ca Noordwlde.
Bij dit mmr Behoort een biiwpl.
voor de Gemeenten Workum, Hemelnmer Oldepbaert
Hindeloopen en Stavoren.
Zie inteekenbiljet op 3e blad
zijde.
Belangrijke Uitbreiding
ondergaan.
Over dit en dat.
34ste Jaargang.
ZATERDAG 31 OCTOBER 1908.
No. 44.
Binnenlandsch Nieuws.
Uit de Kamers.
eigen volk. Dat
van
De
oo
Op aanvrage zenden wij gratis een Ex. van
het Geïllustreerd Zondagsblad ter kennismaking.
91/2 a 10—12
10 a IOV2-I2
91/2-12
9—12
91/2-12
9^-12
9-12
10 a 10i/3 —12
I
De zeer fraaie ILLUSTRATIE, welke als
Geïllustreerd Zondagsblad
bij ons is verkrijgbaar gesteld, heeft eene
Elk nummer zal voortaan in plaats van uit
tien pagina’s, uit twaalf pagina’s bestaan, waar
door grootere ruimte wordt geboden tot de op
name van meer boeiende romanlectuur.
Deze belangrijke vermeerdering van den inhoud
geschiedt zonder verhooging van den abonne
mentsprijs.
Wij sporen alle lezers van onze Courant aan
zich bij ons te abonneeren op dit Geïllustreerd
Zondagsblad, hetwelk zoo zeer uitmunt door
actualiteit, fraaiheid van uitvoering en keur van
boeiende lectuur.
Het is een der meest goedkoope
Illustraties hier te lande en kost
slechts per 3 maanden 45 ct., franco per post
521/2 ct.
De prijs der Advertentiën is van 1 —5 regels 25 cents, elke
regel meer 4 cents. Grootere letters worden berekend naar
de ruimte die zij innemen. Bij abonnement belangrijk lager.
blijvend gedeelte af te schaffen. Daarover waren
als te begrijpen viel, velen het met hem eens,
wat ook het aantal der voorstemmers 36 tegen
43 bewees.
Maar de regeering had het amendement on
aannemelijk verklaard en er den nadruk op ge
legd, dat juist hierin het vérschil school tusschen
dezen en den vroegeren minister van oorlog, dat de
tegenwoordige het blijvend gedeelte behouden
wenschte en alleen den duur van den diensttijd
bekort. En dit deed misschien nog wel enkele
weifelden tegen het amendement front maken.
Nog minder succes had de heer Ter Laan met
zijn voorstel om aan de nummerverwisseling bij
het blijvend gedeelte een einde te maken, dat
nog minder voorstemmers kreeg. En evenzoo ging
het met zijn derde amendement, om de derde
herhalingsoefeningen te doen vervallen, waarvan
zelfs de heeren Verhey en Thomson tegenstan
ders bleken en met het vierde om aan de be
staande praktijk, waardoor, in strijd met art. 107,
de 81/2 maand eerste oefeningstijd tot 9 maanden
verlengd worden, een einde te maken. Zoo ging
ten slotte ’t ontwerp, ondanks den gevoerden
tegenstand, er vrijwel ongewijzigd en met slechts
12 stemmen tegen door.
Buitenl. Zaken
Justitie
Binnenl. Zaken
1 Marine
Financiën
Oorlog
Waterstaat
Landbouw
Koloniën
aan. I niet moest meenemen, gaf de oude
Het «Christelik Seiskip for Fryske Tael
Schriftenkennisse” heeft een prijsvraag uit-
We zijn uit de warme Octoberdagen met
zoo’n plotselinge en snelle vaart den winter in- grenzen,
gestoven, dat we, al zijn we hier op dat punt
nogal wat gewend, er toch zelf versteld van 1
staan. Nog een week, nadat we met ramen
en deuren open hadden gezeten en misschien
nog buiten hadden zitten theedrinken, nadat
we nog op het midden van den dag liepen
te blazen van de warmte, hebben we kunnen
schaatsenrijden. Ja zeker, schaatsenrijden, ’t Is
gebeurd. Op den 21 sten October heeft men
te Warga een tochtje op schaatsen gemaakt.
