J
n
Bekendmaking.
Ilindeloopen en Stavoren.
I
Over dit en dat.
4
37ste Jaargang.
ZATERDAG 18 JUNI 1910.
No. 25.
Officieel Gedeelte.
Binnenlandsch Nieuws.
Land- en Tuinbouw.
Tot plaatsing van adv. en reclames voor Handel
moet ik mijn «Impératrice
Vraag. Hoe
'2
groot
4
aar-
aan
1
Het aziteursrecht van den inhoud van dit
blad zvordt verzekerd volgens art. 25 der Wet
van 8 Juni '1881, Staatsblad no. 124.
r
Tentoonstelling van Het Boek.
Ter gelegenheid van het Internationaal Uit
gevers Congres, hetwelk dezen zomer te Am-
De Statenverkiezingen.
In enkele provincies zijn de stemmingen
voor de Prov. Staten reeds afgeloopen.
INDISCHE LOOPEENDEN.
(Hoe ze in de broedmachine geboren worden.)
«Waggeleenden” mogen wij de andere soorten
wel noemen. Zwemmen kunnen ze uitmuntend,
vliegen kunnen ze best, maar het loopen is
ellendig. Voor een kleine halve eeuw hebben
Engelsche eendenfokkers in Indië (Engelsch
Indië) zeer vlugloopende, veel slankere en uit
stekend leggende eenden ontdekt, die ook de
eieren maar zelden wegleggen.
Ieder weet hoeveel last men daarmee heeft
bij de meeste andere soorten, vooral bij de
hoereneenden. De ekstersdie een leggende
eend al staan op te wachten, pikken een gaatje
in het ei, zoodra de eend wegzwemt en drinken
den inhoud uit. Als de boer na dagen lang
zoeken het nest ontdekt, vindt hij daarin niets
dan eierschalen, zoo gaaf, alsof ze «uitgeblazen”
waren. Hij kan ze meenemen, ook een gaatje
maken aan de andere zijde en ze aan een dun
touwtje laten rijgen door zijn kinderen. Meestal
echter trapt hij ze woedend stuk en haalt het
nest uit elkaar, opdat de eend er niet weer in
leggen zal. Werkelijk kiest ze een andere
plaats, maakt daar een nest, maar weer in de
vrije natuur waar ze eieren legt voor de
eksters.
Uitgave van T, GAASTRA Bz.,
firma H. BRANDENBURGH Zoon
te WORKUM.
2 L c:r een land- dan Vraag. Hoe moet ik mijn «Impératrice
watervogel. Dit blijkt al terstond bij de des Indes” behandelen, nu ze is uitgebloeid?
Antw. Indische Keizerinnen zijn heel lastig
te behandelen en vooral «uitgebloeide.” Zoolang
ze jong en schoon zijn en pas ontluiken, gaat
het nog wel. Van deze Azalea knipt u alle
uitgebloeide bloemen met de steeltjes af en zet
ze over dag op een beschutte plaats buiten,
’s nachts binnen. Half Mei verplanten in bosch-
grond met 1/3 ouden koemest.
Vraag. Hoe verdrijft men motten?
Antw. Door zwavelkoolstof in de gangen te
gieten.
Vraag. Bloeien Pelargoniums beter in den
vollen grond dan met potten in den grond?
En Heliotroop?
Antw. Ze bloeien 't best in potten. Bij
natte zomers is de bloei in den vollen grond
zonder potten slecht. In droge zomers moet
men bij droog weer vast alle dagen gieten.
Als men ze tot aan den rand in den grond
plant in droge gronden, zoodat hierover de
wortels heen kunnen groeien is zelfs in drogen
grond éénmaal gieten per dag genoeg, tot aan
den langsten dag ’s ochtend, daarna ’s avonds.
Zet Pelargoniums niet voor half Mei buiten,
Heliotropen niet voor laatst Mei.
ERICUS.
Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents
Per post 0.65. Enkele Nos. 3 ets Ingezonden stukken Donder
dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
Gemeente WORKUM
Gelet op de Artt. 26 en 43 der Politieveror
dening in deze gemeente, waarbij het
klimmen, kladden, schrijven of
krassen op de muziektent en het
storen of hinderlijk zijn van eene
openbare muziekuitvoering, een
volksfeest of eene openbare ver
makelijkheid, strafbaar wordt
gesteld met eene geldboete van
ten hoogste f 85,— of hechte
nis van ten hoogste zes dagen.
