1 1! i WOENSDAG 26 SEPTEMBER 1900. No. 77. Aan den arbeid. Buitenlandsch Nieuws. Binnenlandsche Berichten. Dertigste Jaargang. Dit Blad verschijnt eiken WOENSDAG en ZATEBDAG. UITGEVER: Y. KUIPERS, FIRMA H, BRANDENBURGS EN ZOON. TE WORKUM H. M. de Koningin spreekt voor en En de Kamerleden moeten ’t ook. we ’t maar begrijpen willen, dan Pry's per kwartaal 70 oent franco per post 86 cent PBIJS der ADVEBTENTIÊN van 15 gewone regels 40 cents. Voor eiken regel meer 7| cent. By abonnement is de prys belangrijk lager Voor waarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever. FRANKRIJK. In zijne rede aan bet banket der maires heeft President Loubet alle Fran- schen opgeroepen om mede te werken tot de algemeene bevredigingopmerkende dat de Republiek over hare vijanden steeds gezegevierd heeft. Als de tijd daar is zullen wij, zeide Brieven en Berichten, de Redactie betreffende franco aan dit adres uiterlyk Maandag en Donderdag middags 1 uur. Advertentiên Dinsdag en Vrijdag morgens vóór 12 uur. vierde jaar daar klakkeloos voorbijgaan? De heeren kennen elkander voor goed, ze allen zijn bezield door eed of belofte van den goeden geest, die toewijding draagt als vrucht voor ’t gemeenschappelijk belang. Waarom dan zoo’n eindjaar nutteloos verspild? Er wachten tal van zaken op afdoening. De Troonrede herinnerde alleen aan de Ongevallen wet. Er werden echter meerdere zaken bijge noemd, waarover we nader wel eens zullen spreken. Wij mogen constateeren, dat er voor de Kamers werk is in overvloed en dat de heeren zich wel mogen haastenwillen ze nog iets goeds tot stand brengenom aan den arbeid te gaanwant er is niets wisselvalligere dan een Kamerzetel. Op de financiën komt ’t intusschen aan. Van de millioenen-rede hebben we gehoord. En de blijde boodschap in de Troonrede moge door geheel ’t Vaderland klinkende geldmid delen zoowel voor Nederland als voor Indië zijn in goeden doen. Zij bedragen meer in ontvang dan in uitgaaf. En dan weet ieder, dat ’t er goed voor staat. Wij drukken op dit feitomdat door de antiliberalen immer door beweerd werd, dat de liberalen de geld middelen des lands bepaald in de war stuurden. Ter hunner beschaming kan dienen het tegen woordig beleid ook in vergelijking met dat van den vroegeren Minister Godin de Beaufort, thans lid der Eerste Kamer. De voorbereidende werkzaamheden tot de politieke campagne 1900/1901 hebben zoo ongeveer hun beslag erlangd. De Troonrede is uitgesproken en reeds door de hoofdorganen onzer Nederlandsche groote pers besproken. Zouden we ’t wagen, daaruit eene bloemlezing te geven, gewis we hadden plaats te kort, ’t Is genoeg te herinneren aan het bekende ge zegde: »De een laaft zich aan honig uit den* zelfden bloem, waaruit de ander venijn zuigt Ellendig is ’t, maar waar. Zoo is de politiek. Let maar in ’t voorbijgaan op de geschiedenis Engeland-Zuid-Afrika. Och, wanneer zal de politiek, waarbij wij allen toch het grootste belang hebben, eens eerlijk worden? De Troonrede deugt wel en de Troonrede deugt niet. Wel te verstaanwij leven in een constitu tioneel land. De Koningin is onschendbaar. De woorden, die H. M. sprak of las, komen voor rekening der gezamenlijke Ministers, bij eengenomen het Kabinet genoemd. Dat Ko- binet draagt de verantwoordelijkheid. Is er nu iets, dat niet deugt, dat niet in den haak is, dan krijgen de acht heeren bewindvoerders er van langs. Of de veroordeelaars bereid zijn hunne functiën zoo een-twee-drie over te nemen, ziet dat is eene andere vraag. De beste stuur lui staan gewoonlijk aan den wal en zoo is ’t in de politiek ook. 't Is geheel iets anders kamerlid te zijn en te wenschen en te begee- ren, dan Minister, die zijne verantwoordelijk heid gevoelt. Nog herinneren we ons en ’t mag hier gezegd, den vriendschappelijken schouderklap van Minister Pierson in eene «Nutsvergadering”, toen er een voorstel aanhangig wasom ’t wenschelijke uit te spreken, dat er nu ja, I den burger. dat er iets goeds zou gebeuren, zeker, zei de invloedrijke man, wenschelijk is bet, wenschelijk is er meer, maar wat de menschen daarbij vergeten is de toevoeging, hoe is dat wenschelijke te verkrijgen. Woorden voorzeker, die overweging verdie nen. En zoo zijn we precies bij de millioenen-rede