Nu zijn ze daar in Friesland, als men weet,
altijd erg gauw bij. Zoodra er een kraai op
’t ijs kan staan, gaat men ook probeeren, of
’t voor de schaatsen nog niet goed is. Dat
schijnt daar de menschen in ’t bloed te zitten.
En dat heeft dan ook tengevolge gehad, dat ze
langen tijd den naam van schaatsenrijders bij
uitnemendheid hebben gehad en dat als hard
rijders niemand hen verslaan kon. Nu is dat
anders geworden, vooral sinds de wedstrijden op
de lange baan in de mode gekomen zijn. De
ijssport is, als alle sport bijna, internationaal
geworden. Hoe kon het ook anders in onzen
internationalen tijd I
De internationale voetbalwedstrijden in En
geland hebben dat weer getoond. Overgekomen
uit Engeland heeft het voetbalspel ook heel het
vasteland en zelfs de niet-Europeesche landen
gewonnen. Maar de Engelschen en de menschen
van Engelsche afkomst, zijn er toch blijkbaar
de baas in gebleven. De keur der voetbalspelers
uit alle landen heeft het tegen het Engelsche
elftal moeten afleggen. Maar het is gebleken,
dat er geduchte concurrenten beginnen te komen.
Tegen de Denen vooral hadden de Engelschen
het zwaar te verantwoorden. Maar ook
blijdschap voor onzen nationalen trots de Hol
landers toonden zich geduchte tegenstanders, ge-
duchter dan eenige andere natie behalve de
Denen en met dezen wel bijna op een lijn
staande. Men had over ’t algemeen van onze
voetballers nog zoo’n goede verwachting niet.
s man
cynisch ten antwoord«Je hebt ze en moet
er maar zien af te komen.”
Ten einde raad en na vergeefs getracht te
hebben haar voo’ zijn rekening elders onder
dak te bezorgerwerd de vrouw door den
I kastelein op straa'- gezet.
I Nadat een medelijdende vrouw het arme
I mensch in huis genomen had, werd zij voor
andeiv. p
mers i._”---
door de gezamenlijke vereenigingen, welke zich
ten doel stellen de bevordering van de bedrijfs
belangen van nijverheid en handel, rechtspersoon
lijkheid bezitten en minstens 20 patroons onder
hare leden tellen.
Men ziet, dat de taak hier dezen Middenstands-
kamers opgedragen een vrij omvangrijke zal zijn
en dat haar tevens een vrij uitgebreide bevoegd
heid tot regeling van het bedrijf gegeven wordt,
vooral ook door de regeling van het leerlingwezen.
Nadat in zake de werkeloosheid de motie
van den heer Treub was aangenomen, die de
wenschelijkheid uitsprak van regeeringssteun
aan de werkzaamheid van particulieren en
gemeenten, van voorzorgsmaatregelen en van
verkrijging van nauwkeurige wetenschap om
trent aard en omvang van het kwaad, kwam
de wijziging der Militiewet in behandeling.
Dit ontwerp zal een opkomst der militie bij
de onbereden wapens in twee ploegen en in
verband daarmee vermindering van den dienst
tijd der achtmaanders bij het blijvend gedeelte
van 8 tot 4 maanden mogelijk maken en
bepaalt, na de wijziging die de regeering
daarin op aandrang van vele leden bracht,
den diensttijd bij die wapens op niet langer
dan twee maanden. Het beoogt dus een ver
lichting van persoonlijke en financiëele lasten.
Immers twee maanden verkorting van den
diensttijd bij het blijvend gedeelte en zekerheid
van onmiddellijke aansluiting van den dienst
bij het blijvend gedeelte aan den eersten
oefentijd beteekenen voor de militieplichtingen
verlichting van den dienst. En een jaarlijksche
bezuiniging van naar schatting 31/3 ton beteekent
verlichting van de schatkist en de belastingbe
talers.
