Hindeloopen en Stavoren.
Over dit en dat.
ZATERDAG 14 MEI 1910.
37ste Jaargang.
No. 20.
Binnenlandsch Nieuws.
Land- en Tuinbouw.
Tot plaatsing van adv. en reclames voor Handel, Nijverheid en Geldwezen buiten de prov. Friesland is uitsluitend gemachtigd het Alg. Adv.-Bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 76-78, Amsterdam
vischsoorten uitgezet.
Blijkens
Het auteursrecht van den inhoud van dit
blad wordt verzekerd volgens art. 25 der Wet
van 8 Juni 1881, Staatsblad no. 124.
Uitgave van T. GAASTRA Bz.,
firma H. BRANDENBURGH Zoon
te WORKUM.
■wij
nog
Troosteloos staart dé arme kerel op die ver
woesting en zoekt boosaardig naar slakken, maar
die hebben genoeg tot de tuinman weer slapen
gaat en zitten veilig in den grond. »’t Is toch
verschrikkelijk, hoe een mensch geplaagd wordt«
klaagt hij. Eerst vond ik eiken morgen een
paar van die kleine padden, en sloeg ze dood.
En nu ik deze niet meer vind, vreten de slakken
mij alles op!«
«Deden de padden dat dan ook, Teun vroeg
zijn buurman en vakgenoot, die hem de bestelde
De prijs der Advertentiën is van 1 —5 regels 25 cents, elke
regel meer 4 cents. Grootere letters naar plaatsruimte. Buiten
Friesland, uitgezonderd Familieberichten, 10 ets. per regel. Bij
abonnement belangrijk lager.
ERICUS.
Vragen en Antwoorden.
(Zend uw vragen per brief of briefkaart aan
Ericus, Amsterdam, dan komen ze wel terecht.
De antwoorden worden kosteloos gegeven en
abonné’s van Friso behoeven geen postzegel voor
antwoord in te sluiten. Naam of woonplaats
worden zelfs met den voorletter niet vermeld.)
Vraag. Wat is de beste methode om jonge
kanarievogels op te fokken? En wat te doen,
om de ziekte: t>de vraat” te voorkomen?
Prinses Juliana.
Men seint uit ’s-Gravenhage aan de Tel.
Wij zijn gemachtigd mede te deelen, dat
Prinses Juliana, die onlangs werd ingeënt,
zich bij voortduring in een uitnemenden ge
zondheidstoestand verheugt en dat het verloop
der inenting zeer gunstig is geweest, zoodat
H. K. H. daarvoor zelfs geen dag thuis heeft
behoeven te blijven.
Na hare taak, de zorg voor H. K. H. Prinses
Juliana gedurende haar eerste levensjaar, tot
bijzondere tevredenheid van Hare Majesteit
de Koningin te hebben volbracht, keerde
zuster De Haan dezer dagen naar Utrecht
terug. Zij werd vervangen door mejuffrouw
M. Marting, die als kinderjuffrouw der Prinses
is opgetreden.
Minister Nelissen.
een mededeeling in de Staatscourant
is aan minister Nelissen op zijn verzoek eer
vol ontslag verleend, onder dankbetuiging voor
de vele en gewichtige diensten, door hem den
lande bewezen en zulks met ingang van 11 Mei.
Aan minister Heemskerk is ad interim het
van Justitie op-
PADDEN en KIKVORSCHEN.
«Atschuwelijke beesten, die padden Ze zijn
erg vergiftig en vergiftigen alles waarmee ze in
aanraking komen.
Sla ze overal dood Weg er mee
»En die mooie, aardige bruine landkikkertjes
zijn wel lief, als ze tusschen bloemen en groen
rondspringen, maar sla die ook dood, want ze
eten de aardbeien op 1 Zie maar, altijd zitten
ze er tusschen.
»Maar die goede, groene waterkikvorschen,
die Zeeuwsche Nachtegalen, mag je volstrekt
geen kwaad doen.
Die wreede Italianen, Franschen en Belgen
dooden ze en eten ze, de Italianen geheel
(gekookt of gebakken), de Franschen en Belgen
alleen de achterbouten. Dat moest bij de wet
verboden worden!®
Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents
Per post 0.65. Enkele Nos. 3 ets Ingezonden stukken Donder
dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur.
Zoo oordeelt het groote publiek en het slaat
de plank geheel mis in alle opzichten. Immers,
zorgvuldig onderzoek heeft ons heel wat anders
geleerd.
