No. 46.
WOENSDAG 10 JUNI 1896.
Buitenlandsch Nieuws.
Alzoo voortgaande.
Zes en twintigste Jaargang.
Dit Blad versohijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
de Derby-
minderheid daarin niet
FRANKRIJK.
Rivet
rede
pen en
Britannia verre achter zich gelaten heeft.
religiën, rond ons
het grijpen. En
Prijs per kwartaal 70 cent franco per post 86 cent.
Prijs der ADVERTENTIËN van 15 gewone regels 40 cents
Voor eiken regel meer 7} cent. Bij abonnement is de prijs belangrijk lager
Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever
per
anderen spreker
op elkanderen in
meer en meer gestalte. De algemeene stroo-
ming in de groote maatschappij is democratisch.
Dat was zoo voor eeuwen, dat is ook nog zoo
De menscben on-
UITGËVER:
Y. KUIPERS, FIRMA H. BRANDENBURGH EN ZOON. TE WORKUM
Keizer Wilhelm heeft opnieuw een gunst
bewijs aan de familie Bismarck gegeven, door
het peetschap te aanvaarden over den pas
geboren zoon van graaf Wilhelm, den eersten
stamhouder van prins Bismarck.
Nauwlijks als overwinnaar van
wedrennen onder de opgewonden toejuichingen
zijner Britten wedergekeerd, heeft de Prins
van Wales reeds eene i
nen met exceptiën, opgeworpen door den
verdediger, welke echter niet ontvankelijk
werden verklaard. De rechtbank heeft gene
raal Baldissera als getuige a décharge gewraakt.
De beschuldigde heeft zijne handelwijze uiteen
zijn schip met groote be
en
met flinke
ook nog in onzen tijd.
’t algemeen staat op den voorgrond,
zullen onbevooroordeelde geschiedschrijvers
omwonden moeten getuigen van
kwart der negentiende eeuw en
logenstraffen de sombere voorspelling van wijlen
professor Modderman. Daar gaat geene eeuw
voorbij zonder hare rente te voegen bij het
groote kapitaal. En dat kapitaal zal onge
twijfeld het gemeene goed worden van ieder,
die door arbeid en ontwikkeling de factoren
der deelgenootschap met en in zich aanbrengt.
Want aanbreng is noodzakelijk. Luiheid, ge
makzucht, verkwisting en dierlijkheid hebben
geene plaats in de maatschappij der toekomst.
Voor ieder deelgerechtigde zullen plichten
worden omschreven en deze zullen te zwaarder
zijn naarmate er een hoogere sport op den
gemeenscbappelijken ladder wordt bereikt.
ij meenen op dezen geleidelijken gang van
zaken even te mogen wijzen.
Daar is een woordenspel gebezigd, daar zijn
schrille tegenstellingen gebruikt en ze hebben
aanvankelijk wortel geschoten, even als dit
met alle onkruid het geval is, dik en dubbel
dik. Ja, het had den schijn, alsof het bezadigde
zijn recht. De natuurlijke strooming is die in
de richting der democratie, dat is in die der
volksregeering, zoodanig, dat ook ieder burger
van den Staat heeft mee te praten let wel
mee te praten in rechten en plichten.
Tegenover democraat staat aristocraat.
Een aristocraat is een rijke, een bezittende,
iemand van den adel, iemand
iemand die heel goed te gebruiken is in de
algemeene samenleving, vaak miskend, soms
aangebeden, en half vergood als hij den werk
man den winter doorhielp.
Reeds toen was deze aristocraat een demo
craat in hart en nieren. Och, waren er zoo
over en weder een duizendtal hier en ginds en
pruttelden de anderen maar wat minder.
Want
men kan spreken en spreken honderd uit
er moet gewerkt worden, dat is en dat blijft
zoo
men kan zich verzetten tegen dezen billijken
eisch en men bedriegt zich;
Vader Oats reeds sprak
Wat niet te mijden is,
Dat moet men willig dragen
het is mitsdien een welbegrepen belang van het
oogenblik alle stoornis in den rustigen gang
van zaken weg te nemen en kalm en bedaard
mede te werken ter verkrijging van datgene
wat men uitsluitend moet en kan wenschen
medewerkend burger in den Staat en daardoor
medestemmend. H.
Daar zijn er woorden, die vierkant tegenover
elkander staan. Het begrip van hoog en laag,
van rijk en arm, van warm en koud snapt
ieder. Daartoe is weinig ontwikkeling noodig.
En toch, hoe waar dit moge zijn, is er omtrent
deze zoogenaamde zekere dingen" zoo ongeveer
eene babylonische spraakverwarring. Wat de
een hoog vindt, zal de ander laag noemen
deze zal rijk heeten, terwijl gene hem arm
acht, enz. En wat nu warm en koud aangaat
nu we hebben mooie Junidagen, maar een Indiër
zal, hier gekomen, de temperatuur lekker, en
daarentegen een Noorman haar bepaald onuit
staanbaar vinden. Zoo gaat het in de wereld.
De begrippen zijn betrekkelijk en ’t mag der
halve niet verwonderen, dat, wat hier aangenaam
klinkt, ginds een wanklank heet, enz.
