voor WOIIKVJI en omliggende Gemeenten.
I
■I
I
EB
I
i
j|
■SI
I
fe
i
«g
I
Over dit en dat.
O
r
dB
JH
ft
Ijl
1
H
I
g
ZATERDAGJ26 SEPTEMBER 1908.
34ste Jaargang.
No. 39.
Binnenlandsch Nieuws.
i
voor- en
brand woedde te fel. 1
lendende perceelen, het meubelmagazyn
langrijk
Maar
missen.
HoUandsche tabak.
werd in vroeger tijden een
Hij tastte ook de be-
t meubelmagazijn van
den heer A. Wierstra en de bakkerij van den
heer J. Tienstra aan. Laatstgenoemd pand
kon behouden blijven, doch kreeg belangrijke
waterschade,
meubelmagazijn er af.
De vlammen werden ook daar meester en
gebracht, voldoende rechtvaardiging voor het uit
spreken van een algemeene doodstraf Spreken
geen andere overwegingen, wanneer het geldt
een diersoort te behouden of te verdelgen Zeker,
wanneer de schade algemeen is en van invloed
op de welvaart van het land of een belangrijk
deel van zijn bevolking, dan is men wel genood
zaakt den toebrengers der schade den oorlog te
verklaren, al rechtvaardigt ook dit nog niet een
algeheele uitroeiing. Maar waar die schade slechts
betrekkelijk gering is en door weinigen geleden
wordt, daar vooral heeft men er rekening mee
te houden, dat er andere belangen zijn dan stof
felijke. Al koopt men er direct niets voor, de
schoonheid is toch ook wel wat waard. En wie
weet hoe de natuur, hoe de wereld om ons er
uit zou gaan zien, wanneer we alles, wat ons ook
maar eenigzins schaden kon, gingen vernietigen.
Als ik te kiezen heb zoo schreef een bekend
natuurliefhebber tusschen een portie gebak
ken paling en een reiger, stil drijvende in den
blanken avondhemel, dankies ik, hoeveel ik ook
van paling houdt, dien reiger. Zou het niet eens
kunnen blijken, dat zij, die het met dezen houden,
nog talrijker zijn, dan de visschers, die schade
lijden En zou, wanneer er gericht gehouden
werd, hun liefde voor dien sierlijk-blanken vo
gel in de weegschaal van het recht niet mis
schien zwaarder kunnen blijken, dan al de dub
beltjes en kwartjes, die de visschers in de andere
schaal legden
O
i was de verkoopprijs tot f 8
prijs die de teelt onmogelijk
I
Hoor eens, ’t is er me heusch niet om te doen,
kwaad van de politie te zeggen. Ik heb voor
regel zooveel mogelijk met alle menschen in
vrede te leven. En ik kan dien regel mijn lezers
aanbevelen. Dat behoef je nog niet uit vrede-
of menschlievéndheid te doen. Maar ’t is prac-
tisch. Je kunt nooit weten, hoe je iemand nog
eens noodig kunt hebben, ’t Kan zoo raar loopen
in de wereld. En daarom doe je ook ’t ver
standigst de politie te vriend te houden. Wer
kelijk, al ben je geen misdadiger van beroep en
niet van plan het ooit te worden, je kunt toch
nooit weten, hoe ’t je te pas kan komen, als je
misschien eens wat luidruchtig van een partijtje
komt ’s avonds en wegens de duisternis
misschien rechts en links niet goed meer on
derscheiden kunt, zoodat je je rechterbeen ver
zet als het je linker moet zijn. In zulke gevallen
kan een vriendschappelijk-gezinde politie je heel
wat onaangenaamheden en een hard bed bespa
ren. En daarom Maar ik wou alleen ver
tellen, dat het niet in mijn aard ligt ruzie te
maken, allerminst met de politie of dergelijke
hooge personages, en dat het dus allerminst uit
kwaadaardigheid is, wanneer ik de politie te na
moet komen. Maar werkelijk, ze kan er zulke
vreemde idees op na houden en in toepassing
brengen, dat je je mond er niet over houden
kunt.
Te Amsterdam werd vele, vele jaren geleden
een jongen van 14 jaar wegens een kleinen dief
stal tot een korte gevangenisstraf veroordeeld.
Nadat hij zijn tijd had uitgezeten, ging hij bij
een stucadoor in de leer, en zoodra hij oud ge
noeg was, vertrok hij als koloniaal naai- Indië.