Tusschen bedden tuinboonen en aardbeien zien
wij zoowel de groote gewone pad, die zich
slechts langzaam beweegt, als de kleine, vluggere
tegen den avond. Deze is groen, maar heeft
een zwavelgele streep over den rug.
Geen enkele pad is vergiftig, maar als zij in
grooten nood zit bij vervolging, tracht zij dieren
en menschen te verdrijven, niet door «vergift te
spuwen®, zooals bijna ieder gelooft, maar door
met kracht alle urine weg te spuiten, die zij
bij zich heeft. En als men een pad gewoon
opneemt, doet zij dit ook niet, ’t Is niet netjes
van zoo’n pad, dat moet gezegd worden, maar
een tuinbaas, die eenmaal weet hoe nuttig
padden zijn, neemt ze op als hij ze vindt, al is
’t op de wandeling en steekt ze in den zak om
ze thuis in broeikassen los te laten.
Erg worden deze altijd geplaagd door blad
luizen, slakken en vele andere schadelijke in
secten. De knapste kweekers zetten er padden
in, maar willen dit gewoonlijk niet weten, ja,
houden ’t zorgvuldig geheim, omdat de menschen
dan hun aardbeien, sla en andere producten uit
de broeibakken niet zouden willen eten. «Die
worden dan immers ook vergiftigd door de
padden
Ook zonder dat ze er opzettelijk gebracht
worden, komen de padden overal waar ze niet
uitgeroeid zijn en niet vervolgd worden, hun
nuttig werk eiken nacht verrichten en vragen
tot loon alleen, dat men ze met rust laat.
Moede is de kweeker naar bed gegaan, nadat
hij alles nog eens goed heeft nagezien. Maar
hij zag niet en kon niet zien dat eenige melk-
slakken in den grond verscholen waren. Nu
alles rustig is en het sap in de planten opstijgt,
vinden die slakken de sla en aardbeien het
lekkerst. Dure kroppen had de kweeker in de
bakken, omdat het buiten nog te koud was om
malsche sla te hebben. Veel aardbeien waren
rijp, groot en rood, keurig en geurig. Maar de
slakken hebben groote gaten in de sla gevreten
en juist de mooiste aardbeien vernield of be
schadigd. Zoo is alles onverkoopbaar.
beheer van het departement
gedragen.
Uit dit bericht blijkt dat het lange buiten-
landsch verlof, dat minister Nelissen voor her
stel zijner gezondheid genoot, hem niet de
Antw. Als men jonge kanaries sterk wil
fokken moeten ze een groote volière hebben,
nog liever een vogelkamer, waar ze flink kunnen
rondvliegen, ’t Is zelfs het best, de oude vogels
daarin te laten nestelen en broeden. Op ver
schillende plaatsen legt men dan nestmateriaal
en hangt op lichte plaatsen nestkastjes. In
’t donker kunnen de oude vogels de jongen niet
voeden. Een hoofdvoedsel voor jonge vogels
is het «Kanarievoer,” in cartons van 13 en 25
ct. verkrijgbaar. Hierin is vleesch, ei enz.,
Augurkenplanten brengt. Kom eens bij mij, ik I vooraf verteerbaar gemaakt, ’t is anders
heb verscheidene padden in mijn bakken en moeilijk verteerbaar en geeft verstopping).
Met beschuit en suiker is dit het beste voedsel
voor de jongen waarmee de oude vogels ze al
voederen. Daarbij geeft men: »rub”zaad, geen
rupszaad, maar rubenzaad, expres van een bij
zonder fijne raapsoort in den Harz voor kanaries
gekweekt. Dit bevat veel fijne olie en is zoet
(gewoon zwart boerekoolzaad niet). Hieraan
overeten zij zich niet, wel aan wit zaad en zang-
zaadHiervan geeft men maar eens per dag wat.
Als de vogels drie maanden oud zijn moeten
ze elk in een Harzenkooitje bij een voorzanger.
Vraag. Kan ik in een tuintje op het N.W.
knolbegonia’s en varens planten.
Antw. Ja, maar de knolbegonia’s moeten
eerst in potten goed uitgeloopen zijn en de volle
grondsvarens kan men ’t best in het najaar
planten. Neem nu stevige Koningsvarens in
potten, zet ze met pot en al in den grond en
neem ze er in ’t najaar uit om ze los in den
grond te planten.
Vraag. Welke varensoort is dit?
Antw. Cyrtomium falcatum, een kamervaren.
Vraag. Loe oud moeten kippen zijn om er
krachtige, productieve kuikens van te fokken?
