voor Van bet Wereldtooneel. Oud-Workum, tegen 1 ct. per stuk, in den Boekwinkel van T.GAISTRtllz. Bruins, Wandkaart van Friesland, ffiBUDBiniaKBrii mi rdiuiiiimi. 8 1 I Over dit en dat. 34ste Jaargang. ZATERDAG 18 JANUARI 1908. No. 3. Officieel Gedeelte. Uit de Kamers. metaallijsten, speciaal lezers van de Leeutrardè ne uitgave voor de ut, is tegen 55 cents dat de vorderingen ten laste der Gemeente, over krachtig het dienstjaar 1907, vóór u UCWUSl wuiuv cu muh ujcci umwmncicn n.an. Secretarie der Gemeente zullen worden ingewacht. J. C. NAUTA. formaat 92 X 62 cM., in 10 kleuren gedrukt, op zwaar chromo papier, onder en boven voorzien van goer’ F Uitgave bleken. en Waar- rekent daaraan 3 I Gelijk te verwachten was, heeft de Tweede Daarna zijn de heeren naar huis gegaan. Dit blad verschijnt des Zaterdags Per post f 0 65. E Dat is maar goed misschien. De herdenking zou te veel treurige herinneringen wekken. We We willen maar liefst toch de Europeanen heet, dat hem het gezag sche juweliers gaan nu te rade met den Algem. conventie goedgekeurd. Zij kon moeilijk anders, T 1.1 TV?1111 J J 1 1 1 1 .i voor zoover het de werklieden raakt, niets bui ten dien Bond om. land is nog niet erg rooskleurig. Duitsche gezanten op deze bereidwilligheid In elk Uitgave van T. GAASTRA Bz., firma H. BRANDENBURGH ZOON te WORKUM. - A Dat blijkt ook in Portugal Te Lissabon heeft tijdens waarbij ook de koning en de kroonprins tegenwoordig waren, een betosging tegen den koning en voor den troonpretendent Don Miguel plaats gehad. De 1 en er werd gejuicht voor Don Miguel. Dit is natuurlijk gevolg van den ongrondwet- tigen toestand in het land en van de dictatuur van minister Franco Toch verwacht men nog, dat bij de einde 4 De prijs der Advertentiën is van 1—5 regels 25 cents, elke regel meer 4 cents. Grootere letters worden berekend naar de ruimte die zij innemen. Bij abonnement belangrijk lager. doenwat van die kleine wetsontwerpen, die nauwelijks bespreking uitlokken, ’t Waren er van allerhanden aardnaturalisatie-ontwerpen, onteigenings-ontwerpen, ontwerpen tot goed keuring van overeenkomsten, o. a. van de over eenkomst betreffende de instelling van het Inter nationaal Landbouw-instituut te Rome enz. Enkele ministers kwamen daarbij nog aan het woord. Maar het grootste deel van den dag werd besteed aan de bespreking van de vraag of de begrootingen konden behandeld worden zonder daarbij te discussiëeren over het beleid der regeering. Het ministerie had verklaard bereid te zijn met de Kamer de begrootingen te behandelen, wanneer deze dat uitdrukkelijk wenschte. Maar het had tevens verzocht dan voor debatten over haar beleid verschoond te blijven. Aanmerkingen op het beleid van een kabinet, dat op het punt staat heen te gaan en slechts op de vorming van een nieuw ministerie wachten, hebben, zoo scheen het redeneeren, eigenlijk geen zin meer. Of de heer van Zinnicq Bergman ook van die meening was, bleek niet duidelijk. Maar wel scheen hij een behandeling der begrootingen, zonder dat ook het beleid der regeering ter dege onderhanden genomen werd, geen grondige behandeling te vinden. Eigenlijk deed dit er weinig toe. Het schijnt toch dat de Kamer niet van plan is de begroo tingen met dat ministerie nog te behandelen. Ze heeft nog tot einde Februari den tijd en hoopt zeker, dat tegen dien tijd wel een nieuw ministerie zal gevormd zijn. Voorloopig is ze, evenals de Tweede Kamer, uiteengegaan. BURGEMEESTER en WORKUM, 1 hebbenden, den 1 Februari e.k. ter Hun vakgenooten in het