WORKUM en omliggende Gemeenten.
voor
Over dit en dat.
L
ZATERDAG 16 MEI 1908.
No. 20.
Binnenlandsch Nieuws.
Uit de Kamers.
n
34ste Jaargang
je
ve
geldig zijnde
en
om
jer
ige
Het katho-
viis
ine
En
dankadres
ver-
>r
al
at
rs
te
e-
te
ime
tige
;an,
torn
•are
je
she
de
ten
hij
te
n
le
ts
5t
u-
er
e-
ping
lijk dan
Zulk
en een
Kuyper
van
gaan
om
een
De prijs der Advertentiën is van 1—5 regels 25 cents, elke
regel meer 4 cents. Grootere letters worden berekend naar
de ruimte die zij innemen. Bij abonnement belangrijk lager.
eeniging tot bevordering der zeevisscherij aan den
toestand een einde gemaakt. Zij stelde voor een
garantiefonds te vormen om gedurende een maand
den vischhandelaren 1/2 procent korting van de
koopsom, die ze nu niet meer van het rijk kregen,
te vergoeden. Dat gebeurde. En zoo is de staking
althans voor een maand opgeheven.
zoo’n rechthebbende zijn visch niet bij destaart
het haar lust, het hielp niet.
er niet van weten. De openbare wateren moesten
gedeeltelijk gesloten worden. «Nou goed dan”,
scheen de heer Schaper te antwoorden, «maar
laat dan tenminste alle openbare wateren vrij,
behalve die, die uitdrukkelijk bij bestuursmaat
regel worden uitgezonderd inplaats van omge
keerd.”
En daar bleek de Kamer niets op tegen te
hebben. Van het voorstel des heeren Van dei’
Zwaag om te bepalen, dat het visschen met één
hengel vrij zou zijn m alle water, zoo openbaar j
als nnder, wanneer de rechthebbende dat niet
uitdrukkelijk verboden had, bleek zij daarentegen
De heer Schaper heeft toch wil gehad van de
moeite, die hij zich gegeven heeft om het ongeluk
van het hoofd des heeren hengelaars af te
wenden. Het lukte hem wel niet alle onheil te
weren, ze gaan er op achteruit, de hengelaars
met deze nieuwe wet. Maar zij mogen toch den
heer Schaper reeds dankbaar zijn voor wat hij
bereikte. Zij zullen namelijk, zoolang ze met
één hengel visschen, zich geen akte hoeven aan
te schaffen en zij zullen zelfs ook dit wist de
heer Schaper te beweren die hengel een
oogenblik uit de hand mogen leggen en naast
zich neerleggen. Zoodra ze echter meer hengels
hanteeren moeten ze van een akte voorzien zijn.
Maar die akte kost niet duur en geldt voor hun
leven. Alleen moeten ze haar ieder jaar door
den burgemeester laten afstempelen. De heer
van der Zwaag vond dit nog een heele last, maai
de Kamer bleek het bizonder lastige er niet van
te begrijpen. Of meende ze, dat men dien last
maar voor zijn visschersbedrijf moest overhebben
Maar de heer Schaper wist nog meer voordeel
te behalen in zijn strijd voor de hengelaars. Het
oorspronkelijk ontwerp bepaalde, dat er alleen
in die openbare wateren zou mogen gehengeld
worden, die bij afzonderlijken maatregel van
bestuur waren aangewezen. Ook dit weer achtte
de heer Schaper een aanslag op de vrijheid, die
de wet gehaat zou maken. Tot nu stonden alle
openbare wateren voor hengelaars open. Laat
dit, zoo vroeg hij, althans voor hengelaars met
één hengel zoo blijven. Maar dat ging de heeren
te ver. De rechthebbende op het vischrechtzou
zoo beweerden de heeren Tydeman en Talma er
eerder toe komen door vischpoting, systematische
vischcultuur enz. zijn water vischrijker te maken,
als hij geen gevaar meer liep, dat water door
de eersten den besten afgevischt te zien. Of de
hengel vrij zou zijn in alle water, zoo openbaar -
niet gediend. Over de meeste andere bepalingen I
werd men het vrij gemakkelijk eens.