Als ’t nu zoo gaat met de gewone burgers
der Nederlandsche taal, hoe moet het dan niet
zijn ten aanzien der vreemdelingen. Daar zijn
er woorden als positief en negatief, als aris
tocraat en democraat, enz.
Der goede gemeente wordt voorgehouden, dat
ze tegenover elkander staan als wit en zwart,
als oost en west, als er op of er onder, als
waarheid en leugenEn ’t hangt nu maar
van den spreker af zijn preek in het een of
het andere kleed te steken, en zijne hoor
ders gaan in den regel met hem mede. En
dan vechten die volgelingen tegenover anderen
van sgelijke beweging” (menschen, die nu
geluk of per ongeluk een
hoorden) en dan houwen ze
terwijl ze in den grond der zaak hetzelfde I
bedoelen.
Ieder mensch toch, onverschillig waar hij
woont, of van welke religie bij is, wil gelukkig
zijn zoo voor zich als voor de zijnen. En dit
geluk zal onmogelijk verkregen worden door
de leer van vijandschap met zijne naasten. P"
ware, de reine mensch werkt niet alleen ter
bevordering van zijn eigen geluk, maar
hem een wellust den voorspoed en de ontwik
keling zijner medeburgers gade te slaan.
Montpensier, waarbij die prelaat de verban-
ningswet tegen den Pretendenten betreurde.
Na een langdurig debat, aan hetwelk o. a.
de minister-predident Méline en de vroegere
minister-president Ribot deelnamen, werden
twee motiën ingediend, strekkende om de gees
telijkheid tot eerbiediging van de wetten te
vermanen. Met 306 tegen 152 stemmen werd
echter eene door de Regeering beaamde motie
aangenomen, om eenvoudig over te gaan tot
de orde van den dag.
Naar aanleiding van geruchten omtrent
cholera te Marseille heeft de mjiire aldaar
Dinsdagavond in de Raadszitting officieel ver
klaard, dat de gezondheidstoestand in de stad
integendeel bijzonder goed was en alle maat
regelen om besmetting te weren genomen
waren zoodra de ziekte zich te Alexandrië
vertoond had.
ENGELAND. In het Lagerhuis heeft, naar
aanleiding van eene motie des heeren Labou-
chere, de minister Balfour verklaard dat de
Regeering geen gewisselde stukken onder zich
had waarin de redenen tot den veldtocht naar
Soedan werden uiteen gezet. Echter had de Re
geering, ging hij voort, haar beleid voldoende
toegelicht: de tocht naar Dongola was noodzake
lijk geworden wegens de belangen van Egypte
en het tijdstip om er toe over te gaan was
daar, toen de Italianen te Kassala zich in be-
narden toestand bevonden.
Omtrent eene voorbarige openbaarmaking
van dépêches der Engelsche Regeering in het
Italiaansche Groenboek (reeds voor eenige dagen
in het Huis te berde gebracht) sprak de
minister de hoop uit, dat die eene buitenge
wone omstandigheid mocht zijn, te veront
schuldigen wegens de crisis waarin Italië on
langs verkeerde. Intusschen voegde hij er bij,
dat vertrouwlijke mededeelingen der mogend-
onderling onmogelijk zouden worden,
dienaangaande niet de grootste om-
j zichtigheid werd in acht genomen.
OOSTENRIJK-UONGARIJE. De Oosten-
rijksche minister-president graaf Badeni heeft
Vrijdag in het Huis van Afgevaardigden te
Weenen geantwoord op een interpellatie van
I Duitsch- liberale zijde over de samenstelling van
den Uitvoerende Raad door den Weener Ge-
meenteraad.
Gelijk wij reeds vroeger mededeelden, had
I de anti-semietische meerderheid zes plaatsen
I in den Uitvoerenden Raad aan de Duitsch-
liberale minderheid willen overlaten, doch
nederlaag geleden- geweigerd een Israëliet te kiezen. Daarop
bij de zeilwedstrijden te Gravesend is hij Don- hebben alle Duitsch-liberalen voor eene op hen
uitgebrachte keuze in den Uitvoerenden Raad
Duitschen Keizer, wiens (in Engeland ontwor- bedankt, zoodat, de
De interpellanten zagen daarin een schennis
De Times zegt, dat Z. M. bijzonder gaarne van de Grondwet, die alle burgers zonder
persoonlijk zou zijn meegevaren, maar onder
de tegenwoordige omstandigheden zeer ver
standig gedaan heeft met weg te blijven. Aan
het Engelsche bloed, dat den Keizer door de
aderen stroomt, schrijft het blad zijne loffe
lijke liefde voor dit waterspel toe; ook moet
hij den bouw van
langstelling gevolgd en daarbij verscheidene ,l_het_.Pr0Ce8_*!g®“
nuttige wenken gegeven hebben.