buitenland, zijn ook Workum, den 3 Januari 1908. T. M. ten BERGE, Burgemeester. J. OUDEBOON, Secretaris. NOORD. WORKUM. Groote voorraadStoelen, Tafels, Spiegels, Kasten, Karpetten, Loopers, Vloerzeil, Tafelzeil, Matten enz. enz. -:- Alle goederen zijn nieuw. -:- Van de beste fabrieken afkomstig. -:- Steeds de laagste prijzen. -:- nog het geval niet. de voorstelling in de Opera, Koning werd uitgejouwl zou nu wel eens kunnen komen, s er zijn belangen te verdedigen Maar het zal Spanje zeker niet bijster gelegen komen, want de toestand in dat Sultan Abdel-Azis is afgezet en zijn broeder Moelai Hafid te Fez en andere plaatsen tot Sultan uitgeroepen. DenFranschen in de eerste plaats brengt dit in een leelijk parket. Zij zijn bezig de orde in Marokko te herstellen en hebben daarbij als ’t ware stil zwijgend de handhaving van Abdel-Azis op zich genomen. Immers juist diens inschikkelijkheid voor de Franschen en voor de Europeanen in ’t algemeen heeft hem zijn troon gekost. Kun nen nu de Franschen hem in den steek laten? Te minder zullen ze dat kunnen, omdat de nieuwe Sultan, wil hij zijn gezag behouden, zich beslist tegen de Europeanen zal moeten keeren. Zijn verheffing tot Sultan is het gevolg van een aan vijandige beweging en het onder de volgende voorwaarden werd opgedragengeen betaling van belas tingen en afbreking van alle andere betrekkin gen met de Europeanen dan die welke door de gebruiken en bij reglement zijn voorgeschreven. De Oelemh’s en de stedelijke overheidspersonen te Fez waren reeds lang verbitterd tegen Abdel- Azis, wegens diens houding tegenover Frankrijk. Terwijl nu de Sultan te Rabat vertoefde, steeg die verbittering, omdat men er een nieuwe tegemoetkoming tegenover de Franschen in zag. Eindelijk schijnt ook de bevolking te hoop te zijn geloopen om van de Oelema’s de afzetting van Abdel-Azis te eischen. Terwijl deze ver gaderden, zoo zegt een bericht uit inlandsche bron, verzamelde zich een menigte van 20.000 menschen die den Oelema’s het volgende schriftuur voorlegdesHeeren Oelema’sAlia bescherme U. Deze man, genaamd Abdel-Azis, zijn macht is verzwakt, hij kan niets meer; hij neigt tot onze vijanden en vraagt hun steunhij richt een bank met interest op, hetgeen tegen den godsdienst strijdt; hij verloochent het geloof aan Aliahij stelt de politie inhij leent geldhij heeft Marokko ten verderve gebracht; heeft land in de Sahara, Toeat, Oedsjda en Casablanca aan de Franschen gegeven; hij verbindt zich meer en meer met den vijandhij is afhanke lijk geworden; zijn regiering heeft geen kracht meer. Wat moet er met hem gebeuren?” En het antwoord der Oelema’s zou geluid hebben »Die man, Abdel-Azis, moet afgezet worden”. Abessynië 1 Daarna werd Moelai Hafid tot Sultan uitgeroepen. Op deze uitroeping te Fez volgde die op een paar andere plaatsen. Het is dus duidelijk dat afkeer van de Euro peanen de groote beweegreden was. En het heet o,ook, dat te Fez vernietiging van de akte van dien meende men te weten dat de stemming Algeciras geëischt werd. Wat staat nu hiertegenover de Franschen te doen Zij schijnen over ’t algemeen maar weinig lust te hebben ten gunste van Abdel-Azis op te treden. Maar zullen ze er niet toe ge dwongen wordep? Men gelooft dat ze bij hun houding van het oogenblik kunnen volharden. Maar wanneer nu de nieuwe Sultan aanvallend tegenover hen optreedt, zullen zij zich dan bij een verdedigende houding kunnen bepalen Voor een aanvallend optreden bindt hen echter de akte van Algeciras de handen, althans voor een, dat zich verder dan de