Doen te weten, dat deze artt. streng zullen
worden gehandhaafd.
Zij vertrouwen op aller medewerking van het
publiek, opdat het beoogde doel worde bereikt.
Workum, den 14 Juni 1910.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. ten BERGE.
De Secretaris,
A. de VRIES.
Menschen, die op hun naam en fatsoen ge
steld zijn, klagen altijd. Dat moeten ze wel,
veiligheidshalve. Het zou blijk geven van wei
nig voornamen smaak en dus afbreuk doen aan
hun roep van distinctie, wanneer ze zich voldaan
toonden over iets wat niet hoog genoeg reikte.
En daar ze zich zelf wat erg zeker voelen in
het aanleggen van een maatstaf omtrent het
mooie, voorname, goede, toonen ze zich maar
nooit tevreden. Zoo loopen ze nooit gevaar onder
de markt te blijven en zich den roep van ge
distingeerd te zien ontgaan. Zoo krijgen ze
den naam van een mensch met zoo hooge aspi
raties, dat niets hen bevredigen kan, met zoo
voornamen en fijnen smaak, dat niets hun goed
genoeg is. Daarom klagen ze maar altijd.
Of het uit een dergelijke beweegreden is, dat
we altijd over het weer klagen Of we daarmee
willen te kennen geven, dat wij het toch wel
anders gekend hebben, in Italië of in Marokko
of op een andere planeet misschien en dat men
dus zoo min niet van ons denken moet? Maar
die «men® zijn we dan toch eigenlijk weer zelf,
en het is moeilijk aan te nemen, dat we er
pleizier in hebben ons zelven voortdurend in ’t
ootje te nemen. Zoo nu en dan, zeker, doen
we dat wel graag eens. Het maakt soms het
leven zooveel gemakkelijker. Maar voortdurend
en overal?
Is het dan misschien, omdat het klagen, waartoe
we als menschen van naam en fatsoen verplicht
zijn, ons zoo zeer tot gewoonte, d.i. dus tot een
tweede natuur geworden is, dat we het niet
meer laten kunnen, ook niet, wanneer het eens
bij uitzondering onnoodig zou zijn Of is wer
kelijk het weer ten onzent zoo abominabel, dat
ons niet anders dan te klagen overschiet?
Maar alles is betrekkelijk op de wereld. We
kunnen alleen abominabel vinden, wat ons door
z n onaangenaamheid treft, wat in vergelijking
met wat we gewoon zijn, slecht is en verkeerd
en hinderlijk, wat in slechte richting van den
vorm afwijkt. De weersgesteldheid nu, zooals
die regelmatig is we klagen immers altijd
is voor ons de normale, kan ons dus on mogelijk
als iets bijzonder onaangenaams of hinderlijks
treffen. En toch klagen we altijd.
t Is niet uit te houden van de hitte,prut
tellen we vandaag. «Wat een afwisseling toch,®
als het na een onweersbui morgen wat frisch
is. t Is wel lekker zoel, maar zoo somber met
die wolken,als overmorgen de temperatuur
gestegen is, maar de lucht bewolkt blijft. «Een
heerlyk zonnetje, maar die akelige wind,« heet
het den vierden dag. «Zouden we nou nooit
meer regen krijgen?® als drie dagen later nog
a tyd het zonnetje schijnt. »’t Regen.t hier ook
altijd,wanneer den volgenden middag tegen
ons wandeluur het weer nog niet wil opklaren.
Maar dan tegen den avond lijkt het werkelijk
eens bij uitstek prachtig. De regen, zoo’n zachte,
zoele regen, heeft opgehouden. De zon is door
gebroken en kleurt de wegtrekkende wolken
met een gouden purpergloed. In den tuin glinstert
nog een enkele droppel als een parelende diamant
aan den rand der blaren. Meneer en mevrouw
zitten voor het huis. «Heerlijk weer,® meent
moest ae vrijzinnige aig^l
digde van Middelburg zijn plaats afstaan
een anti-revolutionair.
In Overijsel zijn twee zetels voor de libe
ralen verloren gegaanin Enschedé en Om
men. In eerstgenoemd district moet een her
stemming plaats hebben tusschen 1 soc.-dem.,
1 R. K. en 2 lib. (aftr.); in Ommen her
stemming tusschen 2 rechtsche candidaten.
