L
I
WOENSDAG 21 NOVEMBER'1900.
No. 93.
De Workumer Sluis.
I
Officiéél gedeelte.
Dertigste Jaargang.
Dit Blad verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
Y. KUIPERS, FIRMA H. 8RANDENBURGH EN ZOON. TE WORKUM
Na een 25 jaren
kleine reparatie
In 1658 echter
Een vracht werd bepaald op 40 kroden
of een vierkante roede en 1 spit diep.
k
Den 17e Juli 1807 was de sluis droog
gelegd, den 11e Juli 1808 de waterproef ge
houden wegens de dichtheid van de sluis; den
19 Sept. 1808 de geheele arbeid opgenomen
en opgeleverd.
maar men had nog
vrij wat moeite om van den heer G. Kalver-
boer het recht te krijgen over zijn erf den
Dit welgemeend aanbod werd
moeite kreeg kon geene dan hoogst noodige
reparatie aanbrengen.
Eerst in den franschen tijd komt weer rede
in de verhouding die het provinciaal gezag
meende te moeten aannemen tegenover de sluis
te Workum.
Zij was An. 1795 in deplorable toestand.
Met vreeze en beving ging men een storm te
gemoet.
Het rapport van den landsarchitect over den
toestand der sluis den 4e Nov. 1804 ingediend,
vertelt ons dat «het metselwerk allergebrek
kigst is, de sluisdeuren niet dan met groote
moeite kunnen worden gesloten omdat de
ingeschreven.
Het af breken van muurwerk, uitlichten en
verbrengen der sluisdeuren, het amoveeren van
de dubbele valbrug met wipgestel bekwam bij
onderhandsche aanbesteding Tjeerd Johannes
voor 875 gld. het hardsteen werd ge-
I leverd voor 55 st. de kubieke voet en eindelijk
geschiedde het herstel opmetselen, de sluis
I der Workumer sluis met een overstrooming te
worden bezocht.
De 15000 gld. die de stad eindelijk met
Het spijt mij verschrikkelijk dat de monnik
Uffing die in de 10e eeuw Workum verliet om
rust en vrede voor zijn ziel te vinden in het
klooster te Werden in plaats van zijne gedich
ten op den H. Ludger niet een enkele beschrij
ving heeft gegeven van de mooie sluis die de
invaart van zijn vaderstad afsloot van de zee.
Want zonder sluis geen Workum immers!
Lieden die het weten willen zeggen anders dat
zonder sluis nog wel de stad zou bestaan om
dat wijze voorzienigheid der oude bewoners
de plaats waarop zij is gelegen boven het
peil ligt door de zee bereikt; maar dat in
van 150 gld. Ook de aarde tot vulling
der dammen werd eindelijk van Fokele Gales
bedongen tegen 19 st. per vracht.[§) Bij de
Brandebure vaart, nabij de sluis kon de grond
worden afgegraven. De buitendam moest wor
den gelegd in de zool van de Veermanskade
uit; het zou wezen een kistdam met steundam
daar achter
Het maken der dammen en de drooglegging
werd uitbesteed. Achttien inschrijvingen kwa
men op de advertentie inde sommen liepen
uiteen van 12,200 gld. tot 35,600 gld., ter
wijl de begrooting na aftrek van de afbraak
12,845 gld. was. Doch naar de gewoonte
van dien tijd werd bij de aanbesteding bij
laagste bod weer gemijnd en het werk tegen
I 7020 gld. gegund aan Jochim Folkerts van
Hindeloopen, die eerst voor 14,800 gld. had
In de Leeuwarder Courant van den 10 Nov.
j.l. werd verslag gedaan van eene zitting der
provinciale Staten van Friesland in welke
zitting eene bespreking plaats had over de sluis,
hierboven genoemd. Het betrof de mate van
subsidie door de provincie toe te staan bij eene
herstelling die naar de hoofdingenieur had
geadviseerd hoogst noodzakelijk was. De
krachtige verdediging van den afgevaardigde
uit het district Sneek, den heer Kroese, wekte
woord en wederwoordde discussie werd ge
animeerd, ja van de groene tafel klonk zelfs
iets dat naar eene
stoute bewering dat Workum zonder de sluis
niet bestond, gevolgd door eene bedreiging die
elk betoog van woorden overbodig maakt.
Te midden van deze hartverheffende polemiek
werd ook nog gehanteerd een wapen dat mijne
aandacht in ’t bijzonder trokde bewering die
tegenover den heer Kroese groot effect moest
doen:
»In 1659 werd de schutsluis het eerst van
«steen gemaakt en sedert moest zij door Wor-
»kum onderhouden worden.”
