WOENSDAG 22 SEPTEMBER 1897. No. 75. Een stem uit het volk. Buitenlandsch Nieuws. Zeven en twintigste Jaargang. Dit Blad versohijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG e r een goed voedsel te koopen. Maar. hoor ik Het Zuiderzee-vraagstuk. Prijs per kwartaal 70 cent franco per post 85 cent. Prijs der ADVERTENTIËN van 15 gewone regels 40 cents Voor eiken regel meer 7| cent. Bij abonnement is de prijs belangrijk lag Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever UITGEVER: Y. KUIPERS, FIRMA H- BRANDENBURGH EN ZOON. TE WORKUIH en dan zonder? Aan dat advies houden wij ons. Eenmaal afgepraat is afgepraat. Derhalve geene meer, maar de afsluiting zelve. De vraag of vrouwen als advocaten mogen optreden is weder aan de oordeel brengen we niettemin aan het streven van den Nationalen Zuiderzee-Bond. H. Keizer Wilhelm is na manoeuvres van het Oostenrijksch- naar het naburige daar met zijn keizerlijken Thans komen de twee Kei te Budapest, waar hun een schitterende DUITSCHLAND. afloop der Hongaarsche leger bij Totis, Mohacs gegaan om gastheer te jagen, zers ontvangst wacht. FRANKRIJK. Brieven en Berichten, de Redactie betreffende franco aan dit adres, uiteilijk Maandag en Donderdag middags 1 uur. Advertentiön Dinsdag en Vrijdag morgens vóór 12 uur. Als alle andere bladen ontvingen ook wij van wege de Nationalen Zuiderzee-bond eene vragenlijst, met verzoek om die eene plaats te geven in onze kolommen. Ieder kan gemakke lijk begrijpen, dat voor dergelijke zaken dag bladen voorafgaan en weekbladen komen met het zout als ’t ei reeds is verorberd. Wij zullen dus de vragenlijst niet opnemen, maar stellen die van ganscher harte ter beschikking van ieder onzer lezers, die er lust toe gevoelt in zeer ingewikkelde berekeningen te treden. Voor ons is het Zuiderzee-vraagstuk opgelost. afschaffing van de plaatsvervanging, en nog steeds behoort die tot onze vrome wenschen. Wat geeft alzoo het schermen met democratische beginselen, als men het volk het werk laat doen en men zelf wil baden in gemak en weelde en als men gelijk de anti revolutionaire partij, als het gevoeglijker uitkomt een gewichtig vraagstuk als opheffing der plaatsvervanging vier jaar op zijde wil zetten, terwijl vroeger het onbillijke er van door die zelfde partij wijd en zijd verkondigd werd? Laat ons hopen, dat de Regeering die thans het roer van staat in handen heeft, de koe bij de horens zal pakken. Het is toch bij de jongste verkiezingen voor de Tweede Kamer weer mede op den voor grond geplaatst door de liberale en radicale partijen, en vinden we het in de programma’s der verschillende de mocratische vereenigingen. Waarom dus gedraald, als het ernst is? En tot overmaat van ramp hebben we nog de schutterij en wel in rust en onrust. Deze laatste, de dienstdoende n.l., is nog al een dure liefhebberij. Zoowel voor het Rijk als voor de schutters zelf met dat eeuwige schutteren. En of we nu in oorlogstijd van heel die schutterij meer dan in practijk, maar ze en dat mogen we niet wegcijferen, niet verflauwen in den strijd en van dat leger zeer nadeelig werkt, en m. i. de vaderlandsliefde, die onmisbaar is voor een goed soldaat, tegen. Ook ziet men voor Bij het korten der dagen en de daarmee gepaard gaande toename der werkeloosheid, hetgeen veelal armoede tengevolge heeft, komt onwillekeurig de vraag bij ons op, of de werk man over het algemeen ook recht heeft tot klagen en wat hiervoor gedaan dient te worden. Beginnen we naar aanleiding van deze eerste vraag bij de geboorte en ontwaren we volgens de statistiek, dat bij de armste menschen de sterfte bijna tweemaal zoo groot is als bij de rijke, dan dwingt ons dit alweer tot zoeken naar de oorzaken daarvan en leidt ons dit in de eerste plaats tot de ongezonde woning en het voedsel en de slechte kleeding. Als we toch zien en in nieuwsbladen van verschillende kleur en richting lezen in welke krotten som mige menschen wonen, voor wie een frissche en gezonde woning zoo hoog noodig is, omreden de werkplaats veelal ongezond is en daar zoo overmatig veel uren versleten moeten worden (terwijl ook velen overmatig veel weken wer- keloos rondloopen), dan zijn we direct geneigd aan te nemen dat dit op de gezondheid of liever gezegd de ongezondheid van die menschen groeten invloed heeft. Het is dan ook wenschelijk dat het woning vraagstuk, hetwelk al meer dan 40 jaren han gende is geweest, eens spoedig ter hand worde genomen of dat in elk geval de grens van onbewoonbaar-verklaring veel