voor
Van het Wereldtooneel.
en omliggende Gemeenten.
Over dit en dat.
ZATERDAG 21 SEPTEMBER 1907.
Tweede Jaargang.
No. 39.
Uit de Kamers.
gedurende 1905, 1906 en 1907 aan Rusland een
kunnen blijven handhaven.
i en zelfs de perstribune
niet geheel vrij was van hoog bezoek.
Maar dat is ook al weer net geweest als
noodig. andere jaren. Statig-voornaam schreed de
weer op
hebben.
De prijs der Advertentiën is van 1—5 regels 25 cents, elke
regel meer 4 cents. Grootere letters worden berekend naar
de ruimte die zij innemen. Bij abonnement belangrijk lager.
groot gewicht gehad hebben voor de handhaving
en de bevestiging van den vrede. Tc
münde was het slechts een openlijke uiting van
de traditioneele vriendschap, tusschen Rusland J
en Duitschland geweest. Het bondgenootschap
met Frankrijk bleef de grondslag van de Rus
sische politiek, maar dat verhinderde geenszins
de traditioneele vriendschapsbetrekkingen met
Duitschland te onderhouden. En wat Marokko
aangaat, de minister was er van overtuigd, dat
de zending van Frankrjjk uitsluitend de zaak van
de beschaving en de vrede zou dienen.
Nu, dit laatste kan waar zijn. Het schijnt
werkelijk, dat
de Marokkaansche begint op te klaren
na de duchtige les, dia Generaal Drude de
stammen om Casablanca heeft toegediend. Deze
zijn er blijkbaar van onder den indruk geraakt
en beseffen nu zoo zeer de macht der Franschen,
dat zij zich willen onderwerpen. Hierdoor zal
een strenger militair optreden en een Fransche
expeditie onnoodig zijn. En juist deze steeds
sterkere inmenging van Frankrijk in de Marok
kaansche zaken dreigde de goede verhouding
tusschen Frankrijk en Duitschland te verstoren.
Bovendien schijnt men terecht weer meer ver
trouwen te gaan stellen in de kansen van den
Sultan, om tegen zijn oproerigen broer Moelai
Hafid zijn macht te handhaven. De Franschen
willen hem alleen als Sultan erkennen.
En hij is nu reeds op weg getrokken naar
Rabat om daar in de buurt met zijn broeder af
te rekenen. Er is dus alle reden om de toestand
daar wat minder donker in te zien en te ge-
looven dat Frankrijk’s werk alleen de bescha
ving zal ten goede komen.
Maar of het er nu verder overal zoo gunstig
voorstaat als de Russische minister beweerde
In zijn land blijft de toestand in elk geval nog
hopeloos verward, maar misschien is de Rus
Dezer dagen heeft een Russisch minister tegen
over een persman zijn voldoening geuit over het
bizonder
vreedzaam aanzien van de wereld
op het oogenblik.
Zelden zou, meende deze staatsman, de wereld j Men moet de oorzaken der revolutionaire be
er zoo vreedzaam hebben uitgezien. weging wegnemen. Niemand kan ontkennen,
maar daarin zou allerminst verbetering komen,
- ..U.i bij zijn maatregelen alleen door
de vrees liet leiden. Dat ademt dus wel een
heel andere geest dan men van Russische
regeerders gewoon is. Zou de regeering werke
lijk gaan inzien, dat ze zoo niet opschiet en een
ander beleid noodzakelijk wordt Er is weinig
van te zeggen. De Tsaar en zijn ministers ver
anderen nogal eens van meening. Een kleinig
heid schijnt soms voldoende om hen geheel van
taktiek te doen veranderen. Eit wie weet,
welke invloed het ongeval in de Finsche
scheren, waar
het keizerlijk jacht Stjandart vastliep
op een rots
het Russische regeeringsbeleid kan
’t Is waar elk denkbeeld van opzet
schijnt hier buitengesloten, maar de reactio
nairen, die er belang bij hebben, dat de tegen
woordige toestand blijft voortduren, zullen het
waarschijnlijk den Tsaar wel anders voorpraten.
