Onze Weerbaarheid.
Taspraek op ’e griene brilloft.
ZATERDAG 1 APRIL 1911.
37ste Jaargang.
No. 14.
r
Binnenlandsch Nieuws.
voeren
in den
Het
veroor
Ik winskje jimme, achte twa,
It hüslik lok fen herte ta,
It heechste lok fen trouwen,
En dat jim noait en nimmer net
It houlik hjir of der yn let,
Of oait mar komt to rouwen.
Uitgave van T. GAASTRA Bz.,
firma H. BRANDENBURGH Zoon
te WORKLJM.
De tabakswet.
spotlied op de Tabakswet op
het onvolprezen «Piet Hein, a
o in
Jongpear, ek winskje ik jimme ta,
Dat jimme hjoed in jier of sa,
'Sa sitte... wol plesierich!
Ik hoopje lokkich jimm’ to sjen
Yn ’t blij besit fen flinke bern
As roasen, soun en tierich.
Onderstaand
de wijze van
kwam der redactie van »De Tabaksplant
handen.
Ben je niet ontsteld van wat nu wordt verteld
Dat ons land niet meer kan betalen,
Ik winskje jimme, acht jongpear,
Bilibje wille, al mear en mear
As lokkich troude ljuwe,
Krij hopen segen en gelok
En mei de frede zonder skok
Altyd biwarre bliuwe.
Ik winskje dat fortriet noch leed
Of rampen al to hird en wreed
Jim echtgelok bidjêrre,
En dat noch sykte, unk en skeel,
Jim oait iens falie mei ta deel
Yn ’e echtesteat togjêrre.
It libben jowt üs sur by ’t swiet,
Wol wille soms mar ek fortriet;
Dat sit oan elkoar peare,
Doch hein it altyd mei forstan,
Brük beide goed de holle en han,
En sterkje elkoar yn eare.
Jim moat it mar safolle as ’t kin
Hwet skikke meast nei elkoars sin,
En elkoar goed foar ’e eagen halde.
Graech ek ris hwet for elkoar dwaen,
En alles altyd heine en slaen
Yn ’e üterst béste falde.
Feestfierjend nij jongpear, ik bin,
Sa goed as ik dat stelle kin,
Fen plan, om jmme alline,
Myn segenwinsken mei to jaen
Op jimme nije libbensbaen
Dy ’m hjoed al ynset binne.
Wy haw al meinoar troch de sang,
Jongpear jim winske, libje lang!
Mar der is ’t noch net goed mei
In sekfol winsken stean der noch
Dy ’t jimme skielk yn wêzen sjoch,
Ha der mar neat gjin noed mei.
De huisbaas wil langer niet wachten op geld,
Komt morgen den boel weghalen.
Piet Hein Piet Hein
Ach zie, hoe arm we zijn,
Je zilvervloot is op,
Weg tot do laatste pop.
Ons lieve landje gaat over-de-kop
Wie, wie helpt ons er bovenop?
Wirdt nochlik froed togjêrre aid,
En krij in himel op ’e wrald,
Heechachte jongeljuwe,
Dat jimme bern fen jimme bern
Seis bernsbern fen jim bern noch sjen:
Mei salang by’noar bliuwe!
En dat jim hjoed oer fyftich jier,
Mei al jim neiteam fol fen tier,
To gouden brillofthalden sitte,
My tinkt sa kin’t ek hast hawar,
En derom wo’k it hjir dan mar
For dizze kear er ek by litte.
FRISO.
Beweging meitsje fen can ’t widzetou to
lüken.
Kijk daar is hij al ja die man, ja die zal,
Ons Holland van zorg verlossen
Die man krijgt een standbeeld, en stond het
er al,
We gingen er vast om hossen!
Piet Hein Piet Hein
Piet Hein, jouw naarn blijft klein,
Van Kolkman wordt je groot,
Die helpt ons uit den nood,
Hij vond het redmiddel in dezen nood,
Hij heeft ’t gevonden al in -de vloot
De prijs der Advertentiën is van 1 5 regels 25 cents, elke
regel meer 4 cents. Grootere letters naar plaatsruimte. Buiten
Friesland, uitgezonderd Familieberichten, 10 ets. per regel. Bij
abonnement belangrijk lager.
Tot plaatsing van adv. en reclames voor Handel, Nijverheid en Geldwezen buiten de prov. Friesland is uitsluitend gemachtigd het Alg. Adv.-Bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 76-78, Amsterdam
strenge bewaking gesteld, alle uitvoer verboden
terwijl de personen, die het erf verlaten,
worden ontsmet
De minister heeft last gegeven tot afma
king van den geheelen stal, tellende 55 koeien
en verder schapen, varkens enz.de acht
aangetaste koeien werden op het erf afge
maakt, terwijl het gezonde vee ter afmaking
in een open praam, door een stoomboot ge
sleept, wordt overgebracht naar de export-
slagerij in de Droogstraat te Harlingen, welke
van rijkswege als slachtplaats voor besmet vee
uit onze provincie is aangewezen. Met het
oog op de slachting worden de meest zorg
vuldige voorzorgsmaatregelen genomen, om
verbreiding der veeziekte door de huiden en
pooten te voorkomen.
