voor WORKUM
en omliggende Gemeenten.
I
I
I
i
ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1906.
No. 35.
Eerste Jaargang.
Binnenlandsch Nieuws.
I
Buitenlandsch Nieuws.
Iets voor Jongelieden en
ook voor Ouderen.
De geschiedenis van
1
Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents.
Per post 0.65. Enkele Nos. 3 ets. Ingezonden stukken Donder
dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur.
De prijs der Advertentiën is van 1—5 regels 25 cents, elke
regel meer 4 cents. Grootere letters worden berekend naar
de ruimte die zij innemen. Bij abonnement belangrijk lager.
u al 16 jaar
DUITSCHLAND. In het Staatsblad van Prui
sen is thans een wet afgekondigd, die met 1
April 1907 in werking treedt en voor vele be
paaldelijk groote gemeenten, van beteekenis is.
Zij voorziet in het thans zoo vaak voorkomend
geval, dat op een gemeente belangrijk hoogere
uitgaven voor onderwijs, armwezen of openbare
veiligheid worden gelegd, omdat zich daar vele
personen gevestigd hebben, of verblijf houden,
die werkzaam zijn in een andere gemeente, iu
bedrijven welke daar worden uitgeoefend. In
dien hierdoor de belastingen in de gemeente,
waar zulke personen wonen, hooger moeten
worden opgevoerd, is die gemeente gerechtigd
een bijdrage te vorderen van de gemeente, waar
die personen werkzaam zijn. Bij de bepaling
van deze bijdrage moeten de voordeelen in reke
ning worden gebracht, welke de gemeente-
woonplaats van de vestiging dier personen trekt,
met name hun bijdragen in de belastingen. De
bijdrage mag nooit meer bedragen dan de helft
van hetgeen de gemeente, waar de bedrijven
worden uitgeoefend, van deze aan directe ge
meentebelastingen ontvangen. Voorts zijn de
bedoelde bedrijven beperkt tot mijnwerken,
steengroeven, steenbakkerijen, fabrieken en spoor
wegen.
De geschiedenis van ons vaderland wijst op
menig man of vrouw, die, boven hunne tijdge-
nooten verheven, ten zegen zijn geweest voor
land en volk.
Zoowel het verleden als het heden wijst ze
aan op velerlei gebied, tot voorbeeld en na
volging.
Maar ook het buitenland kan trotsch zijn op
zulke burgers, men vergunne ons eene kleine
schets te geven van het werk dat een energiek
man in de laatste halve eenw voor zijne vader
stad Bremen heeft tot stand gebracht.
Wat een man met een ruimen blik; een man
bezield met liefde voor zijn stad en land, en welk
een werkzaamheid en welvaart hij verspreiden kan,
en als het óf bevordering van nijverheid óf van
handel en scheepvaart betreft, leert de geschiedenis
van den koopman consul Meijer, den vader van de
te Bremen gevestigde Nord-Deutsche Lloyd waar
van hij de voornaamste oprichter was.
In de eerste jaren van het bestaan om en
bij 1847, had de Lloyd drie kleine stoombooten
voor de vaart op Engeland, weinig later kwamen
er vier groote stoombooten voor die op Nieuw-
York, bij. Thans heeft de Nord-Deutscbe Lloyd
eene vloot van 166 stoomschepen, 155 lichters,
kolenpramen enz. Deze vloot is bemand met
10.000 koppen, van welke uitsluitend voor scheeps
dienst 6500 werkzaam zijn, onder welke 505
kapiteins en officieren en 552 machinisten. Tot
het overige scheepspersoneel behooren dokters,
betaalmeesters, koks en stewards, beloopende
meer dan 3500 man. Het personeel aan land
bestaat uit 320 man voor koopmanszaken, en
2000 technicie. Allen bij elkaar genomen, zijn
bij de Nord-Deutsche Lloyd 18.400 man werkzaam.
De werkzaamheid van de Nord-Deutsche Lloyd
en het werk, dat zij voornamelijk te Bremen laat
maken, of koopt, spreekt het duidelijkst uit de
opgave van wat zij in een jaar aan proviand
verbruikt.
Aan versch en gepreserveerd vleesch 2.437.000
kilo, aan schapenvleesch 255.000 kilo, aan wild,
fazanten, duiven, eenden en kippen 490.000 stuks
Deze vleeschsoorten wegen te zamen 80.000
centenaars. Voorts 435.000 pond versche visch
en 2312 ton haring, 83.675 pond kreeft, 536.316
oesters en 12.772 pond schildpadden, 48.600
centenaars groenten en peulvruchten, en 238.590
blikken geconserveerde groenten, 126.654 flesschen
geconserveerde vruchten en 280.000 blikken
geconserveerd vleesch, visch. enz. Eindelijk nog
416.650 pond gedroogde vruchten, en aan
versch fruit: 1.027.374 sinaasappelen, 942.057
citroenen en 6300 centenaars ander versch ooft,
Het verbruik van aardappelen bedraagt 138.450
centenaars, van meel 43.890 centenaars, van
brood en beschuit 18.424 centenaars, van
melk 22.600 blikken, van eieren 4.021.670,
boter 7820 centenaars, van kaas 2154 centenaars
van suiker 6574 centenaars, van koffie 3063
centenaars en van thee 264 centenaars.