In Zuid-Holland vielen in Rotterdam I de
beide aftredende liberalen af, waarvoor de
soc.-dem1 met rechter-candidaten in herstem
ming komen. De rechterzijde lijdt in deze
provincie geen enkel verlies en kan bij de
herstemming slechts winnen. 8 soc.-dem. komen
in herstemming.
In Groningen moet in de districten Gro
ningen en Zuidhorn herstemming plaats heb-
tusschen alle candidatenin Appingadam
tusschen de aftr. liberalen en rechter-candi
daten. Hoogezand herkoos den aftr. lib.in
Oude Pekela werden de twee vnjz. aftr. her
kozen en zal herstemming moeten plaatsheb
ben tusschen een aftr. v.-d en een a -r.
In Drenthe werden voor Assen alle vrijz.
candidaten gekozen, n.l. drie aftr. liberalen
en als nieuw lid een v.-d.Hoogeveen her
koos de aftr. liberalen.
De Rjjksiniddelen.
Het overzicht van de opbrengst der middelen
over de maand Mei mag gunstig genoemd
worden in vergelijk met de opbrengst over
dezelfde maand van het vorige jaar. Er is
een avans van ruim 7 ton, waartoe vooral
medewerkten de directe belastingen, de accijnzen
en de posterijen.
Was de opbr. in Mei ’09 f 14.818.846.05’,
ditmaal bedroeg zij f 15.537.096.58of
f 718.250 53’ meer.
De meerdere opbrengst werd veroorzaakt
door de volgende middelen, die meer dan in
Mei] 1909 opbiachten: de directe belastingen
f 465 569de invoerrechten f 23.886de
accijnzen f 363.380; de gouden en zilveren
werken f 3204de posterijen f 92 322de
rijkstelegraaf f 4678 en de loodsgelden f 9286-
Daartegenover stond een mindere ontvangst
op de indirecte belastingen van f 234.521, op
de domeinen van f 9512, op de staatsloterij
van f 36, en op de akten voor de jacht en
visscherij van f 5.
De maand Mei 1910 ging boven het V12
der raming met f 1.056 657, maar de op
brengst over de eerste vijf maanden van het
jaar (f 65.759.391) blijft nog altijd f6.642.808
ten achteren bij 5/i2 der raming (72.402.199)
De opbrengst over de eerste vijf maanden
van 1910 was f 65.759.391.82, tegen
f 61.750.784.69’ over hetzelfde tijdvak van
1909.
Of zal van nu aan ons volk het voorbeeld van
onze oosterburen, de Duitschers, navolgen en
den bierkroes
vv inKei v an T„ -----
veel groot, de jonge hanen en woerden
(mannetjeseenden) voor de markt, de jonge
kippen en eenden om te leggen.
De broedmachine is meest een groote lamp,
die volle 24 uren branden kan en de noodige
warmte geeft (van 102 tot 104 graden Fahren
heit.} Als het te warm zou worden, ontsnapt
door een klep van aluminium zooveel warme
lucht, tot de thermometer 102 gr. Fahr. wijst.
Dan sluit de klep van zelf.
Door die lamp zouden de eieren al uitgebroed
worden, als er alleen maar op een vast uur
eiken dag genoeg petroleum bij gegoten werd.
Maar de kip keert de eieren om en gaat van
het nest om te eten en te drinken en zich te
reinigen in het zand. Toch krijgt ze nog
meestal luis en als ze die houdt, als de kuikens
uitkomen, sterven deze er door.
De eieren «luchten” dan met een, als de kip
van het nest is.
Zoo «keeren” de hoender- en eendenfokkers
ook de eieren in een broedmachine eiken dag
vijf minuten en luchten dan meteen flink. Dit
«keeren” is letterlijk het omkeeren van de
eieren. Om te weten of dit goed gebeurt,
zonder ook maar één ei vergeten of niet geheel
om te keeren, teekent men aan den eenen
langen kant van het ei een duidelijke streep
en daartegenover een kruis. Als nu 1 Maart
de eieren in de broedmachine gelegd worden
met het kruis boven, vult gij na 24 uren de
lamp, maar keert eerst de eieren, zoodat de
streep boven komt en lucht meteen de eieren
terwijl de lamp gereinigd en gevuld wordt en
de thermometer wordt nagezien met de auto
matische veiligheidsklep.
