houdt de gemeen teraad ze toch maar in stand. Nu de metselaars f 24,per 1000 ste nen willen verdienen zal men vermoe delijk overgaan tot het aantrekken van buitenlandse arbeiders, waarschijnlijk Tsjechen. a fan wjerskanten achtinge foar elkoar, by alle mienskippen; b rjucht op frijdom en selsbiskikking; c gelikense rjuchten foar alle mienskip pen, sünder ünderskied; Fan itjinge de „wurkleargong” oer na- sjonaiiteiten en minderheden opsmiten hat, krigen wy in oersetting üt it In- gelsk tasjürd. Yn de 2e wike fan july 1973 is oer de fraechstikken fjirder praet en studear- re. Underwilens wurdt alles üt alle euro peeske nasjonaliteiten en minderheden oan it Europa-hüs yn Bemelen tastjürd. Dêr wurdt it formannichfaldige en oan de dielnimmers trochstjürd. Oan dizze leargongen dogge allinne par- tikuliere persoanen mei, dus hja kom- me der net as fortsjtntwurdigers fan bi- paelde groepearringen. De dielnimmers oan de leargong kinne adressen opjaen fan persoanen, dêr’t fan forwachte wurde mei, dat hja ré binne en by machte om in bydrage to leverjen ta it oplossen fan de problemen fan nasjonaliteiten, sünder eigen steat, de nasjonale minderheden. Dy persoa nen wurde dan tonei ek ütnoege. Yn in foriene Europa moatte net allin- ne alle minsken, mar ek alle folksgroe pen har nei eigen aerd üntjaen. kinne. Dit is wol de grounstelling. Oft it in d frijheit om jin to üntjaen. Dr. Groot hoopt nu, dat de overheid bij haar planologisch beleid, dat sociale le ven in die kleine plattelandskersien wat zal ontzien. Juist in deze wat jachtige samenleving lijkt het belangrijk zulke kleine eenheden, waar mensen zich echt mens voelen, te bewaren. „Vroeger dacht ik, dat we onafwendbaar naar een aaonieme samenleving groei den. Nu blijkt dat daartegen steeds meer verzet komt. We blijken toch behoefte te hebben aan iets echts. We zoeken steeds meer naar rustpunten in ons be- staan om jezelf te' kunen zijn. Steeds 5 meer mensen verlaten de stad en gaan naar het platteland. Bij deze ontwikke ling past het toch om te proberen een groot aantal van die hele kleine dorpen in stand te houden”, betoogt hij. paald niet alleen „konservatieven” ge- voelens van genegenheid voor hun dorp koesteren. Bij mensen met een modern leefpatroon bleek de dorpsbinding na-1 genoeg even sterk. Die binding neemt wel iets af als het opleidingsniveau wat hoger komt te liggen. „haeibere” saek is, is fansete in oar punt. Dat der yn alle earnst nei stribbe wurdt is ail in hiel ding, in ding dêr’t eik wils mei wêze sill, dy’t him yn dizze pi'obiematyk jown hat. De dielnimmers oan de wurkleargong oer de problemen fan nasjonale minder heden yn Europa, halden yn it Europa- hüs yn Nederlan, bihearden ta de folig- jende nasjonaliteiten en minderheden: Baskyske, Bretcnske, Catalaenske, Flaemske, Fryske, Hongaerske en Slo- veenske. Hja binne neidat hja de his- toaryske üntjowinig fan de tastan fan nasjonaliteiten en minderheden yn Sin- trael Eastlik Europa; de tastan fan de Sloveenske minderheden yn Ytaelje, Eastenryk en Hongarije en de Ontwer pen fan gewestfoarming regicnalisaes- je) yn de Europeeske mienskip yngeand bisprutsen hawwe en neidat hja de for- slaggen oangeande de stan fan saken en de fraechstikken, dêr’t de Basken en Catalanen, de Flaemske en Fryske mienskippen mei sitte heard hawwe ta inkeide konklüzjes kommen dy’t it oer- tinken wurdlich binne. Hjir binne in pear: De ynformaesje, oangeande nasjonaliteiten en minder heden, dy’t jown wurdt yn atlassen, en siklopedyen, hanboeken, skoalboeken en reisgidsen, is gauris ünfoldwaende of ünkrekt. Yn de ütstellen ta gewestfoarming (re gionalisaesje) fan de Europeeske Mien skip is net genóch oandacht jown oan de sitewaesje fan nasjonaliteiten en minderheden. Beide, steaten en nasjonale mienskip pen, dy’t it oangiet, soene har tariede moatte om opnommen to wurden yn ien Europeesk forban (sadanich, dat hja alle rornte krije om neffens eigen aerd ta bloei to kommen). De steaten en de Europeeske oerheden soetae sünder üt- stel prikken yn it wurk stelle moatte om ta gelikense oplossingen to kom men foar de problemen fan de minder heden. Minderheden soene har op ’e nij biriede moatte oangeande harren plak yn Europa. Tajown moat wurde, dat lytse folks groepen uteraerd swak binne en mear gefoelich foar algemiene bisluten, lyk as frije konkurrinsje en it frij foroarjen Rank schiet haar steel uit het water omhoog als de hals van een zwaan zender verder betoog. Nog staat zij te bloeien in haar uiterste pracht omdat zij het is die een zomer zich dacht. Toch kan men haar vinden bij poelen en sloot zij heeft met haar lengte door verstikking geen nood. Haar rood-paarse bloemen zij sieren de top haast wordt zij zeldzaam en raakt in een slop. '5 behoudzucht of gebrek aan aanpassings-

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1972 | | pagina 1