ruimer worde gesteld. De tegenwoordige wijze van onbe woonbaar-verklaring schijnt van weinig betee- kenis, althans bedompte vochtige veel te kleine woningen, die voldoende lucht (frissche n.l.) en licht ontbreken, vindt men nog te veel. Zoo ook wat betreft het voedsel, dit diende strenger gecontroleerd te worden. Want de met mij. Wij zien en gevoelen dat bet volk nog al eenige plichten te vervullen heeft. Het vraagt daar tegenover ook meer en meer zijn rechten, en onder deze laatste meenen we te mogen rangschikken een menseb waardig bestaan. En dit ontbreekt, helaas! bij tienduizenden teveel. Wel is waar vindt men onder mantels van fluweel en zijde warme harten kloppen voor opheffing van dezen treurigen toestand, in theorie j natuurlijk meer dan in practijk, maar ze zijn Er is eene Staats-commissie geweest en deze Laat I heeft met de baar ten dienste staande middelen ook niet en deze waren immers algemeen, gead- De personen die nu het regeer viseerd tot afsluiting niet alleen, maar boven- Onderstaand stuk ontvingen we ter plaatsing van een welmeenend, volijverig werkman. Het behandelt zoo ter loops verschillende aan de orde zijnde sociale quaestiën, als het woning vraagstuk, de voeding, leerplicht, afschaffing der plaatsvervanging bij de nationale militie, alsmede die van de schutterij, het zorgen voor een menschwaardig bestaan voor de welwillende leden der maatschappij, en ten slotte het vraag stuk der pensioneering van ouden van dagen. Natuurlijk alles in vogelvlucht. Wij nemen het en geven het, zooals ’t ons werd toege zonden en ruimen het eene eerste plaats in, om zoo dadelijk zonder eenig commentaar, ter inlichting te dienen, wat de werkman van heden wel wil. Kennismaking met zijne wenschen immers is reeds een schrede op den goeden weg ter verbetering. Zij sluit gepaste opheldering en terechtwijzing niet uit. Door wrijving van gedachten komt men tot het betere. Met dit doel voorop geven we dan ook heden den werkman het woord, terwijl daar ginds, in Den Haag, de nieuwe zitting der Staten-Generaal plechtig wordt geopend. Weldra zullen we ’t weten of er uitzicht bestaat, dat er aan de wenschen van den inzender tegemoet zal wor den gekomen. Wij vertrouwen het wel. Want toch bij elk Kabinet stond de behartiging der sociale belangen op den voorgrond. Of nu het sociaal begrip den werkman alleen moet omvatten, dat is eene andere vraag. Maar voor hare beantwoording rest voldoende tijd. Voor dit oogenblik dus alleen het ingezondene. H. de machine die het »geheel” in beweging houdt en dat deel is versleten, als men dus niet voor zichzelf alleen, maar met en voor allen gewerkt heeft tot zoolang uw krachten dit toelaten, of het dan ook billijk is dat datzelfde geheel uw oude dag zoo aannemelijk mogelijk maakt. En zullen de oude dagen genoeglijk versleten worden, dan is een vereischte onaf hankelijk te zijn, veel komen berichten in de nieuwsbladen voor dat deze of die fabrikant of baas, aan een zijner bedienden een geschenk met opschrift heeft vereerd voor 30 of 40 jarigen trouwen dienst. Wij vinden zoo’n als genoeg van hetgeen eigenlijk «beestenvoer” moest zijn. En zoo is mijn wedervraag, is het dan niet billijk en mogelijk, dat iemand die zwaar werkt, behoorlijk gevoed wordt en wordt er niet voldoende geproduceerd Zoo neen kan er dan niet voldoende »goed” voortgebracht worden en niemand zal dit ontkennend be antwoorden. En daar de statistiek nu bewijst, dat de sterfte onder de armste klas van het volk het dubbele bedraagt van dat der rijke, en het meer en meer duidelijk gemaakt wordt, dat de onmogelijkheid om gezond te leven daarvan de oorzaak is, acht ik het plicht van hen, die er de dupe van worden om op verbetering aan te dringen en van hen, die dit kunnen bevor deren, dit met den meesten spoed te doen. Als toch de zwakte en minder zorgvuldige behandeling van de moeder al ziekte-kiemen bij de geboorte der kinders doet ontstaan, (alweer door gebrek aan goede woning en voedsel), dan is het onmogelijk dat een frissche stroom van leven uit dezen stand kan geboren worden en juist van dezen worden alweer de meeste krachten gevraagd, veelal na slechts een zeer korten tijd schoolgegaan te hebben begint dit al, hetgeen alweer dubbel te betreuren is. Want kennis en wetenschap zijn leidslieden, die een kind uit het volk steeds terzijde zullen staan om hem uit de macht der veel hebben te verwachten, als het land haar j ellende te verlossen. Maar, helaasZeer jong diensten noodig heeft, dat betwijfelen