En Tsaar Nicolaas is voor iederen invloed toe
gankelijk en in hooge mate onstandvastig. Op
een gelukkiger toestand mogen de Russen dus
nog niet al te vast rekenen.
Maar ook buiten het Russische rijk ziet het
er nog zoo vreedzaam niet uit, als de Russische
minister meende. Zelfs in de Roomsch Katho
lieke kerk wordt blijkbaar de vrede bedreigd.
roepen hoera”.
’t Is eigenlijk wonderljk dat de menschen
telkens opnieuw de moeite van een verre reis
er voor over hebben. Want immers, van de
eigenlijke plechtigheid van de opening der
Staten-Generaal zien zij niets. Zoodra de
stoet het Binnenhof is binnengetrokken, is de
pret uit, totdat Koningin en Prins weer naar
Wat daar binnen
Dat is in den Haag ieder jaar, iederen
derden Dinsdag van September hetzelfde
feestelijk gedoe.
In den glazen gala-koets komt de Koningin
aangereden, de huzaren-uniformen schitteren
en de hoeven hunner paarden kletteren op de
keien. En de menschen, saamgestroomd uit
hoeken en stegen en van ver uit de stad,
staan langs den weg geschaard en wuiven en
nog dan de heer Pierson wou doen uitkomen, roepen hoera”.
kwam daarna in den Finschen Landdag. Deze
nam het voorstel aan voor 1905. Kort daarna
kwam de ontbinding en daarmee de tijd van de
onderdrukkingsmaatregelen. En nu wordt van
Petersburg uit den eisch gesteld, dat Finland
voor 1906 en 1907, 12 millioen als millitaire
bijdrage zal afstaan. Daar de sociaal-democr.
er tegen zijn en deze in den Landdag van 200
afgevaardigden 80 man sterk zijn, is het moge
lijk, dat met behulp van een goede 20 anderen
de eisch wordt verworpen. En dit zou waar
schijnlijk het sein wezen voor een ontbinding
van den Landdag en een tijd van Russische
onderdrukking, tenzij er voor een oogenblik een
mildere wind over Petersburg en het Russische
hof mocht waaien. Maar het schijnt werkelijk
of men zelfs in regeeringskringen iets gaat
voelen voor
een mildere regeeringstaktiek.
De officieuze Rossya wijst er op, dat de rus
tige burgerij te lijden heeft zoowel onder de
gewelddaden der terroristen als onder de tegen
maatregelen der regeering. Maar zegt het
regeeringsblad, de regeering wenscht harerzijds
niet te terroriseeren. Zij kan niet tegelijk,
zooals sommige Nero’s willen, eiken boosdoener
ophangen en wetgevenden arbeid verrichten.
Wat een bonden en congressen tochl Men
behoeft maar een courant in te kijken om er
het leven en de beweging van meerdere te
bespeuren. Verlof houdersbond, Internationaal
Zuivelcongres, tweede congres van den Neder-
landsche Boerenbond, Nationaal congres voor de
ambachtsnijverheid, en weet ik, wat nogal meer.
’t Is niet bij te houden haast en ’t schijnt
wel, dat het hoe langer hoe erger wordt. Zoo
dra er iets gedaan moet worden, al is het maar
een boom verplant, vormen de menschen een
bond tot bevordering ervan.
Maar, ondanks die overdrijving, er moet toch
wel een zeer wezenlijke oorzaak liggen achter
dat bedrijf. Ongetwijfeld beginnen de menschen
zich hoe langer hoe meer bewust te worden,
dat zij gezamenlijk sterker zijn dan ieder voor
zich, erger nog, dat ze en daar heeft ieder
een broertje aan dood alleenstaande alle
kans loopen in ons tegenwoordig maatschap
pelijk leven in de knel te raken. Want ’t is
toch bij slot van rekening kijk maar de rij
langs de strijd om het bestaan die achter al
die bonden en congressen verscholen zit. Die
strijd wordt voor den enkeling vaak te zwaar,
zelfs voor den kapitalist en zooveel te meer voor
hem, die niet dezen geldsteun in den rug heeft.