De oorsprong der besmetting is niet met
zekerheid aan te toonen; misschien zijn lijn
koeken uit de provincie Groningen, verpakt
in niet ontsmette en onreine kisten, er niet
vreemd aan.
Ter waarschuwing.
Te Zwolle heeft zich in een perceel
de heer v. H., die den bewusten nacht naar
een bal masqué was geweest, zelfmoord hebben I
gepleegd.
De warmste dag in Maart sedert 63 jaren.
Blijkens een mededeeling van het Kon.
Nederlandsch Meteorologisch Instituut te de
Bilt werd gisternamiddag 3 uur de hoogste
temperatuur waargenomen n.l. 21.8° C., welke
de hoogste sinds het jaar 1848 in Maart te
de Bilt waargenomene overtreft, n 1. 21.4°
C. op 25 Maart 1903 en 20.8° C. op 23
Maart 1871.
Deze bijzondere warmte wordt verklaard
door haar zuidelijken oorsprong van den in de
laatste dagen heerschenden Oostenwind.
Mond- en klauwzeer in Friesland.
Zoo is dan tóch het gevreesde gebeurd
het mond- en klauwzeer heeft zich in onze
provincie voorgedaanhet vermoeden dat de
gevreesde ziekte geconstateerd was geworden
onder vee, toebehoorende aan den landbouwer
F. B. v. d. Burg te Opeinde (Smis be
vestigd geworden; de onmiddellijk uit Leeu
warden overgekomen districts-veearts bevestigde
het oordeel van den gemeente-veeartsvan
bedoelden veestapel zijn acht koeien door
mond- en klauwzeer aangetast.
Dadelijk werden natuurlijk de noodige
maatregelen genomende hoeve werd onder
Dit blad verschijnt des Zaterdags en kost per halfjaar 50 cents
Per post 0 65. Enkele Nos. 3 ets Ingezonden stukken Donder
dags in te zenden. Advertentiën Vrijdagmorgens vóór 11 uur.
steeds méér schepen ook,
bevreesd voor zich te maken,
landen evengoed als zij weten dat in
oorlog het recht aan den sterkste is.
zal ieder zijn best doen zoo sterk mogelijk te
zijn en de zwakkeren zullen ’t daarom niet
wagen tegen sterkeren dan zijzelf in ’t veld te
komen.
Het voorbeeld, dat de groote rijken geven,
vindt navolging bij de kleinere landen. Ook
deze trekken steeds grooter sommen uit op hunne
begroetingen voor de verdediging van hun land.
In evenredigheid met de grootere landen
zullen zij misschien niet minder sterk zijn; ze
geven misschien per hoofd meer uit voor leger
en vloot dan de groote, krachtige mogendheden,
maar zóóveel kunnen ze voor leger en vloot
niet geven dat ze even sterk en even krachtig
worden als Duitschland en Engeland bijvoor
beeld. En zoo zullen de groote landen, als ze
willen, steeds de baas kunnen spelen over de
kleinere. Dit moest feitelijk anders zijn! Wy
weten welook list kan in een oorlog een
groote en belangrijke rol spelen, zoodat bijvoor
beeld ook een zwak leger grooten afbreuk kan
doen aan een veel sterkeren vijand, de
Boeren-oorlog heeft hiervan wel staaltjes ge
geven maar toch: ten slotte zal meestal de
zwakkere het onderspit moeten delven, hoevéél
list ook vermag. Dan is er nog meer dat een
klein leger ook sterk kan doen zijn, als: tucht,
kennis van oorlog voeren enz., en het is daar
over dat wij het in ons volgend no. willen
hebben in betrekking tot ons eigen leger.
Want waarlijk, ons leger moet wel heel zwak zijn.
Vooreerst is het niet groot en dan er moet
zooveel nog aan haperen.
Kolkman bij ’t ontbijt tot zijn vrouw heeft
gezeid
Als wij eens het volk verrasten
Met: Weg is voor eeuwig die geldnarigheid,
We gaan de tabak belasten
Piet Hein Piet Hein
Zou dat voor jou wat zijn?
Accijns op je tabak,
Accijns op recht en knak,
De negrohead met een ambtelijk lak,
Tabakskommiezen met praats en plak
En heilig we dit verklaren
Alwie in de Kamer is vóór dat verdriet,
Die zit er zijn laatste jaren
Piet Hein Piet Hein
Piet Hein zal met ons zijn,
Gaat voor ons naar Den Haag,
Neemt Kolkman bij zijn kraag,
En zegt hem: Wee, kerel wee! als je
’t waagt,
Wee je gebeente, als jij het waagt!
