voor WORKUM en omliggende Gemeenten. 1 Tweede Jaargang. ZATERDAG 22 JUNI 1907. No. 26. Uit de Kamers. Binnenlandsch Nieuws. posten, belastir Horsea. voor voor bracht, wordt verworpen met 6 tegen 3 stemmen die der heeren van Dijk, Gaastra en Posthumus. Het voorstel van den heer Hobma wordt daarop aangenomen met 8 tegen 1 stem, die van den heer van Dijk. Punt 10. Aanbieding eener overeenkomst, betreffende het maken eener losplaats aan de Na opening der Vergadering komt als punt 1 g en vin(it hunne argumenten de orde: Notulen der vorige Vergadering, billijk, - De prijs der Advertentiën is van 1 —5 regels 25 cents, elke regel meer 4 cents. Grootere letters worden berekend naar de ruimte die zij innemen. Bij abonnement belangrijk lager. werd door veie Men meldt uit Utrecht: Op het ranggeerterrein van de S.S., alhier nabij de Kruisvaart, is het lijkje van een pas geboren kind van het mannelijk geslacht ge vonden. Het was geheel voldragen en nog niet tot ontbinding overgegaan. Men vermoedt dan ook dat het daar nog geen dag gelegen heeft Of het nog geleefd heeft, is niet vastgesteld. Sporen van een misdaad zijn niet ontdekt. Het was in een exemplaar van het dagblad De Tijd gewikkeld. Storm. Zaterdagavond heeft er een zware storm over de prov. Overijsel gewoed. Vooral het dorp Duider werd vreeselijk geteisterd door een windhoos. In de nabijheid der kerk te Saasveld zijn zooveel peppelen, wilgen en eiken omgewaaid, dat men ze eerst moest opruimen voor de kerkgangers den weg konden passeeren. Een zware peppel is door minden gewaaid en de kruin een 100 M. verder neergekomen. Het dak van het huis van logementhouder Roet- gering is gedeeltelijk meegenomen, waarna eggenschap in de onderhoudskosten uit te hoos in ongeveer oostelijke richting verder De heer Jansen vindt, dat dit gevaar wel eenigszins wordt opgeblazen. Uitbreiding zal alleen noodig zijn tengevolge druk vervoer, maar daarvan zal in de eerste jaren geen sprake zijn, zoodat om die bewuste alinea de zaak niet op de lange baan moet worden geschoven. De heer Hobma vraagt of dat bezwaar van uitbreiding wel zoo groot is, wijl om den Stations weg daartoe geen mogelijkheid is, waarmee, volgens den Voorzitter, thans geen rekening behoeft te worden gehouden, doch voorziening enkel bedoelt, dat de Raad niet alle recht uit handen zal geven, in overeenstemming met het gevoelen van Ged. Staten. Op een vraag van den heer IJntema hoe de zaak van eerste instantie af is geregeld, geeft de Voorzitter te kennen dat door B. en W. destijds is aangeboden voor minder dan de in gediende begroeting die wal te maken, hetgeen toen is aangenomen en waarvoor dan ook de Maatschappij een bedrag van f 400 zal storten. Ter tegemoeting aan de bezwaren meent de heer Jansen dat het het beste zal zijn aan de voorwaarden toe te voegen dat bij eventueele uitbreiding eerst in overleg moet worden getre den met B. en W. Na voorlezing van de redactie van het aangeboden artikel stelt de heer Gaastra voor de geopperde bezwaren te onderscheppen door aan het artikel toe te voegen »na overleg met partij ter anderer zijde”. Op een vraag van den heer Hobma, of bij afwijzende beschikking der voorgestelde clausule, B. en W. dan toch de aangeboden voorwaarden zullen teekenen, kan de Voorzitter moeielijk antwoord geven, waar de vergadering openbaar is en verslag van het verhandelde in de courant verschijnt. De heer Kroese zou zoo iets geen besluit De Voorzitter deelt mede dat naar aanleiding van een door hun College gezonden schrijven van de H. IJ. S. M. een contract ter teekening is ontvangen tot bekrachtiging der overeenkomst tusschen de Spoorweg-Maatschappij en de Ge meente. Tegen de redactie van artikel 3 hebben B. en W. bezwaar en vragen zij daarom de goedkeuring der Vergadering. Dit artikel houdt in dat de Maatschappij ten allen tijde het recht heeft bij gebleken noodige verandering of uit breiding, daartoe over te gaan en deze uit te voeren, waarna het onderhoud daarvan aan de Gemeente komt. B. en W. achten die bepaling te ruim genomen, blijkt