Na zes jaar keerde hij met een blanco strafre
gister terug en werd los stations-arbeider te
Amsterdam. Toen hij 6 weken behoorlijk zijn
plicht vervuld had, zou hij, als gebruikelijk is,
een vaste aanstelling krijgen. Maar daar kwam
de politie een spaak in ’t wiel steken, ’t Is ver
wonderlijk wat een fijnen neus, dat die heeft,
wanneer het er op aankomt ongevaarlijke en
onschuldige misdadigers op te sporen en ergerlijk
wat een roeping zij schijnt te voelen om het
zulke menschen lastig te maken. We hebben
indertijd, toen de kapitein van Köpenick zijn
geniaal schelmstuk had uitgehaald, ons geërgerd
over de vervolging, waaraan menschen, die een
maal iets misdreven hebben, van de zijde der
Duitsche politie bloot staan. Maar we hoeven
voor die ergernis nu zoover niet te loopen. Ook
onze politie schijnt daarin bedreven.
De gewezen koloniaal, stations-arbeider te Am
sterdam heeft dat kunnen ondervinden. Toen
hij een vaste aanstelling zou krijgen, deelde de
politie den stationschef mede, dat hij op 14-ja-
rigen leeftijd een gevangenisstraf had ondergaan.
Of ze erbij vertelde, dat hij na dien tijd altijd
uitstekend had opgepast, weet ik niet. In elk
geval had echter de stationschef wijzer moeten
wezen, dunkt mij, en zich niet storen aan wat
jaren geleden gebeurd was. Maar misschien hield
hij ook graag de politie te vriend. Het resul
taat was ten minste, dat de arbeider de laan uit
moest en met zijn gezin op straat stond. Na
lang zoeken om werk en brood, verviel hij ein
delijk tot misdaad en weer in de handen der
politie. Of die daarmee misschien haar zin had
Maar ik wou geen kwaad van de politie zeg
gen. Ik dacht alleen maar, dat het goed kon
zijn, dergelijke gevallen eens onder de algemeene
aandacht te brengen. Wie weet misschien, dat
het meehelpt verdere ongelukken te voorkomen.
De algemeene opinie, zooals die zich in de pers
uitspreekt, heeft, in ons land althans, een grooten
invloed. Heeft ze nog niet pas geleden het on
geluk weten af te wenden, dat reigers en aal
scholvers bedreigde
Er was door de Nederl. Heide-Maatschappij,
afdeeling Zoetwatervisscherij, besloten premies
uit te loven voor hei dooden van deze vogels en
het uithalen hunner nesten, en aan de regeering
een bedrag van f 1000 te vragen ter tegemoet
koming in de te maken kosten. Daarop zijn
vrienden en vijanden dezer vogels, gewapend met
ingezonden stukken, ten strijde getrokken voor
het behoud eener- en de vernietiging anderzijds
dezer diersoorten. En het lijkt wel of al dat
gewrijf en geschrijf de Heide-Maatschappij van
haar bloeddorstig voornemen heeft bekeerd en
zij althans voorloopig de beesten met rust wil
laten. Blijkbaar wil men eerst ook eens precies
weten, of die dieren nu werkelijk zoo schadelijk
voor den vischstand zijn, als vaak beweerd wordt
en of daar geen nuttige zijde tegenover staat.
Uit wat tot nu door dezen en genen werd te
berde gebracht, moest men wel den indruk krij
gen, dat de schadelijkheid der reigers al uiterst
betwistbaar was. Zeker, ze eten wel eens een
vischje. Waarom zouden ze ook niet Het ge
tuigt van hun goeden smaak. Maar daarnaast
verorberen ze ook mollen, muizen en allerlei
schadelijk gedierte, ’t Zou dus nog moeten
blijken, of het nut voor den landbouwer niet
ruimschoots opweegt tegen de schade, den vis-
scherman toegebracht. Met den aalscholver
schijnt het er anders voor te staan. Die houdt
alleen van visch en schijnt daarvan heel wat op
te kunnen. Maar gelukkig voor de visschen komt
hij vrij zeldzaam voor, nog minder wel dan de
reiger. En het is dus de vraag of de schade aan
het visschersbedrijf toegebracht, nu wel zoo be
langrijk kan zijn.
Maar er is nog een andere vraag. Is de
Schade, door dieren aan sommige menschen toe-
a s. in werking zal
Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents.