Zoo was het debat geleid op het oorlogspad
der geschiedenis en bracht mij er toe mijne
aanteekeningen eens op te slaan wellicht
hadde het zijn nut het aangebaalde in zijn lijst
terug te brengen daar wordt zooveel be
weerd dat niet waar is, en als het waar is eene
andere beteekenis krijgt als men het beschouwt
in het verband waaruit het genomen is. De
lezers van Friso schenken misschien de proeve
van mijn onderzoek bun aandacht waard.
tegendeel van Friesland weinig zou overblijven
indien de Workumers niet zoo verstandig waren
geweest om dezen ingang af te sluiten. Als
men van «belang” spreekt zou de provincie
meer belang hebben dan de stad dat de sluis
in goeden staat gehouden werd.
Maar noch hij, noch Engelbert van Workum
of anderen uit den ouden, ouden tijd, hebben
ons bericht gegeven van de onontbeerlijke sluis.
Wij weten weinig te weinig van dit onder
werp. Maar dat de sluis er niet geweest is
vóór dat Workum bestond weten wij wel.
De historie echter zwijgt wanneer zij het
eerst gekomen is. Doch wij gelooven graag
dat Groote Pier in 1514 zijn 28 buit gemaakte
schepen en 400 gevangenen «door de sluis”
te Workum heeft gebrachtten minste in den
tijd van het groot arbitrament (1533) zal
Workum wel een sluis al hebben gehadin
alle geval wij hooren van haar in 1575.
Als vervolg op de geheele herstelling van
den dijk door Caspar de Robles moest ook de
sluis te Workum een geheele vernieuwing
ondergaan. Het Hof van Friesland geeft de
stad vergunning om ten bate van dit werk
o a. «de kerke Boeterwaege ende andere der
kerkegoederen tot Worcum tot reparatie van
een nijieuwe zijl” met 1800 caroli gids, te
belastenmaar hoe dit werk ten uitvoer kwam
kunnen wij begrijpen, als den 8en April 1584
de klacht al weer vernomen wordt: «dat oick
«de Stadts sluijse seer verslimmert is ende
»zoe zeer vergangen dat zij naulicx langer
«staen can, ende de pars van het zeewater
«kan verdraegen, alzoe dat te bevreesen is dat
«d’zelve met eenich groete inundatie soude
«moegen indrieven ende alle omleggende lan
sden bedervend’welcke in den macht van
«den gemeene Inwoenders niet en is te onder-
insinuatie geleek, en del «houden ofte nieuwes te maeckendoer d’on-
I «vermogentbeijt van de gemeene man, ende
«nochtans, om wijder schade te vermijden, ende
»’t profijt van het gemeene beste te soecken
«zeer noedich is in tijdts geholpen, ende daer-
«inne versien te worden, naementlijcken, hetzij
«met een nieuven sluijs ofte duijeker. enz.
De bede aan de Staten om «secours ende
assistentie” mocht niet batenhoezeer de re-
questranten betoogden dat de sluis te Workum
mede een algemeen provinciaal belang was;
hoe andere zijlen en sluizen als de Ungersijll
tusschen Molquerum en Hindeloopen door
H. O. en Noordwolde, de zijl te Stavoren ge
deeltelijk door Wijmbritseradeel werden onder
houden. Workum kreeg geen steun(§)
In 1590 braken de dijken bij Workum in
en werd dan ook de sluis «geheel gerampo-
neert.” Het laatste was mede het gevolg van
het eerste maar ook omdat de stad bij het
Hof van Friesland steeds doove ooren vond
de heeren dijkgraven vele welgezinde familie
leden.
Zoo werd de stad ten einde raad genood
zaakt om naar een middel van definitive ver
betering uit te zien. Zij dacht dit te vinden
in de bedijking van het tegenwoordige nieuw-
land. Maar gedienstig als zij tegenover een
gestelde overheid moet wezen, bood zij de Sta-
Ook het dijksonderhoud bij Workum
werd door de Contributie geheel verwaarloosd
terwijl de stad een groot deel van de lasten
opdroeg en weinig van de baten genoot. Deze
verontachtzaming van paal- en kistwerk deed
de sluis veel schade.
ten van Friesland het recht van inpoldering
en het sluisrecht met lusten en lasten na
tuurlijk aan.
gewezen van de hand.
Tengevolge van de inpoldering moest de
sluis verder zeewaarts worden gelegdeen ar
beid die ik behoef het niet meer te zeg
gen de stad betalen moest.
De nieuwe sluis werd grooter dan de oude(-f-) j
doch als deze van hout. 'T
in 1641 was eene
noodig. De stad betaalt,
was de toestand van de sluis weer zóó dat de
mag. en vroedsch. den 21 April besloot
«wegens de gelegentheijt ende swachheijt van
«de stads sluse” uit te zien om één of twee i
goede nieuw gemaakte sluizen te bekomen en
daarmee de sluis te Workum te repareeren. «kassen uitgemergeld zijnde draaistijlen niet
In Juli echter wordt geresolveerd om geen «in ’t lood waren en de deuren zoo voorover
nieuwe houten maar een steenen sluis te maken. «hingen, en bij eene bloote beschouwing van
«dit alles ons eene kille schrik bevangt en
«voor den ondergang van het geheele land
«hangen, 40 voet, het achterverlaat 28 voet, «doet beven.”
