Eene bijdrage tot het vorige. WOENSDAG 19 JANUARI 1898. No. 6. Acht en twintigste Jaargang. Buitenlandsch Nieuws. Officiéél gedeelte. vorderingen ten laste der gemeente, over het dienstjaar 1897, voor den 1 Februari Dit Blad verschijnt eiken WOENSDAG en ZATEBDAG daar straks eene Van Nooten Zoon te van er aan op Prijs per kwartaal 70 cent franco per post 85 cent. Prijs der ADVEBTENTIËN van 15 gewone regels 40 cents Voor eiken regel meer 7| cent. Bij abonnement is de prijs belangrijk lager Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever UITGEVEBs Y. KUIPERS, FIRMA H- BRANDENBURGH EN ZOON, TE WORKUM Uitgave Schoonhoven. regeeringspersonen tegen zich over. De Koning houdt eene rede, die hij besluit met de woorden »Ik verbind mij aan een Volk, van zich spreken. en dweept met republi- Een Griekenland, een Frederik en Hendrik en zijn luisterrijk gevolg om zich heen, de zinnebeelden zijner macht kroon, rijksappel en schepter, benevens een sierlijk gebonden exemplaar der Grondwet voor BURGEMEESTER en WETHOUDERS WORKUM, brengen ter kennis van hebbenden, dat de en schenkt Men moge jagen naar een kamerzetel, men j moge een minister, zelfs een geheel kabinet j van J doen vallen, iets blijft er over dat vast staat i belang- *n geschreven wet, zoowel als in die der oude beproefde trouw, het oppergezag van het 1 aan Nederland sinds eeuwen verbonden Oranje huis. Daar wordt geen jacht gemaakt op den e.k. ter Secretarie der gemeente zullen worden hoogsten zetel in Nederland, ingewacht. Workum, 3 Januari 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemd, 8. R. BIJLSMA, l.-Burgemeester. J. OUDEBOON, Secretaris. Met het oog op de groote gebeurtenissen, die ons dit jaar wachtende zijn, beweegt de pers zich midden in den overigens zachten winter met een ijver en gloed, die de warmte verraadt, daar binnen gevoeld. «Waar zoo koude nevels hangen, Schiet de zon heur stralen niet,” zong de Zigeuner knaap in het noorden. Maar hij kwam uit Spanje en kende het land niet, waarvan een andere dichter zong: «Van buiten ijs, van binnen gloed, Is ’t winters in de Nederlanden.” Onze dichter, wijlen dr. J. P. Heije, had gerust aan kunnen toevoegen; «Is ’t altijd in de Nederlanden,” waar het de liefde, voor de gehechtheid het Oranjehuis betreft. Oranje en Nederland één. O, in dagen van woeling en strijd vooral doet zulk een band goed! Groote geesten, bekwame mannen bewegen zich en doen alomme van zich spreken. Men tart den monarchen keinsche gevoelens. Spanje brengt men zoo nagenoeg in ’t onge- reede en een Frankrijk evenzeer. Wie voor spelt de toekomst dezer landen, koninkrijk en republiek? Laat ’t ons eerlijk bekennen en we doen ’t immers gaarne, we hebben ’t goed ten onzent. We leven rustig en ordelijk en vree- zen geen gevaar. Daar blijft nog wel iets te wenschen over, dat is ook waar. Maar bevre diging kan en moet komen langs den wettelij ken weg. Dat hebben zelfs de socialisten ingezien en daarom is hun groote bond ver- loopen en hebben de meest degelijken hunner weder post gevat op ’t standpunt, dat zij nimmer hadden moeten verlaten, dat van orde en recht. «Gerechtigheid verhoogt een volk!” Zoo is ’t denken, de Dreyfus-zaak in te gaan wijzen eenvoudig op, dat de republiek, als nog enkelen hier te lande mogen droomen, ook al niet de afdoende wondheeler mag genoemd worden voor sommiger gebreken. Wij, ten onzent, hebben de republiek, met dit groote voorrecht tevens, dat we aan ’t hoofd daarvan mogen zien een telg uit een oud en edel geslacht. Op dat punt hebben we standvastigheid, wat ons boven alle andere republieken verheft. Vrijheid bij een vaststaand oppergezag. En dat is veel waard. Dat ge voelt, dat beseft men en van daar de warmte, van daar de gloed. Die is bezet. En dit te weten, doet goed alomme rust en vertrouwen. Zoo zelfs, dat, wanneer aanvallige Maagd geroepen wordt, den Troon te beklimmen, bet Nederlandsche volk zonder vreeze de toekomst tegemoet gaat. Let op de uitkomst, merk op de contrasten en waardeer het heden. Daar zijn er tijden geweest van een Ada van Holland, een Margaretha van Henegouwen, een Jacoba van Beieren en een Maria van Bour- gondië, tijden vol onrust en strijd, tijden van burgeroorlog