WOENSDAG 11 OCTOBER 1899. No. 81. Als ’t getij verloopen is Binnenlandsche Berichten. Officiéél gedeelte. Negen en twintigste Jaargang. >1 Dit Blad verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. e r Warns om tele- der gemeente- I H. Potsdam wordt, naar aan de N. R. Ct. wordt wezenlijking niets te maken. van ar- UITGEVER: Y. KUIPERS, FIRMA H. BRANDENBURGH EN ZOON. TE WORKUM ward, en Prys per kwartaal 70 cent franco per post 85 cent PRIJS der ADVERTENTIËN van 15 gewone regels 40 cents. Voor eiken regel nreer 7} cent. Bij abonnement is de prijs belangrijk lag Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever. Brieven en Berichten, de Redactie betreffende franco aan dit adres, uiterlijk Maandag en Donderdag middags 1 uur. Advertentiön Dincdag en Vrydag morgens vóór 12 uur. De Koninginnen in Duitschland. HH. MM. de Koningin en de Koningin- Moeder vertrokken Zaterdagochtend te 8 uur 57 min. localen tijd van gevolg naar Potsdam. religiedie het goede wildentot elkander zouden brengen. Na de schoolpacificatie moest die der kerk als van zelve komen. Men kon dus veilig de bakens verzetten. Toch bleek hier de mindere zeemanschap. En nu verneemt men ’t stout beweer: j> Eigen schuld; iets zijt ge vooruitgegaan, maar ge hadt een breederen stap moeten wagenalleen ’t algemeen kies- en stemrecht kan genezing aanbrengen. Half werk is geen werk1” ’t Zal moeielijk vallen het echte middel tegen alle kwalen te vinden. Heette ’t vroeger volksonderwijsnu speelt kies- en stemrecht naast sociale rechtvaardigheid de hoofdrol. De rechte weg is bezwaarlijk te betreden. Bezwaarlijk, want? Als de verschillende kerkgenootschappen alszoodanig buiten den politieken strijd bleven en dezen te strijden aan hunne leden overlieten, streven van den dwaas. Deze zoeke loftuiting bij de beste stuurlui, die aan wal staan. Degelijke schippers weten van betere dingen te spreken en deze te waardeeren ook. Zoo ook in het maatschappelijke als hét politieke leven. Men kan b.v. ten zeerste treuren over het vervallen van zoovele beurt- veeren, en het vervangen daarvan door stoom boot-, tram- of spoorgelegenhedenmen kan het sterven van tal van boterwagen en daar mede in verband staande weekmarkten beklagen en zijn eigen opwinden bij het aanschouwen van zoovele boterfabrieken, ’t doet er niet toe, al spreekt men ook als wijlen Brugmans, ’t getij is eenmaal verloopen en men had intijds de bakens dienen te verzetten. Dat is maar de groote quaestie om immer een oog in ’t zeil te houden. Al komt er dan, ook onver wacht, een rakje in den wind en al is het tegen wind en stroom ook zwaar roeien, door het weer op een anderen boeg te gooien, altijd intijds natuurlijk, komt men soms nog onge- dacht in behouden haven. Als het getij verloopen is Daar zijn om een ander voorbeeld te noemen, onze Friescbe boerenplaatsen, hof steden zegt men elders. Zij mochten practisch ingericht heeten met ’t oog op vroegere toe standen voor bet heden zijn ze dit niet. Waartoe dienen nu nog, terwijl onze boeren aan de fabriek zijn, die groote melkkamers of kelders? De koperen aden zijn verdwenen, de melkkannen daarvoor in de plaats gekomen, zinken voorwerpen met een paar koperen let ters er op en de melkkelder kan geheel vervallen mitsgaders het zoo typische kamertje daar boven. Weldra gaat men heen en bouwt een boerenhuis geheel gelijk aan dit van een burger met dit onderscheid, dat men in de nabijheid eene bijzondere veestalling plaatst benevens eene dito gelegenheid voor hooiberging. In Holland was men een en ander al zoo ten naastenbij gewoon, maar in Friesland, welk eene omkeering in aanzicht en doen’t Staat er toe, dat de eigen Fries na eenige jaren zijn gewest ter nauwernood herkent. En met dezen ommezwaai al weder andere zeden, andere gebruiken Zelfs de verzekerings maatschappijen, speciaal die van brandschade- vergoeding zullen er in deelen, enzoovoort 1 Op staatkundig terrein gold het voor eenige jaren, dat kiesrcchtuitbreidingals eisch des tijde, ontwikkelde personen van verschillende bieden. Keizer Wilhelm heeft herhaaldelijk zijn warmste sympathie voor het Vorstenhuis der Oranjes en voor het Nederlandsche volk uit gesproken, en telkens hebben zijn woorden een luide echo gevonden in de harten van het Duitsche volk. Wij bewonderen