ZATERDAG 11 JUNI 1898. No. 46. Verkiezing voor de Staten van Friesland. Stemming Dinsdag 14 Juni ’98. J. van Loon Jz>. te Leeuwarden; Mr. J. Klaasesz de Boer te Witmarsum; N. Simonsz te Harlingen; H, Kingma Mz. te Makkum, en K. Velstra te Mantgum; G. E. de Boer te Snikzwaag bij Joure P. Fennema te Sneek; Jan de Jong, Notaris, te Koudum: A. Kerkhoff te Lemmer, en A. H. Tromp te Woudsend. Officieel gedeelte. Nieuwstijdingen r Acht en twintigste Jaargang. In r 1 Y. KUIPERS, FIRMA H- BRANDENBURGH EN ZOON. TE WORKUM Het constitutioneele koningschap en de liberale partij. uh K- h Jiimimiï- iii.ii) mu rniiMi vi. Dit Blad verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG tot als eene uit een UITGEVER: Ulbe daarvan op even krachtige wijze 14 dagen gevangenisstraf. als de doodsoorzaak is aan te nemen. Ane heeft hiervoor terecht gestaan voor de Rechtbank te Leeuwarden, waar het O. M. wel de mishandeling bewezen achtmaar na het hooren der deskundigen, niet dat de dood van een gevolg is en dus daarvan vrijspraak vraagt, doch voor de mishandeling begrip toont te hebben dan De Standaard, hetgeen de waardigheid meebrengt eener eene eervolle geschiedenis achter Want De Tijd anders dan De TWEEDE KAMER. Zitting van heden Donderdag. de heden gehouden zitting werd het wetsontwerp betreffende de verlenging van het mailcontract op Engeland met de maatschappij op het lijk niet is geconstateerd en dus niet Prijs per kwartaal 70 cent franco per post 85 oent. Prijs der ADVERTENTIËN van 15 gewone regels 40 cents Voor eiken regel meer 7} cent. By abonnement Is de prijs belangrijk lager Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever Brieven en Berichten, de Redactie betreffende francc aan dit adres, uitei lijk Maandag en Donderdag middags I uur. Advertentién Dinsdag en Vrijdag morgens vóór 12 uur. Deze uitingen van Standaard en Tijd, voor wie de heer Troelstra het orakel schijnt geworden te zijn, hebben de N. Rott. Ct. een hoofdartikel doen schrijven. Allereerst vestigt zij er de aan dacht op, dat De lijd dan toch in elk geval meer van partij, die zich heeft. Standaard, die, bet doel voorbij schietende, meent bet zwijgen der liberale Kamerleden als bewijs van toestemmen te mogen beschouwen De Tijd erkent ten minste, dat uit bet zwijgen der liberalen in de Kamer op eene tirade als die van den heer Troelstra «niets viel af te leiden.” De A. R. Ct. merkt ter loops aan, dat het zwijgen der liberale Kamerleden zeer natuurlijk is tegenover zulke eigenaardige taal als die de socialistische leden soms doen hooren en tot wier verstand haast een parlementair woorden boek noodig zou zijn. Niemand die ook maar eenigzins de vrij zinnige beginselen is toegedaanblijve weg van de stembusdie van ’s nam. 5 uur geopend is. Met aandrang bevelen we stekende keuze de verkiezing aan voor ’t district Franeker: van de heeren en voor ’t district Sneek: van de heeren Alleen bij getrouwe opkomst en eenstemmige keuze kan de overwinning worden behaald. VERGADERING van den RAAD der gemeente Hemelümbr Oldephaert en Noobdwolde, op Zaterdag den 11 Juni 1898, des voormiddags te 9j ure. Punten van behandeling; I. Ingekomen stukken. II. Verzoeken om afschrijving van hoofdelijken omslag. III. Commissoriaal rapport over het onderzoek der rekeningen van de burgerlyke armbesturen dienst 1897. IV. Adres van P. Outshoorn en A. Haringsma om eene belooning voor het geven van onderwijs gedurende meerdere uren per dag, dan bij het leerplan is voorgeschreven. I V. Als voren van T. Wiersma, onderwijzer te ^et koningschap Oudega, om verhooging van jaarwedde. warmer en j"—' VI. Behandeling van reclames tegen aanslagen in den hoofdelijken omslag, dienst 1898 Koudum, den 6 Juni 1898. De Burgemeester, H. M. TROMP Een naar veler oordeel, gelooven wij, gansch te onpas bij de interpellatie-Donner aangebrachte uiting van den heer Troelstra heeft aan De 'lijd tot een hoofdartikel en aan De Standaard tot een driestar aanleiding gegeven. Uitspraak over 8 dagen. INHOUD van het Friesche Tijdschrift tSljucht en Rjucht” 11 Juni 1898: Murk mei de koerrenB. S. Hijlkema. Gjin domme frageJelke. Twa Profesijen iM. Miedema. Tink om stjerrenG. Postma. Do !t er in ’s voorm. 