Of is het zoo erg nog niet. Er is te Amster
dam op het nationaal congres voor de ambachts
nijverheid over gekibbeld. De heer Citroen
''’meende, dat het er met den middenstand nog
zoo slecht niet stond. Gedeeltelijk scheen de
oud-minister Pierson hem hierin gelijk te geven.
De middenstand, zoo leeraarde deze, is volstrekt
niet bezig te verdwijnen, en zij loopt daarvoor
ook geen gevaar. Maar toch, het meeningsver-
schil tusschen deze beide heeren was nog aan
merkelijk. Loopt al de Middenstand als klasse
geen gevaar verdrongen te worden, anders is
het, zoo meende de heer Pierson, tot op zekere
hoogte, gesteld met de Middenstandsondernemers.
Zij hebben wel degelijk een zwaren strijd, en
hen daarbij, waar dit mogelijk is, te steunen,
is een zaak van algemeen belang, want hun be
houd is dit in vollen zin.
De heer Citroen daarentegen meende, dat
middenstandsondernemer nog mans genoeg is om
voor zich zelf alleen te zorgen. Hij zag blijk
baar niet, hoe deze reeds meer en meer bekneld
raakt tusschen het kapitaal van de groote con-
curreerende maatschappijen. Of misschien zag
hij het ook wel. Coöperatie toch, zoo verklaarde
hij, cooperate tot aankoop van grondstoffen komt
alleen den zwakken ten goede. De strijd, de
moeilijkheid was er dus wel, maar de zwakken
moeten dan maar ten onder gaan. Dat is een
meer verkondigde leer, maar zij is in strijd met
heel den gang onzer beschaving, zooals die zich
onder den invloed van het Christendom ont
wikkeld heeft. Wij trachten te behouden wat
te behouden is. Niet de strijd tot het uiterste
gedreven, waarin de sterke vanzelf zal zege
vieren, maar verzachting, zoo mogelijk beëindi
ging van den strijd is de leus van de Christelijke
moraal en van onzen tijd wel in het bijzonder.
De reeks van sociale wetten is daarvan de wel
sprekende getuige. Maar bovendien, het gaat
hier niet om steun voor de zwakke midden
standers alleen, het gaat wel degelijk, en meer
r j v ,v
om het voortbestaan van den middenstand, den
handeldrijvenden middenstand althans. Natuur
lijk een middenstand, een stand, waaruit het
groot-kapitaal zijn krachten trekt voor de beter
betaalde posten, die eenige ontwikkeling eischen,
zoo’n stand zal wel bestaan blijven. Maar de
vraag is of de middenstand als een zelfstandig
handeldrijvende en zaken-doende stand zal blij
ven bestaan, of hij met andere woorden zijn
zelfstandigheid tegenover het groot-kapitaal zal i ‘ie*: Laleis terugkeeren.
kunnen blijven handhaven. En daarvoor zal hij J gebeurt is alleen te aanschouwen door enkele
zich beslist moeten aaneensluiten, gelijk hij dan uitverkorenen voor ditmaal, nu de afgevaar-
trouwens ook al meer en meer doet. De midden- digden ter Vredesconferentie de tribune in
standers zullen zoover mogelijk gezamenlijk beslag genomen hadden
moeten werken. En wat kan hun daarbij beter
van dienst zijn dan coöperatie, allereerst tot den 1
aankoop van grondstoffen, maar dan ook voor
de bewerking. Maar er is nog meer i
Verbetering van het credietwezen vooral door Koningin in lichtblauw kleed, voorafgegaan
oprichting van eigen credietbanken maar dan en begeleid door de Commissie van ontvangst
ook Mr..Pierson wees hierop - vermindering en ld door den pri admiraa°la.
van het crediet-geven. Want immers welk een »uiuu<«ua
rente gaat er niet verloren door dat maanden uniform tusschen de staande rijen van leden
ja soms jaren lang op rekening schrijven, eer Eerste en Tweede Kamer door naar den
En dat zou anders kunnen worden, wanneer troon. Daar las zij, met heldere stem, de
Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents.