Voortaan zullen groote vischakten, rechtgevende
tot het visschen met alle geoorloofde vischtuig i
en kleine vischakten rechtgevende tot het j
van 1 Juli tot 30 Juni
~J en f 1 kosten, terwijl ze
van zegelrecht vrij zullen zijn. Er zullen in een
algemeenen maatregel van bestuur voorschriften
worden gegeven omtrent vischtijd, vischafmeting,
vischtuigen en allerlei meer. Er zal een college
voor de vischerijen, een adviseerend lichaam van
21 leden worden opgericht. En het rijk zal
verdeeld worden in visscherij-districten, met in
specteurs aan het hoofd.
Maar over de strafbepalingen raakten de heeren
weer uitvoeriger aan ’t redekavelen. In deze
wordt het opzettelijk inbreuk maken op eens
anders vischrecht niet meer als overtreding, maar
als misdrijf beschouwd, waarvoor de bedrijver
zelfs een gevangenisstraf van 6 weken zal kunnen
oploopen. Dit nu was sommigen te kras, vooral
ten opzichte van het visschen met ééu hengel
in de hand. Iemand de doos in te duwen, omdat
hij even een hengel in eens anders vischwater
legt en één enkel vischje kaapt, dat leek toch
wel wat heel erg. En de heer Regout stelde
daarom voor althans voor deze vorm van aanranding
van eens anders vischrecht een uitzondering te
maken. En de minister scheen daar wel ooren
naar te hebben.
Maar de Kamer had zich nog met een andere
visscherij-aangelegenheid bezig te houden. De
heer Passtool'S had over de IJmuider afslag-
kwestie een paar vragen te doen. Hij werd
door den minister gerust gesteld. Er was geen
plan de retributie voor den vischafslag nog meer
te verhoogen, de belanghebbende corporaties
werden reeds nu gehoord over de met betrekking
tot de visschershaven te nemen maatregelen en
dat zou dus in ’t vervolg ook geschieden en
klachten omtrent ondoelmatigheid van rijksin-
richtingen werden steeds onderzocht.
Ur. Kuyper weer minister?
i lieke Huisgezin schrijft
Toen heeft de afdeeling IJmuiden van de Ver- »De Standaard had dezer dagen verzekerd,
,i„„ jaf., wjnt rechts het bij de verkiezingen van
het volgend jaar, het tegenwoordige ministerie
natuurlijk aanblijft.
En als geen nader betoog behoevend, voeg
de zij er bij, «dat zelfs de toetreding van een
nieuw minister niet noodzakehjk het aftreden
van een der tegenwoordige na zich zou slepen”,
z De Arh. Crtdie nadere opheldering niet
overbodig oordeelt vraagt, of soms de droom
van een Nederlandsch Kanselierschap voor ver
wezenlijking vatbaar wordt geacht.
Wij gelooven, dat de Arnh. Crt. het te ver
gaat zoeken.
De Standaard doelt blijkbaar op de schep-
van een nieuw departement, vermoede-
een departement van Onderwijs.
een departement ware geen weelde,
bekwamer titularis daarvoor dan dr.
zou bezwaarlijk zijn aan te wijzen.
In dezen gedachtengang zou mr. Heems
kerk minister van Binnenlandsche Zaken blijven
en dr. Kuyper minister van Onderwijs worden
Van rechts zou hiertegen, gelooven wij,
geen bezwaar kunnen bestaan en dr. Kuyper
zou gelegenheid hebben, ons land een nieuwe
onderwijswetgeving te schenken.”
Vijf veehouders te Oldemarkt, die wegens
overtreding der wet op het mond- en klauw
zeer tot boete en verbeurdverklaring van het
vee waren veroordeeld hadden van dit vonnis
gratie gevraagd. Thans is hun bericht, dat
de boeten blijven gehandhaafd, doch dat ze
de verbeurdverklaring kunnen afkoopen met
f 5 tot f 50.