Antw. Twee of drie jaar.
Vraag. Ik heb een spiegelruit, die na ’t
wegwasschen der krijtbedekking niet vuil, maar
Wat is daaraan te doen?
Antw. Opnieuw polijsten. De ruit kan er
in blijven. Vraag het den leverancier.
H. F. te L. Ja, zeer vele vragers willen naam
en adres alleen aan mij mededeelen. Ik schrijf
dan de vragen verkort over en de antwoorden
er bij. Per keerende post zend ik dan de
brieven of briefkaarten terug, als men er een
gefrankeerde enveloppe met duidelijk adres
ERICUS.
Het is altijd gelukkig, wanneer -men tusschen
twee niet te kiezen weet, nog een derde bij de
hand te hebben. Behalve de tentoonstelling te
Amsterdam is er nog een te’s-Gravenhage. Daar
wordt een wereldtaal tentoongesteld, of liever al
dat, wat op die wereldtaal betrekking heeft.
Wat wil men nu nog meer Een taal, de taal
heeft ons aller belangstelling, al zijn we er ons
allen niet even duidelijk van bewust. In die
taal, in onze taal, leven we en bewegen we ons.
Zij is als een deel van onze ziel, van heel ons
geestelijk leven. Zij is het middel waarlangs
we gemeenschap hebben met onze medemen-
schen, de weg, die ons voert uit onze eenzaam
heid naar een ruimer en wijdscher leven. Zij
is met ons gegroeid, met onze herinneringen,
onze liefden en teleurstellingen. Zij heeft
ons gemaakt tot wat we zijn en
maken haar. Daarom heeft zij meer
dan onze belangstelling Wij hebben haar lief.
Is er dan dankbaarder onderwerp dan een
wereldtaal Dat is niet onze taal alleen, het
is die der geheele wereld. En de liefde voor
haar... Maar neen. Juist, omdat ze van niemand
van ons is, heeft niemand onzer ze lief. Ze is
een vreemdelinge in ons midden. Maar zij staat
er als een wassen pop tusschen al die spring
levende, dartele gestalten van talen. Zij beweegt
zich niet, wanneer niet Dr. Zamenhoff of een
andere doctor aan de touwtjes trekt. En zij
groeit niet. Als ze grooter wordt, komt het,
omdat nu en dan aan haar beenen of aan haar
hoofd een stukje aangezet wordt. Of zij dan
daarom nutteloos is en zonder waarde? Wij
hebben al heel wat wereldtalen gehad. Ik ge
loof niet, dat eene het nog zoolang uitgehouden
en zoo ver gebracht heeft als het Esperanto.
Dat zou doen veronderstellen, dat ze ons wel
diensten bewijzen kan ten bate van handel en
internationaal verkeer. We kunnen er dus be
lang in stellen en afwachten.
Maar liefhebben? Neen.
Wat is interessant? wat merkwaardig of be
langwekkend Is het dat, waarin het grootst
aantal menschen belang stelt of dat wat in de
hevigste mate belangstelling wekt, al is het
dan ook in kleiner kring? Moet men het met
andere woorden in de breedte of in de diepte
zoeken Is dus het sterven van Florence Nigh
tingale, de café-chantant-zangeres, die het on
sterfelijke lied met het refrein: «Tarara boem
dié® aan de menschheid schonk of het althans
aan de vergetelheid bij Amerikaansche negers
ontrukte, belangwekkender dan de Multatuli-
tentoonstelling ter herinnering aan het ver
schijnen van het eveneens beroemde boek «Max
Havelaar®
Die zangeres toch, of althans haar «Tarara
boem dié® is de geheele wereld door en in
alle kringen vanaf den vorst tot den nietigsten
straatjongen bekend, terwijl Multatuli en zijn
boek voor verreweg de meesten onbekende
grootheden zijn en slechts door een betrekkelijk
klein aantal menschen in ons land en daarbuiten
geëerd en bemind worden. Volgt daaruit dan
niet, dat Florence Nightingale interessanter, be
roemder, grooter was? Of komt het niet op de
kwantiteit alleen, maar ook op de kwaliteit aan?