kustplaatsen uit strekt. En hierin schuilt dan ook het gevaar- Het is niet hier of daar, niet in de groote steden, de centra van het wereldleven alleen, dat de strijd tusschen kapitaal en arbeid ge streden wordt. We zien dien overal tegenwoor dig tot in de meest afgelegen plaatsen, waar men zou denken, dat de rustige zeden van voor 50 of 100 jaar nog heerschende waren. In ons land ook behoeven we maar rond te zien om ons daarvan te overtuigen. Stakingen in dorpen en steden en als gevolg daarvan ook op kleine plaatsen telkens de roerigheid, die men nauwe lijks van groote steden verwacht. We merken dat nu al weken weer te Krommenie. Het is overal de poging van den arbeid om zich meer dan tot nu toe te doen gelden, zich vrij te maken van de alleenheerschappij van het kapi taal. De arbeid wil ook wat mee te zeggen hebben in de regeling van het bedrijf, zij wil althans haar eigen voorwaarden gaan stellen en niet langer zwijgend die aannemen, welke haar het kapitaal gelieft te stellen. Zij voelt zich mondig geworden. Maar voor de tot nu toe alleenheerschenden, de patroons, is het vaak moeilijk die mondigheid te erkennen. Zij zijn te zeer gewend geweest alleen de wetten te stellen en zij kunnen het maar al te dikwijls niet verdragen de arbeiders dit nu op hun beurt ook eens te hooren doen. En toch gaan deze hoe langer zoo meer daar naar trachten. Zij zijn zich bewust gewor den, dat niet het belang van een hunner, maar het belang van hen allen tot op zekere hoogte met het belang van den patroon strijdt. Dat heeft hen als van zelf tot vereeniging gedreven. En, eenmaal vereenigd, hebben ze ingezien, welk een kracht zij gezamenlijk vorm den. Alleen staand, moesten ze zich wel wil loos bukken voor iederen eisch van den werk gever. Tezamen stonden ze sterk, konden ze vaak sterker nog staan dan menige patroon. Zie maar eens naar de vakvereeniging der dia mantbewerkers. Meer dan een millioen hebben ze in kas. En meermalen hebben ze getoond met goed gevolg de patroonsvereeniging te kunnen weerstaan. Want immers, als van eiken strijd, zoo is ook van dezen oeconomischen strijd het geld de ziel. En daarom is het zoo goed te begrijpen, dat men slechts noode uit die strijdkas putten ging om den werkloozen gezellen uit te keeren. Men wil daarvoor nu f 200.000 er uitnemen en maanden genoeg te hebben, men ontwapenen in dezen oeconomischen strijd, even min als de staten dat kunnen, ter wille van I - w r zich zelven niet en niet ter wille van den vrede. n???erL T,j 'T ^eder- Want even goed als in de onderlinge staten verhouding geldt het hier: »als gij den vrede wjilt, bereid u ten oorlog. De Amsterdamsche Juweliersvereeniging zal niet gemakkelijk den strijd aanbinden, zoolang ze weet een stevigge- wapenden vijand tegenover zich te hebben. Maar zoodra die vijand zwakker gaat worden, gaat ze zich vrijheden permitteeren. Dan be gint de strijd opnieuw, de eene staking volgt op de andere. Juist in de diamant-industrie is het gebleken, hoezeer een sterke vakorganisatie van werklieden bevorderlijk is voor den onge- stoorden gang van een bedrijf. De Amsterdam- Kamer de aanvullingsconventie bii de suiker- Nederlandschen Diamantbewerkersbond, zij doen, al had zij er wel wat op af te dingen. Maar ook de Eerste Kamer had werk af te Het scheen wel een oogenblik of er ook uit het Oosten van Afrika een donker onweder dreigde. Een paar duizend Abessyniërs hadden een strooptocht onder nomen in Italiaansch Somaliland, karavanen beroofd, kooplieden gevangen ge nomen en de Italiaansche