van den Minister van Financiën, ’t Is toch de plicht van dezen titularis, om te zeggen dit hebben we met elkander noodig gedurende ’t volgende jaar, geen cent, geen rijksdaalder, maar ettelijke millioenen, een cijfer, waarvoor elk fatsoenlijk mensch zou griezelen, en van daar dan ook een zeker verzet. Men heeft een begrip verkregen van een millioen En dat begrip werkt verbazend. Zoo’n enkele duizend, een tienduizend, hmhmhm welk eene ommekeerMaar een millioen, en dan zoovele millioenen, 't is onbegrijpelijk. En toch moeten deze lieden, die zoo oordeelen over de groote maatschap, terwijl zij ter nauwernood den eigen kleinen kring kunnen omvatten, het stembiljet in handen hebben. Mocbte het wijs heid geven, er zou geen goedkooper middel ter genezing zijn. Voor ’t oogenblik staat er dan ook geene uitbreiding van het stemrecht op 't program. Althans niet op ’t programma der Regeering. Deze wil voortzetting van het begonnen werk, ook in dit vierde jaar. Ook ditmaal zegt de Troonrede en het Nieuws van den Dag legt daarop ’t zwaarste gewicht, ge heel in overeenstemming met ons gevoelen, bij herhaling uitgesproken. Waarom zal zoo’n spr., in eene wijziging van sommige der repu- aanwezig de Keizer, de te Weenen aanwezige blikeinsche instellingen langs vreedzamen wet- Aartshertogen, de generaliteit, ministers, hoog- tigen weg bewilligenmaar de beginselen zijn waardigheidsbekleders en de burgemeester van Weenen. De ontmoeting van beide Vor sten was recht hartelijk. In een open rijtuig reden beiden naar den Hofburg, door het volk luide toegejuicht. Des avonds had er een diner ten Hove plaats, waarbij de Sjah aan de rech terhand des Keizers zat. RUSLAND. Sjipoff, de plaatsvervangende gouverneur van Finland, wiens eigenmachtig handelen aldaar veel ergenis wekt, treedt ook streng tegen de Pers op. Een Wiborger blad is thans weer voor twee maanden geschorst. Een ander te Helsingfors verschijnende, heeft een vierde waarschuwing gekregen. SERVIE. Koning Alexander heeft aan vele personen, die in verband met den aanslag op den ex-Koning Milan meer of minder zwaar gestraft waren, amnestie verleend. Een hun ner is thans tot gezant te Constantinopel be noemd. 't Komt ons voor, dat al de oppositie tegen over de toepassing der liberale beginselen in den lande eindelijk moet ophouden in ’t wel begrepen belang van ieder. Het liberaal be ginsel omvat ieder en alleman. Zonder vrage naar geloofsbeginsel wat godsdienst aanbe langt vaart het door te eischen het belang van En ziet, dat is het ware. Welk geloof, kerkelijk wel te verstaan, ’t doet er niet toe. tot allen. Wanneer leven we in een land als duizend, met ons stembiljet kunnen we veel ook voor de toekomst. Deze in goede handen te geven zij onze eerste leuze. Letten we daarom op het laatste bedrijf. Aan cordate werklui ook aan den politieken arbeid heeft het vader land nog behoefte. Daar is eene zinsnede in de Troonrede, die ons minder bevalt. Zij eischt versterking der inkomsten voor de uitgaven der wet op de Leerplicht. Tot heden was het niet de ge woonte eenig middel van inkomst voor eene bepaalde uitgaaf aan te wijzen. De geldmid delen van den staat strekken tot bestrijding van de kosten van het geheel: bijzondere be lastingen voor de uitvoering van bijzondere wetten kennen we niet. Onze kamerleden zullen ook hier wel op de post wezen. Al thans dit vertrouwen we. En voor ’t overige: «aan den arbeid, heeren, het Vaderland wacht veel van U1” H. onaantastbaar. Wij willen de Republiek krach tig en roemrijk binnensland, onder de heerschap pij van wet en recht, en geëerbiedigd door het buitenland wegens haar genie, de kracht harer wapenen en oprechte liefde voor den vrede. Wij hebben verklaarde de heer Loubet, naar den eerepost waarop wij geplaatst zijn niet gedongen, maar zullen onzen last zonder haat of wrok tegen iemand tot het einde toe vol brengen. Talrijke ovatiën werden den President ge bracht. Op ’t oogenblik dat de champagne geschon ken werd lokte de [anti-semietische] maire van Algiers, Max Régis, verschillende manifestatiën uit. Na levendige woordenwisseling werd hij door de politie verwijderd. De president keerde naar het Elysée terug, vergezeld van ettelijke duizenden maires, die kreten te zijner