Het is eigenlijk vreemd die vraag nog te doen
in onzen tijd, die om geen kwaliteit zich meer
bekommert en alleen vraagt: »hoeveel?« Toch
moet men dat wel doen, wil men over de vraag
beslissen, wat het meer of minder beroemde van
een persoon, het meer of minder interessante
van een zaak of gebeurtenis het duidelijkst aan
geeft. Gij meent misschien, lezer, dat die vraag
van weinig beteekenis is en alleen een theoretisch
belang heeft. Maar laat mij u dan zeggen, dat
gij u schromelijk vergist en dat integendeel het
antwoord op deze vraag over uwe ontwikkeling
uw levensgeluk, uw gemoedsrust, uw kennis,
uwe genoegens beslist.
Wat is een courant? Ik bedoel nu niet, wat
zij is als lichamelijk voorwerp, maar wat zij
is als onstoffelijk wezen. «Een geldwinning,®
zegt er misschien een. Dat kan er naar wezen.
Altijd niet en voor den journalist zeker nooit.
Een manier om door adverteeren zijn zaak tot
bloei te brengen. Er is geen betere. Maar ik
heb nu meer het oog op dat deel, dat mij meer
bijzonder interesseert, op den redactioneelen
tekst, en ik vraag dus duidelijker: «wat betee-
kent een courant voor den lezer
Er zijn in onzen haastigen tijd menschen, die
weinig anders lezen dan de courant. Dat is
jammer. Maar het feit is er en er valt rekening
mee te houden. Onder de anderen vormen zij
weer de meerderheid, wier lectuur zich voor
het grootste deel tot hun courant bepaalt.
Zoodat we kunnen zeggen, dat voor de meesten
de courant de voornaamste lectuur is, hen voor
ziet van verstandelijke spijs. Uit die courant
leeren ze wat er in de wereld te koop is,
wat andere menschen aan het andere einde der
wereld misschien denken en voelen en doen, hoe het
er met het bedrijf, dat zij uitoefenen, elders uitziet,
wat de regeering en kamers over ons besluiten, hoe
slecht, maar ook hoe goed de menschen zich
dikwijls toonen. Die courant is het middel,
waardoor ze in gemeenschap blijven met de
gansche wereld, de stoffelijke en de geestelijke.
Maar in die courant, ook in de grootste, kan
niet alles vermeld worden wat er voorvalt. Er
moet een keuze gedaan worden. En die keuze
mag niet willekeurig zijn. Zij wordt bepaald
door het meer of minder belangwekkende.
Ziet ge nu in, waarom de beslissing over de
schijnbaar nuttelooze vraag, wat interessant en
merkwaardig is, ook voor u een groot practisch
belang heeft, en dat zij tot op zekere hoogte
uw kennis, uw ontwikkeling, maar ook uw
levensgeluk bepaalt? En voelt ge daarnaast
ook het buitengewone gewicht van die vraag j
voor den journalist, maar tevens ook de zware
verantwoordelijkheid, die op hem drukt, waar
het levensgeluk van zoovelen van zijne beslissing
afhangt
Het is gemakkelijk te decreteeren, dat inte
ressant een betrekkelijk begrip is, dat het ge
heel van iemands persoonlijkheid afhangt, wat
hij belangwekkend en merkwaardig zal vinden.
Wij, journalisten, zijn er met die algemeene uit
spraak niet af. Wij moeten het gemiddeld in
teressante zoeken. Moeten we daarbij uitgaan
van de sterkte der belangstelling of van hare
uitgebreidheid Moeten we het in diepte zoeken
of in de breedte Moeten we «Tarara boem dié®
en Florence Nightingale, die dit refrein tot beu
wordens toe de wereld door deed dreunen, of
Max Havelaar, die een rilling deed gaan door het
Nederlandsche land van 1860, een plaats in
ruimen? Moeten we het sterven van de eerste
gedenken, of de tentoonstelling bespreken, die
nu het 50 jaar geleden is, dat de «Max Have
laar® verscheen, ter eere van den schrijver te
Amsterdam gehouden wordt?
partement van Justitie was het, dat in deze
wetgevende periode het meest had gewerkt.
Verscheiden wetsontwerpen zijn van zijn
departement gekomen en bij de Kamer in
studie. Het is te vreezen, dat door deze
mutatie de zoo noodige herzieningsarbeid van
ens recht weer schadelijk uitstel lijdt.
Over de vraag wie Minister Nelissen zal
opvolgen schrijft de Tel.