met onzen Keizer het groote verleden van den kleinen Nederduitschen stam, dien zijn innerlijke flink heid en kracht en zijn verre blik eens tot de hoogte van een wereldmacht hebben verheven. Wij buigen ons voor den leeuwenmoed, dien zijn geweldige zeehelden in den roemruchten oorlog met Spanje’s en Engeland’s overmacht hebben bewezen. Wij trachten te leeren van de zedelijke grootheid, waarmede dit volk zijn groote mannen te eeren wist. Wij zien een stralend voorbeeld in de doodsverachtende trouw, waarmede het dappere Holland de reinheid en de vrijheid van zijn geloof heeft verdedigd.” Dan, na besproken te hebben de gedachten wisseling van de laatste weken over een even- Als ’t getij verloopen is, moet men de bakens verzetten. Dat is nog een echt Nederlandsch spreekwoord van den ouden stempel. Als men ’t niet wistzou men daaruit reeds dadelijk opmaken, dat onze voorouders aan ’t zeevaren hebben gedaan niet alleen maar ook dat ze goede schippers waren. Als ’t getij verloopen isde vloed is voorbij en ’t is ebbe ge worden en ziet de zeevaarder weet hetdat de waterstand dan 6, 8, 10, 15, 20 a 30 decimeter en soms nog meer lager isdan eenige uren voorheen, ’t Zou dus meer dan dwaas zijn te willen varen, waar het voorheen zonder bezwaar kon geschieden. Hij koerst dan ook wijselijk op andere bakensom alzoo goede reis te hebben en stranding te voorkomen. Omgekeerd zoo hij bij ebbe was gevaren en de terugreis bij vloed kon volbrengen, zou het dwaas van hem wezen den langsten weg te kiezen. Ook dan zou hij zijne bakens moeten verzetten. Bovendien gelden nog wind en stroom, zoodat het begrip «recht door zee de beste weg”, al zeer betrekkelijk begint te worden. De kortste is hij onder velerlei goede omstandigheden zeker, maar de beste? Wij twijfelen en met ons vrij zeker tal van luiden, die het verraderlijke elementdat zee heet kennen. Zietin het bovenstaandedat waarheden als koeien omvat, liggen tal van levenslessen zoowel voor het particuliereals het maat schappelijke en politieke zijn. En de eerste daarvan is wel deze: het is onmogelijk een vasten regel te geven (eene canonzei men vroeger, van daar het woord kanonniek) voor eeuwen geldig. Iemand, die altijd op ’t zelfde kompt is wil koersenmoet noodwendig stranden, ’t Zij te water of te lande, want, wat de laatst» stranding aanbelangt, Heije zong het reeds: «Die zijn tijd voorbij laat gaan, Blijft a Is Jut voor ’t landhek staan.” Andere t; jdeaandere zeden. Reeds rr»t de ontwikkeling gaat het zoo. en beste raadgeefster ter zijde staat, zijn op recht huldebetoonzijn hartelijken groet te Maar de gedach- tenwisseling der laatste weken werkt natuur lijkerwijs opwekkend op de gevoelens, waarmede het Duitsche volk de Hooge Vrouwen begroet; en de menschelijke sympathie voor de van al de betoovering barer bekoorlijke jeugd omgeven Koningin en voor Hare Moeder, verdiept zich tot het hartelijke gevoel van een innig bijeen- hooren.” De le luit. F. II. van der Kop, het le reg. inf. te Leeuwarden, is door den Minister van Oorlog belast met het doen van krijgsgeschiedkundige nasporingen in de chieven van de gemeenten Leeuwarden, Bols- FranekerKollumerland SlotenYlst Het Bildt. Ontduiking der Postwet. De directeur van het postkantoor te Vriezenveen heeft bij twee vrachtrijders aldaar door de marechaussee een groot aantal brieven in beslag doen nemen die door hen voor particulieren werden bezorgd. Procesverbaal is opgemaakt, wegens het over brengen van brieven voor particulieren, op grond dat aan den Staat is voorbehouden de uitsluitend bevoegdheid tot het vervoer van brieven en papieren, beneden het gewicht van van 5 hectogrammen. Donderdag zijn de vijvers van de Heide- Maatschapij te Ernst bij Apeldoornwaar kar- Wat men vroeger geoorloofd achttezal men laterbij meerdere beschavingeenvoudig on gepast noemen. En gelukkig mag hij heeten, die met de meer zuivere denkbeelden rekening houdt. Dwaas daarentegen is de mandie stijf en strak staande houdtzoo wil ik, omdat ik dit nu als den «rechten weg” beschouw, zonder rekening te houden met de omstandigheden. Hij heeft veel voor, dat is ongetwijfeld waar, maar hij is geen practicus en brengt alszoo danig meer achter- dan vooruit. Of men dan moet «schipperen”? Op deze vraag geven we e<n volmondig ja