Drie knapen te Winschoten, leden
wie weet welken jong-politiekenbond,
rond bij alle hengelaars in den omtrek,
handteekeningen te verzamelen onder
aan het Kamerlid Schaper.
Ook het Hof te Amsterdam heeft
oordeeld den veehouder te Woerden, die den
burgemeester op straat kennis gaf van ’t uit
mond- en klauwzeer onder zijn
weigerde dit ter secretarie te
De man kreeg f 15 boete.
Onder dit op-
waarvan zij dan thuis uitvoerig yer-
Ja, daaraan hebben de Belgen we) gelijk,
het is niet louter voor zijn pleizier, dat men
koloniën heeft. Men beleeft er ook heel wat
verdriet van. En het is geen wonder, dat de
tegenstanders van de overneming van den Kongo
door België, nu er in de Belgische Kamer over
onderhandeld wordt, op dat verdriet het volle
licht laten vallen. Zij hebben daarbij de voor
beelden maar voor ’t grijpen.
De Engelschen hebben bijna altijd hier of
daar in hun koloniën te vechten. DeFranschen
hebben het nu pas in Indo-China weer met op
standelingen te doen gekregen, de Duitschers
hebben pas met opoffering van veel geld en
moeite de rust in Zuidwest-Afrika hersteld en
wijNu, in ons Indië hebben de Bel
gische tegenstanders een prachtige illustratie,
dat koloniën geld kunnen kosten, veel geld. Hoe
lang hebben we nu in Atjeh al gevochten
Meer dan 25 jaar zeker, hoeveel precies weet
ik op ’t oogenblik niet, men raakt er den tel bij
kwijt. En als al dat vechten nog maar hielp!
Och, laat ons maar eerlijk zijn. Wij allen
gelooven, dat de Atjeh-oorlog ons en misschien
onze kinderen nog wel overleven zal. We zijn
eraan gewoon geraakt, letten er eigenlijk heele-
maal niet meer op. Op den duur gaat overal
de aardigheid af, ook van ’t oorlogvoeren. We
weten, dat er gevochten wordt, nu eens erger
dan eens minder. En voor de restJa,
dat moeten de heeren maar weten.
Maar de heeren blijken het ook niet altijd te
weten. Nu eens probeeren ze dit, dan dat
stelsel. Tegenwoordig zijn ze met het stelsel-
Van Heutsz bezig. Of het voldoet In de Tweede
Kamer konden we lang geleden hooren, dat
de ingenomenheid ermee bij sommigen niet
bijster was. Maar generaal Van Heutsz is tegen
woordig gouverneur-generaal van Indië en dus
Wij, leeken, kunnen ons over het voor
en tegen van zoo’n stelsel trouwens maar moei
lijk een idee vormen. Maar waarover we ons
wel een idee kunnen vormen, dat is, dat de rust
in Atjeh al evenmin onder het tegenwoordig
stelsel, als onder een vroeger verzekerd schijnt.
Of zou het misschien liggen aan den persoon,
die den laatsten tijd het stelsel had uit te voe
ren We zullen zien. Gouverneur Van Daalen is
heengegaan en gouverneur Swart in zijn plaats ge
komen, nadat de gouverneur-generaal zelf den boel
in Atjeh geïnspecteerd had. Maar men kan het ons
niet kwalijk nemen, dat we van die persoonsveran-
Och, het gaat in het leven niet anders. We
werken en tobben om er boven op te komen,
op den top, en als we er bijna denken te zijn,
dan raakt er weer wat aarde los of een steentje
en de groote steen, dien we te wentelen hebben,
valt naar beneden, zoo vlug, dat we hem met
loopen niet bijhouden kunnen. Dan mogen we
van geluk spreken, als hij halverwege blijft liggen,
tegengehouden door een struik of een worteltak
of wat dan ook. Meestal moeten we hem weer
onder aan den berg gaan zoeken en van voren
af aan beginnen. Dat is het menschenleven.