«de kolksmuren 82 voetende kolk tusschen Klaarblijkelijk is bij van meening dat niet
«’oeide verlaten 120 voet, diep 7 voet
ï’t bovenste van
«2J voet dieper als de ouden sluis slagbalk.
«De wijdte was 25 voet.”(‘)
Is ook deze herstelling door de stad betaaldI
Ik vermoed het omdat mij nóch uit het archief
der stad noch ook uit het charterboek van
het tegendeel iets gebleken is. Heeft de stad
bij de provincie zelfs niet gevraagd om sub- «van eene jaarlijksche aflossing van 2000 gld.”
sidie en ik meen dat in dit feit de kracht Een buitendam en een binnendam werd
moet worden gezocht van het historisch bewijs geslagen over den binnendam moest de pas
der Gedeputeerden dan heeft zij hiermede I sage worden gehouden
volstrekt niet het recht op latere subsidie ver- j r-“ 1-
loren. Wij weten dat de provinciale kas om
streeks 1658 totaal was uitgeput; zoo uitgeput toegang tot die passage te doen loopen. Ein-
dat zij moet worden gestijfd door doopsgezinden delijk werd dit verkregen tegen een schadeloos-
af te zetten voor een leening eerst van vijf ton stelling
(1566) toen nog van vier- en later van 132.943
gld. het laatste renteloos. Ik zou eer
der zeggen dat de clementie tegenover provin
ciale armoede niet gestraft moest worden door
haar te bezigen als argument dat «Workum
«sedert de sluis moe\ onderhouden”, veeleer
moest
beloond met ruimeren onderstand bij gunstiger
geldelijke omstandigheden. Het zou ook niet
rechtvaardig zijn waar «de naburige zee en
«andere steeden van de provincie sodanige sub-
«sidiën van den lande komen te genieten”,
geljjk in een remonstrantie van 17 Juni 1719
wordt betoogd. Maar zoo is dikwijls de op
vatting van een bestuurvoorgevende voor bet
algemeen te waken laat het een deel te gronde
gaan. Wie het lichaam verzorgen wil moet de I
zorg op alle lichaamsdeelen afzonderlijk over
brengen. Doch toen de sluis in 1778 was I
onderloops geworden behartigde de provincie
deze wijsheid nietde stad werd gedwongen 1
voor dit- en ander werk een leening aan te
gaan van f 50.000. Wie de toestand van h t. s.
Workum in den patriottentijd kent, dien zal
het niet verwonderen dat niemand aan de stad
deze som wilde opschieten. Ook de provincie en levering van materialen voor 21,800 gld.
wensebte het geld niet te leenen ofschoon zij
groot gevaar liep tengevolge van de toestand
(f) die een eind verder in de tegenwoordige I
oude dijk gelegen heeft. In 1695 vond men
nog de paalstommels daarvan.
Deze technische opgave is copie van een
archiefstuk.
alleen Workum belang bij de sluis heeft.
De regeering dan door dit gevaar voor de
provincie en op aandrang van Workums (ook
van Gaast en Ferwoude) ingezetenenbesluit
bij missive van den 20 Junij 1806 «aan het
«stedelijk bestuur van Workum tot herstel van
«de groote zeesluis te accordeeren een renteloos
«voorschot van f 40,000 met de verplichting
Die sluis zou lang zijn: «150 voeten waarvan
«de voorsluis, waarin de deuren kwamen te
rvenaat 20 voet
de kolk tusschen j
van
de slagbalk afgemeten, zijnde
ar
FR
111II' II lllll.llIIAIII
null mini ui n:si. i\n.
h
1
1
UITGEVER:
Prys per kwartaal 70 oent franco per post 86 cent
PRIJS der ADVERTENTIËN van 15 gewone regels 40 cents.
Voor eiken regel meer 7j- cent. Bij abonnement is de pry’s belangrijk lager
Voorwaarden daaromtrent te vernemen bij den Uitgever.
Brieven en Berichten, de Redactie betreffende franco
aan dit adres uiterlijk Maandag en Donderdag middags 1 uur.
Advertentién Dinsdag en Vrijdag morgens vóór 12 uur.
een lid der Plaatselyke
VERGADERING van den RAAD der ge
meente Hemelumer Oldephaert en
Noordwolde, op Zaterdag den 24 No
vember I960, des voorm. te 9| ure.
Punten van behandeling
1. Mededeelingen.
2. Missive van den Inspecteur der Posterijen
en Telegraphie omtrent het bestelgeld voor tele
grammen te Koudum.
3. Benoeming van
Schoolcommissie.
4. Idem van leden en boekhouders der Burger
lijke Armbesturen
5. Verzoek van E Eisma om eervol ontslag
als onderwyzer aan de openbare lagere school te
Nijega
6 Rapport omtrent het verzoek tot verharding
van het voetpad Warns— Laax urn
7. Behandeling 2e suppl. kohier van hoofdelij-
ken omslag, dienst 1900.
Koudum, den 19 November 1900.
De Burgemeester,
H. M. TROMP.