Rok-broek.
Rond halftien Dinsdagavond kwamen twee
dames op de Hoogstraat te Rotterdam aange
wandeld. Een hunner is eene chique gekleede
Fran^aise met een rok broek aan. Dit valt,
hoewel het nauwelijks zichtbaar is, een paar
rondslenterende meisjes op. Zij wijzen het
elkander en ook anderen en in minder dan
geen tijd ontstaat een formeele volksoploop.
Doodsbenauwd vluchten beide dames de Kei
zerstraat in en vinden een schuilplaats in een
winkel op den hoek van de Keizerstraat.
Hen volgt een joelende bende. Van alle
zijden snelt men toe. «Wat te doena gillen
de jongens, rechercheurs met den gummistok
in de hand en agenten in uniform rukken
aan, naar het politiebureau in de Pauwensteeg
wordt getelefoneerd om hulp, een brandspuit
rukt uit en zwart van het volk is in een
ommezien gansch de Keizerstraat om haar
omgeving.
Een ieder dringt op om een kijkje in den
winkel te nemen, waar men nu het licht neer
draait. Het «doorloopen menschena van de
agenten baat al evenmin, totdat uit de Pau
wensteeg met versnelden pas een inspecteur
met eenige agenten opdaagt.
Op een oogenblik, dat ruim baan gemaakt
wordt, verlaten beide dames met den inspec
teur den winkel. Langs den Toesteiger gaat
het nu naar de Korte Hoogstraat en onmid
dellijk vormt zich weder een horde, die op
de Korte Hoogstraat gekomen, reeds zoo aan
gedikt is, dat het verkeer er door gestremd
dreigt te worden. «Haringbroekt en tal van
niet te noemen uitdrukkingen gillen jongens
en meiden tegen beide zich dood schamende
dames. De inspecteur heeft de handen vol
om handtastelijkheden te voorkomen.
Gelukkig staat er voor Boymans een auto,
die nog vrij is. De dames maken er gretig
gebruik van. Fluks stappen zij in. Naar
den Mauritsweg luidt het tegen den chauffeur
en in een ommezien zijn zij uit het oog. Even
spoedig verspreidde zich nu het volk.
Zalm.
Wij lezen in de Visscherij Ct.
Eigenaardige verschijnselen komen dit jaar
voor in den trek der zalm.
«Vroeger in het seizoen, dan nu de laatste
Nee-nee-nee, dat niet, neen dat willen wij
niet
Te Zwolle heeft zich in een perceel aan
het Assendorperplein een geval van gasver
stikking voorgedaan, dat nog gelukkig is
afgeloopen. Een heer, die daar logeerde, had
Dinsdagavond om elf uur vóór ’t naar bed
gaan de gaslamp uitgedaan, maar vermoede- I
lijk met den haak, waarmee hij het kettinkje
van het kraantje omlaag trok, dit ook weer I
opengestooten. Toen de bewoners Woens- i
dagmorgen omstreeks zeven uur in het aan
zijn kamer grenzend vertrek kwamen, roken
zij een sterke gaslucht. Daar de logé de
deur had op slot gedaan, moest men over de
binnenplaats zijn kamer binnendringen nadat
eerst een paar ruiten waren ingeslagen om i
al vast wat lucht te geven. Gelukkig bleek i
de gast nog in leven. De doctoren Vitringa i
en Klinkert waren spoedig aanwezig en met
een zuurstofapparaat werd het slachtoffer
eindelijk tot bewustzijn gebracht. Zijn toe-
stand was naar omstandigheden vrij goed.
Al weer een geval dat tot waarschuwing
kan strekkenmen verzekere zich toch steeds,
dat de gaskraantjes goed gesloten zijn en niet
doordraaien.
Een bestudeerd landlooper.
De ex-onderwijzer uit de provincie Gro
ningen, in ’t bezit van hoofdacte, taalacten en
acte wiskunde, die zoo ver achterop is geraakt,
dat hij, gelijk is gemeld, om in een gevange
nis of rijkswerkinrichting te komen, in Alkmaar
van een woning tegenover het politiebureau
een spiegelruit stuk sloeg, is door de Alk-
maarsche rechtbank gevonnist. Wegens de
vernieling werd hem 1 maand gevangenisstraf
opgelegd en om aan ’s mans verlangen te
voldoen was hem ook landlooperij ten laste
gelegd, waarvoor hij tot 3 dagen hechtenis
en 1 jaar opzending werd veroordeeld.
De heetwatermoord op de Nicolaas Witsen-
kade te Amsterdam.