O. niet altijd! Er zijn er, die gelukkigen, die
naar boven schijnen te wandelen, luchtigjes,
vluchtigjes, en er nog een deuntje bij fluiten.
Als ze boven zijn, staan ze zelf verbaasd en
kijken verwonderd naar al die tobbers. Maar
dezulken zijn te tellen. Voor verreweg de meer
derheid blijft het waar«en de meeste van die
is moeite en verdriet”.
Moeilijkheden, de een heeft ze hier-, een ander
daarmee, ’t Is niet enkel de zorg voor je dage
lijks brood, die ze je bezorgen.
Daar heb je nu een minister. Dat is toch een
benijdenswaardig man, zou men zoo zeggen. Hij
heeft heel wat in de melk te brokken, mag zoo
nu en dan bij de Koningin op visite gaan, in
een mooi pakje loopen, als hij er zin in heeft
en verdient nog bovendienja, hoeveel weet
ik niet precies, ’k Geloof zoo iets van f 12.000,
in elk geval genoeg om er ook met een groot
huishouden fatsoenlijk van rond te komen. En
toch, in wat voor misère kan zoo’n minister al
niet raken. Dat zie je nou aan minister Bevers.
Een muize.nstad. Te Zaandam hebben
stond het de heeren Jansen en Wassenaar eon vernuftig
kunstwerk tot stand gebracht, n 1. een muizen-
nummer van ae in den aanvang bui-.
ten
as-
fende den vischafslag te IJmuiden heeft hem
eerst de vischhandelaars, toen ook de IJmuidensche telkens slechts f2,50
arbeiders, en per slot, naar het schijnt ook nog de -1—
reeders op den hals gehaald. In figuurlijken zin 1
natuurlijk. Al die menschen aan zijn hals te
hebben hangen, zou zelfs Voor een man als
minister Bevers te kras worden.
Wat ze tegen die wijziging hebben De
korting, die tot nu toe de vischhandelaren op
de koopsom van het rijk genoten, is verlaagd.
Dat was den heeren niet naar den zin en ze
besloten te staken. Staken Ja, dat begrip is
al diep ingedrongen in ons maatschappelijk leven.
Onwillekeurig denkt men bij het woord altijd
aan woeste arbeidersgezichten en gebalde vuisten,
aan rumoerige optochten en politie en ingeslagen
ruiten. Maar dat is lang uit den tijd. Tegen
woordig staakt iedereen, als hij zijn zin niet
krijgen kan. En dat hebben ook de vischhande
laars van IJmuiden gedaan. Zij kochten geen
visch meer. Het resultaat was, dat de reeders
er mee bleven zitten, maar bovendien dat een
50 arbeiders, die in het visscherij-bedrijf een
dagelijksch werk vonden, werkeloos en dus ook
broodeloos stonden. Die laatsten hebben toen
een adres aan den minister en de Koningin ge
richt, met het verzoek op de een of andere
wijze aan den tegenwoordigen toestand een
eind te maken. Hoe, dat moest de minister
maar weten. Nu dat is gemakkelijk gezegd,
maar als de minister het ook niet weet.
De reeders stelden voor d» reglementswijziging
nog 3 maanden op te schorten, opdat belang
hebbenden zich daarover zouden beraden. Dat
leek nog zoo gek niet. Tijd gewonnen is veel
gewonnen. En misschien, dat dan reeders en
vischhandelaars het eens worden en de eersten
ook een deel van het bedrag, dat nu minder
aan korting wordt uitgekeerd, voor hun rekening
willen nemen, gelijk de vischhandelaars dat ver
langen. Want de een of andere maatregel leek
noodzakelijk. De vischhandel te IJmuiden dreigde
te verloopen en het gebrek stond al aan de deur
van vele arbeidersgezinnen. Maar de minister
scheen er niet veel zin aan te hebben.