eventueel later de wal te klein, dan zou de maatschappij die kunnen vergrooten, daarbij wel slechte materialen kun nen gebruiken en het onderhoud dus meer be zwarend voor de Gemeente kunnen worden. De heer Jansen, met genoegen vernemende, dat B. en W. naar den stand van zaken hebben geïnformeerd, wenscht evenwel het contract aan te nemen zooals het daar ligt. Het bezwaar, dat de Maatschappij bij eventueele uitbreiding 1 minder soliede materialen zou gebruiken, weegt bij hem niet erg, waar hij vertrouwt, dat deze dat niet zal doen. Kwam het echter zoo ver, dan zou dat zeker een blijk zijn van vermeer derde omvang van zaken in de Gemeente, maar wijl dat in de eerste jaren wel niet het geval zal zijn, acht hij deze loswal voldoende en heeft hij geen bezwaar tegen het artikel. De Voorzitter, niet zoozeer wantrouwen be doelende in de te gebruiken materialen, acht de toevoeging eener bepaling, waarbij B. en W. wat mee te zeggen hebben, zeer noodig, om willekeurige uitbreiding te voorkomen, temeer waar ook Ged. Staten destijds geen bezwaar hadden tegen den aanleg, maar wel tegen de onderhoudskosten. De heer Kroese deelt het uitgesproken ver trouwen van den heer Jansen, maar vindt het erg dat de eene partij gebonden wordt door den andere en deze zich beschikking over zijne beurs moeten laten welgevallen, waarom voor ziening daarin noodig is. De heer Gaastra gelooft, dat waar regeling dezer zaak reeds zoo lang heeft geduurd, de Maatschappij niet scheutig zal zijn met uit breiding, daargelaten dat de mogelijkheid in de eerste jaren zeer miniem zal zijn, waarom hij meent, dat bij niet aanneming der voorwaarden j er in het geheel wel geen loswal zou kunnen j komen. De Voorzitter merkt op, dat, waar het nu nog een zaak is ter regeling tusschen B. en W. en de Maatschappij, om daarna ter goedkeuring aan den Minister in te zenden, de Gemeente gelegenheid heeft hare rechten inzake mede zeggenschap in de onderhoudskosten uit te breiden. Na gedurende eenigen tijd haar tijd besteed te hebben aan afdeelingsonderzoek is de Tweede Kamer deze week weer in openbare vergadering bijeengekomen. Er waren allereerst eenige kleine wetsonderwerpen af te doen, die zonder veel moeite en gepraat onder de voorzitters hamer doorgingen. De wetsontwerpen houdende bepalingen in verband met de herziening van de belast bare opbrengst der gebouwde eigendommen ontlokten den minister van financiën eenige nadere verklaringen omtrent het verschil in schatting van de belastbare opbrengst van arbeiderswoningen. De schatting van veel vuldig leegstaande woningen moest namelijk lager zijn dan van geregeld bewoonde. De heer Ter Laan was het hiermee niet eens, maar vond toch de ontwerpen een verbetering. Zoo scheen ook de Kamer te denken, want ze nam ze zonder hoofdelijke stemming aan. Minder volkomen eenstemmigheid heerschte over het ontwerp, dat een crediet van f425000 (f 233.750 alvast voor dit jaar) wenschte toegestaan te zien voor nieuwe koninklijke stallen op het Loo. 17 leden, de vrijzinnig- democraten en de sociaal-democraten stemden tegen. Maar alleen de laatsten gaven bij monde van den heer Troelstra van die stem rekenschap. Waar op de begrooting van 1907 een tekort geraamd wordt van f4.300 000, meende de heer Troelstra het niet met zijn geweten te kunnen overeen brengen een dergelijke weelde- uitgave te steunen ten behoeve van het weelde- vertoon van een zeer rijk persoon in het land. Bovendien achtte hij het in strijd met de Grondwet, die alleen f 50.000 jaarlijks toestaat voor het in gereedheid brengen van zomer-en winterverblijven. De minister ver klaarde, dat de toestand op het Loo onmogelijk zoo blijven kon, er was brandgevaar, hij had er zich zelf van overtuigd, wat den heer Troelstra den wensch deed uiten, dat de ministers, van in het belang van een betere volkshuisvesting, ook eens persoonlijk de arbeiderswoningen zouden gaan bezoeken. Nadat vervolgens nog een paar kleine ont werpen en adressen waren afgehandeld, kwam het wetsontwerp tot opheffing van het verbod van onderzoek