zelfs, en daar zullen nu komen dagen van rust en vrede en welvaart onder een Wilhelmina van OranjeWe durven deze toekomst gerust profeteeren, omdat we ’t weten, hoezeer het volk van Nederland over ’t alge meen is vooruit gegaan in kennen en waar- deeren en als in de zeventiende eeuw ook in de bijna eindigende negentiende mag genoemd worden mee te staan aan de spits der beschavers. Mocht ’t vroeger heeten, dat Holland een zwaard, doch geen spilleleen kon wezen, mocht vroeger geweld voor recht en wet gel den, mocht vroeger door overspanning Hollands invloed aan Europa wetten willen voorschrijven, die dagen van zoogenaamden roem, van zoogenaamde glorie en grootheid zijn voorbij. Het Nederlandsche volk heeft bescheidenheid geleerd en bescheidenheid zonder lafheid of laaghartige strijkage is ook eene deugd. Het Nederlandsche volk heeft zich weten te stellen op een standpunt, waarop ieder volk, dat den vrede lief heeft en de welvaart bemint, zich moet stellen en waarvan de Vorst of de Vorstin moet getuigen: «Voorwaar, het is eene groot- sche roeping Koning (Koningin) te zijn over zulk een volk!” Deze woorden brengen ons weder terug tot die van het begin van ons epistel. Voor ons lag het derde blad van Het Nieuws van den Dag, met, op bladz. 9, eene platte grond-teekening van de Nieuwe Kerk te Am sterdam bij gelegenheid van de inhuldiging van Z. M. Willem III, op 12 Mei 1849. De plaats van den Koning en zijne familie, van de Ministers en de Kamerleden, van het corps-diplomatique, van alle hoogwaardigheids- i en van I Zonder op de Panama schandalen of duidelijk aangewezen we er dienen zeker een ernstige zaak als de eer van het leger zeer slecht. De Daily Graphic acht de vervolging van mannen als Zola, kolonel Picquart, Mathieu zich, en de leden der beide Kamers en hooge Dreyfus enz. slechts een vergrooting van het publieke schandaal. De Daily News en de Globe twee bladen grooter in die anders diametraal tegenover elkander plegen deugden dan in het bezit van een uitgestrekt te staan zijn thans hierin eenstemmig, dat Emile Zola door zijn brief aan President Faure getoond heeft de moedigste man in Frankrijk te zijn. Gelijk de meerderheid der Fransche j natie thans getoond heeft tegen Dreyfus voor ingenomen te zijn, zet hij nu zijne vrijheid niet alleen, maar, wat voor een auteur eene levens- quaestie is, ook zijne populariteit op het spel. Zoo spreekt de Daily News en de Globe zegt: »De dapperheid van den heer Zola in zijn strijd voor de zaak van rechtvaardigheid en waarheid tegen zijne Regeering en zijne natie zal niet tevergeefs zijn. De Regeering moge hem vervolgen, hem gevangen zetten welnu, des te erger voor de Fransche Regeering. Want de stem van den beer Zola is niet alleen die der beschaafde wereld, matfF'die van recht vaardigheid en waarheid en van eer; doch wat dit laatste aangaat bedoelen wij de eer der ouderwetsche soort, die blijkbaar thans in Frank rijk geheel en al uit de mode is geraakt.” Frankrijk wake, de oude vijand (geen buiten- landschen) begint weer het hoofd op te steken ENGELAND. Met bijna koortsachtige haast worden in Londen de voorbereidselen gemaakt voor de uitrusting en het transport der voor Egypte bestemde troepen. De versterking zal bestaan uit vier bataljons infanterie, een regiment cavallerie, een batterij van zes kanonnen. Het Yorkshire regiment heeft zich reeds ingescheept, terwijl het transportschip Thorndale reeds vroe ger naar Alexandrië is vertrokken met de lading van 1000 tonnen levensmiddelen en een groote j hoeveelheid patronen; een tweede transportschip ligt op het oogenblik nog in lading. Het derde regiment huzaren zal, als geen onverwachte dingen gebeuren, ongetwijfeld ook spoedig vertrekken, terwijl het onlangs in Egypte tot Uhlanenregiment vervormde regiment huzaren aan de Soedan veldtocht deelneemt. OOSTENRIJK HONGARIJE. In den Bo heemschen en in den Moravischen Landdag j wordt de toon der debatten langzamerhand even hatelijk als hij in den Rijksdag te Weenen geweest is. Tusschen Duitschers en Czechen spant het meer dan ooit en van weerszijden doet men alles om het nog erger te maken. Van Duitschen kant was de protest vergade ring te Leitmeritz eene