Men kan zich van deze enorme hoeveelheid in
één jaar voor de Nord-Deutsche Lloyd benoo-
digd, een goed begrip vormen, als men weet, dat
de 274 centenaars thee nog 44 meer bedragen
dan voor het gebruik van thee in Duitschland, voor
een stad van 264.000 menschen vereischt wordt
Bij zooveel verbruik van eetwaren is dat van
dranken, naar evenredigheid. In één jaar tijds
zijn door passagiers van de Nord-Deutsche Lloyd
geledigd277.353 flesschen Rijnwijn, 45.000
flesschen Champagne,69.439 flesschen rum, cognac
en likeur, 249.372 flesschen roodewijn, 249.372
liter (brandewijn, 2.082.980 liter bier en 394.579
flesschen mineraalwater.
Om proviand en drinkwater te conserveeren
zijn noodig 231.727 centenaars ys. Om deze
hoeveelheid te vervoeren, zou men moeten be
schikken over 1160 dubbele spoorwagons.
Het proviand te zamen heeft een gewicht van
37.700 ton, (een ton is gelijk 1000 kilo). Als
al het proviand in een goederentrein geladen
werd, zou deze moeten bestaan uit 3770 wagons.
Bij de gewone lengte van een goederentrein,
zijnde 80 assen, zouden meer dan 94 zulke trei
nen noodzakelijk zijn.
Als men bedenkt, dat de Nord-Deutsche Lloyd
haar eigen werven, fabrieken, verzorgingsinrich-
ting, kantoren, agentschappen en opleidings-
vaartuigen heeft, waar het personeel en ook de
kellners opleiding ontvangen, kan men begrijpen
Wanneer door meer dan één gemeente aan
spraak wordt gemaakt op bijdragen en deze te
zamen genoemde helft overschrijden, worden alle
naar evenredigheid ingekort. Bij geschillen, die
binnen het dienstjaar moeten worden aanhangig
gemaakt, beslist het kantonnaal college met
beroep, binnen 3 maanden, op den hoogeren
administratieven rechter.
FRANKRIJK. Dinsdag zijn de zittingen der
generale raden begonnen, Tot voorzitters wer
den o.a. gekozen of herkozen Combes, Mèline,
Sarrien, Barthou. Sarrien heeft bij de opening
verklaard, dat de regeering de scheidingswet in
haar vollen omvang ten uitvoer zou brengen.
Wat de buitenlandsche betrekkingen aangaat,
Frankrijk was vast van plan de goede betrek
kingen, welke het tot dusver met alle mogend
heden heeft onderhouden en die voor den
wereldvrede onmisbaar zijn, ook in ’t vervolg
te onderhouden en te versterken.
De Parijsche correspondent van de Giornala
d'Italia heeft den oud-president Loubet verzocht
hem te willen mededeelen, welke zijne meening
is, in zake de jongste wrijving tusschen Vaticaan
en Fransche republiek.
Père Loubet heeft geantwoord dat het hem
erg speet niet te kunnen voldoen aan het hem
gedaan verzoek. Hij heeft zich de taak opge
legd van zwijgen. Hij meent, dat een oud-pre
sident van de republiek, die z’n mandaat heeft
vervuld, zoo goed als hem mogelijk was, aan
zijn vroegere betrekking verplicht is de meest
volkomen onthouding in acht te nemen. Dit zal
hij dan ook volhouden, zonder afstand te doen
van het recht er eigen gedachte en oordeel op
na te houden.
ENGELAND. Er komen opnieuw klachten
over al te strenge toepassing van de vreemde
lingenwet. Er schijnen weer Russische Joden
wegens onvoldoende middelen afgewezen te zijn,
ofschoon zij als politieke vluchtelingen aanspraak
hebben toegelaten te worden. Ook om andere
redenen steekt in de liberale pers het verzet
tegen de wet het hoofd op, «Wat zouden
Engelschen zeggen, vraagt de Daily Chronicle,
indien zij, in Frankrijk voet aan wal zetten, zoo
lastig werden gevallen, als nu Franschen, althans
3e klas reizigers, in Engeland Of indien zij,
met een pleizierboot naar een Fransche haven
willende oversteken, eerst verlof van de Fransche
regeering moesten vragen, gelijk nu een Fransche
boot aan de Engelschen moet doen, wanneer zij
niet een der in de wet genoemde landverhuizers-
havens binnenvalt Maar het ergste is het af
wijzen van die Russische uitgewekenen. Als dat
niet ophoudt, zegt de Westminster Gazette, is
het maar ’t best, de wet in te trekken.