post Lugh, die door Askasi’s verdedigd werd, ingenomen. Was dit geheel buiten keizer Menelik van 7 omgegaan, of wist hij er van Men vreesde eerst het laatste. De grens tusschen Abessynië en Somali-land is nog steeds niet afgebakend en men wist dat Menelik op Lugh dat de Italianen in bezit hadden gesteld was. Boven- aan het hof van keizer Menelik zeer nationa listisch was. De keizerin moet zelfs tot den Franschen gezant gezegd hebben: Ik kan het oogenblik niet afwachten, dat gij allen dit land zult verlaten. Niemand van u zal hier blijven.” En ook Menelik moet zich tegenover den Engel- schen gezant wat duister hebben uitgelaten, ’t Zou dus niet onmogelijk wezen, dat Menelik achter dezen strooptocht zat, al was hij dan ook de laatste jaren Italië steeds welgezind ge- Men sprak er dan ook in Italië reeds van, dat, bijaldien Abessynië geen volkomen genoegdoening gaf, Frankrijk, Engeland en o Italië te zamen alleen durfde men het zeker lijke van den veranderden toestand in Marokko, niet te best aan, want de Abessyniërs zijn ge duchte vijanden gebleken den keizer mores zouden leeren. C Zoodra de Italiaansche regeering genoeg- allicht oneenigheid tusschen de Europeesche doening aan Menelik vroeg en de Italiaansche mogendheden tengevolge kan hebben. V.T™. gezant aan zijn hof een formeel protest in- schijnlijk zal dan ook Spanje gedwongen worden diende, verklaarde hij, dat hij het gebeurde ten J-‘ J -- ■*- j zeerste betreurde, dat hij maatregelen zou nemen om Lugh, als het nog bezet mocht zijn, te ontruimen en de Amhara’s, die voor den inval verantwoordelijk waren, te straften en JJat geval zoi dat zijn gevoelens van trouw en vriendschap wanneer Spanje tegenover Italië onveranderd waren. zal hebben. Of misschien de ondersteuning van den Ita- liaanschen eisch door de Fransche, Engelsche van Menelik van invloed is geweest? geval kan men hiermee de zaak als geëindigd beschouwen, want de macht van Menelik reikt ver genoeg om ook de verstverwijderde stammen tot gehoorzaamheid te dwingen. Het is er ook in dat opzicht wel geheel anders gesteld dan in Marokko, waar de macht van den Sultan over zijn onderdanen al heel weinig te beteekenen heeft, een omstandigheid, die thans misschien voor geheel Europa, maar tenminste voor Frankrijk en Spanje onaange name gevolgen dreigt te hebben. Immers J i dat die verandering misschien een herziening van de akte van Algeciras en een nieuwe Ma- Gelukkig bleek dit niet noodig. rokkaansche conferentie zal noodig maken Italiaansche i doening aan Menelik vroeg en de Italiaansche mogendheden tengevolge kan hebben. nn-v-L nUv, lx zx I* aah Tzx v» 1 TA>A 4 zx4 J vx c ll 11 r» 1 11.' 701 ilon AAl7 QnnniA crn <1 xirnn rrA, meer handelend op te treden. De minister van oorlog had reeds verklaard, dat hij alleen in het uiterste geval van nood troepen naar Marokko zou zenden. Dat geval Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents. 7 7 7“. Enkele Nos. 3 ets Ingezonden stukken Donder dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur. Gemeen overleg is in de plaats gekomen van gedurigen strijd en oneenigheid. Is dat niet een verbetering? ‘“TER v.i WETHOUDERS van Maar niet alle arbeidersorganisaties kunnen brengen "ter kennis van belang- het zoover brengen als de diamantbewerkers bond. Ik schreef het de vorige week al, de diamantbewerkers vormen om zoo te zeggen een financiëel hoogeren stand onder de arbei- 1 ders. Daardoor hebben ze hun organisatie zoo weten te maken. Maar bovendien zij j wonen allen dicht bijeen, in een groote stad waar als van ^elf de arbeider zich zelf meer bewust wordt en zich meer ontwikkelen kan. slechts over enkele plaatsen verspreid, waar- I door het gemakkelijk was, zich internationaal te vereenigen. 