Uitgave van T. GAASTRA Bz.,
firma H. BRANDENBURGH Zoon
te WORKUM.
iets van dit geval, doch men maakto zich
ongerust en sloot de gasmeters af. Heden
hoopt de fabriek weer zuiver gas te leveren.
Heel Nijmegen leed eergisteravond aan-een
I hoestbui.
gewoonte, om te allen tijd en ontijd sensatie-
romans en dergelijke te lezen, en
j telkens te kijken voor een sigarenwinkel, waar
I platen omtrent zelfmoord, moord, diefstal enz., wereld.
Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents.
Per post 0 65. Enkele Nos. 3 ets Ingezonden stukken Donder
dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur.
Een simpele wijziging van het reglement betref- visschen, met één daarin genoemd vischtuig.
hingen,
telde.
Den Donderdag van de poging tot zelfmoord
was het meisje twee uur weggeblev§n voor
een boodschap, die een kwartier vereischte.
Bij terugkomst daarover beknord, gaf zij een
brutaal antwoord, ontving toen een klap en
verkoos daarop niet te eten. De stiefvader
merkte toen op, «dat ze er niet van dood
zou gaan, als ze eens zonder eten naar bed
ging, en dat ze zich maar moest uitkleeden
Het kind ging daarop van tafel, verschool
zich in de keuken, kreeg daar nog een beris
ping van de schoonmaakster, gaf weer een
brutaal antwoord, liep stil de straat op, en
volbracht de treurige daad.
De moeder vraagt, of geen onderwijzer
haar raad kan geven omtrent de wijze van
opvoeding van zulk een moeilijk kind, dat
door bestraffing nog maar balsturiger wordt.
Ten slotte vraagt de schrijfster het «Nieuws”
en andere bladen, die het bericht overnamen,
ook deze gedeeltelijke tegenspraak te willen
plaatsen.
In 1884 deed een Groninger firma per
briefkaart een bestelling aan een fabrikant
te Rotterdam Nu, den 10 Mei 1908, dus
24 jaar later, kreeg de firma die zelfde brief
kaart terug met de vermelding, dat de ge
adresseerde fabrikant niet meer te Rotterdam
woont, maar naar Amerika is vertrokken.
Bijna een kwart eeuw heeft dus de briefkaart
te Rotterdam gelegen.
Woensdag had in het Paleis van Ju
stitie te Amsterdam de vergadering van schuld-
eischers de firma N. V.,- voorheen Bensdorp
en Co plaats. Ter vergadering was gedepo
neerd do volledige lijst van crediteuren in ge
noemd vennootschap, alsmede de totaal-staat
van baten en schulden per 31 Maart 1908.
De staat wijst een totaal van f 5,042,094 aan
baten en van f 4,134 130 aan schulden aan,
dus een schijnbaar overschot van ruim f 900,000
aangevende. Eenige posten van het actief
vertegenwoordigen geen werkelijke waarde en
komen niet in aanmerking bij de berekenin
gen van dé waarde der baten.
De hoofdposten van dien aard op den staat
zijn Reclame valuta met inventaris f 250,000,
Goodwill f 850,000, terwijl gebouwen en
machinerieën met f 1,302 200 in den staat
voorkomen, zonder een taxatie der werkelijke
waarde door deskundigen
Niemand verklaarde zich tegen het ver-
leenen van surséance van betaling.
De Rechtbank zal Vrijdag a s uitspraak doen.
Terwijl ze ter aanneming als nieuwe
lidmaten der Hervormde Kerk bij den predi
kant in de pastorie waren. ontrolde een dienst
bode te Eldrik gemt. Keppel, een vriendin
een portemonnaie. De aanneming werd toen
opgeschort, om te zien hoe de dienstbode zich
de eerste twee maanden zou gedragen, ’t Ging
een week of wat goed, maar de brutale
dievegge heeft niet den vollen tijd de handen
thuis kunnen houden. Dezer dagen werd ze
betrapt op het stelen van f 20 uit den koffer
van den knecht.