Gerechtshof te Amsterdam
deelde gister IJmkje B. en Pieter R. overeen
komstig het vonnis van de Rechtbank, tot
reep, vijftien en twaalf jaar gevangenisstraf
wegens poging tot diefstal, voorafgegaan door
geweldpleging op mevrouw Wijnia, tengevolge
waarvan deze dame overleed.
De eisch luidde 20 en 12 jaar.
Vermoord
Onlangs is de heer v. H., directeur eener
financieele maatschappij te Rijs wij k, ’b morgens
dood in zijn bed gevonden. Het bleek bij de
lijkschouwing dat de overledene door een
revolverschot was getroffen en in verband
daarmede is naar men aan de Opr. H. Ct.
bericht thans zijn echtgenoote, mevr, v
H. de B. te ’s Gravenhage in een pension
gearresteerd, onder verdenking haar man te
hebben doodgeschoten
Volgens de door haar gegeven lezing zou
«Wie den vrede wil, die bereide zich ten
oorlog.a ’t Is een uitdrukking, die den laatsten
tijd veel wordt gebezigd. Er ligt veel waarheid
in die woorden, maar tochis het een te ver
dedigen toestand dat men slechts vrede kan
houden door zich op een oorlog voor te bereiden
Ons dunkt van niet. Wij zouden zeggenwan
neer men niemand last veroorzaakt, dan kan
ook niemand reden hebben om óns last te ver
oorzaken. Zoo moest het met allen en alles zijn,
zouden we denken, maar, helaas! zoo is het in
werkelijkheid niet. De sterkere wil veelal
gaarne over de zwakkeren den baas spelen, en
zoo gebeurt het menigmaal dat de verhouding
tusschen een sterke en een zwakke niet altijd
vriendschappelijk is. Komt het tot een botsing
tusschen hen, en geldt dan »het recht aan den
sterkste®, zooals het veelal gaat, dan trekt de
zwakste aan het kortste eind. Of dit niet in
werkelijkheid in strijd is met het recht, dat be
twijfelen we, maar om »recht« is het niet altijd
te doen. Wil de sterkere hebben dat dit of dat
zal gebeuren en kan hij niet goedschiks zijn zin
doordrijven, welnu dan maar kwaadschiks. Voor
hém is zulks recht.
Is zulks niet hoogst treurig? en toch gaat
het zoo niet veel om ons heen? Bij kinderen,
by volwassenen, overal gaat het zoo, in alles en
aan alles kan men zoo duidelijk merken dat het
recht aan den kant der sterkeren is. Zoo gaat
het ook tusschen de verschillende rijken. Ook
tusschen twee rijken kan over een of andere
kwestie, waarbij ze beide belang hebben, ver
schil van meening bestaan, en gelukt het niet
tot een oplossing te komen, dan rest vaak niet
anders dan door de wapens de zaak te beslechten.
En is de strijd gestreden, zijn eerst vele jonge
mannen door het moordend lood gesneuveld, dan
heet »recht« gedaan te zijn. Maar welk een
recht? Al weer dat recht, dat een sterke zich
kan verschaffen door zijn kracht, zijn meerdere
kracht. Wij noemen zulks géén recht.
Er is tegenwoordig een beweging gaande om
aan deze soort »rechts«-pleging een einde te
maken. Men wil een internationale rechtbank,
om deze de geschillen te laten uitmaken, welke
mochten ontstaan tusschen een paar rijken. De
oorlogen zouden dan voorbij zijn en daarom reeds
kan men niet anders dan het plan tot oprich
ting van zoo’n internationale rechtbank toe
juichen. Dan zal tenminste nog recht kunnen
geschieden.
Zooals gezegdtegenwoordig geldt nog dat het
recht is aan den kant van den sterkste. Ieder
land zal dus moeten zorgen zoo sterk mogelijk
te zijn, wil het niet door een ander in sterkte
worden overtroffen. Engeland en Duitschland
als ’t ware een strijd, welke van beide
landen de sterkste vloot zal hebben. Stééds
grooter worden de schepen, de kanonnen en de
geweren worden zoo gemaakt dat ze in den
kortst mogelijken tijd zoovéél mogelijk schoten
kunnen doen, zoovéél mogelijk menschenlevens
kunnen vernietigen dus, en dat alles kost geld,
onnoemelijk veel geld. Hoeveel nuttiger zou dit
geld kunnen worden besteedMaar ze wenschen
beide den vrede te bewaren. Wie den vrede
wil, die bereide zich ten oorlog, en daarom
bouwen ze steeds grooter en sterker schepen,
om elk ander land
Want de zwakkere
een
Daarom
i
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
voor de Gemeenten Workum. Ilemelumer Oldephaert en Noordw olde.
Ilindeloopen en Stavoren.