Per post 0 65. Enkele Nos. 3 ets Ingezonden stukken Donder
dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur.
de middenstanders zich daartoe onderling ver
stonden. Ook hier samenwerking gemeenschap
pelijk optreden dus een vereischte, als het dat
meer en meer in heel het sociale leven worden
gaat. Wie er het zwakst zijn, hebben dat het
eerst gevoeld. Dat zijn de arbeiders. Hun strijd
vooral, de strijd tusschen arbeid en kapitaal,
heeft ons op de nooden van ons maatschappelijk
leven opmerkzaam gemaakt. Gelukkig we doen
nu allerwege moeite, die nooden te leeren ken
nen en begrijpen. De onlangs te Breda gehouden
Katholieke Sociale Week getuigde er weer van.
En kennen en begrijpen is de eerste stap op
den wreg naar wegneming van het kwaad, naar
verzachting der nooden althans. Dat laatste
gaat niet altijd gemakkelijk, maar er is toch
allicht iets te doen. Zoo werd b.v. te Breda
gewezen op den toenemenden trek van het
platteland naar de steden, die zeker ten deele
gevolg van de sociale nooden, toch ook ten deele
er weer een oorzaak van wordt. En het is ver
bazend hoe die trek met den dag sterker wordt.
In Duischland b.v. behoorde in 1850 nog twee
derde van de bevolking tot den landbouwenden
stand, nu nog slechts één derde. Dat is toch
wel teekenend. En het is een verschijnsel, dat
zich in alle landen van het Westen openbaart
Zeker gedeeltelijk is de armoede ten platten
lande zelf daarvan de oorzaak, maar toch is er
ook veel, dat de menschen naar de steden trekt,
de uiterlijke glans, de meerdere genoeglijkheden,
de verlokking van aangenamer leven, hooger
loon en gemakkelijke levensomstandigheden. En
maar al te dikwijls komen ze juist hier eerst
recht in de zorgen.
Zorgen en noodenMen zou meenen, dat het
leven uit niets anders bestond.
Maar gelukkig, er is wat beters ook. Daar
is de gouden, zon over de wazige herfstlanden
na den verkwikkenden regen, daar is de jube
lende vreugde, wanneer Neerland’s Koningin
door de Zeeuwsche steden en dorpen trekt en
over de Zeeuwsche wateren vaart.
Wat hebben ze een schik gehad, de Zeeuw
sche boeren en boerinnetjes in hun vreemde
kleedij. Ze hebben gedanst in Middelburg’s
straten, dat het een lieve lust was en hoera”
geroepen en »leve de Koningin” tot ze er schor
van werden. En de Koningin heeft met haar
liefsten lach de menschen toegewuifd. Zij had
ook schik om die juichende menschen. En ze
genoot zeker ook van het wonderlijk-oude mooie
van die kleine Zeeuwsche stadjes als Veere en
Hulst, die schijnen ingeslapen en nog voort-
droomen hun droom van de 17 de eeuw, maar
voortdroomend glimlachend met dien vreemd-
rustigen en nauw-merkbaren glimlach, die ze
zoo wonder-mooi maakt.
Uitgave van T. GAASTRA Bz.,
firma H. BRANDENBURGH Zoon
te WORKUM.
troonrede, die, om zoo te zeggen, het program
der regeering is voor het aanstaande zitting
jaar. Naar dat program te oordeelen is de
regeering heel wat van plan. Wat een rij
wetsontwerpen worden in uitzicht gesteld.