ten antwoord. Maar men versta ons wel we bedoelen bier een schipperen overeenkomstig de regelen der practische zeevaartkunde, die de wijze les gaf van het verzetten der bakens als ’t getij verloopen is. Derhalve alle hoofdigheid buitengesloten, die of te wel, wanneer deze genootschappen ook den rechten weg wil, zonder te bedenken, dat de bakens verzetten, naarmate het getij ver- dit willen in vele gevallen gelijk staat met het loopt, dan gewis kon men van meer zuivere toestanden spreken. Maar waar nu nog een bescheiden wetsontwerp, dat er moest door vliegen, zoovele bezwaren ontmoet, zou men tueel Tolverbond tusscben Nederland en Duitsch- huiveren aan eiken gelukkigen uitslag, niet tegenstaande vele kiezers er blijkbaar eene eer instellen, niet meer liberalen maar demo craten te heeten. Zij schijnen de bakens te verzetten, althans één. Of ze met den naam echter zeemanschap verraden, dan wel verwar ring stichten, mogen ze voor zich zei ven uit maken. Met de oude kerkgenootschappen schijnt het getij voorloopig nog niet verloopen. En een goed schipper doet wel dezen klip in ’t oog te houden. VERGADERING van den RAAD der Gemeente Hemelumer Oldephaert en Noord wolde, op Zaterdag, den 14 October 1899, des voormiddags te 9j ure. Punten van behandeling: 1. Ingekomen stukken en mededeelingen. 2. Adres van het Bestuur der Stoomzuivel- fabriek te Warns tot verharding van een reed aldaar. 3. Adres van ingezetenen van fonische verbinding. 4. Idem van W. J. de Jong te Koudum be treffende het leggen van een stoep in afwijking van het bepaalde in artikel 30 der politie-verorde- ning. 5. Missive van het Gemeentebestuur van Wor- kum betreffende uitdieping van een vaart in het Heidenschap. 6. Commissoriaal rapport van het onderzoek der gemeente- en armvoogdjj-begrootingen voor 1900. 7. Vaststelling van het kohier van schoolgeld over het 3e kwartaal 1899. 8. Reclames tegen het le suppletoir kohier van hoofdelijken omslag, dienst 1899. Koudum, De Burgemeester, den 9 October 1899. H. M. TROMP. land en de groote bezwaren, daaraan verbonden, zegt het blad »De kern van de zaak blijft nochthans be staan het feit namelijkdat ernstige Neder landsche kringen, wegens de economische en politieke gemeenschappelijke belangen tot de overtuiging zijn gekomen, dat het welzijn der Nederlanden en van hun Koloniaal rijk gelegen is in een nauwere aaneensluiting bij Duitsch land dat deze gedachte in beide landen met besliste sympathiezonder een spoor van wan trouwen is behandeld, en dat algemeen in Duitschland een oprechte neiging blijkt, om zulk een wensch van het in den stam verwante volk en zijn regeering vriendelijk te ontvangen. Het te wachten bezoek van de beide Konin- het Loo met groot ginnen aan Potsdam heeft, zooals gezegd, met deze gedachte en de quaestie van haar ver- gemeld, in feestdosch gestoken, waarvoor de keizerlijke tuinen worden geplunderd. Ook in I de kazernes is men druk in de weer geweest, daar er Zaterdagavond groot militair vertoon heeft plaats gehad. De Keizer zelf aan het hoofd van zijn hoofdkwartier aan het station, omgeven van alle te Berlijn en te Potsdam aanwezige prinsen, ontving ÉH. MM. De bladen bevatten sympathieke artikelen. De Nordd. Alg. Ztg. schrijft b.v.: «Hartelijk begroeten wij de Hooge Gasten, en hopen, dat het bezoek zal bijdragen tot versterking van onze goede buursbefrekkingen met het verstandige, ons in den stam verwante volk der Nederlanders, welks lotgevallen wij steeds met oprechte deelneming hebben ge volgd.” Volgens den correspondent der N. R. Ct. moet de begroeting van de Hamburger Corres pondent op buitenlandsche zaken in Berlijn zijn geïnspireerd. In dat blad heet het o.a. nadat het heeft medegedeeld, dat bet bezoek geheel van privaten aard is: «Maar zooals Keizer Wilhelm het zich niet heeft laten ontnemen, den Hoogen Vrouwen ridderlijk zijn gastvrijheid aan te bieden, zoo doet het Duitsche volk geen afstand van het voorrecht om de bevallige Koninklijke Jonk vrouw en Hare Moeder, die voor de Dochter een trouwe bewaakster van het hooge erfdeel is geweest en Haar nu als meest natuurlijke W TC Jt JKJLo \ll IH Uil Ui I IM II iwinnn fiiikuiii. o- - i Uüóv ^cuavuiu viv» ijunt i i 1

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Friso nl | 1899 | | pagina 1