eere en ter eere van de Re publiek en de Ministers deden hoorende Marseillaise zongen en onder opgewonden toe juichingen het binnenplein van het Elysée binnen stormden. ENGELAND. De familie Chamberlain. Meer dan eene maand geleden verklaarde de Minister van Koloniën nadrukkelijk geenerlei rechtstreeks of zijdelings belang te hebben bij de firma Kynoch of eenige andere fabriek van legerbenoodigdhedenmet welk antwoord het Huis der Gemeenten op eene interpellatie dienaangaande genoegen nam. Nu bestaat het Huis niet meer en kunnen alleen de kiezers hunne meening kenbaar maken over bijzonder heden, door de onbescheiden Boerenvriendin de Morning Leader aan bet licht gebracht en welker juistheid natuurlijk voor hare rekening blijve. Zij zijn meer dan curieus. De firma Hoskins en Zonen, leveranciers der Admiraliteit (de admiraliteit is het leger niet, zal de groote Jozeph allicht opmerken) werkt met een kapitaalbelegd in 2285 obligatiën en 5000 aandeelenwelke grootendeels in handen zijn van ’s Ministers echtgenoote mevr. Chamberlain (2000 obligatiën)hare zonen Arthur en Austen (4000 en 600 aandeelen), hare dochters Florence en Beatrix (1 en 200 obligatiën) Eenige andere personen bezitten samen 85 obligatiën en de directeur der fabriek Hall heeft 400 aandeelen. Bovendien is de heer Austen Chamberlain «civil lord” der Admiraliteit, juist belast met de afdeeling voorraden en uitrustingen, welken post hij reeds twee jaar vóór de stichting der firma Hoskins bekleedde. De aandeelen zijn namelyk in 1897 uitgegeven en door de fa milie Chamberlain genomen, zoodat de firma een schuilnaam heeten mag. Het vermogen des ministers wordt op een millioen p. st. geschat en zijne broeders en zonen hebben niet minder. Deze belangwekkende familie is ook houd ster van vele aandeelen der Zuidafrikaansche Maatschappij en der Transvaalsche mijnen, hare vertegenwoordigers oefenen grooten invloed in de departementen van Oorlog, Marine en Kolo niën en bij oorlog of vrede zijn hare gel delijke belangen ten nauwste betrokken OOSTENRIJK. De Sjah van Perzië is gisterennamiddag te Weenen aangekomen. Aan bet Frans-Jozef-station waren ter begroeting H. M. de Koningin heeft ontvangen de commissie van de eerste Kamer, belast met de aanbieding van het adres van antwoord op de Troonrede. Aan de deputatie werden de gebruikelijke militaire eerbewijzen gegeven door een compag nie jagers. De Eerste Kamer ontving Vrijdag op haar Adres van Antwoord het volgende wederant woord van H. M. de Koningin: Mijne Heeren! »Ik ontvang met welgevallen de betuiging van de Eerste Kamer, dat zij zich vereenigt in den wensch, dat haar arbeid onder Gods zegen bevorderlijk moge zijn aan het welzijn van het vaderland en zijn koloniën. Ik ver zoek U aan de Kamer uit Mijnen naam dank te zeggen voor haar adres van antwoord.” Met het oog op de zeer vermeerderde werkzaamheden, zullen in het volgend jaar de tractementen van de referendarissen van den Raad van State met f 400 worden verhoogd. Het tractement der commiezen van Staat zal met f 300 worden vermeerderd. Hr. Ms. Gelderland. Het stalen pant- serdekschip Gelderland waarmede de Staats president Paul Kruger de reis naar Europa zal maken is in de jaren 1897 en 1898 gebouwd op de werf van de Maatschappij voor scheeps- en werktuigbouw Feijenoord, te Rot terdam, en is van gelijke type en afmetingen als de Utrecht en de Noord-Brabant. Het vaartuig heeft een lengte van 94,70 M., een breedte van 14,82 M., een diepgang van 5,40 M. en een waterverplaatsing van 4033 M3 zeewater van 1026 Kg. De be wapening bestaat uit 28 stukken geschut. Het schip heeft drie dekken, een commandotoren met een stalen pantsering van 100 mM. dikte en een vaart van gemiddeld 20,05 mijl in de vier uren. De stoomwerktuigen en de ketels bestaan uit twee aan elkander gelijke drievoudige expensiemachines, door een verticaal langscheep- schot van elkander gescheiden. Elk stel is van de noodige hulpwerktuigen voorzien en kan onafhankelijk van het andere werken. Er is bergplaats voor 400 ton steenkolen, en bet drijfvermogen wordt, behalve door de cellen- ft. FRISO bud limn niii:sLi\fi III IIIH Illi HI 11:\ III 1

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Friso nl | 1900 | | pagina 1