naar het vaderschap, als het nog altijd genoemd wordt, aan de beurt. Men was blijven steken in de behandeling van het artikel, dat de wijze regelt, waarop het onechte kind het hem toegekende recht geldend kan maken. Op dit artikel waren zeven amendementen ingediend. En men begon thans opnieuw met de bespreking daarvan. WORKUM, op Vrijdag 14 Juni 1907, ’s namiddags 51/2 uur. Voorz. de heer T. M. ten Berge, Burgemeester. Afwezig de heer S. R. Dijkstra met, de heer IJkema zonder kennisgeving. aan de orde: J welke na lezing door den Secretaris onveranderd worden goedgekeurd en vastgesteld. Punt 2. 1 a. Eene mededeeling der Koningin in deze Provincie, dat in de plaats voorstel door den heer Jansen wordt ondersteund, van wijlen S. Bostien, tot lid van het Zetters- „„j™. college is benoemd de heer S. S. Hobma. b. Een schrijven van Ged. Staten, waarbij wordt medegedeeld dat de rekening dezer Ge meente voor 24 Augustus moet worden inge diend welke stukken zonder hoofdelijke stemming voor kennisgeving worden aangenomen. Punt 3. Adressen om teruggave en afschrij ving van Hoofdelijken Omslag, dienst 1907. Óp voorstel van B. en W. wordt zonder hoofde lijke stemming aan P. Haagsma, thans te Zuilen, teruggave over 9 maanden en aan R. Scholten, ging en bij den landbouwer Hesselink weder groote verwoestingen aanrichtte. Daar werden dertien stuks zware appel- en pereboomen óf ontworteld of doormidden gebroken óf van al hun takken beroofd; een zware notenboom met een kruinomvang van circa 30 M! is tegen den grond geworpen; het dak van het huis is voor het grootste gedeelde vernielden een trotsche eik, met een stamomvang van bijna 2 M., is eenige meters boven den grond doorgebroken, Daarna is bij den landbouwer Grotenhof een in aanbouw zijnde schuur van de kap beroofd en een kerseboom omgewaaid. In haar vaart ontwortelde de hoos nog ver schillende boomen bij Gosselt in de Zoeke, waarna zij in de richting Weerselo verdween. In vele couranten komt tegenwoordig weer herhaaldelijk een advertentie voor over het coza-poeder, dat in staat zou zijn de dronkenschap te genezen. Volgens die advertentie bezit dat poeder de wonderbare eigenschap om tegenzin tegen het drinken van sterken drank (bier, wijn, absinth enzop te wekken. Het poeder heeft verder, zoo heet het dan in de gemaakte reclame, het geluk van duizenden gezinnen hersteld, duizenden personen van schaamte en oneer gered. Het Hoofdbestuur van de Nederlandsche Vereeniging tot afschaffing van Alcoholhoudende Dranken acht het van groot belang een waarschuwing tot de menschen te richten om zich niet door den inhoud dier advertentiën te laten misleiden. De personen toch, die thans te Alkmaar, afschrijving over 7 maanden verleend. Punt 4. Wijziging der begrooting van de Gasfabriek over 1906. Door verhooging van het bedrag der uitgaven met f 363.61i/2, vraagt de Gas-Commissie wijzi ging der ontvangsten en uitgaven tot een bedrag van f 10509.611/2, welke wijziging zonder hoofde lijke stemming wordt goedgekeurd. Punt 5. Wijziging der Gemeentebegrooting over 1906. Tengevolge vorenstaande wijziging is tevens die der Gemeente-begrooting noodzakelijk, waar om zonder hoofdelijke stemming deze in ont vang en uitgaaf wordt vastgesteld tot een bedrag van f 61920.541/2, terwijl tevens deze wijzigingen ter goedkeuring aan Ged. Staten zullen worden ingezonden. Punt 6. Ontwerp-besluit tot versterking van een post op de Gemeente-begrooting, dienst 1906. Volgens toelichting van den Voorzitter zijn de I kosten voor de inning van de opcenten op de Rijksbelastingen fl.63 te laag geraamd, waarom B. en W. voorstellen het bedrag van den post: onvoorziene uitgaven, met dat bedrag te ver minderen en vast te stellen op f 207.04, waar toe zonder boofdelijke stemming wordt besloten. Punt 7. Vaststelling der staten van oninbare wegens Hoofdelijken Omslag, honden belasting en schoolgeld over 1906. Op voorstel van B. en W. wordt de aanslag in den H. O. ten laste van P. Vogelaar, tot een bedrag van f 5.83, thans wonende te Almenum, vooralsnog niet