8 Verder vestigt de N. R. Ct. er nog nader de aandacht op, dat bij anti-revolutionairen noch katholieken eenig streven blijkt om het Koninklijk gezag in ons Staatsbestuur te ver sterken. Bij de jongste verkiezingen heeft het niet aan programma’s van beginselen, van actie of van urgentie ontbroken. Er is zelfs een plan beraamd om ons een speciaal christelijke regeering te bezorgen. Maar aan versterking van het Koninklijk gezag of, om in den kleur rijken stijl van De Standaard te sprekenaan herstel van het volgens De Standaard ver moorde of vernietigde Koningschap scheen geen behoefte te bestaan. Het program der katho lieke Kamerleden laat het punt onbesproken in het anti revolutionaire program van actie komt het niet voor. En in het groote anti revolutionair «Program” getuigt art. 6 aller minst van een brandend verlangen naar ver andering. Men zou althans, merkt de N. R. Ct. aanvan een partijdie het Koningschap hier te lande vernietigd achtiets anders ver wachten dan deze uiterst kalme, rustige vol daanheid ademende politieke geloofsbelijdenis, omtrent den staatsvorm«Op zich zelf geen enkelen staatsvorm den eenig bruikbaren keurende, erkent zij (de anti-revolutionaire partij) het aan de Grondwet gebonden Koning schap, gelijk zich dit ten onzent geleidelijk uit de Republiek der vorige eeuw heeft ontwikkeld, als den voor Nederland meest geschikten re- geeringsvorm.” «Indien hetzoo besluit de N. R. Ct. Standaard en Tijd ernst is met hun verwijt aan de liberalendan zouden zij wel doen met eens duidelijk te makenwat zij in dit opzicht op onze Constitutie hebben aan te merkenen wat zij ten aanzien van de koninklijke macht anders geregeld zouden wenschen. Dan hebben zij nog iets anders te doen dan uit den mond van mr. Troelstra eenige woorden over te nemen en die te laten klinken door het land. Wat den liberalen hier in nieuwe parlementaire taal wordt verwetenis in het wezen der zaak een hervorming, waarop zij fier mogen zijn, waarin zij hun eer mogen stelleneen hervor ming in ’t belang van volk en koningschap, waartegen tot nog toe geen enkele partij het in de gedachten is gekomen een reactie te propageeren.” Zeeland goedgekeurd. De heer Mackay vroeg hoogere subsidie ter instandhouding der financieel achteruitgaande maatschappij, welke verhooging ook noodig is om aan haar zware verplichtingen te voldoen. Minister Lely achtte een hoogere bijdrage niet noodzakelijk om de concurrentie met Enge land vol te houden als thans. Na een kort algemeen debatwaarbij de heer Hartogb op de voordeelen van de rijwiel- belasting wees, is de in gebruik geving van een rijwiel aan een ander voor korter dan 21 dagen vrijgesteld en verworpen de hoogere heffing, door den heer v. d. Berch van Heem- dy ’t wol aerdich neikamen stede voorgesteld. j Tink om stierren G. Postn stelsel ten verderve voert. Maar merkwaardig noemt zij hetdat ook zijdie niet nalaten hun dit bij elke gelegenheid voor de voeten te werpen, zich in dat stelsel wonderwel thuis gevoelen en zich onthouden van elke poging om er van terug te komen. Beweert De Tijd, dat «het liberalisme uit zijn aard naar de Republiek streeft”, de N. R. Ct. wijst op Engeland en Nederland, waar de constitutioneele monarchie het zuiverst is ingevoerden waar men van dat streven al j zeer weinig bespeurtwaar de gehechtheid aan i en aan het regeerend stamhuis inniger is dan wellicht ooit te voren en dan in eenig ander land ter wereld. Nog altijd meent de N. R Ct. dan ookdat door de politieke hervorming van 1848 het koning schap hier te lande is versterkt en bevestigd. Dr. Kuyper verzekerde, naar de N. R. Ct. in herinnering brengtbij