De minister liet dan ook niet na bij zijn ver
dediging, die hij tegen velen te voeren had,
daarop het licht te laten vallen. En tegenover
die voordeelen stonden maar kleine en nog on
zekere bezwaren, zooals dat over vermoeienis en
toenemend verloop van het kader, door de over
matige inspanning, die van officieren en kader
zou gevergd worden. Maar uit de bestrijding van
de heeren Thomson, Verheij, Eland en anderen
bleken ook bezwaren van anderen aard. Er was
gezegd, dat het ontwerp maar half werk was,
maar dat men dan toch die helft maar dankbaar
moest aanvaarden. De heer Verheij, en met hem
de heer Thomson betwijfelde echter of dat halve
werk wel in de goede richting zou
Ontwerp had het karakter van een voorloopige
regeling van een proefneming, zoo verklaarde de
regeering. Maar zou niet veel van dat voorloo
pige definitief blijken te worden. Immers de
regeering zou later niet licht bereid zijn het
thans vastgestelde te schrappen. En zoo zoude
de diensttijd van 81/2 maand, de instelling der
4 maanders, blijvend gedeelte en ’t contingent,
bij aanneming van ’t ontwerp, alle voor lange
tijden bestendigd worden, zouden als de heer
Thomsom, die over den schijn van hervormings
gezindheid betoogde, het uitdrukte ook allerlei
staande-leger-denkbeelden onder dat mom worden
ingevoerd.
De ontevredenheid met het ontwerp sprak zich
behalve in redevoeringen ook in amendementen
uit. Er waren er heel wat ingediend. Maar
verschillende daarvan, dat van den heer Van Kar-
nebeek en een ander van den heer Van Doorn,
weer ingetrokken. De heer Ter Laan handhaafde
de zijne echter hardnekkig. Hij had er 4 voor
gesteld, maar met geen van de 4 succes, ’t Ge-
Uitgave van T. GAASTRA Bz.,
firma H. BRANDENBURGH Zoon
te WORKUM.
Voor ons volk bestaat er nog geen vrees, dat
het zoover zal komen. Maar daarom blijft het
niettemin zaak onze nationaliteit te versterken.
En we kunnen dat behalve in eigen land, nog
zoo prachtig buiten onze grenzen doen, in Afrika
en in dat zelfde België, dat begint te begeeren
naar den terugkeer naar eigen, oorspronkelijk
volks-, dat is Vlaamsch leven. Franschen en
Duitschers hebben daar in België hun eigen
ijicholen en worden daarbij gesteund door hun
regeeringen. Vooral de Fransche regeering doet
veel tot bloei van het Fransche onderwijs in
België. Kan, zoo vraagt ook een Vlaamsch
schrijver in «Neerlandia”, Nederland dan niet
mee doen voor de stichting van Nederlandsche
scholen? En verdient het niet de overweging
onzer regeering, of het niet ook op haar weg
ligt, daarbij te steunen? Wij hebben te lang
stil gezeten. Nu er een streven merkbaar is
pm door Nederlandsche scholen in het buitenland
ook in Argentinië begint men daaraan behoefte
te voelen de daar vertoevende Nederlanders
voor hun volk te behouden, mag men er zeker
wel eens aan denken, of men daarmee in Vlaan
deren geen tweeledig doel bereiken kan en of
dat doel niet den bijstand der regeering waard is.
zullen voor ö'jaar gekozen worden en wel steen. De groote steen is een pandaloque
vorm, terwijl nog 6 kleine steenen bestemd
zijn voor een collier van H. M. de Koningin en Schriftenkennisse heeft een prijsvraag uit-
van Engeland. Alle steenen zijn bijzonder geschreven voor een «Christlik Frysk lesboekje”
schitterend geslaagd. jt j twee deeltjes, het eerste voor kinderen van
Kamerleden, die zich niet willen latei i 0 tot 12, het andere voor kinderen van 13
herkiezen. Voor zoover tot nog toe bekenden )t 15 jaar. Als hoofdprijs wordt f 100, als
zullen zich in 1909 niet meer herkiesb^ 1 °Iijprijs f 50 uitgeloofd. Inzending vóór 1
stellen de heeren G. Zijlma (Zuidhorn), G^ anuari 1910.