(Slot volgt.) ERICUS.
Vragen en Antwoorden.
(Zend uw vragen per brief of briefkaart aan
Ericus, Amsterdam, dan komen ze wel terecht.
De antwoorden worden kosteloos gegeven en
abonné’s van Friso behoeven geen postzegel voor
antwoord in te sluiten. Naam of woonplaats
worden zelfs met den voorletter niet vermeld.) 1
Vraag. Hoe oud moet een kip zijn om de
grootste en sterkste kuikens voort te brengen? f
A tw. Twee of drie jaar. Men moet dan
echter vooral niet later dan Maart broeden.
Vraag. Kan men met goed resultaat van
één-jarige kippen kuikens fokken en zijn die
even groot en sterk als wanneer de kip twee
jaar oud is?
Antw. Als ’t vroegbroed kippen zijn van
verleden jaar (dus in Maart of begin April ge
boren) en er een overjaarsche, groote, krachtige
haan bij is, kunnen ook die kuikens, zelfs in
Mei uitgebroed, nog heel goed worden. Die
van twee- of drie-jarige kippen zijn echter ge
woonlijk beter.
Vraag. Welke, phosphorzure kalk bevattende
stof, hebben de meeste vogels liefst?
Antw. Sepia (’t zoogenoemd «zeeschuim”),
waarvan men een stukje in de kooi houdt.
Vraag. Weet u een practisch boekje om
papagaaien te leeren spreken.
Antw. Neen, spoedig volgt een artikel over
papagaaien. Een boekje «Papegaaien en par
kieten” is te Zutfen bij Van Belkum Az. uitge
geven. Daarin vindt u wel veel belangrijks over
deze vogels.
De prijs der Advertentiën is van 1 5 regels 25 cents, elke
regel meer 4 cents. Grootere letters naar plaatsruimte. Buiten
Friesland, uitgezonderd Familieberichten, 10 ets. per regel. Bij
abonnement belangrijk lager.
Njj verheid en Geldwezen buiten de prov. Friesland is uitsluitend gemachtigd het Alg. Adv.-Bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 76-78, Amsterdam
meneer. Maar mevrouw voelt het plotseling
koud optrekken. «Je kunt hier ook nooit eens
buiten zitten,® zegt ze, verontwaardigd opstaande.
En met een diepen zucht van berusting: «Laten
we maar weer naar binnen gaan.® Daarbinnen
houden meneer en mevrouw dan nog eens zwart
gallige beschouwing over het Hollandsche klimaat.
En een vriendin van mevrouw, die toevallig op
bezoek komt, klaagt mee, en klaagt morgen
weer, als ’t warm is.
Toch zijn er ook enkele menschen, die niet
altijd klagen. Dat zijn dezulken, die in de eer
ste plaats aan wat anders denken dan aan naam
en fatsoen. De parapluieverkoopers, als het een
heelen zomer regent, de schaatsenfabrikanten
en baanvegers in een winter van 13 weken, de
limonadeverkoopers en bierbrouwers ineen snik-
heeten zomer.
Die laatsten, de bierbrouwers namelijk, schij
nen echter nog zoo heel gerust niet. Er is
een bedenkelijke neiging tot afschaffing in de
menschen van onzen tijd gevaren. We gaan
den alcohol schuwen als een cholera-bacil. Dat
is den heeren te kras geworden. En ze hebben
de medische faculteit te hulpgeroepen. Acohol
in groote hoeveelheid is verkeerd, dat weten
wé, zoo redeneeren ze. Maar nu gaan de men
schen, zeer tot onze schade, zich verbeelden, dat
ook de kleinste hoeveelheid vergif is en het ge
ringste gebruik schadelijk. Helpt gij, heeren
professoren in de medicijnen en dokters ons zoo
mogelijk deze dwaling bestrijden? Wat zullen
de heeren antwoorden Zal ook het bierverbruik
door den medischen banvloek getroffen worden.
oosterburen, de Duitschers, navolgen
het jeneverglas laten staan om
ter han^.te nemen?