oninbaar verklaard, en zal de inning nog worden beproefd, die van Johs. Piso tot een bedrag van f 2.in de hondenbelasting oninbaar verklaard, maar gelijke bedragen ten laste van G. v.d. Werf, Wed. Y. Boersma en G. Y. Posthumus alsnog besloten in te vorderen, terwijl een bedrag van f 1.20 voor schoolgeld, ten laste van J. Oppewal, wordt kwijt geschol den, alles zonder hoofdelijke stemming. Punt 8. Staat van af- en overschrijvingen op posten der begrooting van het Stads-Wees huis over 1906. Na voorlezing van den ingezonden staat met memorie van toelichting worden de gevraagde af- en overschrijvingen zonder hoofdelijke stem ming goedgekeurd. Punt 9. Adres van de Orkest-vereeniging Caecilia alhier om kwijtschelding van het beta len van lokaalhuur in 1907. B. en W. stellen voor op het verzoek afwijzend te beschikken en met 1 Januari 1908 het des tijds genomen besluit als ingetrokken te be schouwen. De heer Kroese wenscht in dit geval tegen over eene arme Vereeniging als deze eenige barmhartigheid te betrachten. Waar zij voor zoo weinig repetitie’s van het lokaal heeft ge bruik gemaakt, wenscht hij niet te streng te zijn en eenige consideratie te gebruiken, vra gende in welke positie verkeert ze en wat doet ze De Voorzitter zegt, dat waar B. en W. van terzijde bekend werd, dat een andere Directeur was opgetreden en het voor hen een open vraag was of Caecilia al of niet meer bestond, zij beleefdheidshalve daarvan mededeeling hadden “en W. er achter j van een ander lokaal gebruik maakte, maar stel dat een andere i Vapnoni mn rr xTtroc rrabnrvinn mnf irza'ncrrvölr li aIiaIf'rl Uitgave van T. GAASTRA Bz., firma H. BRANDENBURGH ZOON te WORKUM. achten en acht in zoo’n geval behandeling der zaak in een volgende vergadering noodig, waar tegen de heer Jansen opmerkt daarin niet mee te kunnen gaan, indien daardoor het ding komt te vallen. Het belang der Gemeente is ook het belang der Gemeentenaren, waarom hij niet wenscht te eischende clausnle aannemen of anders de zaak vervallen te beschouwen. De heer Kroese zegt dat het zijne bedoeling niet is een ultimatum te stellen, gelijk de heer Jansen het zich denkt, maar meer de geopperde bezwaren te ondervangen door de voorgestelde redactie. Op voorstel van den Voorzitter wordt met algemeene stemmen besleten aan B. en W. op te dragen aan de Maatschappij een schrijven te zenden, met verzoek de vorenstaande clausule alsnog in het contract op te nemen en bij niet- aanneming daarvan de zaak opnieuw ter tafel te brengen. Punt 12. Bezwaarschrift tegen een aanslag in het schoolgeld-kohier over het le kwartaal 1907, wordt op voorstel van den Voorzitter in eene vergadering met gesloten deuren behan deld. Na heropening der vergadering, geen der leden iets meer hebbende voor te stellen, wordt deze door den Voorzitter gesloten. Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents. Per post 0 65. Enkele Nos. 3 ets. Ingezonden stukken Donder dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur. ra JEEUSrlO op.uoïwj^'an VERSLAG van de Vergadering van den Raad der Gemeente verwacht. Toevallig zijn B. gekomen dat de Vereeniging Vereeniging was gekomen met verzoek hetzelfde lokaal te gebruiken, dan had men daarop af wijzend moeten beschikken. De heer Kroese bedoelt geen oppositie tegen w i zeer maar wenscht toch nog wel aan de arme Vereeniging gratie te verleenen. -o-- i De heer Hobma stelt voor dat de Vereeniging Mededeeling van ingekomen stukken. over een half jaar, dus van 1 Januari1 Juli, mededeeling van den Commissaris de helft der bedongen huur zal betalen, welk Hat. in Ha nlnntQ vnnrste] dnnr Rpn heprJansen wnrdt. nndprefonn J met de opmerking, dat wanneer eene andere Vereeniging dan het Lokaal wenscht te huren, een en ander nog in het belang der Gemeente zal zijn. Het voorstel van B. en W. in stemming ge- I ÏOAV NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD 1. G. H. UMPvlnth ^TiTTi >iï 1 11 >t- 1 tr-JJ- - ^^■^■■^^n^genieester

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Friso nl | 1907 | | pagina 1