In de Kamer heeft de heer
de Regeering geïnterpelleerd over de
van den bisschop van Angers bij de
communie van den jongen Hertog van
DUITSCHLAND. De begrotingscommissie
hechtte hare goedkeuring aan het wetsontwerp
betreffende de hervorming der vierde bataljons,
en verwierp met 6 stemmen tegen het voor
stel van den heer Richter, aangaande de wet
telijke vaststelling van den tweejarigen dienst- heden
tijd. Wat diens voorstel aangaat betreffende wanneer
de openbare militaire gerechtspleging, verwees
de minister van Oorlog naar de verklaringen
van den Rijkskanselier in den Rijksdag afge-
Brieven en Berichten, de Redactie betreffende franco
aan dit adres, uiterlijk Maandag en Donderdag middags 1 uur.
Advertentiën Dinsdag en Vrijdag morgens vóór 12 uur.
derdag verslagen door zijnen oomzegger den
gebouwde kotter) Meteor des Prinsen vertegenwoordigd is.
de Grondwet, die alle burgers zonder
onderscheid van geloofsbelijdenis gelijk stelt.
Graaf Badeni daarentegen antwoorddedat
hij hoewel dezen loop der zaak betreurende
geene reden had om tusschenbeide te komen,
daar het hier de vrije uitoefening gold van
het stemrecht in een autonoom college.
ITALIË. Volgens een bericht uit Massowah
gereinigd. De grenzen der beweging
zich uit in spijt van alle beschermende |egd.
greep uitgeworpen dienen te worden, door de macht der Per8> de ridderlijkheid neemt
Nederland nu maar zoo pardoes aan de brand
netels was overgeleverd.
Een Turksch spreekwoord zegt terechtte
midden van een onweder blijft de zon rustig
doorschijnen, en het moeten al lieden van ge-
riuge ontwikkeling zijn, die nu over ’t algemeen
hunne mede-landgenooten beschouwen als figu
ranten, die men maar naar lust en welgevallen
kan opwinden. Och neen, men kan gerust
een klein karweitje aan zijn buurman toever
trouwen de algemeene ontwikkeling is verder
doorgedrongen dan men denkt. Voor een
oogenblik kan er eenige opwinding worden
bewerkt, op den duur herneemt het gezonde
verstand weder zijne plaats.
Waar is op dit moment b.v. de zoogenaamde
radicale partij? De heer Gerritsen is lid der
Tweede Kamer, de heer Treub wethouder van
Amsterdam en andere volbloed-jongeren hebben
mede eene positie ingenomen. Als men een
maal is, daar waar men het begeerd heeft,
beseft men terecht dat er tusschen vragen en
doen een hemelsbreed onderscheid is. Men
vroeg als partijman en men moest geven als
man voor ’t algemeen. Uit de geschiedenis
van menig Kamerlid, als Minister geroepen,
kan deze waarheid bij herhaling worden be
wezen.
Deze wetenschap stemme derhalve tot meer
dere bedachtzaamheid aan de eene zijde en
aan de andere tot groote vrijgevigheid. Wij
schrijven deze woorden speciaal met ’t oog op
het aanhangige vraagstuk der kiesrecht-hervor-
ming. Een duizend meer of min doet er niet
aan toe. Wij zouden adviseeren tot aanneming.
Maar zonder ons advies zal ’t er toch wel toe
komen. Want de wereld, dat is de maat
schappij in haar geheel, de maatschappij, zooals
wij die kennen, streeft naar verbroedering. Dit
is het zuurdeesem, dat in het stille werkt,
maar daarom niettemin doordringt tot alle
De l hoeken.
Eene onomstootelijke waarheid is en blijft
’t j8 het de maatschappij wordt telkens meer gelou
terd en
zetten
Broodnijd'afgunst, jaloezie zijn duivelen, die pogingen. De kleinzieligheid wordt gekortwiekt
flinlrn .1. do man.ht dor nova do riddorliiLhoid noomf
Het heil, het nut van
den voorgrond. Dat
j on-
het laatste en dat zal ook z0° blijven,
daarmede derl>ng zullen tot elkander naderen, spijt alle
nationaliteiten, standen en
hebben we de bewijzen voor
het ééne kudde worden onder éénen herder is
volstrekt geen onbereikbaar ideaal.
Men mag tegenstellingen blijven prediken,
de leden der maatschappij gevoelen toch onder
ling dezelfde behoeften. En bij de wetenschap,
dat de mensch bij brood alleen niet zal leven,
steekt menigeen reeds thans de hand uit, om
ook den broeder in vele en velerlei opzichten
aangenaam te zijn.
Het komt ons voor, en ’t doet ons genoegen,
dat de groote ruk aan de rustige ontwikkeling
van het geheel tamelijk ongestoord is voorbij
gegaan. Het stemt ons tot vreugde, dat te mid
den van dit alles ook het vraagstuk van Kies-
rechthervorming zoo kalm kan worden afgedaan,
en ’t moet daarbij, naar onze meening, ieder
onpartijdige opvallen, hoe bij volle vrijheid van
kerk- en (tegenwoordig ook) van schoolwezen,
elk lid van den Staat meer en meer nadert tot eerbte
iiliii Kin» fbieslijii.
muiis- n
i i tt I mnnr riv» mnAr 1 in I olrvnmnnno