Per post 0.65. Enkele Nos. 3 ets Ingezonden stukken Donder
dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur.
||b
De prijs der Advertentiën is van 1 5 regels 25 cents, elke
regel meer 4 cents. Grootere letters worden berekend naar
de ruimte die zij innemen. Bij abonnement belangrijk lager.
I
Uitgave van T. GAASTRA Bz.,
firma H. BRANDENBURGH ZOON
te WORKUM.
Thans wordt verzekerd, dat het nieuwe
postwetje (couranten tot 50 gram voor i/z ets.,
brieven tot 20 gram 5 etsdrukwerk per
50 gram 1 ets.,) 1 Oct.
treden.
Friesch vee. Het Friesche vee blijft
voortdurend voor het buitenland gezocht, schrijft
het Hbld. Vooral ook blijkt dit op de weke-
hjksche veemarkt te Leeuwarden. Belgen,
Duitschers, Franschen en Italianen zijn er ge
woonlijk in niet gering getal tegenwoordig en
dan komen er nog zoovelen uit verscheidene
provinciën van ons eigen land. Voor Italië
wordt enkel fokvee gekocht. Een paar weken
geleden werden er weder 11 wagens van de
puikste rundersoorten naar dat land verzonden
en verleden Vrijdag opnieuw 14 wagens met
fokvee ten behoeve van veefokkerijen te Milaan
verzonden. Het is de heer Carlo Sein uit
Milaan, die nu reeds sinds jaren herhaaldelijk
er voor overkomt, en behalve op de veemarkten,
ook bij den boer gaat, om de beste soorten
te koopen.
Men behoeft intusschen niet beducht te zijn,
dat de Friesche veestapel in gehalte of getal
er op zal verminderen. De veehouders zelven
begrijpen te goed, dat zij meester van den
toestand moeten blijven en ook voor eigen
aanfok puik vee moeten behouden. En wat
het getal betreft dit wordt van jaar tot jaar
grooter. Dit geldt niet alleen voor rundvee,
maar ook voor schapen en varkens, in 1907
te zamen weder verscheidene duizenden meer
dan een jaar te voren.
Wat meer in het bizonder de Leeuwarder
veemarkt betreft, over haar groote belangrijk
heid zal men kunnen oordeelen als men weet
dat de aanvoer in 1907 bijna 240.000 stuks
van alle soorten bedroeg, waarvan de waarde
naar de middelprijzen berekend op weinig
minder dan twintig millioen gulden was te
stellen.
Een nieuw krankzinnigengesticht. Naar
aanleiding der geruchten, als zouden er onder-
handelingen gevoerd worden over den aankoop
van het fraaie en uitgestrekte buitengoed
Blankenburg, gelegen tusschen de gemeenten
’s Gravenhage en Wassenaar, met het doel
aldaar te stichten een geneeskundig gesticht
voor krankzinnigen en zenuwlijders, wordt van
welingelichte zijde medegedeeld, dat de bouw
plannen voor deze inrichting reeds ver gevor
derd zijn.
Bij deze inrichting, die onder leiding zal
komen van een bekwamen psychiater als le
geneesheer-directeur, wordt de paviljoen-ver-
pleging streng doorgevoerd, terwijl rekening
wordt gehouden met alle eischen, die men
aan een voor dat doel bestemde moderne eerste
klasse stichting kan stellen.
Een brandstichter. Men meldt uit Leeuwar
den:
Ter beschikking van den officier van justitie
wordt gesteld de 22-jarige J. H., vanOoster-
zee, die bekend heeft op 21 Sept, brand te
hebben gesticht in de bijna geheel voltooide
boerenhuizinge van T. Wartena in het Laag
land, onder Grouw.
Ongeveer 20000 halve kilo’s hooi gingen
verloren. Met inspanning van alle krachten
gelukte het een groote ramp te voorkomen.
Ongeveer 3 weken geleden werd op de
zelfde plaats een begin van brand gebluscht.
J. H. was werkzaam aan deze huizinge.
In een hachelijke positie. Dinsdagmorgen
heeft de stoomtram TilburgGoirle bijna een
slachtoffer geëischt.