Er is dezer dagen den naam genoemd van
den oud-minister Loeff. Wij gelooven niet,
dat deze zich bereid zal verklaren. Zijn wij
goed ingelicht dan zou ook zijn gezondheid
hem het vervullen van een tweede minister-
functie niet raadzaam maken. Voorts is ge
wezen op mr. R. B. Lcdeboer, advocaat-
kassen, die ’s nachts in spleten verscholen zijn
of in kleine holen, die ze zelf graven.®
Teun ging mee en zag volkomen gave blade
ren en vruchten bij zijn buurman, die niet
alleen de padden spaarde, als ze zelf in de
broeibakken of tusschen de groentebedden kwa
men, maar ze er ook bracht en ze opzettelijk
zocht. Er was niets beschadigd.
Wat hier gezegd is, geldt ook van de bruine
kikvorschen, echter niet van de groene water-
kikkers, die zijn schadelijk.
In geen enkel opzicht schadelijk is de bruine
landkikvorsch. Evenals padden en waterkik
vorschen, wordt hij wel in het water geboren,
ja zelfs de boomkikvorsch, die wel tot weer-
voorspeller in een «kikkerhuisje” met een lad
dertje gehouden wordt. Terstond na de gedaante
verwisselingen van vischachtige diertjes tot
kikkertjes en jonge padden, blijven alleen de
waterkikkers in het water en alle andere hier
genoemde dieren haasten zich naar het land,
ook onze fraaie, bruine landkikkertjes.
Zeer gulzig zijn ze, maar nooit zullen ze ook
maar eenige schade aan planten en'vruchten
veroorzaken. Toch vinden wij ze er altijd tus
schen, ook in het gras, maar alleen om insecten,
wormen en slakken te zoeken, ’t Zijn heel
nuttige dieren. Hebben wij last van slakken ...f
in een bloem- of groentebed, waar we geen (0 18 en <0 bJytt.
kippen kunnen loslaten, waar geen lijsters ons
helpen en waar we geen kalk kunnen strooien,
dan brengen we er eenige bruine kikkertjes en
laten die daar met rust. Ze blijven er, zoolang j
er wat te bikken valt en gaan dan weer op I
een andere plaats nieuwen voorraad zoeken.
Maar heel iets anders is het met de groene
waterkikvorschen, die meest altijd in het water
zijn of vlak er bij. (De boom en de land- insluit,
kikvorsch worden er wel geboren, zooals wij
reeds zagen en gaan er ook in het najaar weer -
heen, om in het slijk van den bodem hun
winterslaap te houden, maar komen er anders
nooit.)
Met veel moeite en kosten zijn bijna overal
dure
kuit” en uit die eitjes moeten vele duizenden
jonge vischjes komen. Maar de waterkikkers
denken er anders over. Zij eten ze alle op,
ook de zeer jonge vischjes, die reeds uit de
vroegste eitjes gekomen zijn.
Dit is zeer schadelijk! Van alle visschen, die
reeds in het vischwater zijn, worden zoo ook
de eitjes en kleine vischjes door de groene
waterkikkertjes en kikkers verslonden, als ze
talrijk zijn. Klein en groot verslindt, wat het
kan, ook wel een enkel insect, maar liefst visch-
eieren en vischjes.
Zoo helpt gesloten vischtijd niets. Die groene
waterkikkers kunnen we in ons vischwater niet
laten. Wij vangen ze met netten en aan
hengels, met roode lapjes aan een vischhaak.
Martelen mogen wij ze niet en jongens of
meisjes, die ze levend villen, moeten hiervoor
duchtig gestraft worden. Maar even wreed is
het, dit met aal of paling te doen, als zulke
dieren niet eerst gevoelloos gemaakt zijn, door
ze tusschen de oogen met de punt van een
scherp mes één flinken steek in de hersenen
te geven. Alle gevoel is dan geheel geweken
en de vi;chb„er kan nu «gallen,” opensnijden,
ingewand uitnemen, kerven of villen, vóór alles
moet hij beslist de arme dieren eerst gevoelloos
maken. Dit vergeten zelfs dierenbeschermers
maar al te dikwijls en vooral dierenbescherm
sters en worden dieren martelaars, dierenbeulen.
Stel u eens voor dat men koeien levend vilde
en opensneed.
Ook kikkers hebben een taai leven Steek heeft teruggegeven. Hij treedt
ze zoo dood en kook of braad ze dan, als gij ze ?T... 65 6 T x u l j
lust of hak ze stuk voor uw kippen, ook tot achtendit jammer. Juist het de-
vischvoeder.
De groene waterkikvorsch is zeer schadelijk
en moet krachtig bestreden worden. Alle
andere kikvorschen en ook padden moeten wij
beschermen.
Deze «schieten
-•■At
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
voor de Gemeenten Workum, Hemelumer Oldephaerl en Noordwolde.