velen ziet men ze soms al meehelpen om het lot der ouders door hunne slechts kleine verdienste iets te verruimen. En werd dan nog maar gebruik gemaakt van de gelegenheid om herhalings-onderwijs te genieten, maar het moet gezegd hier ver zaken vele ouders tegenover hunne kinderen een dure plicht. Maar zoolang dit niet ver plichtend wordt gesteld, zal die fout blijven bestaan, alhoewel dit onderwijs voor velen een nuttige bezigheid zou verstrekken. Overdag moeten ze, gelijk ik reeds zeide, al spoedig mee werken. Deze verdienste kan dan ook zoo goed gebruikt worden, hetgeen bij het klimmen der jaren natuurlijk verbeterd. Maar is bij een jongen de 15 a 16 jaar gepasseerd, dan begint bij de ouders de gedachte aan de dienstplicht al eens boven te komen, en begint men al te vragen hoelang zullen we nog kunnen genieten, voor de vroeger doorgestane ontberingen. Maar hoe men er ook over tobt, als de tijd daar is en het lot is ongunstig, dan moet, hoe noode de verdienste ook gemist kan worden, dan moet de zoon optrekken, om in den militaire dienst geoefend te worden, maar het kan erger. Een weduwe, voor wie soms de zoon de eenige kostwinner is, ook deze is in het ongunstige geval hetzelfde lot beschoren en de weduwe dan! Treurig. terwijl de rijke ouders (wier inkomsten daardoor niet verminderen) hunne zoons voor eenige guldens vrijkoopen, en voor wie is een flink leger van het meeste belang juist voor deze laatsten. En de gedachte aan dat afkoopen maakt bij gezind, en woords. Laat ons hopen, dat de lang begeerde pen- berekeningen sioen-verzekering eens werkelijkheid worde, als Zij kome spoedig tot stand, iets van zoo groot belang voor den werkman. Met dit ons oordeel bre Want met veel strijd moet gestreden worden, I hulde en dat zal niet zoo spoedig geheel anders worden. Maar de gedachte bij dit alles aan het oud, arm en afhankelijk zijn, stemt onuit sprekelijk treurig. Wat zou de strijd verlicht worden, door de zekerheid dat bij eventueel versleten, afzijn, door en voor de gemeenschap die zelfde gemeenschap voor een rustigen onaf- hankelijken ouden dag zorgde, door een of was het slechts karig pensioen. Wij mogen dus de eischen niet te hoog stellen, het zou alsdan een onuitvoerbare eisch worden en wie het onderste uit enz. Bedenkt, lezers, als men deel uitmaakt van er, ons onmoedig zijn. in banden hebben, zijn bekend als hervormings- dien dat dit werk van Staatswege moest worden en volksmannen in de rechte zin des ondernomen. J~x -J-:1J- arbeidsloonen zijn gewoonlijk te klein om vol- de miliciens een zeer verkeerde uitwerking. doende en goed voedsel te koopen. Zoolang Zoo iets wat voor de kracht en den goeden dus het voor de gezondheid nadeelige ten ver- geest --- I koop wordt toegelaten, zal dit altijd afnemers werkt vinden. is voo Maar, hoor ik vragen, als dan de j in, dat onmenschelijke handelingen als voor werkman niet in staat is goed voedsel te koopen ruim een jaar geleden, de soldaten te Amster- en het niet-goede niet koopen mag, moet hij dam en Assen is wedervaren, zich niet zouden Natuurlijk neen, en het zou herhalen, als zonen van jonkers en baronnen nog beter zijn half of tweederden genoeg goed ook soldaatje moesten spelen. Is afschaffing van het leger voorbands niet mogelijk, opheffing van de plaatsvervanging zou mede een opheffing van een groot onrecht zijn. In 1891 sprak de Tweede Kamer zich naar ik meen uit voor erkentelijkheid heel aardig, maar.... maar als er nog 10 of 15 jaren verloopen zijn en de betrokken »getrouwe” is geheel op, versleten, wat dan Dan wordt hij met een mooi praatje ongeschikt verklaard en naar huis gestuurd, wel zal dit sommige patroons hard vallen, maar de maatschappij is nu eenmaal niet anders ingericht en de fabrikant volgt slechts het voorbeeld van een ander. Maarheeft diezelfde patroon machines in gebruik van 10.000 gulden en zijn deze machines met 10 jaar versleten, dan zal hij elk jaar 1000 gul den onder zijn uitgaven méérekenen om na verloop van die tien jaar instaat te zijn nieuwe machines aan te schaften, en doch voor de werkkracht die hij jaarlijks van zijn personeel afslijt dat voor hem ook onmisbaar is, behoeft hij niets in rekening te brengen, zoo wordt voor elk werktuig of dier wat in dienst van een patroon afslijt in rekening gebracht, uit gezonderd voor »den mensch”, wanneer zal dit anders worden? H. FRIS mii ib 11 ui mi iia i ii nun mini niii:si.nii. DE R.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Friso nl | 1897 | | pagina 1