RUSLAND. De Russische bladen staan nog
steeds onder scherpe censuur. Toch plaatst de
St. Petersburger Zeitung het volgende artikel,
dat den spot er mee drijft
«Men kan bezorgd zijn, wijl in het buitenland
niet alles is, zooals het moest zijn. De Slaven
op het Balkanschiereiland vooral worden nog
steeds onderdrukt door den boozen vijand. Het
zou een voldoening zijn als wij dat konden ver
anderen. Maar voor het oogenblik
«Ook de houding der vreemdelingen in het
rijk is niet volkomen naar onzen zin; maar dat
is eigenlijk heel goed, anders had de regeering
heelemaal niets meer te doen. Een mensch moet
toch wat te vreezen, te zorgen hebben, zooals
de groote Shoekowski zegt.
»Maar overigens zijn wij een hoogst beschaafde
Europeesche Staat. Daaraan laat ons politiek
leven geen twijfel. Wij hebben weliswaar geen
parlementmaar wij hebben een oppositie-pers
en dat zegt veel meer. Zachtaardig en fatsoen
lijk is zij, maar niet uit vrees voor de censuur,
alleen uit aangeboren zielenadel. Haar banier
drager is de Birskowskija Wjedomosti. Haar arti
kelen zijn gedrenkt met den besten attischen
om niet te zeggen arischen geest
ZWEDEN. De commissie, die belast was met
het onderzoek, of de ontmanteling der forten op
de Noorweegsche grens geschied was in over
eenstemming met de bepalingen van het verdrag
van Karlstad, heeft rapport uitgebracht aan de
Zweedsche en Noorweegsche regeeringen en
daarin verklaard, dat deze bepalingen in alle
opzichten stipt zijn gehandhaafd.
Uitgave van T. GAASTRA Bz.,
firma H. BRANDENBURGH Zoon
te WORKUM.
Onze schoone drankwet.
Onder dit opschrift komt in het U. D. het
volgende ingezonden stuk voor van een 15-jarig
meisje.
Ik kwam uit een kleine plaats en moest in
de stad L. ruim een uur wachten tot mijn
trein vertrok dien tijd wilde ik al wachtende
doorbrengen in een theetuin, vlak bij ’t sta
tion. Ik trad er binnen en bestelde een glas
kwast.
»Mag ik u even vragen, is
«Neen.”
Ja, ziet u”, de kellner aarzelde even, «dan
mag u hier niet zijn.”
»En een paar dagen geleden ben ik hier
toch geweest,” bracht ik hier tegen in.
«Toen is er zeker niet op gelet, maar ’t
mag niet’t is een politie-verordening, er is
niets aan te doen.”
Zoo was ik dus genoodzaakt te vertrekken,
zelfs mijne bagage mocht ik er niet in bewa
ring laten. Daar stond ik nu op straat in
eene stad, waar ik den weg niet wist en nie
mand had om naar toe te gaan. Ik stapte
dus naar het station en toen ik mijn kaartje
vroeg kreeg ik een ruw «Nouw al”
ten antwoordeindelijk in de wachtkamer
zittende, verheugde ik me over de weldaden,
veroorzaakt door de drankwet. Ik begrijp best
dat het vreeselijk moeilijk is wetten te maken
en dat een vijftienjarig meisje daar niet over
kan oordeelen, maar dit leek me toch nog al
bezwaarlijk.
Dit is trouwens niet het eenige ik weet
o.a. nog van eene eenvoudige, maar ’s zomers
drukbezochte uitspanning, die ongeveer twee
weken niets verkoopen mocht, geen reepje
chocolade of geen glas melk, alleen omdat de
boer vergeten had verlof aan te vragen, door
dit bedroevend feit verongelukte menige bui
tenpartij.
Nogreene schaduwzijde er van lijkt mij, dat
er daardoor veel bedrog komen zalhoe licht
zal bijv, een achttienjarig persoon, die anders
toch niets bijzonder slecht is, niet zeggen»ik
ben een-en-twintig”, alleen om met een nichtje,
broertje en zusje onder de 16 jaar, ergens te
kunnen zitten hoe eenvoudig was !t niet ge
weest als ik gezegd had, dat ik 16 was, wat
doen die paar maandjes er toe, als toch nie
mand er nadeel bij heeft Al is dit leugentje
op zichzelf nog zoo onbeteekenend, ’t lijkt me
toch nog al bedenkelijk.