Voorstellen tot Grondwets-herziening, tot her
ziening van het zeerecht, tot wijziging van
het burgerrechtelijk deel der Kinderwetten en
tot gedeeltelijke afsluiting van de Zuiderzee
en indijking en droogmaking van het Wie-
ringermeer zijn wel de voornaamste. Dan
bestaat het plan de militiewet te wijzigen en
de Hinderwet, zullen wetsontwerpen betreffende
arbeiders-verzekering, ter voorkoming van
scheepsrampen en tot invoering van een
administratievee rechtspraak, en, in verband
daarmee, tot wijziging van de wet op de
rechterlijke organisatie en nog verschillende
andere, ook betreffende Curasao en Suriname,
ingediend worden. Er is dus werk genoeg
voor de heeren. Maar voorloopig blijven s
dat binnenkamers afdoen. Ze hebben wel
even vergaderd, maar wat daar gebeurt heeft
niet veel om ’t lijf,
niet
als ze,
huis rijdt, vriéndelijk buigende en glimlachende
naar alle kanten. Of ze staan de vreemde
gezanten in hun eigenaardige kleedij, aan te
gapen. Er waren nu zooveel van die vreemde
sinjeurs met de vredesconferentie, dat ze er
geen hoogte van konden krijgen.
Later, als de heeren der Eerste en Tweede
Kamer al die ontwerpen eens rustig thuis en
in de afdeelingen bekeken hebben en tegen
mekaar staan uit te pakken in de vergader
zalen, dan komen ze luisteren op de publieke
tribunes.
Dat bewijst
de encycliek van paus Pius over het
modernisme.
Deze encycliek stelt allereerst vast, dat het
modernisme een ernstig gevaar voor de Kerk
is geworden en gaat dan dat modernisme in
al zijn geleidingen na. Het wordt een samen
vatting van alle ketterijen genoemd, die nood
wendig moet leiden tot het loochenen van een
God. De Paus schrijft daarna het volgende
voor: Het onderwijs in de scholastieke filosofie
daar al zoo aan gewoon geraakt, dat bij dat
niet meer mee rekent. Bovendien dreigt nu ook
in Finland,
dat van al de Russische gruwelen den laatsten
tijd verschoond bleef, weer een Russische toe
stand te ontstaan. De Finnen hadden het de paar
laatste jaren bijzonder goed. Nadat het Novem
ber-manifest van tsaar Nicolaas aan de onder-
drukkings-maatregelen onder het bewind van
Bobrikof een einde had gemaakt, begon voor
Finland een tijd van groote vrijheid. Maar, als
te begrijpen is, hinderde dit den reactionairen
in de omgeving van den tsaar geducht en deze
schijnen nu iets gevonden te hebben, waardoor
ze een botsing kunnen uitlokken tusschen de
Petersburgsche regeering en den Finschen
Landdag.
Toen indertijd de Russen Finland een nieu
wen dienstplicht trachten op te dringen, lieten
de Finnen verluiden, dat zij gaarne bereid
i zouden zijn jaarlijks een zes millioen gulden
i aan Rusland te betalen, wanneer daarvan werd
afgezien en totdat de dienstplichtkwestie defini-
i tief opgelost zou zijn. Het voorstel, dat Finland
gedurende 1905, 1906 en 1907 aan Rusland een
militaire bijdrage van 6 millioen zou geven,
De menschen letten er
eens op. Die loopen de Koningin na,
door de dichte drommen heen, naar
Niemand kan ontkennen,
De samenkomsten van den laatsten tijd zouden dat de huidige toestand denker en drukkend is,
...g i maai i.nmu,
en de bevestiging van den vrede. Te Swine- 1 als men zich
O o
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
woim
-J----J-I J_A J- 1-1'- X-X-J II 11.1J