KamerverkiezingDe anti revol. kies
vereniging te Sneek heeft tot candidaat voor
de a. s. verkiezing van een lid van de Tweede
Kamer gekozen den heer H. Pollema, met 21
stemmen. Op mr. N. J. Croles uit Leeuwar
den werden 19 stemmen uitgebracht.
De heer Pollema is Donderdag bij enkele
candidaatstelling gekozen tot lid van de Tweede
Kamer.
Hoe in Den Haag gewerkt wordt. In
een ingezonden stuk van «een ambtenaar« in
de Nieuwe Rott. Crt. kwam het volgende
staatje van de werkuren aan onze departe
menten van algemeen bestuur voor
10-12 IV2 a 2—4
11/2—^
U/2-4
11/2-4
1-4
lV3-4
172-4V,
1V2-4
»L. en V. teekent hierbij het volgende aan:
uren van Financiën en Landbouw zijn
vet gedrukt, als genormaliseerd door ministers,
die blijkbaar voor hun eigen departement
zich schaamden Aan beide departementen
werkt men 6, zegge zes uren per dag.
Dat is het maximumAan een deftig en
misschien juist daarom lui departement als
dat van Buitenlandsche Zaken werkt men 4,
zegge vier uren per dag
Niettemin is voortdurende actie gaande tot
verhooging van bezoldiging en komen jaarlijks
ilrij\en. t aanvragen van de regeering om meer personeel.
Zoolang in het staatje als hierboven afge
drukt niet alle departementen ten minste gelijk
ziju gemaakt aan Financiën en Landbouw,
zullen de Staten-Generaal verstandig doen met
de leuze aan te heffen geen man en geen cent.
Ned. Protestantenbond. Dinsdagmiddag
werd te Enschede de 38ste algemeene ver
gadering van den Ned. Protestantenbond, onder
voorzitterschap van prof. B. D. Eerdmans, uit
Leiden, geopend.
Blijkens het verslag van den algemeenen
secretaris ds. I. M. J. Hoog, heeft het aan
tal afdeelingen zich niet aanmerkelijk gewij
zigd. Tegenover drie, die werden opgeheven,
Sexbierum, Sleen, de Rijp, staat er een, die werd
opgericht, Keppel. Het aantal leden van den
bond nam toe.
In de middagvergadering hield men zich be-
ïukkigst bleek hij nog met zijn voorstel om ’t zig met huishoudelijke belangen, goedkeuring
Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents.
Per post 0.65. Enkele Nos. 3 ets Ingezonden stukken Donder
dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur.
Bij de Olympische spelen van dezen zomer
bleken wij nog al wat ten achteren in allerlei
sport. Maar de voetballers hebben dien Hol-
landschen naain op dat gebied weer wat omhoog
HO PIP. lit Ook in ander opzicht blijken die trouwens
V 1*11X11 KI 1111 UUllVllli Holland en het Hollandsch in eere te willen
houden. Wij zijn over ’t algemeen niet erg
kieskeurig op 't gebruik van vreemde woorden.
Ja, we schijnen wel vaak te meenen, dat ze
mooier, beter, chiquer klinken dan onze Hol
landsere. Vooral de sport is voortdurend bezig
j onze taal met allerlei vreemde mengsels te ver-
1 giftigen. Dit is gedeeltelijk te begrijpen, om
dat we de meeste takken van sport uit het
buitenland overndlhen en men onder de sport
liefhebbers nu niet juist vooral de menschen
heeft te zoeken, die wat voelen voor de zuivere
schoonheid van eigen taal en het bewaren van
eigen karakter. Maar de voetballers schijnen
ook hier een gunstige uitzondering te willen
maken.