Voor den om vang van ons volk, d.w.z. voor
den lichamelijken omvang der Nederlanders,
kan dit van groote beteekenis zijn. En voor
den omvang van de portemonnaie der bierbrou
wers zeker niet minder. Dit vooral nu we in
tegenstelling met het vorig jaar eens een war
men zomer schijnen te mogen verwachten,
Het kan gebeuren, dat we einde Mei of begin
Juni nog spijt hebben, dat de kachels zijn op
geruimd. De warmte komt eerst na den langsten
dag, zeggen dan de weerprofeten. Maar die
warmte komt ook wel eens heelemaal niet. Dit
jaar schijnt ze zich echter zelfs aan den langsten
dag niet gestoord te hebben. En als de zomer
zoo doorgaat, kunnen we er nog van profiteeren.
Dat is nog voor andere menschen goed dan
limonade- en biei fabrikanten. Ik kan me voor
stellen, dat hotel- en pensionhouders zich al ver
genoegd in de handen wrijven. En dan de
directies van badinrichtingen niet te vergeten.
Want je kunt, als je toch eenmaal vacantie
hebt, je ook bij het huiverigste weer voor je
fatsoen verplicht rekenen, die in Gelderland of
Zuid-Limburg of nog verder van huis door te
brengen. Maar zeebaden nemen de meesten
toch niet geregeld als de thermometer beneden
de 70 wijst. En daarom is het te begrijpen
met welk een innerlijk genoegen de directie
van het ZeebadScheveningen dezer dagen,
dus nauwelijks in Juni nog, die inrichting ge
opend heeft. Ze heeft dat misschien vaak ge
noeg in begin Juni gedaan. Maar het gebeurt
toch maar zelden dat niet de directie, maar
de badgasten, er in Mei al dagen lang naar
zitten te snakken. Waarlijk, we treffen het
van ’t jaar.
Zei ik in den aanvang niet, dat menschen van
naam en fatsoen altijd klagen. Als ze ’t niet
over ’t tegenwoordige doen, doen ze ’t over ’t
toekomende. «Als ons dat maar niet opbreekt,
zoo’n mooie voorzomer. Dat zie je toch maar
dikwijls. Zoo’n akelig klimaat hebben we nou
eenmaal.® Natuurlijk 1
land- dan
De Indische loopeend is meer
een 1
geboorte. Andere jonge eendjes gaan al heel
spoedig met de moeder te water, als ze door
een gewone eend zijn uitgebroed.
De Indische loopeend echter blijft met haar
kuikens een paar weken op het droge en vangt
daar ijverig slakken, wormen, aardrupsen en
zeer vele andere schadelijke dieren. Ze zoekt
er muur en andere onkruiden voor, zoodat ze
in weiden bepaald nuttig is met de kuikens.
De andere eenden, zelfs de sterke hoeren
eenden, brengen lang niet alle kuikens groot,
als die vroeg uitgebroed zijn. Dan gaan ze er
mee te water, als dit nog koud is en er bijna
nog geen waterdiertjes in te vinden zijn. Ver
kleumd en zwak, omdat ze weinig voedsel
vinden, kunnen de arme diertjes de moeder
ternauwernood volgen. Telkens blijft er een
zwak eendje achter, dat door een snoek of
waterrat gegrepen en onder water verslonden
wordt. Dit gebeurt natuurlijk niet met de
Indische loopeendjes, die lang genoeg op het
droge gehouden worden. Een volle maand is de
beste tijd. Wanneer de eieren door een kip
zijn uitgebroed, gaat dit wel het gemakkelijkst
en daarom is dit ook te verkiezen, als men geen
broedmachine gebruikt met een opfokmachine.
De kip broedt 21, de eend 30 dagen vóór haar
eigen kuikens uitkomen, denk daar wel om.
«Nieuwe kunsten” zegt nog menig boer schouder
ophalend.
Nieuw? De oude Egyptenaren hadden en
gebruikten ze al. Is dat niet oud genoeg
misschien
Ja, ,’t is zeker alleraardigst, zoo’n broedende
kjip of eend te zien en ze later haar kuikens te
jvien verzo-^en. Maar de boer_hgeftAer £ft8rne
I
4
1
WW
S.
1
T—TJ r- - I -1 - -
'I
I
gl
I
ilrA.»HAn i.. 1
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
voor de Gemeenten Workum. lieraelmner Oldeplmerl en Noordivolde.
I - lil KVll V’
O'‘-W