'Anderen arbeiders valt dit zoo gemakkelijk niet. Zelfs in het binnenland is het soms bezwaarlijk een algemeene organisatie tot stand te brengen. Toch begrijpen ze allen, dat ze dien weg op moeten. Dat blijkt tel kens. Te Rotterdam is nu weer een algemeene transportarbeidersvereeniging opgericht, die zich ten doel stelt samenwerking te zoeken met het Nederlandsch Verbond van Vakvereenigin- gen. En de Christelijke Katoenbewerkersbond sUnitas” is al geruimen tijd doende om een Christelijk Vakverbond op te richten. De eerste vergadering, waarin de oprichting van zulk een verbond nader zal worden besproken, wordt dezer dagen gehouden. Hoe duidelijk men zich bewust is van de noodzakelijkheid van orga nisatie en vereeniging, blijkt wel uit de redenen die men daarvoor opgeeft. Men noemt het noodig om als vakvereeniging sterker te staan naar binnen en naar buiten en om meer solidi teit te brengen in den arbeidersstand, om zoo veel 'mogelijk gelijkheid van arbeidsvoorwaarden te verkrijgen, om beter op de hoogte te komen en geregeld te blijven van den toestand van het bedrijf en daardoor eenheid en doelmatigheid van actie te bevorderen, om bij het wisselen van arbeidersgelegenheden een leidend en rege lend lichaam te hebben en ten slotte om tegen over de wereldconcurrentie een internationaal verbond van werklieden te kunnen plaatsen. Wat blijkt ook vooral uit die laatste reden, niet duidelijk, dat men zich bewust is een strijd te voeren en te moeten blijven voeren, nog langen tijd misschien! Dat gaat nu eenmaal zoo in de wereld, er is niets te bereiken zonder strijd. En dat geeft meer waarde tevens aan het bereiken. Men j waardeert maar weinig wat ons zoo in den schoot valt. Als maar altijd aan het einde van den strijd de bereiking was, de overwinning. Maar we zijn nog dezer dagen weer herinnerd aan een strijd die met zooveel toewijding, zooveel moed en zelfopoffering; gevoerd werd en die toch niets bereikte. Het Hoofdbestuur van de Ne- derl. Zuid-Afrikaansche Vereeniging heeft mee gedeeld, dat binnenkort twee gedenksteenen zullen verscheept worden, ter herinnering aan de Nederlanders en Oud-Nederlanders, die in den Zuid-Afrikaanschen oorlog gevallen zijn. Een ervan zal geplaatst worden in den buiten muur van de Ned. Herv. Kerk te Pretoria en een voor het gebouw van de Ned. Ger. Kerk te Bloemfontein. Wat lijkt die nu al lang, geleden, die Trans- vaalsche en Vrijstaatsche vrijheidskrijg! En toch is het nog maar enkele jaren geleden, dat we als meeleefden met de mannen, die daar streden, dat we ieder overwinningsbericht met gejuich begroetten en bij iedere nederlaag ont moedigd neerzaten. Nu denken we er nauwe- Maar 'verder‘‘zal zeker wel niet gaan. Men kan zich niet i zijn te zeer teleurgesteld. landers niet vergeten, die daar £inds hun leven geofferd hebben. Nu staan hun namen bewaard. Hun namen, ja, voor zoover die bekend zijn. Wie weet, hoe menigeen daar onbekend gestorven is, zijn leven latend voor de goede zaak, ver geten en onbekend. Ook dezen vergetenen willen we herdenken in liefde. ruim een ■r I NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD WORKUM en omliggende Gemeenten. 1 |U uc iiccrcu naai huis gegaan. 1 j JLiuu vtmgcuuuvcu 111 ncu Muibcmanu, wrC

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Friso nl | 1908 | | pagina 1