meer dan eene gelegen heid dat ons koningschap hem bij uitstek lief is in den oud-vaderlandschen republikeinschen geest. En in de rede, door den heer Jos. A. Alberdingk Thijm gehouden in de bekende Park-meeting van 21 Juni 1871achtte deze het niet overbodig te doen uitkomendat in het wezen der Republiek niets ligt, dat met de grondregels van het katholieke geloof strijdt. Daarna is de rijwielbelasting met 51 tegen 20 stemmen goedgekeurd. Mr. Troelstra zal een interpellatie houden over de zaak-Hogerhuis en de heer Van de Velde over den toestand der boezemwateren in Zuid-Holland. De heer Jansennieuw-benoemd lid voor Tilburg, is toegelaten. De Kamer komt Dinsdag weer bijeen. De Deli-correspondent van het Hbl. seinde eergister «De Pedir-expeditie rukte van 2 tot 5 Juni met succes voort. Toekoe Oemar vluchtte van Garoet naar Tjot Moeroeng. De vijand werd uit zijn verschillende stellin gen verdreven, met achterlating van een groot aadtal dooden. Onze verliezen waren zeer klein. Te Groeng Groeng werd gebivakkeerd en den 5en Juni verder opgerukt naar Padang Tidji.” Met het oog op de a.s. Pedir-expeditie moet volgens de Soer Ct., de Atjeh-leverantie goed voorzien zijn van vleesch. De Bantam nam ongeveer een halve maand geleden 350 koeien van Madoera mede naar Atjeh. Nu is het de Graaf van Bylandt, die met 400 koeien van Kamal (Madoera) naar Singapore stoomde, ten einde op de reede van Singapore water in te nemen voor deze beesten en dan direct van daar naar Oleh-leh te gaan. De koeien wor den op Madoera gekochtdoor de heeren Landberg Zoon. Zondagavond 24 April 11. circa kwartier voor 10 uur liepen eenige jongelieden te Sneek van het station de stad in, waarbij in de Peper straat Ane N. en Ulbe de B. woorden kregen over een meisje. Ane gaf Ulbe een stoot tegen de kinwaardoor deze achterover tegen een pothuis viel, doch dadelijk weer overeind kwam en aan Ane een slag terug gaf. Verder is er niet gevochten, ze gingen ieder naar huis; maar ’s nachts kreeg Ulbe oorpijn, hij jankte het uit als een hond, den volgenden dag had hij hoofdpijn en werd suf, des Dins dagsmiddags kwam hij van zijn werk ’thuis om te rusten en bleef ’s Woensdags ook thuis, Donderdagsmiddags kwam hij weer van zijn werk thuis en klaagde erg over zijn hoofd toen werd dr. Wartena geroepenmaar zijn toestand werd erger en erger, Vrijdags geraakte hij buiten kennis, Zaterdagsmorgens beeft hij een kwartier zijne ouders nog herkend, ’s mid- I dags 2 uur is hij overleden. De heeren dr. Wartena en dr. Kooperberg hebben het lijk geschouwd en zijn tot de con clusie gekomendat Ulbe is overleden aan hersenvlies-ontstekingen dat, alhoewel uit wendig geweld een der meest voorkomende oorzaken van die ziekte is, dit uitwendig geweld Maar De Tijd vindt, al doet zij niet zulk een gejubel hooren als De Standaard, en al I spreekt zij niet, gelijk deze in weerklank op de «politieke Koningsmoordenaars” van mr. Troelstra van het «vermoorde” Koningschap De Tijd vindt toch ook, gelijk gezegd, dat de heer Troelstra eigenlijk volstrekt «niet zoo groot ongelijk had.” De N. Rott. Ct. doet tegenover de beide bladen uitkomen, dat, wat De Standaard met den heer Troelstra «moord” noemt, hierop neerkomthet is inzonderheid aan de liberalen te danken, dat hier te lande de parlementaire regeeringsvorm, het grondwettig erfelijk koning schap met verantwoordelijke ministers en een onschendbaar Hoofd van den Staat is ingevoerd. En nu, vraagt zij aan De Standaard en De Tijd, of dit in haar oogen een misdrijf oplevert, waarvoor de liberalen zich hebben te schamen, dan wel een weldaadaan land en dynastie bewezen, waarop deze trotsch mogen zijn. De N. R. Ct. weet weldat de liberalen i bij anti revolutionairen en katholieken te boek staan als kinderen der revolutiewier begin selen uit den booze zijn en wier staatkundig

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Friso nl | 1898 | | pagina 1