Even na haar afrit, te ongeveer kwart
voor tien uur, gekomen ter hoogte van de
woning van den heer O. op de Spoorlaan, trad
eensklaps van achter de boomen te voorschijn
zekere G. Gr., werkzaam op de Centrale
Werkplaats. Nog voordat hij bemerkte, dat
de tram in zijne onmiddellijke nabijheid was,
kwam hij te vallen, doch werd gelukkig, door
een der ijzeren stangen, voor aan de machine
verbonden, gegrepen en over een afstand van
30 M. medegesleurd. Toen een fietsend voor
bijganger de netelige en hoogst gevaarlijke
positie van den man bemerkte, waarschuwde
hij den machinist, die nog steeds niets van
het ongeluk bemerkt had en weldra
was nu de machine tot stilstand gebracht.
Wonder genoeg had de aangereden persoon
geen verwonding bekomen, alleen zijn handen
waren een weinig ontveld.
Geheel ontdaan werd de man bij den heer
Knaapen binnengebracht, vanwaar hij, na
eenigszins op zijn verhaal gekomen te zijn,
naar zijne woning terugkeerde.
Wilhelmus Veltman, de sinds Juni uit
het krankzinnigengesticht te Medemblik voort
vluchtige misdadiger, is Zondag te Amsterdam
gearresteerd, De 33-jarige moet nog een
gevangenisstraf van zeven jaar ondergaan,
Hij is reeds naar Leeuwarden overgebracht.
Hij had zes weken te Antwerpen gewerkt,
doch was toen op een valsch nationaliteits-
bewijs naar Amsterdam teruggekeerd.
Ook de uit het gesticht te Delft ontvluchte
gevaarlijke krankzinnige is aangehouden en wel
te Arnhem.
Dinsdagmiddag is in het Vondelpark te
Amsterdam weer met inkt geworpen. Twee
dames zaten op een bank in de buurt van de Kat-
tenlaan, toen een harer met inkt bespoten
werd, en niet zuinig ook. De getroffene
meende eerst, dat het vocht uit een boom kwam,
doch weldra bleek, dat het inkt was waarmede
de dame besproeid was. Een van de park
wachters werd gewaarschuwd weldra bemoeide
de politie zich met het geval, doffi ongeluk
kigerwijze kan de dame in het geheel geen
inlichtingen geven, wijl zij van den dader niets
had gezien. Desniettegenstaande werd het
park doorzocht, maar zonder resultaat.
Een woesteling. Een berucht individu,
J. H.. zette Maandagmorgen weder een deel
der gemeente Zwijndrecht op stelten. Ver-
meenende twee kwartjes te vermissen, beschul
digde hij daarvan zijn zoon, en bewerkte hem
spoedig daarna zóó met zijn mes, dat weldra
dr. Broeksmit geneeskundige hulp moest ver-
leenen. Door de gemeenteveldwachters naar
Dordt, waar hij nog eenigen tijd vrij logies te
goed heeft, overgebracht, sprong hij over de
leuning der veerpont in het pontegat. Daar
het water hem hier slechts tot aan de borst
kwam, was hij spoedig weder op den vasten
wal, waar verscheidenen uit het publiek, dat
hem zeer weinig sympathiek was, zijne redding
bejammerden. Met zijne natte kleederen werd
hij nu naar Dordrecht overgebracht, waar men
hem wel weder eene korte poos zal opbergen.
Groote brand te Sneek.
Maandagavond even voor 8 uur brak te
Sneek in den winkel van den heer B. H. de
Vries aan het Grootzand een hevige brand uit.
Bij het opsteken van een gaspit vatte een
stuk lint vuur, dat zich in een minimum van
tijd uitbreidde tot den grooten voorraad van
uitgestalde witte goederen. Het winkelperso
neel had geen tijd om aan blusschen te denken.
Daar hen en de andere bewoners de uitgang
aan de straatzijde was afgesneden, moesten
allen aan de achterzijde het brandende perceel
verlaten. Ongeveer kwart over 8 verscheen de
eerste spuit. Weldra volgen de 7 andere spui
ten en werd getracht de vlammenzee, die uit j
sloegen hoog uit het dak en deden het ergste
vreezen. Na veel inspanning wist de brand
weer hier den brand tot den zolder en het
dak te beperken. Ook dat perceel kreeg veel
waterschade. Intusschen brandde het perceel
van den heer de Vries geheel uit en bleef
daarvan niets gespaard. Een pakhuis achter
dit pand en er van gescheiden, bleef behouden.
Te midden van den kolossalen vonkenregen
vlogen vlammende stukken door de lucht, die
een begin van brand deden ontstaan in de
goot van het magazijn van den heer Potma
aan de overzijde van het Grootzand. Door
eigen personeel werd deze brand gebluscht.