Hevige brand te Veendam.
Hoe gevaarlijk het is dat kinderen met
lucifers spelen, bleek Maandag op vreeselijke
wijze te Veendam.
Een klein jongetje van den landbouwer H.
Veenhuizen speelde Maandagmiddag 3 uur met
lucifers in stroo. En voor hij er aan dacht,
was een vuurtje gestookt, dat een ramp zou
worden voor zijn ouders en voor vele particu
lieren. Hij riep zijn vader, maar voor deze
verscheen, stond de mooie boerderij, vóór
korte jaren gebouwd, in lichte laaie.
Het brandende koren verspreidde zich door
de lucht en bracht onheil op plaatsen, een eind
er van verwijderd, waar menschen woonden,
die rustig naar den brand bij Veenhuizen stonden
te kijken. Er waren er, die plots de mare
hoorden ,,aan het Oosterdiep is brand”, en
dan huiswaarts keerden in haast en hun eigen
woning door het vuur verwoest vonden. Er
waren er van wie niets is gered.
Het vuur was te gauw en de wind te hevig.
Het was een paniek in het anders zoo rustig
Veendam.
De brandweer verscheen met haar spuiten
en men requireerde hulp van omliggende ge
meenten, van particulieren en coöperatieve
1
welk een handel, bedrijf en welvaart deze stich
ting bevordert en wat in het bijzonder Bremen
en Bremershaven er aan te danken heeft.
En dat alles is voornamelijk het werk van
één man, van consul Meijer, een koopman zoo
als Holland in de 17e eeuw er velen had, die
zelf gereisd, overal uit eigen oogen gekeken had
en practisch ervaren was. Toen Holland nog
een heele vloot had, begon hij met een paar
schepen en nu vaart Nord-Deutsche Lloyd ook
vracht voor Holland, doet alle havens ter wereld
aan en had lang een Zuid-Afrikaansche lijn,
toen in Holland getreuzeld werd en de vraag
overwogen of een lijn op Zuid-Afrika de moeite
zou loonen. Ik geloof Holland heeft er nog geen
lijn op, maar met Japan en een der Scandina
vische Rijken.
Wat had Holland, Amsterdam in het bijzonder
gekund, in de dagen der oprichting van de
»Nord-Deutsche Lloyd” I Maartoen heerschte
er de almachtige m’nheer Jan Salie, en klopte
de hartader van het land flauw. En dan, hoe
gemakkelijk niet waar, om effecten te hebben,
Russische vooral of zooals vroeger, aandeelen
voor spooraanleg in een onbekende plaats van
Amerika, waar zelfs geen land was om aan te
leggen 1 Toen is in Amsterdam en uit Amster
dam door het geheele land ergerlijk gezwendeld,
en zijn er vele welgestelde familiën dood-arm
bij geworden
De gemakkelijke effectenMen zit thuis op
zijn pantoffeltjes en gebruikt op gezette tijden
de schaar en knipt maar couponnetjesslapend
sluimerend en droomend, en luilakkend, komt
het geld in, men heeft er letterlijk niets voor
te doen, men knipt maar, of.wordt zelf geknipt
met de groote schaar.
En danstraatarm en de lui, aan wie men
zijn ondergang te danken had, liepen als steun
pilaren van den Staat rond, het waren »nette”,
zeer «correcte” lui, men kon of mocht deze
doortrapte schurken zelfs niet bij de ooren
trekken. Amsterdam kent ook van dat soort.
Kon of kan men zijn geld steken in vader-
landsche, solide ondernemingen, die welvaart
zouden of zullen verspreiden, aan honderden
werk verschaffen, dan hield of houdt men de
hand op den zak.
Maar laat Rusland komen, het twijfelachtige
land van hedende brandkasten vliegen open.
Het is een geluk voor Nederland en Amsterdam
geweest, dat het een Prins Hendrik heeft gehad,
bijgenaamd »de Zeeman”. Hij heeft Amsterdam
uit den dommel helpen wekken en de scheep
vaart krachtig bevorderd. Aan dezen Oranje
vorst, die niet schroomde diep in den zak te
tasten, als het de welvaart van het land, in het
bijzonder de scheepvaart betrof, is Nederland,
Amsterdam in het bijzonder zeer veel verplicht.
Thans, goddank, is men iets minder traag en
begrijpt iets beter het belang van de scheep
vaart, in de verbindingen met heel de wereld.
Een klein land, dat aan zee ligt, is groot.
Maar handen uit de mouwenen durven, en
aanpakken, desnoods wagen. En, zooals de
dichter zei«Courage en vertrouwen, en wat
gezond verstand.”
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
4
X