Plotselinge waanzin. De Gelderlander
meldt«Zondagmorgen juist midden onder
de vroegmis werden de geloovigen te Zeve-
naar opgeschrikt door een hevig gebons op
de kerkdeuren gevolgd door een vreeselijk
geschreeuw. Een en ander werd veroorzaakt
door onzen burgemeester, A. Baron van Hu-
genpoth tot Aerdt, die in een vlaag van waan
zin, in ambtsgewaad gekleed, den volke kond
wilde doen, dat allen Roomsch moesten wor
den Met veel moeite maakte men zich van
den ongelukkige meester en bracht hem per
auto naar ’t St. Efisabethsgesticht te Arnhem.
Overspanning van zenuwen schijnt oorzaak
te zijn.
Woensdagavond is door het niet tijdig af-
1 sluiten van een gebroken gasbuis aan de gas-
fabriek te Nijmegen lucht in een der zuiver-
schrift ontving Het Volk van »de moeder van
sluiten van een gebroken gasbuis
I n TA »t t ZA I r In XiiTYlOO'ATl in
kisten gekomen. Daardoor ontwikkelde zich
kooloxyde en zwavelkoolstof, die in den gas
houder en in het pijpennet kwamen. Dienten
gevolge had men in alle huizen waar men
heer Schaper daar al tegen aanvoerde dat ook j
.„J. „y breken van
vast kan houden en ze toch zwemt waarheen I veestapel en
De Kamer wou te herhalen.
Kinderleed of onderleed?
Marietje” een uitvoerig stuk, terweerlegging
van de voorstelling, omtrent de oorzaken van
een poging tot zelfmoord door verdrinking, I
door een dertienjarig meisje te Amsterdam gas brandde zwaveldampen. Niemand begreep
verricht.
Volgens «de moeder van Marietje,” was de I
tweede vader van het kind zeer liefderijk voor j
zijn stiefdochtertje, maar is dit een moeilijk
te besturen, vreemd kind. Zoo had het de
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
.11'
8....
i
L?”
n.”
ir
11..L
O*’****W*AV,
O o
dering maar weinig heil verwachten. We hebben I
dat al zoo vaak zien vertoonen, ’t lijkt ons, oninge-
wijden, wel eens, of men telkens, wanneer de boel
in ’t honderd loopt, maar weer eens met een ander
gaat probeeren. Ik wil nu niet zeggen, dat dit f
nu het geval is. Werkelijk, ik weet er evenmin
wat van als gij en oordeel naar wat ons zoo nu
en dan ter oore komt. En dan is het wel op
merkelijk, dat er al weer een ander gouverneur
ten tooneele verschijnt, nu we allerlei ontmoe
digend nieuws uit Atjeh te hooren hebben ge
kregen en pas zijn opgeschrokken door een inval
van Atjehers in een gebied dat daarvan wel
voor goed bevrijd scheen en nu de smokkelhandel
in wapenen op de kust van Atjeh weer zoo schijnt
toegenomen, dat het noodig bleek nog twee
oorlogsschepen erheen te zenden. Gaan we dan
nooit vooruit, ’t Lijkt soms wel eens Sisyphus-
arbeid dien we daarin in Atjeh hebben. Telkens,
wanneer Sisyphus den steen, dien hij naar boven
had te brengen, vlak bij den top van den berg
had, rolde hij weer naar beneden en kon hij
van nieuws af beginnen. Dat is wel om je geduld
er bij te verliezen. En toch moeten we geduld
hebben, ’t Kan nog zoo lang duren. Wij weten
het niet, de heeren weten het niet, niemand
weet het. We moeten den steen maar naar
boven blijven wentelen. Misschien, dat we hem
nu eindelijk eens werkelijk óp den top krijgen.
tt -T. ...J en
r YY UI V Ullkl lö UUU1 RUI 1
LJ.GL- ruin V <111 Z/Vltz lUUlUul V <111 1