provocatie. De Czechen echter hebben nu den bevelhebber van het Oostenrijksche leger in Boheme, die van Duitsche afkomst is, Graaf Grünne, zwaar beleedigd. Alle Czechische Casino vereenigingen waar hij lid van was, hebben hem zijne contributie teruggestuurd en medegedeeld dat zij hem niet haar bal verwachten. Als gevolg hiervan hebben alle officieren, alle ambtenaren en ook de Rector Magnificus der Universiteit zich van deelneming onthouden. ZUID-A FRIKA Naar Havas meldt, zijn de onlusten in Basoetoland zoo goed als geëindigd. Het hoofd der opstandelingen is getuchtigd door het voornaamste hoofd van Bisoetoland. De prins van Teek heeft Donderdag een bezoek gebracht aan den President van de Transvaal en aan den secretaris dr. Leyds. De Britsche agent was hierbij tegenwoordig. werkje van lazen daar op pag. 152: »Den 12den Mei wordt Willem III te Am sterdam als Koning gehuldigd. Heel de hoofd stad is in feestgewaad. Het «Leve de Koning!” in de straten dringt door tot in de heerlijk versierde Nieuwe Kerk. De Vorst treedt dien tempel binnen, Hij is omhangen met den purperen en hermelijnen mantel en omstuwd door de wapenkoningen, herauten en de offi cieren van zijn Huis. Vervolgens plaatst hij zich op den prachtigen troon met de prinsen Brieven en Berijbten, de Redactie betreffende franco aan dit adres, uiteiljjk Maandag en Donderdag middags 1 utn Advertentièn Dinsdag en Vrijdag morgens vóór 12 uur. DUITSCHLAND. In het Keizerlijk «Gesund - heidsambt” te Berlijn kwam Vrijdag onder voorzitterschap van den Directeur, dr. Kohier, eene conferentie bijeen van Veehouders, Vee artsen en Bacteriologen, om te beraadslagen over de oorzaken en de bestrijding van het Mond- en Klauwzeer onder het vee. Tegen het vonnis van het Hof van Discipline, tegen den Berlijnschen commissaris van politie Von Tauscb uitgesproken, inhoudende ontzetting uit zijn ambt met overplaatsing in een ambt van gelijken rang en in alle kosten, is door het Openbaar Ministerie hooger beroep aange teekend. Dit hooger beroep dient bij het Staatsmini- sterium. Vrijdag, den dag van het overlijden van Hertog Friedrich van Sleeswijk-Holstein (Vader der Duitsche Keizerin), gebruikten de Duitsche Keizer en Keizerin des morgens het Heilig Avondmaal in de sterfkamer van den Hertog in het Nieuwe Paleis bij Potsdam. FRANKRIJK. «J’accuse” schrijft Zola ditmaal in een geweldigen brief. Hij beschuldigt. Hij beschuldigt ieder en een iegelijk: den Generalen Staf, de leden der beide krijgsraden en verder nog dezen en genen. Alle deze officieren en personen worden door hem beschul- van eene afschuwelijke dwaling, eerst grondgebied, krachtiger door eensgezindheid dan door zielental. Het is een grootsche roeping, Koning van zulk een Volk te zijn.” Vervolgens slaat hij de linkerhand aan het met paarlen omzette gevest van zijn degen, heft de voorste vingers der rechterhand omhoog en spreekt met luide stem den eed uit. Eén voor één plaatsen zich de leden der Kamers voor den troon en zweren uit naam des Volks den nieuwen Vorst trouw. Daarop roept de eerste wapenkoning en vervolgens de tweede uit: «Koning Willem III is ingehuldigd” en driemaal«Leve de Koning en daarbinnen klinkt het uit duizend monden «Leve de Koning en daarbuiten barst het uit tienduizenden kelen los «Leve de Koning!” Wij voor ons hebben goeden moed, dat 1898 zich niet tegenover 1849 zal behoeven te schamen. H. En Frankrijk vooral moge ’t be- bekleeders het publiek staat daarop i en onze verbeelding voerde ons zoo ongeveer eene halve eeuw terug. We sloegen het eenvoudig, doch degelijk werkje van J. Wyma »Voorheen”(‘) op en digd onopzettelijk, daarna opzettelijk. De buitenlandsche pers bespreekt natuurlijk ook Zola’s brief’ De Engelsche, die steeds onpartijdig is gebleven, is wel de beste om als voorbeeld te dienen. De Daily Cronicle zegt: «Het was noodig dat er een profeet opstond, maar in overeenstemming met de geschiedenis is het ook, dat hij, zoodra hij den mond opent, wordt gesteenigd.” De Standard keurt de houding van generaal Billot af; de algemeenheden die bij verkondigt \II1WS EN ADVERTEXTIE- IILIO VOOR FRIESLAND. J.r J.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Friso nl | 1898 | | pagina 1