Aan beide zijden van deze straat hadden zich
duizenden belangstellenden geschaard, wier
aantal steeds nog door vele nieuwsgierigen
van buiten vermeerderde. Van IJlst werden
per stoomboot telkens velen aangebracht-
Politie en marechaussee handhaafden de
orde. De burgemeester en verdere autoritei
ten bewogen zich bij het terrein van den brand.
Voor zoover bekend dekt verzekering by
allen de schade. De heer de Vries is met
gebouw, winkelinventaris enz verzekerd by de
Onderlinge Sneeker Brand waarborg-My., de
heer Tienstra eveneens en de heer Wierstra
bij meergenoemde My. en de Arnhemsche. On
geveer 11 uur was men den brand meester
en trok de menigte langzamerhand af.
Omtrent dezen grooten brand, kan de L. Ct.
nog melden, dat de winkelinventaris van den
heer De Vries, in wiens manufactuurwinkel
de brand, zooals men weet, ontstond, verze
kerd is voor f 37 000. De kantoorboeken zyn
erg gehavend aan de hoeken teruggevonden.
Bij den heer Tienstra, bakker, is de brand
schade grooter dan eerst werd vermoed. Het
achterhuis van den heer Wierstra, meubelma
ker, met houtvoorraad op den zolder en verder
materieel enz., zyn totaal verloren gegaan,
alsmede de zolder van het voorhuis, waar te
vens aan de daaronder gelegen vertrekken en
den winkel zeer veel brand- en waterschade
werd toegebracht.
Het pand van den heer Nieuwenhuis, hor-
loger, bekwam ook vry wat waterschade.
De schade wordt op ongeveer f 100.000
geschat. De Sneeker Onderlinge Brandw.-Mij.,
De Jong en Co., te Amsterdam, en de Brandw-.
My., te Woudsend, zyn by de ramp betrokken.
Ongeluk in het kamp te Zeist. Men
schryft uit Amersfoort aan de N. Ct.:
In het Zeister-kamp, legerplaats nabij Soes-
terberg, had dezer dagen een ongeluk plaats,
dat betrekkelyk goed is afgeloopen.
De milicien K., van het 9e regement in
fanterie, zag bij het oprollen der tent van
luitenant-adjudant A., een revolver aan diens
krib hangen. De soldaat nam het wapen in
de handen, bekeek het eens nauwkeurig,
spande de haan en legde schertsend aan op
den dichtby staanden schildwacht. De haan
ging over, zonder dat er verder iets ongewoons
plaats had. Intusschen speelde de milicien,
die nog nooit een revolver in de handen had
gehad, steeds door met het gevaarlyke wapen.
De haan werd opnieuw gespannen, nog
eens werd gemikt, eindelijk trok hij nog eens
af en plotseling weerklonk tot aller schrik een
schot, met het noodlottig gevolg, dat hy zichzelf
door de hand schoot. Dit voorval bracht vry
wat opschudding in het kamp teweeg. De
luitenant-adjudant, die volgens militaire voor
schriften geen met scherp geladen wapen in
de legerplaats mag hebben, heeft den kolonel
van het regiment direct met het voorgevallene
in kennis gesteld. De milicien werd voorloopig
in het kamp verbonden en bevindt zich nu in
het militair hospitaal te Amersfoort. Zijn
toestand is bevredigend. Waarschynhjk zal
hy twee vingers van de linkerhand moeten
missen.
HoUandsche tabak. Te Wageningen
1 werd in vroeger tyden een zeer bloeiende ta
baksteelt gedrevenin ronde cijfers beliep de
productie van 600,000 tot 700,000 pond per
jaar. De achteruitgang der prijzen deed de
productie verminderen, totdat in 1888 absoluut
j geen tabak meer verbouwd werd. Had men
de ramen en het dak hoog oplaaide, aan de i wel jaren gekend dat f 32 per 50 K.G. werd
achterzijde te bedwingen. Doch de j ontvangen, toen
- - - gedaald, eeQ
maakte.
De laatste jaren is echter de inlandsche
tabak steeds hooger betaald. In de Betuwe,
Maas en Waal, Rhenen en Amerongen is het
Minder goed kwam genoemd bedrijf nu zeer loonend. Met het oog daarop
willen de landbouwers onder Wageningen
opnieuw de tabaksteelt ter hand nemen. Vo-
’7;
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
r
UÜUYVIUgüU.
1