In het Sportblad vraagt iemand om Hollandsche
woorden voor «trainen” en «coach” bij ’t voet
ballen. Wie weet er? «Neerlandia” noemt
voetbalmeester, een ander blad sprak al van
oefenmeester. Of zoo’n woord nu van zooveel
beteekenis is? Och neen. Maar de geest,
waaruit die vraag naar eigen woorden voorkomt
is het wel. We hebben zoo lang geleefd in
verachting voor ons eigen schoon, het schoon
van ons land, van onzen aard, van onze taal.
We meenden, dat het elders beter was, voor
namer vooral. En zoo we dat al niet meenden,
kon het eigene ons niet schelen, was er ten
minste geen krachtige, bewuste liefde voor het
karakter van eigen land en eigen volk. Dat
beteekende verval van het nationale leven, schade
voor de kracht en welvaart van ons ras.
Er is nu vreemd wel in dezen tijd van
internationalisme over heel de wereld een
nieuwe bloei van nationaal zelf bewustzijn merk
baar. Die bloei schijnt ook in ons land haar
bloesems te doen uitbotten. Wij worden er ons
zij het ook minder sterk nog dan anderen
van bewust welk een schat wij in een krach
tig nationaal leven voor ons geestelijk en licha
melijk welzijn bezitten. En wij beginnen te
voelen, dat het noodig is, dat we wij als leden
van een klein volk vooral ons gaan inspan
nen om dat nationaal leven zuiver te houden en
sterk en ’t uit te breiden tot aan de uiterste
Deze liefde voor eigen volksbestaan
en eigen taal hoeft geen enghartig nationalisme
te zijn. Het is geen prat gaan op eigen deugden
en minachten van anderen. Maar het is het
bewaren van onze volkspersoonlijkheid, zooals
wij prijs stellen op het behoud van onze indi-
vidueele persoonlijkheid tegen den overheer-
schenden invloed van anderen. Het is ook geen
weren van alle invloeden van buiten, geen
buitensluiten van wat aan goeds vooi' onze poor
ten is. Maar het is het inenten van het vreemde
op eigen stam, opdat het daar geheel mee ver-
groeie, het omwerken van anderer gedachten
en beschaving tot ze geheel onze eigene ge
worden zijn en dus anders dan ze tot ons
kwamen, vergroeid met ons eigen geestelijk leven.
Dat is geheel wat anders dan anderer geestes
beschaving, overnemen. Doen we dat, dan
blijven we ook als volk van werkelijke beschaving
vreemd. De ware beschaving is immers, zoowel
bij personen als volken, die welke een deel van
ons eigen wezen geworden, die vervormd is dooi
de inwerking onzer eigen persoonlijkheid en zoo
tot iets eigens individueels geworden is.
Maar om die vervorming te kunnen tot stand
brengen moeten we eene eigene en krachtige
persoonlijkheid zijn, moeten we dus als volk een
afzonderlijk, krachtig nationaal leven hebben.
Dat is het wat aan de Belgen ontbreekt en
waardoor ze als volk de bekoring missen, die
van een eigen karakter uitgaat. Ze hebben de
Fransche beschaving, de Fransche cultuur over
genomen, niet het Fransche als al het andere
ingewerkt in hun eigen nationaal leven en dit
ermee verrijkt. Het blijft iets aangenomens,
iets vreemd, een jas van een ander, die niet
past en nu allerzonderlingst om het lijf hangt.
Hoe Fransch de Belgen ook doen, zij missen als
geheel de fijne bekoring, die van het Fransche
volk uitgaat, ze zijn grootendeels Germanen ge
bleven in een Fransch kleed, dat hen niet past
en daardoor potsierlijk maakt in plaats van
elegant.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD